NOG voordat hij de jongen in zijn armen had genomen, sloten zijn vingers met vlugge handelingen de knopen van zijn witte blouse. Zodra Percy op de achterbank geplaatst was, moest Maxwell zich inhouden om zijn lippen niet meer op de zijne te drukken. Zeker niet nu hij zijn ogen had gesloten, afwachtend op meer.
“Zit in de familie”, beantwoordde hij eens Percival achter zijn beroep was gekomen, om zichzelf af te leiden van de verleiding. “Mijn broer zit in het vak, mijn vader, mijn grootvader. De mannen in onze familielijn kennen niets anders.” Steevast met zijn blik op de inhoud van zijn dokterstas gevestigd, kwam zijn stem er enigszins rigide uit. Wanneer hij de benodigdheden eruit had gehaald, stak hij zijn eigen riedeltje tegen de interessante zeeman af, terwijl zijn bekwame handen hun werk deden.
“Ik ben niet echt… the settling kinda guy”, gaf hij zachtjes toe, waar de Elite—man op zijn beurt niets liever wilde dan op in te gaan door hem te vertellen dat het heus niet zo hoefde te verlopen. Alleen, hij wilde geen stick-in-the-mud zijn. En waar zijn mond praktisch gezien al openging, sloot hij deze weer bij een simpele gedachte: hijzelf was namelijk precies hetzelfde. Wanneer was zijn laatste, echte relatie geweest? In de kast leven zorgde niet bepaald voor een overvloedig liefdesleven. Zijn huwelijk met zijn ex-vrouw was een façade en de allereerste, als zowel allerlaatste keer, dat hij het bed had gedeeld met een man had hij een bijbeltekst uit Genesis in zijn hoofd opgedreund — omdat het alles behalve een fijne ervaring was geweest. Na die desbetreffende mislukking had hij de jongeman, wie drie jaar ouder dan hem was, nooit ofte nimmer meer gecontacteerd. Zelfs al scheen de ander de strijdbijl nog niet volledig begraven te hebben, daar hij meerdere malen uit het niets was opgedoemd. Maxwell had zich in plaats daarvan op zijn studie en werk gestort, waarbij hij de liefde volkomen had afgezworen. De blonde man schraapte zijn keel en zette zijn acties voort alsof hij zojuist niet aan zijn uitgespeelde liefdesleven had gedacht.
Eenmaal bij zijn knieën aangekomen, poogde Max het opkomende lachje in te houden toen Percival een licht gevloek liet horen. Desalniettemin kwam er een zacht gegniffel uitrollen, welke hij niet meer had kunnen controleren. Het was echter niet zoals gedacht werd, daar Maxwell hem absoluut niet om zulke dingen uit zou lachen. Er was alleen iets dat ongelooflijk aandoenlijk was geweest aan het feit dat Percy zijn volledige toneelspel uit het raam had gemieterd. Geen masker van zelfverzekerdheid, en de sensuele aantrekkingskracht bleef eveneens weg. Het was alsof hij hem in een totaal nieuw licht zag — en dat wat hij zag, beviel hem. Hij was authentiek, puur zelfs. Het was geen vertoning, en datgene zorgde voor een warm gevoel in zijn maag die niet te ontkennen viel. Wat vreemd aanvoelde, gezien het onrustige gekolk van bezorgdheid eveneens aanwezig was, waardoor hij langzaam maar zeker misselijk raakte en de gedachten zijn hoofd uit trachtte te keilen. Zijn gifgroene ogen waren een mosgroen geworden toen de jongeheer Asheton met zijn ijsblauwe kijkers erin durfde te turen.
Na het verpakken van zijn knieën slikte hij de opmerking over het ‘uitpakken van het cadeau’ in om hem in plaats daarvan moed in te praten. Zodra er echter een trieste glimlach op het mooie fysiek van de jongen kwam, berispte hij zichzelf op gedachten die zich openbaarde.
“Ja,” bracht hij uit, zo zacht dat hij zich afvroeg of de ander het wel kon verstaan. Zijn stem vond echter al snel wat kracht terug, waardoor hij hem met grote stelligheid aankeek. “You’re one of a kind, Percival.” Hoewel er een lichte, ongemakkelijke sfeer had gehangen, was het tevens het begin van een openhartige verbinding tussen de twee. Met een nerveus gekuch had hij z’n vingers door zijn haren gehaald, waardoor opnieuw diverse plukken willekeurige kanten omhoog staken. Bemoedigend maakte de jongeman wat meer zitplek vrij, om uitnodigend op de achterbank te kloppen.
Een onzekere glans gleed over zijn blauwe kijkers heen, niet wetende of het wel een verstandig plan was met iemand op eenzelfde bank te duiken na in zo’n hachelijke situatie te hebben gezeten. Echter, nadat Percy had verzekerd dat het niet nogmaals zou gebeuren, zette hij zich over de drempel heen.
“Hoe voel jij je?”, begon hij vervolgens, waar Max een geruststellende glimlach op liet zien. Normaliter gezien had hij zijn gesprekspartner gestopt om er zelf tussen te kunnen komen, maar bij hem had het een ander effect. Toekijkend hoe hij daar zat te stuntelen met zijn woorden, liet hem eindelijk eens geen amateur voelen. Daarbij was de getinte man met de minuut aandoenlijker geworden.
“Vergeven en vergeten,” bracht hij in, “let’s start with a fresh slate.” En dat antwoordde hij dan wel —maar als er één ding zeker was, was het wel dat hij de kus of de jongen nooit meer zou vergeten. Wat nogmaals bewezen werd toen de desbetreffende zijn ranke vingers door Golden Boy’s haren haalde. Maxwell hield zijn adem scherp in, voelde zijn hart in zijn keel kloppen bij het aangezicht van de excentriekeling. In de felle lichten van de club had hij eenieders blik weten te trekken met zijn flamboyante optreden, maar hier — in het duister van de auto — had hij iets magnetisch. Het was zelfs bijna sensueel te noemen hoe zijn smaragdgroene ogen de kracht hadden hem naakt te doen voelen, hoe zijn handelingen zowel behulpzaam als betoverend waren geweest. Op een dodelijke manier —waar een zwarte panter langzaam maar zeker dichterbij zijn prooi had geslopen.
Toch kon hij, zelfs nadat Percival klaar was, niet wegkijken. Een bleekrood had zijn wangen gekleurd toen hij tot de ontdekking was gekomen dat het een emotie bij hem had losgemaakt. Het bloed in zijn oren had gesuisd hierdoor, en haastig wendde hij zijn gezicht af. Niet in staat de woorden zo 1-2-3 te herinneren, bleef hij zwijgzaam. Het schaamrood op zijn kaken ebde langzaam maar zeker weg terwijl de tekst zijn hoofd instroomde. Hoewel er meer dan genoeg was dat hij hierop kon vermelden, liet zijn stem het afweten, waardoor hij eruitzag als een vis op het droge die naar adem poogde te happen.
Uiteindelijk sloot hij zijn mond opnieuw, om afwachtend toe te kijken hoe de man in kwestie zijn hand vastpakte. Percival had niet enkel de kracht gehad zijn adem te ontnemen, maar tevens al zijn woorden —hetgeen waar hij juist op bouwde. Met een kleine zucht friemelde hij dan ook aan de trouwring, waar meer dan genoeg chaotische herinneringen en emoties aan vast zaten. Het duurde even eer hij zijn boeltje bij elkaar wist te rapen, terwijl zijn blik op de ring was geplakt.
“Dat zou ik fijn vinden”, fluisterde hij na wat een eeuwigheid scheen, “Met wie anders dan de charismatische Piratenkapitein zou ik dit avontuur aangaan? Maar, als we dit gaan doen, dan heb ik één voorwaarde: we voeren het uit op de Asheton manier.” De betekenis daarvan mocht Percival zelf ondervinden. . . Nadat hij de ring had weggestoken, dwaalde zijn hand in een rechte lijn naar de wang van meneer toe, waar hij kort bleef liggen om vervolgens de droge tranen van zijn gezicht te vegen.
Zacht beet hij op zijn onderlip om Percival met een kleine glimlach gade te slaan. “Gun me 3 dates om te laten zien dat de liefde het waard is. Alleen 3 dates. Daarna hoef je me niet meer te zien, mocht je dat niet willen.” Zijn hand streelde naar Percival’s nek toe, waar die bleef liggen tot hij klaar was met praten. “And for what it’s worth: you’re a good kisser.” Plagerig knipoogde hij. Maxwell boog zich naar het gouden jasje toe, zodat hij deze lichtjes over Percival’s schouders heen kon draperen, daar hij alsnog half naakt was en hij het fris moest hebben in deze staat. Daarbij wilde hij stiekem niet dat anderen hem zo zagen.
“Ik haal je morgen op om acht uur.” In plaats van dat hij het vroeg, zette hij de afspraak al vast —zijn ogen in die van hem doorgedrongen. “Tenzij je tijd nodig hebt deze ontmoeting te laten zakken, dan haal ik je maandag op.” Een lichtelijke, speelse toon weefde zich door zijn serieuze voorstel, en zijn mondhoek krulde zich haast onwaarneembaar omhoog. “Nou, heb je nog andere plannen deze nacht? Anders breng ik je naar huis.”
|
Maxwell
Asheton
• • •
“In order to
SAVE MYSELF
I must
DESTROY FIRST
the me
I was told
to be.”
• • •
|