• Een groep jongeren komt vast te zitten op een onbewoond eiland in de tropen. Alsof dat niet rampzalig genoeg is, ontdekken ze dat er iets mis is met het eiland. Er leven dieren die allang uitgestorven moeten zijn en de mensen die er wonen, lijken uit een ander tijdperk te komen. Hoe gaan de jongeren, ieder met hun eigen, misschien wel puberale karakter daarmee om?

    Regels:
    - Er wordt in één tijd geschreven, derde persoon en verleden tijd, zoals de meest gebruikelijke manier is in een boek.
    - Er is geen minimaal woordenlimiet.
    - Stukken tekst hoeven niet letterlijk herhaald te worden als je op een ander reageert. Het is ook niet nodig om een ander te quoten.
    - Alle jongeren zijn tussen de 16 en 25 jaar en zijn avontuurlijk genoeg om mee te gaan op een jongerentrip.

    Personages:
    Abigail den Marschkramer – 18 [Delano]
    Alex Keynes – 22 [Marjanne]
    Audrey-Rose D’Ablaing – 19 [Kim]
    Caleb Finnigan – 19 [Lisa]
    Daniel Harlem – 27 [Maartje]
    Deborah Ann Dyer “Skin” – 24 [Alicia]
    Dolly – 20 [Marjanne]
    Eden Steenwijk– 19 [Natas]
    Emma Eleanor Swan – 22 [Stefanie]
    Esau Konings – 20 [Jeffrey]
    Ezelle 'Ez' Ophelia Stornoway – 20 [Marthe]
    Hielke Marskramer – 19 [Maartje]
    Hugo Nieber – 20 [Natas]
    Jack Alexander Hunter – 22 [Marthe]
    Jade Alastair – 19 [Lisa]
    Killian Jones – 24 [Stefanie]
    Kirito Barrow – 21 [Delano]
    Laurens Oliver – 16 [Ellen]
    Lillium Martell – 18 [Jilly]
    Maeghan Rodriquez – 18 [Lisa]
    Maeve Riordan – 19 [Stefanie]
    Mickey Eggebeen – 22 [Natas]
    Mitchell Hathaway – 22 [Lisa]
    Neil Flynn Cooper – 23 [Lisa]
    Nicole – 20 [Marjanne]
    Piper Davis – 21 [Alicia]
    Rebekah Mikaelson – 20 [Maartje]
    Sentis Oliver – 16 [Ellen]
    Slade – 20 [Natas]
    Søren Hjulmand – 23 [Alicia]
    Syn(yster) Gates – 24 [Natas]
    Vyvyanne – 19 [Jeffrey/Alicia]

    Verwante topics:
    Rollenstory.
    Rollentopic.

    [ bericht aangepast op 4 april 2014 - 22:03 ]


    Every villain is a hero in his own mind.

    Killian Jones

    Terwijl hij het vliegtuig moest inspecteren op enige fouten, dacht hij na wat er fout zou kunnen lopen. Elk deeltje van het vliegtuig werd nauwkeurig onderzocht op enige fouten. Tot dusver had hij nog steeds niets gevonden, gelukkig. Zijn gedachten dwaalden even af naar haar, want zij is diegene die hem het beste kende. Killian was een gesloten boek, maar bij haar in de buurt voelde het aan alsof hij alles kwijt kon. Plots doken een paar zinnen op in zijn hoofd, een van zijn favoriete liedjes.

    I'm just a step away
    I'm just a breath away
    Losin' my faith today

    I gotta fight today
    To live another day
    Speakin' my mind today

    Who's gonna fight for whats right
    Who's gonna help us survive
    Who's gonna make 'em believe?


    De woorden van het liedje weergalmden door zijn hoofd. Elk woord deed hem denken aan diegene die hij het liefste had en sinds enkele maanden van zijn zijde geweken is. Emma wou zo graag op wereldreis gaan, maar nu zat hij zonder zijn beste vriendin op een of ander voor hem een onbekend land samen met een paar anderen om een plan uit te voeren. Ze gingen ergens een groep mensen ophalen, om die vervolgens op een onbekend eiland af te droppen en die daar voorgoed achter te laten. Als zij terug zouden keren op hun begin bestemming, zou elk van hun een smak geld in handen krijgen, nog meer dan wat hun voorschot was geweest. Killian vond het langs de ene kant wat verdacht, maar het kon hem eigenlijk weinig schelen. Binnenkort zou Emma terug keren naar Londen en zouden ze het samen weer aangenaam kunnen maken. Ze hadden al afgesproken om samen naar haar te gekke foto’s te kijken, daarna iets kleins gaan eten en vervolgens een filmpje meepakken. Maar eerst moest Killian zien dat deze opdracht vlekkeloos zou verlopen.
    ‘Is alles in orde met het vliegtuig? We hebben niet de hele dag hoor, we moeten vandaag nog opstijgen.’ klonk de irritante stem van een jongeman. Als hij zich omdraaide, zag hij iemand hem ongeduldig aan keek. Killian zuchtte even, draaide zich om en controleerde de laatste motor. Toen deze ook in orde bleek te zijn, zette hij zijn goedkeurig op papier en bevestigde het met zijn handtekening.
    ‘Ziezo, alles is in orde, dus we kunnen opstijgen.’ deelde Killian mee en gaf het papier aan diegene die hem net op stang had proberen jagen. Toen het papier weg werd gebracht, klonk enkele ogenblikken later een omroep dat de gate richting dit vliegtuig werd open gezet. Nu duurde het niet lang meer voor ze zouden vertrekken, dus haastte Killian zich naar de cockpit, waar hij als hulpvlieger diende in geval van nood. Killian kon wel wat vliegen, maar was geen ervaren piloot. Hij zat er bij als reserve, voor het geval dat er iets mis zou lopen. Nu was het afwachten en hopen dat er niets verkeerd zou lopen, want hij wou zo snel mogelijk terug kunnen gaan naar Londen.


    'It's stings' Says the creature. Yes indeed, Sting is a great name for the sword. {The Hobbit}

    Esau baande zich een weg naar het vliegtuig, maar voordat hij daar was kwam hij twee uitzonderlijke figuren tegen. Ze waren afzichtelijk gekleed, maar hij herkende ze meteen, het waren Slade en Dolly. Het was een grote verrassing voor hem dat zij ook hier waren , al had hij nog niet besloten of het een aangename of onaangename verrassing was. De reis zou in ieders geval niet saai worden.
    'Dee en Es! Wat doen jullie in godsnaam hier?'

    Vyvyanne

    Met een schok kwam ze overeind. Haar nek deed pijn en toen ze haar hoofd met tegenzin draaide, zag ze dat de meeste kuipstoeltjes al leeg waren! Hoewel haar dat zou moeten alarmeren dat haar vliegtuig bijna zou vertrekken, keek ze eerst op haar telefoon. Met de camera bekeek ze haar haren, maar besloot al gauw dat dat wel oké was. Ze was meer geïnteresseerd in de tijd en of ver nog een Twitch-update was. Dat laatste was er niet en toen ze naar het klokje keek, zag ze dat ze echt moest haasten. Ze wist zeker dat het mogelijk was om vliegtuigen te missen, die zouden vast geen eeuwigheid wachten.
    Zonder er bij na te denken of ze haar schoenen nou wel of niet had aangetrokken, snelde ze de hal uit, op zoek naar de juiste gate.


    Zaldrizes buzdari iksos daor. Maester > Zaldrizes

    Audrey-Rose
    Nu was ze alweer voor de zesde keer in slaap gesukkeld. Ze keek even slaperig rond en trok haar riem voor de zoveelste keer strakker aan. Ze had het idee dat een strakkere riem misschien nog iets zou helpen wanneer we neer zouden storten, ook al zei een stemmetje in haar hoofd dat het totale onzin is. Het vliegtuig zat al aardig vol, en tot haar verwondering merkte ze op dat er naast haar een jongen was komen zitten. Benieuwd keek ze de jongen eventjes aan. Hij zag er niet verkeerd uit, maar hij had wel iets mysterieus over zich. Ik vergat bijna om terug te knikken. Ik lachte eventjes en stelde me maar meteen voor, om het ijs te breken. Ik wist dat we toch nog een hele vlucht voor de boeg hadden, dus een beetje contact van leuk gezelschap kon geen kwaad, dacht ik. "Hoi, mijn naam is Audrey-Rose, maar noem me maar gewoon Audrey!" zei ik, met mijn vrolijke glimlach nog steeds op mijn gezicht. Ik stak ook even mijn hand uit. Ik was altijd heel direct naar mensen toe, en kon ook makkelijk contact leggen met iemand. Vroeger maakte ik op de camping al binnen 5 minuten vriendinnetjes, en dat is niet veranderd, hoeveel hij me ook aan heeft gedaan.

    [ bericht aangepast op 24 maart 2014 - 22:28 ]

    Neil Flynn Cooper

    'Hoi Audrey, leuk je te ontmoeten,' zei hij vrolijk. 'Reis je vaker?
    Neil liet zijn blik door het vliegtuig gaan en zag dat het al aardig vol begon te stromen.

    Syn zat met zijn zusje en wat vrienden in een afthans barretje dat aan het vliegveld grenste. Voor zover hij begrepen had, was alles in gereedheid gebracht. Het vliegtuig stond aan de grond, hun spullen waren ingeladen en het was alleen nog wachten op de onbezonnen jongelingen die dachten een avontuurlijk tripje te maken.
    Nou, avontuurlijk zou het zeker worden.
    Hij stak een nieuwe sigaret op terwijl hij van zijn biertje dronk. Ze zouden nog één nacht in een krakkemikkig hotel overnachten, maar daarna was dit het laatste belabberde hotel waarin hij hoefde te overnachten. Enkel vijf sterren hotellen zouden er nog volgen.
    Hij blikte even op Jade, die haar hemdje wat naar beneden had getrokken zodat ze zich beter met zonnebrand kon insmeren en hij nog wat meer zicht had op haar decolleté.
    Met tegenzin wendde hij zijn blik af toen zijn telefoon ging.
    ‘Ja?’
    ‘Ik ben er.’
    ‘We zitten buiten, bij een taverna.’

    Een kwartier laten voegde Mitchell zich bij hen. Hij stelde zich voor aan degenen die hij niet kende en plofte toen bij de anderen neer. Syn kende hem niet heel goed, hij had hem af en toe gezien via één van zijn vrienden, maar hij vond hem wel oké.
    ‘Nou, de Nederlanders gaan zo de lucht in,’ grijnsde Syn, die op zijn telefoon keek. ‘Zeg maar gedag tegen jullie afgevlakte landje.’


    Every villain is a hero in his own mind.

    Jade grinnikte even op Syn's opmerking. 'Stel sukkels,' mompelde ze, waarna ze haar zonnebrand opborg. Daarna griste ze een sigaret tevoorschijn, die ze opstak. Genietend nam ze er een hijs van, gevolgd door een slok uit haar glas. Ze wist niet wat er in zat, maar het was een heerlijk zoet drankje. Ze griste haar telefoon tevoorschijn, om te kijken of ze nog belangrijk was. Ze had een berichtje van haar vader ontvangen, of alles volgens plan liep. Ze rolde even met haar ogen en stuurde terug: 'Alles gaat prima, de sukkels gaan zo de lucht in.'

    Een laatste blik in de spiegel was voldoende om te weten dat alles oké was. Sloren was benieuwd naar het land dat hij ging zien. Avontuur was gaaf en dat hoopte hij ook te beleven. Wilde dieren zien, natuur, natuurlijke meiden...
    Hij greep de band van zijn sporttas en legde die in het bagagerek boven zijn stoel. Het deurtje klemde een beetje toen hij probeerde om het dicht te doen, maar uiteindelijk kwam een steward hem helpen. De man klopte hem bemoedigend op de schouder, glimlachte, maar Søren was al gaan zitten en keek hem niet aan.
    Hij zette zijn rugleuning wat naar achteren, zodat hij comfortabeler zat en strekte zijn benen onder de stoel voor hem. Zijn ogen gleden even over de krantjes en tijdschriften in het vakje voor hem, maar hij zag dat er ook TV was. Hopelijk zou er een leuke film draaien.


    Zaldrizes buzdari iksos daor. Maester > Zaldrizes

    ‘Hé…jij,’ grijnsde Slade toen hij een jongen zag die hem wel bekend voor kwam, maar hij wiens naam hij nooit belangrijk genoeg had gevonden om te onthouden. Dat was blijkbaar wederzijds, al waren hun voorletters de jongen in elk geval niet ontschoten.
    ‘Wat we hier doen? Wat dacht je van een vliegtuig kapen? Wat zouden we hier anders moeten doen?’


    Every villain is a hero in his own mind.

    'Jullie muzieksmaak delen met de internationale reizigers,' antwoordde Esau.
    'Net zoals je het vroeger met het hele dorp deelde.'

    'Vroeger? Dat doen we nu nog steeds!' zei Dolly. 'Ik begrijp niet dat je weg bent gegaan!' Ze herinnerde zich Esau nog wel goed. Hij was één van de weinigen in Wierum die niet compleet gek van haar was geworden.


    If you want the rainbow, you gotta put up with the rain

    'FIjn om te horen dat jullie nog niet uitgedoofd zijn, dan, al leek mij dat ook niet toen ik jullie daarnet zag.'

    Dolly lachte kort. 'Wat heb jij gedaan in de tussentijd?' vroeg ze.


    If you want the rainbow, you gotta put up with the rain

    'Ik heb gestudeerd, gefeest en gedronken. Jullie hebben vast geen van allen gedaan in dat gat.'

    'Wauw, je lijkt wel helderziend,' zei Dolly op neutrale toon.


    If you want the rainbow, you gotta put up with the rain