• Nummer 1: Blub.
    Nummer 2: Blub.
    Nummer 3: Blub.
    Nummer 4: Blub.
    Nummer 5: Blub.
    Nummer 6; Blub.
    Nummer 7; Blub.
    Nummer 8; Blub.
    Nummer 9; Blub.
    Nummer 10; Blub.
    11 & 12 komen vast nog x'D

    Joinen maar geen idee wat RPG's zijn?
    Kijk hier!

    Inspringen altijd mogelijk. Vraag maar een samenvatting aan mij en ik zal je helpen met in het verhaal komen (;
    Het verhaal
    Het gaat over een stel kinderen die om de een of andere reden in een verlaten villa in het bos komen. Denk aan weddenschap, weggelopen, verdwaald etc. De villa is enorm, heeft alles wat je maar wensen kan, ookal is het stoffig en wat oud. Maar wat ze niet weten is dat de villa die zo verlaten lijkt al bewoond is, niet door mensen of dieren. Door vampiers. Twee sorten nog wel, de slechte kennen geen medeleven en drinken van alles en iedereen en houden zich vaak niet in, de 'goede' doen het zo lang mogelijk met dierenbloed, maar moeten af en toe ook dat van een mens. Ze nemen dan zo min mogelijk en doen de mensen verder niks. Die twee soorten vampiers haten elkaar, obviously.
    Dan nu het grootste probleem, als een mens eenmaal binnen de poorten die rond de villa staan stapt, kan die niet meer terug. Enkel vampiers kunnen naar binnen en naar buiten. Overleven ze het?

    Rollen - Het waren er meer maar bon ;p
    Normale tiener: Dewi - Candy - Timothy - JamieGoede vampier: Elif - Gawyn - Lew - Odile - Yue
    Slechte vampier: Faith - Savoy
    Vampierjagers: Ask (Damiën) - Chase (James)

    Weetjes over vampiers
    - Ze kunnen in het daglicht, maar niet de hele dag. Eerst gaat het jeuken als ze te lang zien en dan pijn doen, als ze dan nog te lang blijven is er logisch wat er gebeurt.
    - Als een vampier van een mens drinkt wordt dat mens geen vampier, dat gebeurt pas als een vampier gif 'inspuit'
    - Een vampier die een mens ook tot nachtwezen maakt creëert als het ware een band en is eigenlijk verplicht die persoon te begeleiden in het begin.
    - Vampier worden is een zeer pijnlijk proces.
    - Als vampiers elkaar écht mogen drinken ze elkaars bloed zodat ze een sorot band krijgen ^^
    - Vampiers zijn sneller en sterker dan mensen en al hun zintuigen zijn ook sterk ontwikkeld.
    - Vampiers kunnen sluipen zonder geluid te maken en kunnen haast opgaan in de schaduwen.
    - Vampiers hebben geen eten/drinken nodig, ookal kunnen ze het wel eten.
    - Vampiers hebben bijna geen slaap nodig.
    - En als laatst; Elke vampier heeft een soort kleine gave, geen vuursturen of iets dergelijks maar denk aan gedachten lezen. Hier een

    lijstje met ideeën.
    Gedachten lezen door op persoon te concentreren of door aanraking
    Iemands hele verleden zien door simpele aanraking
    Persoon pijnigen als je wilt door enkel te kijken
    Dingen verplaatsen zonder aan te raken
    Hypnose
    Iemand in slaap kunnen laten vallen
    Zelf kunenn beslissen hoe je eruit ziet
    Ogen verkleuren naar je emotie
    Gedachten kunnen 'verzenden'
    Als iemand slaapt en je raakt die persoon aan kan je droom meekijken
    Dromen manipuleren
    Genezen
    Emoties aanvoelen
    Weten of iemand de waarheid spreekt
    Visioenen

    En ga zo maar door.

    HAVE FUN :'D

    [ topic verplaatst door een moderator ]


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    ow god, ik begin nog een echt geheel met Quint mee te leven xD.

    -Quint-
    'Nee, ik kan het niet. Ik ben niet zo gemaakt om om al mijn problemen te huilen. Mijn gedachten misschien wel maar mijn lichaam niet. Na alles wat ik gedaan heb, na alles wat ik doorstaan heb ben ik zo geworden. Jij hebt nog ergere dingen meegemaakt, dus ik moet gewoon niet zeuren. Het feit dat ik dingen van mijn ouders heb is al heel fijn. Ik weet dat ze om me gegeven hebben dus nu moet ik hun werk voorzetten bij iemand anders van wie ik houd. Zij zouden trots op me zijn, maar niet als ik bij elke tegenslag in huilen uit zou barsten. Dit heeft zo moeten zijn,' op een of andere manier maakt het geen wat ik gezegd heb ook indruk op mezelf. Ik draai me op mijn zij met de foto in mijn armen, kijkend naar de muur. nog steeds voel ik een hand over mijn rug gaan.

    Odile - Goede vampier.

    'We moeten die kant op.' Geërgerd loop ik terug en volg Fjodor een zijstraat in, opgedirkt en wel. Langzaamaan wordt het drukker en komen we in het centrum van de stad. 'Daar is het,' zegt hij en zuchtend volg ik hem. Niet te geloven wat er van me is geworden: ik loop in een rok en op hakken en - wel ja - er zit zelfs krulmousse in mijn haar.
    Niet veel later nemen we plaats. Hij neemt een wijntje, ik ga aan het water. In deze situatie is het laatste wat ik wil bezopen raken. Een ober geeft ons de menukaart in handen.
    'Je ziet er prachtig uit. Werkelijk het kroonjuweel van Hester's werk. Ik zie erg naar de bruiloft uit. Benieuwd wat ze dan uit de kast haalt.' 'Is dat het enige wat je me wilde zeggen? In dat geval zijn we hier snel klaar.' Fjodor glimlacht en strijkt met zijn vinger over mijn neus.
    'Oh nee. Ik heb nog veel belangrijkere dingen te zeggen. Ik weet hoe je over me denkt, Odile. Je ziet me als een monster, iemand die zonder geweten handelt. Maar dat is niet waar. Geloof me, alles in mij had die Lewis het liefst ter plekke afgemaakt. En dat is ook wat ik in een normale situatie zou doen. Maar ik wilde je niet in verdriet zien. Ik wilde niet dat je nog meer pijn zou gaan lijden dan je nu al doet. Zo veel jaren zijn voorbij gegaan. Je bent de enige die me nog warmte geeft. En waarschijnlijk zal ik ook nooit aan Lewis' karakter en kwaliteiten kunnen tippen, maar dat is iets waar ik me bij neer moet leggen. We zijn voor elkaar bestemd. Je bent sterk, volhardend en je hebt ook nog eens eergevoel. En ik ben in staat steun te bieden in moeilijke tijden. Ik kan leiden in tijden van oorlog. Samen zijn we onverslaanbaar. Heb je je ooit wel eens afgevraagd hoeveel macht je zal krijgen, als mede-hoofd van de clan?'
    Ik slik even. De woorden klinken lekker. Uitnodigend. Het is oppassen geblazen.
    'Macht en status.. zijn dat de dingen die je met dit huwelijk wil bereiken?' Opnieuw glimlacht Fjodor, alsof hij deze vraag al lang en breed zag aankomen. 'Oh Odile, wanneer geloof je nou wat ik je zeg? Ik ben een vampier die alles heeft wat hij kan verlangen. Aanzien, bescherming, kracht, status, stabiliteit, rijkdom. Maar ik mis nog één ding: warmte. Warmte van een vrouw die net zo sterk van wil en karakter is als ik. Ik mis het om iemand in mijn armen te hebben als ik wakker word in een koud bed.' Ik voel me misselijk worden. Misschien zat die lul Savoy er niet eens zo ver naast met zijn huwelijksnacht-theorie.


    No growth of the heart is ever a waste

    Aimeé
    Ze bijt zacht op haar onderlip, en gaat rechtop zitten. Dit gaat niet de goede kant op. ''Mijn dingen zijn niet zo erg, Quint.'' Prevelt ze met een zuchtje. Zelfs geen blinde zou het geloven, maar ach. Ze plukt wat aan de punten van haar rommelige vlecht en zucht diep. Ze word hier depressief. ''Zouden we echt geen raam hebben?'' Bedenkelijk staat ze op. Als een gek haalt ze alles in de ruimtes overhoop. Geen schachten, geen airco's, geen ramen. De zakt uiteindelijk neer langs een lelijk gele muur en zucht diep. Geen zuurstof, betekend dat voor haar. Niets. En ze heeft de buitenlucht nodig. Contact met andere mensen. School, ouders en een normaal leven. Er glijden al snel tranen over haar wangen, en in stilte begint ze te snikken.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    -Quint-
    Ik voel dat Aimeé weg gaat. Ook ik sta op en loop achter haar aan. Ze haalde de hele kamer overhoop en zakte ineen bij de gele muur. Ik sta nu achter haar. Ik sla nu eens mijn arm om haar heen. Langzaam zak ik ook op de grond en zit langs haar. Mijn arm nog steeds om haar heen. er moet toch een manier zijn om lucht te krijgen. we moeten echt naar buiten.

    Doods staarde Lewis naar zijn spiegelbeeld. Hij zag er niet goed uit. Het felle witte licht deed zijn huid vaal lijken en benadrukte de donkere kringen rond zijn ogen. Zijn haren stonden dof, zijn ogen hadden geen leven meer in zich en zijn wangen waren ingevallen. Hij was erg veel vermagerd sinds de dag dat hij door de smeedijzeren hekken was gelopen. En een groot deel van zijn spiermassa was gewoon verdwenen. Het beeld paste bij de gedachten die steeds door zijn hoofd maalden en die er voor zorgden dat hij het liefst van alles gewoon zou willen verdwijnen. Mislukkeling. Lafaard. Slappeling. Welke man stond nou toe dat zijn vrouw zich opofferde voor zijn pathetische leventje. He had lost it all. Zijn liefde, zijn eer en zijn vrijheid. Alles waar hij ooit om gevochten had, was hij kwijt. Lewis wist niet hoe lang hij in de badkamer had gestaan, roerloos in de spiegel te turen, tot hij plots terug tot leven geschud werd. 'Son of a bitch,' fluisterde hij zacht, niet wetend of het over hem, Fjodor, Quinten of Savoy ging. Misschien allemaal. Traag stapte hij terug naar buiten, expres geen oog contact makend. In plaats daarvan liep hij regelrecht naar de keuken, in de hoop iets te vinden dat hem zou verdoven. Het duurde niet lang voor hij een grote fles Russische Vodka in zijn handen had. Vodka, hoe kon het ook anders in het HQ van iemand die Fjodor Koltsov heette? Lewis sloot de deur van het bijkeukentje, zette zich aan tafel en trok de kurk uit de enorme fles. Weldra waren de mensen gaan slapen, zou Yue rusten en Savoy hopelijk een eind upfucken, en dan kon hij zo zat worden als hij maar wilde. Opnieuw draaide het woordje 'Lafaard' door zijn hersenen, maar toen het doorzichtige drankje brandend door zijn slokdarm gutste, was dat al snel verleden tijd.


    Frankly my dear, I don't give a damn.

    Odile - Goede vampier.

    We krijgen ons eten opgediend. Ik waag het op een biefstuk, iets wat ik al in geen maanden heb gehad. En ineens, terwijl we aan het eten zijn, schiet Quinten zijn idee me te binnen.
    'Ze hebben kleding nodig. En eten. Shampoo, een waslijn. Volgens mij heb ik daarbinnen wel een wasmachine gezien, maar ze hebben geen mogelijkheid om hun kleding ergens aan te drogen. En aan een paar boterhammen hebben ze niet genoeg om het dagen mee uit te houden.' Hij kijkt op. 'Dus dan halen we die zaken toch gewoon?' 'En behalve dat hebben ze verse lucht nodig. Gevangenen mogen toch ook elke dag een uur luchten? Dan vind ik dat zij dat ook mogen. Het risico op ontsnappen met jouw bewaking is gering, dat weten we beiden.' Ik zie Fjodor's ontspannen houding verstrakken. Hij is het niet bepaald eens met het idee.
    'En als ze meegaan om in het midden van de nacht een warenhuis te plunderen, dan zit ik niet met het geknoei of we de juiste maat hebben.' 'Je wil ze meenemen, een warenhuis in?' 'Ja.' Fjodor krabt aan zijn hoofd. Ik zie dat hij merkbaar twijfelt. Hij neemt, diep in gedachten verzonken, een slok wijn.
    'Goed. Ik zal het regelen, op een voorwaarde.' Ik slaak een zucht. Fjodor en zijn voorwaarden beginnen me de keel uit te hangen. Het kan nooit wat goeds zijn. 'Spit it out,' zeg ik nors en neem een slok water.
    'Als ik een kus van je krijg.' Van schok spuug ik het water uit, waardoor de klanten verbaasd omkijken van hun tafels. 'Mocht je willen,' sis ik. Hij haalt de schouders op.
    'Al goed al goed, ik wil je nergens toe dwingen.' Ik werk een flinke hap biefstuk naar binnen. Een paar minuten verstrijken in stilte. Dan gooi ik het laatste restje water naar binnen en sta op. 'Goed. Prima. Hoe sneller dit klaar is, hoe beter.' Ik lijk wel compleet mesjogge. Ik loop naar Fjodor toe en geef hem een vederlicht kusje op de wang.
    'Klaar.' Fjodor lacht. 'Wat lief,' zegt hij vertederd. 'Maar dat was niet wat ik in gedachten had.' Ik kijk hem vernietigend aan. Vluchtig aait hij langs mijn wang.
    'Zal ik je laten zien wat ik voor ogen had?' Hij is inmiddels opgestaan en ondersteunt mijn kaak met een hand. Zacht en teder, doch koud. Alles in mij wil hem een grote mep voor z'n kanis geven. Alles. Behalve dat kleine deel dat het beste wil voor de rest. Ze zullen nu zo'n beetje gillend gek worden daar beneden, al helemaal met Savoy in hun midden. 'Goed. Als je maar niet denkt dat dit een gewoonte gaat worden.' Hij glimlacht kort. Ik voel een hand om mijn middel glijden en vervolgens zijn koude lippen op de mijne. Ik vind het walgelijk. Niet zo zeer de zoen zelf, maar degene die hem uitvoert. Afgelopen met deze onzin. Ik probeer me subtiel uit zijn omhelzing te bevrijden, maar Fjodor lijkt het totaal niet te merken. Tot overmaat van ramp probeert hij zijn tong bij me naar binnen te werken. Ik moet bijna kotsen. Ik ruk de arm los, duw hem ruw bij me vandaan.
    'Ik hoop dat je het naar je zin hebt gehad,' sis ik woedend en storm het restaurant uit, weer richting het appartement. We gaan vanavond met z'n allen inkopen doen, as he promised.

    [ bericht aangepast op 30 sep 2011 - 18:47 ]


    No growth of the heart is ever a waste

    Aimeé
    Ze lijkt wel een porseleinen poppetje in een etalage. ''I-ik moet hier weg, Quint.'' Prevelt ze bijna geluidloos. De brok in haar keel wil maar niet oplossen, en ook haar ogen weten niet te stoppen met huilen. Haar lichaam word lamlendig zonder bomen om in te klimmen, haar ogen treurig zonder de mooie uitzichten en haar innerlijk verscheurd door haar ziel die is vastgekooid.
    Waar is Odile? Ze had hen iets belooft. Natuurlijk wist ze dat ze haar meer dan goed verschuldigd was, maar ze leek het steeds minder erg te vinden. Lewis was al helemaal een grote ramp. Zonder Odile was het een haai zonder tanden. En dan Savoy.. Die achterlijke lafaard. Nee, bah. Wat verachte ze iedereen hier. Ze werden slapper, omdat ze niets gewend waren. Klaagden om comfort hier. Nou, zodra ze de kans zag zou ze rennen. Ver weg van Savoy, Lewis en derest. En Quinten.. Ineens vloog haar mooie plannetje in brand. Quinten kon ze toch niet zomaar achterlaten? Maar zijn conditie leek haar ook al niet te best.. Dus voordat ze ook maar buiten het appartement zouden zijn zouden ze alweer gepakt zijn. Haar laatste sprankje hoop verdwijnt mede in de vlammen, en zo ook haar laatste beetje lust. De moeite, wil of drang om iets te zeggen, doen of.. ondernemen is zelfs afgenomen. Nee, een leven porseleinen popje zit daarvoor in de plaats.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Odile - Goede vampier.

    'Odile, wacht nou! Wacht!' Nog even en ik doe hem wat. 'Flikker op, gore klootzak,' schreeuw ik. Een paar voorbijgangers kijken verrast om. Fjodor holt achter me aan en pakt me bij een arm vast, die ik op mijn beurt vervolgens weer ruw losruk.
    'Ik zei-' 'Het spijt me. Ik voorzag niet dat je er zo'n bezwaar tegen zou hebben.' 'Alsof jou mijn bezwaren interesseren. Ga nu godverdomme niet goedheiligman spelen!' Fjodor ziet de bui al hangen en neemt voldoende afstand van me.
    'Ik wilde je niet kwetsen. Het spijt me. Het spijt me vreselijk. Ik zal er niet meer om vragen, goed?' Ik snuif kwaad. 'Alsof het al niet erg genoeg is om met jou te trouwen. Denk maar niet dat ik braaf in je bed ga liggen en ga wachten tot manlief terug is. Als je iets goeds wil doen, zeg die idioot Zachar, of Boris, of wie het ook godverdomme mag zijn om die kamer te openen zodat ze meekunnen naar het warenhuis en een supermarkt.' Fjodor knikt en strijkt langs mijn haar. Ik draai kwaad het hoofd weg.
    'Ik heb je een belofte gemaakt,' zegt hij dan ernstig. Zacht, bijna breekbaar, maar ernstig. 'En die belofte is om je te beschermen en er voor je te zijn. En ik heb op deze manier het laatste niet goed waargemaakt. Ik breek mijn eigen eed die ik aan jou heb afgelegd.' Met die woorden gaat hij me voor, op weg naar huis. Zwijgend volg ik hem. De hele weg wordt niks gezegd. Ik betrap mezelf op een onlogisch schuldgevoel. Schuld omdat ik hem heb uitgekafferd, schuld omdat ik ervoor heb gezorgd dat hij er zo breekbaar uitzag, schuld vanwege zijn woorden. Ik haat schuld en ik snap mijn eigen gedachten niet.
    In plaats dat Fjodor een hulpje haalt, opent hij zelf de deur die naar de kelder leidt.
    'Pak wat jullie nodig hebben. We gaan een supermarkt en een warenhuis opzoeken. Daar vinden jullie wat jullie nodig hebben,' hoor ik hem zeggen tegen de rest als hij dan de kamerdeur heeft geopend. Ik ga naast hem staan. Ik zou me blij moeten voelen, blij dat ik de ogen van Lew weer zie. Maar in plaats daarvan voel ik me.. ja, hoe voel ik me eigenlijk? Ik voel me verslagen. Uit de ring gesmeten, vertrapt. En dat terwijl ik eruit zie alsof ik naar een conferentie zou kunnen gaan.
    Als ik bij Lew ben leg ik de armen om hem heen, begraaf mijn gezicht in zijn kleding.
    'Een frisse neus zal je goed doen. Ik zal bij je zijn.'


    No growth of the heart is ever a waste

    -Quint-
    Toen ik hoorde dat we even weg gingen, ben ik nog nooit zo snel opgesprongen en heb mijn tas gehaald. Terug bij Aimeé trek ik haar omhoog en met een hand om haar heen lopen we met de rest mee. Eindelijk naar buiten, frisse lucht. Alles in mijn lichaam is nu blij. Alles werkt weer op volle toeren om maar naar die lucht toe te kunnen. We staan bij Odile en Fjodor te wachten tot de rest ook klaar is. Pas nu bedenk ik me dat ik te weinig gegeten en geslapen heb, maar moe valt wel mee. Het lijkt alsof ik de frisse lucht van hier al an ruiken.

    Het is zo stil bij Dewi en Yue?

    Het kostte hem verrassend weinig tijd om de fles leeg te krijgen en toen hij de laatste druppel ook had opgedronken, begon zijn zicht al te verdubbelen. Hij was gewend om whiskey te drinken, vodka had blijkbaar een ander effect. Niet dat hij er om gaf, hoe sneller zijn verstand uitgeschakeld was, hoe beter. Net toen hij de lege fles in de pompbak had gegooid en op de bank neerplofte om van zijn tijdelijke staat van ongevoeligheid te genieten, vloog de deur opnieuw open en toonde Odile en Blondie in het deurgat. Ietwat verdwaasd staarde hij naar het duo, met name Odile, die helemaal niet op Odile leek. Ze zag er knap uit, maar een rok en hakken? Traag stond hij op, met moeite om zijn evenwicht te houden. 'Waarom zie je er uit als een secretaresse?' lalde hij nieuwsgierig terwijl hij haar knuffelde. 'Een frisse neus zal je goed doen. Ik zal bij je zijn.' Hij sloeg zijn ogen teneer. 'Het spijt me Odile. Het spijt me zo...'


    Frankly my dear, I don't give a damn.

    Aimeé
    Ze zuchtte opgelucht toen ze te horen kreeg dat ze naar buiten zou mogen. Zachtjes knijpt ze in Quints hand. ''We moeten hier weg.'' Fluistert ze zachtjes, maar wel gemeend. Zodra ze buiten is zal ze een route uitstippelen. Rennen en nog eens rennen. Ze voelt zich al sterker als ze er alleen al aan denkt.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Odile - Goede vampier.

    Zwijgend hoor ik toe hoe de rest zich klaarmaakt voor het uitstapje. Fjodor zal op z'n zachtst gezegd niet vrolijk zijn om het feit dat ik Lew omhels terwijl ik hem niet veel meer dan geschreeuw en chagrijnige blikken geeft, maar wat moet ik anders? Ik voel me al zo akelig over die kus en neem mezelf heilig voor dat het nooit weer gebeurt.
    'Waarom zie je eruit als een secretaresse?' hoor ik Lewis vragen. Ik laat hem los en glimlach wat waterig. 'Het spijt me Odile. Het spijt me zo.' Nu is het mijn beurt om hem vast te houden, werkelijk geschokt door wat er gaande is.
    'Lew, ben je.. dronken?' Ik vraag het half verbaasd, half onder de indruk. Ik merk dat Quinten en Aimee al klaar staan.
    'Het geeft niet. Je moest er even uit. Kom maar, I'll give you a hand.' Ik voel er weinig voor om het etentje met Fjodor nu al aan zijn neus te hangen, laat staan het feit dat- Oh nee. Mijn ogen flitsen gauw even naar Lew, die zo laveloos is als ik met te veel alcohol op, waarna ik weer voor me uit blijf kijken. Laat staan dat ik hem zou vertellen wat ik heb moeten doen om Fjodor zo ver te krijgen dat iedereen naar buiten mocht. Lew zou Fjodor proberen te grijpen. En mij? Ik weet het niet. Ik wil het niet eens weten. Voor zover ik weet heb ik Fjodor gewoon met mijn grote bek en koppigheid zo ver weten te krijgen dat ze naar buiten mogen. That's all. Ik wil Lew niet nog meer geestelijke schade toebrengen.
    'Zijn jullie klaar?' hoor ik Fjodor vragen. Nog steeds diezelfde emotieloze stem.


    No growth of the heart is ever a waste

    Ze gedroeg zich vreemd, bedacht hij ergens, maar dat verging al snel in de waas van kleuren om zich geen. 'Zijn jullie klaar?' 'Ik wel,' antwoordde hij met een vreemde vrolijkheid terwijl hij zo goed en zo kwaad als het kon naar de deur strompelde, wat hem lukte zonder op zijn bek te totteren. 'Waar gaan we ook weer heen?' mompelde hij dwaas tegen niemand in het bijzonder. 'Ik geloof dat ik het alweer vergeten ben,' Zonder op antwoord te wachten, stapte hij naar Fjodor toe. 'Wat vriendelijk dat je even een uitstapje organiseerd,' lalde hij tegen de man, opnieuw in zijn zuiderse Engels hervallend. 'Real nice.You're a fine bloke. I really appreciate it,' Hij stopte even met praten, staarde leeg in de verte en wendde zich dan opnieuw tot de blonde vampier. 'You're the one that trying to screw my girl, right?' polste hij, alsof hij naar Fjodors beroep vroeg. 'How's that working out for ya?'


    Frankly my dear, I don't give a damn.

    Odile - Goede vampier.

    Lew bedenkt zich dat hij mijn hulp niet nodig heeft en loopt op eigen kracht richting de deur. Wonder boven wonder krijgt hij het ook nog voor elkaar om het te doen zonder met z'n snuit de grond te raken. Mijn hemel. Hij is echt ver heen. Wat heeft hij in godsnaam gedronken en belangrijker nog; hoeveel ervan?
    'Wat vriendelijk dat je even een uitstapje organiseert,' zegt hij tegen Fjodor. Huh? Sinds wanneer.. ziet hij Fjodor als een.. maatje? 'Real nice. You're a fine bloke. I really appreciate it,' gaat hij verder. Nu zie ik ook de verbazing in Fjodor's gezicht. Ik peil zijn gezichtsuitdrukking. Is hij door de alcohol écht vergeten wie hij is?
    'You're the one that trying to screw my girl, right? How's that working out for ya?' Mijn ogen worden zo even groot als schoteltjes, waarna ze weer in ernst vervallen. Fjodor krijgt duidelijk genoeg van Lewis, die zich als een opdringerige interviewer gedraagt. Hij grijpt hem vast en duwt hem tegen de muur.
    'Wat.. zeg je allemaal,' sist hij. Ik knipper een paar keer met mijn ogen van verbazing. Natuurlijk! Fjodor kan geen Engels. 'Vertaal wat je hebt gezegd,' sist hij link terwijl hij Lew nog steeds bij de kraag vast heeft.
    'Laat hem los,' zeg ik en stap naar voren. 'Hou je erbuiten,' reageert hij kil en focust zich weer op Lew. 'Dacht het niet,' zeg ik.
    'Dat is mijn vriend die je daar vasthebt, laat hem los.' 'Dit?' vraagt hij minachtend terwijl hij Lew omhoog houdt als een lappenpop.
    'Odile, moet je nou eens kijken. Ik dacht dat hij tegen deze tijd wel één of ander briljant plan op touw zou hebben gezet om te ontsnappen, maar nee hoor: je geliefde zuipt zich te pletter. Geloof het of niet, ik heb hem beter ingeschat dan dat.' Hij wendt zich tot Lew.
    'Is dit soms je briljante plan? Je het apelazarus zuipen en me vervolgens proberen te provoceren zodat je kan ontsnappen? Ik heb beter gezien dan dat. Dus, voor de laatste keer: wat zei je daarnet? En geen spelletjes.' Ik kijk bezorgd in Lew's richting, die totaal geen notie heeft van gevaar. Dit gaat niet goed. Straks tekent hij echt zijn doodsvonnis. Verdomme, Lew..

    [ bericht aangepast op 2 okt 2011 - 13:02 ]


    No growth of the heart is ever a waste

    Lewis' gezichtsuitdrukking veranderde. 'Als je nog een keer zo tegen haar praat, vuile klootzak, dan krijg je met mij te doen,' Het klonk erg belachelijk toen hij daar zo in de lucht hing, maar doordat de alcohol nog steeds in zijn aderen stroomde, slaagde hij er nog minder in dan normaal om zijn woede te verbergen en om eerlijk te zijn kon het hem weinig schelen hoe hij er al dan niet uitzag. Alleen Fjodor en zijn minachtende uitspraken tegenover zowel Odile als hem leken er nog toe te doen. Hij haalde met een krachtige stoot van zijn been uit, maar Fjodor ontweek zonder veel moeite. Hij was echter wel gedwongen geweest om de Amerikaan los te laten zodat die met erg veel evenwicht voor een dronken persoon op zijn hurkje op de grond belandde. Zijn vampierenlichaam was al bezig met de alcohol te verwerken, maar desondanks leek het beeld voor zijn ogen nog steeds sneller te gaan dan zijn hersenen konden waarnemen. 'Ik vroeg, arrogant hondenjong, hoever je stond met mijn vrouw te verkrachten,' spuwde hij uit terwijl hij rechtstond en traag op de man af stapte. 'Doe het dan. Maak me af. Maar besef goed, beste vriend, dat je haar nooit volledig zult bezitten,' siste hij furieus en verbazend genoeg zonder te stotteren en zonder angst. De dood had hem nooit angst in geboezemd, het had hem gewoon altijd een makkelijke uitweg geleken.


    Frankly my dear, I don't give a damn.