Idrille Mila Chalant ~ 21 ~ Weerkat(tijger) ~ in haar huis
Analeigh en ik hadden de munten geteld en in totaal waren het 87 bronsstukken, 54 zilverstukken en 101 goudstukken.
Zachtjes floot ik. "Dit is echt een fortuin, althans, als het echt is, je zou het echt moeten laten taxeren."
Ze knikte en stond op waarbij ze alles weer bij elkaar raapte. "En ik denk al wel dat ik daar iemand voor weet."
Laat me raden, die ene vriend van haar, die tovenaar die samen met een vriend een bedrijfje was gestart, alleen was ik eventjes zijn naam vergeten.
Analeigh lachte schamper, alsof ze mijn gedachte had geraden voordat ze opstond.
"Dus ik ga er weer vandoor schat, ik spreek je later nog wel weer." En met een handkus pakte ze haar tas op en liep op haar hakken richting de voordeur, waar ze eventjes bevroor voor ze zich omdraaide.
"Ehm, ik wil je niet op stang jagen, maar er komt iemand aan via de voordeur, dus ik neem maar de achterdeur."
Dat is een goed idee, dus ik knikte, ik had het er nooit echt op als mijn vrienden of bezoekers elkaar troffen, zeker niet als het van totaal verschillende soorten zijn en soms was het al een wonder dat ik goed op kon schieten met de andere soorten, misschien omdat ik mezelf meer afsloot van mijn eigen soort.
Mijn handen gleden naar de bak met de baconsalade, wel je kon de salade eigenlijk al wel weglaten, ik hou nou eenmaal gewoon van bacon.
Snel verorberde ik nog een aantal stukjes voor ik in de spiegel keek en mijn haar fatsoeneerde en met een knop op de afstandbediening die op de dressoir lag die eronder stond kwamen de klanken van pink - just give me a reason ter gehore, puur omdat het de stilte op zou vullen als er een ongemakkelijk moment zich voor zou doen als ik de deur zo opendeed.
En net toen Pink begon te zingen hoorde ik een zachte klop op mijn deur.
Met een glimlach en sierlijke stappen op de balt van mijn blote voeten liep ik richting de deur en deed die open.
Er stond een meisje aan de andere kant, op haar wangen waren nog duidelijk sporen te vinden van vergoten tranen.
Zachtjes snoof ik de lucht op en ik herkende de geur van een aantal andere vrienden van me, ze is een vampier.
Vampiers en Weerkatten konden het meestal wel goed vinden, we waren niet zoals onze verwanten de weerwolven vijanden met de vampiers, maar er waren uitzonderingen.
Maar dit meisje leek verdriet uit te stralen.
Direct schoot ik in een troostende modus en deed een stap opzij.
"Kom binnen, dan zal ik eventjes een warme kop chocolademelk voor je zetten." Ik nam haar nog eens goed in me op. "Of heb je liever voorkeur voor een goed zak bloed ? Ik heb nog wel wat op voorraad."
Credendo Vides