• Dit topic gebruiken we nog niet, alleen als de eerste niet meer kan.


    Never grow up, it's a trap.

    Rachel Green --> Bad Girl (leerlinge)

    'Wat doen jullie in hemelsnaam hie- Weet u, het kan mij niets meer-hoe zeggen jullie jongeren dat- boeien. Ik wil gewoon dat jullie verdwijnen uit mijn kantoor, mijn hemel! NU!' Schreeuwde de directrice die net binnenkwam. In gehoorzaamde en ging in de gang staan. Vanuit de gang vroeg ik "Beste mevrouw, wij komen ons inschrijven voor deze school. Ik ben Rachel K. Green en dit meisje is Gabrielle Red. Ik hoop dat u niet te boos bent?" Ik keek richting Gabriel, hopend dat ze begreep wat ik probeerde te bereiken. Ik keek terug naar de directrice, die hopelijk wat ging kalmeren.

    Sorry maar ik typ dit terwijl ik ben weggeglipt op mijn verjaardagsfeest naar het toilet xD

    Francisco Julián Sánchez
    Son of Hades | 17 | Sleepy | Concerned | Talking to Iphigeneia & Genoveva
    ''He wasn't Batman, but he also wasn't The Joker. He would save you, but he isn't a vigilante.''


    Kort rolde Francisco iets met zijn ogen toen hij een stem door de speakers van de school hoorde, die niet van de directrice waren. Tuurlijk kon hij tegen een grapje, hij deed het soms zelf ook wel, maar dit was gewoon iemand zwart maken en dat is zielig van de persoon die het doet. Ach, als er personen waren die zo zielig waren, liet hij ze altijd maar. Ze konden maar de pot op als ze hem ooit om hulp vroegen, vond hij. Eenmaal Francisco zijn kluisje open had, zijn lesboek had gepakt voor de komende twee uren en deze in zijn rugzak had gedaan, deed hij zijn kluisje weer dicht. Vaak nam hij niet eens boeken mee naar de les, gezien hij wel luisterde en het allemaal onthield, maar aangezien hij de eerste twee lessen al had gemist, vond hij het verstandig om ze mee te nemen. De uren waarin hij zou moeten nakomen, deze school en docenten kennende, maakten hem ook vrij weinig uit. Dan deed hij tenminste eens iets aan zijn 'huiswerk'.
    Zodra hij zijn mobiel in zijn broekzak voelde trillen, ging zijn hand naar de broekzak waarin de Samsung Galaxy S6 Edge zat met natuurlijk de nodige scheuren in het beeldscherm. Hij voerde de code in en bekeek het bericht dat hij zojuist had gekregen van Iphigeneia. ''Oh shit,'' mompelde hij zacht in zichzelf. Hij wist dat zijn zus beschermend was over hem, maar eigenlijk nog veel meer over Iphigeneia, waarvan Genoveva altijd zei dat ze als een zus voelde. Wat betekende dat Francisco nog problemen zou krijgen met zijn tweelingzus. Toch verscheen er een lichte grijns rondom zijn lippen. De neiging om een bericht terug te sturen was groot. Iets in de trans van: 'Onthoud voor mijn begravenis, alles moet zwart, echt alles. Geen koffie, maar bier.'
    Toch besloot hij dit niet te doen, zijn mobiel op slaapstand te zetten en weer in zijn broekzak te doen. Beter zocht hij zijn zus eventjes op, sinds hij haar sinds gisterochtend niet meer had gezien. Beiden waren hun laatste vrije dag bezig geweest en hij wilde om eerlijk te zijn zijn zus weer eventjes zien en hierdoor liep hij naar buiten. De school was nogal frisjes en hij wist dat zijn zus dit haatte en hoogstwaarschijnlijk buiten zou zijn. Hopelijk ging ze niet al te boos op Francisco worden, het beste zou zijn van helemaal niet.
    Eenmaal in de deurpost zag hij een zwartharige dame staan, in de armen van een witblonde dame. Dit liet hem kort eventjes slikken en een vlaag van onbezorgdheid kwam over bij hem. Zijn pas versnelde ietsjes en toen hij eenmaal bij het tweetal aankwam kon hij nog net wat woorden opvangen van Iphigeneia. ''We zijn er áltijd voor elkaar, beloofd? Pinky promise?'' Na deze worden keek hij toe hoe Iphigeneia zich omdraaide en een arm om de schouders van zijn zus liet. De blik in de ogen van Genoveva liet Francisco's hart gewoon breken. Betraande, bruine ogen die naar de grond keken. Hij wist niet wat er precies aan de hand was, maar als een of andere klootzak of bitch hiervoor had gezorgd, kon diegene beter beginnen met plannen van hun begrafenis. Francisco had doorgehad dat ze de hele zomervakantie amper had geslapen en zichzelf had uitgeput, wat hem zorgen baarde, maar zijn zus vertelde altijd dat alles oké was. Haar kennende liet hij het dan kort rusten, niet willende dat er een ruzie zou komen.
    ''Hey Franky, wat kom jij hier doen?'' De stem van Iphigeneia liet Francisco opkijken vanuit zijn gedachten en hij merkte de lichte grijns van haar op. ''Ik wilde eventjes kijken hoe het met mijn zus ging,'' gaf hij toe. ''dus..wie moet ik iets aan doen?'' Zijn blik viel wederom op de arm die rondom zijn zus lag en hij stuurde een dankbare glimlach richting Iphigeneia. ''Dus Ivy, wat vond je van het ontbijt?'' vroeg Francisco en zijn glimlach veranderde in een grijns, voordat hij Genoveva een kus op haar voorhoofd gaf. ''Alles komt goed, Vevy, dat beloof ik je.'' fluisterde hij zachtjes in haar oor, voordat hij een stap naar achter zette en een veelbetekenende grijns naar de witblonde dame stuurde.


    [ bericht aangepast op 17 juli 2016 - 23:27 ]


    kip is lekker daarom heet ik drumstick

    LEVI ACKERMAN
    × Teacher × Swordsman × Shingeki no Kyojin ×



    × Alias: Humanity's Strongest Soldier, Mr. Sixpack
    × Abilitiy: Power Negation
    × Mood: Annoyed
    × Mentions: Rumplestiltskin

          Ik slinger mijn bruinleren aktetas over mijn schouder en stop de sleutel van mijn appartement in mijn broekzak. Nadat ik nog eens om me heen heb gekeken, om er zeker van te zijn dat niemand zomaar naar mij toe komt stormen, begeef ik me terug naar het school gebouw op een rustig tempo. Als ik door zou lopen, zou ik er nog geen vijf minuten over doen. Als ik mijn 3d manoevre gear zou gebruiken, zou ik er misschien zelfs in twee minuten zijn. Maar het zou zonde zijn nu brandstof aan het tripje te verspillen en haast heb ik toch niet. Het is fijn om even een aantal minuten geen gezeur aan mijn kop te hebben. Na een ochtend én middag als vandaag ben ik daar echt even aan toe. Ik stap het felle zonlicht in en geniet van de serene stilte om me heen. In de verte klinkt enkel het gefluit van vogels en ik meen zo nu en dan eens een voertuig voorbij te horen rijden. Het scheelt dat mij appartement in een zijstraatje zit, waar dus niet veel verkeer langs komt. Ik heb het niet zo op voorbij racende auto's en luidruchtige motoren. Geef mij maar gewoon een paard. Dat ben ik immers gewend. Helaas heb ik geen paard tot mijn beschikking op deze school, dus ben ik gedoemd tot het blijven op dit terrein.
          Het is algauw gedaan met de rust, wanneer ik het schoolplein op stap. Niet dat het druk is op het plein, in tegendeel. De meesten zitten binnen, vermoedelijk in de les. Of in de aula, als de directrice nog bezig is met haar toespraak. Enerzijds is het jammer dat ik die heb gemist. Ze spreekt de leerlingen namelijk niet zomaar aan. Anderzijds hoor ik het vanzelf wel als het echt zo belangrijk was. Wat kan ik er nu aan doen dat ik mijn spullen op moet halen? Zonder mijn gear kan ik lastig les geven. Tenminste, het kan wel, maar dit is nu eenmaal een stuk praktischer. Maar goed, terug naar de reden waarom het gauw gedaan was met mijn rust. Nog voordat ik het plein over heb gestoken, zie ik iemand vanuit mijn ooghoeken voorbij lopen. De man komt me bekend voor. Hij stond met de twee meiden te praten toen meneer de kettingroker mijn tijd aan het verdoen was. Nu is zijn verschijning niet echt een reden voor paniek, maar het bloed op zijn kleding wel. Ik voel me geroepen om de man tenminste te vragen hoe hij dat voor elkaar heeft gekregen. Rustig loop ik op hem af. Mijn houding is redelijk ontspannen, mijn blik is nog altijd even onleesbaar. Wanneer ik hem heb bereikt, kom ik direct ter zake.
          'Hoe kom je aan het bloed op je kleding?'
    Ik laat mijn armen rustig langs mijn lichaam hangen. Mijn blik is strak op de man gericht. Ik verlies hem geen moment uit het oog, gezien ik het bloed nu niet bepaald een geruststellend iets vindt. Desondanks geef ik hem niet de indruk dat ik bang ben, gewoonweg omdat ik het niet ben. Een titan is veel angstaanjagender dan deze man.




    [Excuses als ik dingen mis, maar ik heb niet de tijd gehad alles uitgebreid terug te lezen]

    [ bericht aangepast op 18 juli 2016 - 0:19 ]


    "A good book is always good, no matter how many times you've read it."

    Rumplestiltskin
    Een man kwam naar me toe, ik probeerde me te herinneren wie hij was, maar volgens mij had ik hem nog nooit eerder gezien, oke misschien een keer maar we hadden elkaar nooit voorgesteld maar dat hoefde voor mij ook niet, ik keek hem vragend aan, geen idee waarom hij naar me toe zou komen. 'Hoe kom je aan het bloed op e kleding?' de man zag er nogal kalm uit, zijn armen hingen rustig langs zijn lichaam en zijn blik was strak op mij gericht, ik deed alsof ik niet wist waar hij het over had, nou ja ik wist het ook pas toen ik naar mijn kleding keek en inderdaad bloed zag, met mijn magie was het bloed weg en wat ongemakkelijk keek ik de man aan. 'Niks bijzonders, ik was een konijn aan het villen en had helemaal niet gezien dat er bloed op mijn kleding zat.' loog ik, ik hoopte dat hij mij zou geloven anders moest ik een ander leugentje verzinnen, nee dan moest ik zijn hart eruit trekken niet dat ik dat heel erg vond ik kon nog wel een slaafje gebruiken. Een grijns verscheen op mijn gezicht, aan de gedachte dat ik eigenlijk gewoon iedereen hier tot mijn slaaf zou kunnen maken, maar natuurlijk zouden er altijd wel mensen zijn die dat zouden tegen houden.

    Eärlindë Séregon Greenleaf
    Ik zat nog steeds tegen het muurtje aan wat verveelt voor me uit te staren, mijn vingers plukte aan mijn bloesje en een diepe zucht ontsnapte uit mijn mond, ik keek naar een man met bloed op zijn kleding wat ik nogal raar vond maar er verder geen aandacht aan schonk omdat Levi er al heen ging en iets aan hem vroeg, hij zag er nogal kalm uit ondanks hij toch bij een van de gevaarlijkste personen stond. Ik glimlachte mannen die niet bang waren voor bepaalde mensen daar hield ik wel van, mijn blik ging weer over het plein en mijn ogen bleven hangen bij een jongen, hij zag er best wel leuk uit ik stond op en bleef hem aanstaren, ik had hem vaker gezien en ook al een keer zijn naam gehoord, hoe heette hij toch ook al weer? John? Jos? Jeremiah? toen had ik het. 'Jeremy.' fluisterde ik zachtjes, hij heette Jeremy.

    Draco Malfoy
    Ik had niet meer gereageerd op het laatste berichtje van Ivy, vraag me niet waarom ik wist niks meer te antwoorden ik liep naar de school waar ze haar lessen had in de hoop dat ik haar gauw zou vinden, maar er waren hier zoveel, veel knappe meiden maar ook gewoon jongens die me even met een wantrouwende blik aankeken toen ik even naar hun vriendin staarde algauw keek ik weg en keek ik nog een keer rond over het plein. 'Waar zou ze zijn?' zei ik zachtjes tegen niemand in het speciaal, Vale was ook ineens weg en had ik al een tijd niet meer gezien. Ik besloot dan toch maar om Ivy een berichtje te sturen en pakte daarom mijn mobiel.
    Ivy, waar ben je? ik sta bij jou op school? schreef ik en ik verstuurde het berichtje, doelloos liep ik rond in de hoop Ivy tegen te komen.

    LEVI ACKERMAN
    × Teacher × Swordsman × Shingeki no Kyojin ×



    × Alias: Humanity's Strongest Soldier, Mr. Sixpack
    × Abilitiy: Power Negation
    × Mood: Growing Suspicious
    × Mentions: Rumplestiltskin

          Eerst krijg ik een vragende blik toegeworpen. Ik krijg de indruk dat hij doet alsof hij van niets weet. Alsof hij onschuldig is. Of is het hem echt niet opgevallen? Het lijkt me sterk. Het volgende moment lijkt het bloed uit het niets op te lossen, tot zijn kleding weer helemaal schoon is. Goh, dat is nog eens een handige kracht. De man, wiens naam ik nog altijd niet weet, werpt me een ongemakkelijke blik toe.
          'Niks bijzonders, ik was een konijn aan het villen en had helemaal niet gezien dat er bloed op mijn kleding zat.'
    Wat een raar verhaal. Wie vilt er nu een konijn midden op de dag? En dan ook nog eens tijdens school? Deze verklaring roept nog veel meer vragen bij me op, maar mijn houding blijft neutraal. Ik observeer zijn houding, zijn gezichtsuitdrukking en met name zijn ogen, die naar mijn idee de hele tijd al een soort ondeugende twinkeling hebben. Iets dat me aan Jo doet denken. Opeens begint te man te grijzen. Het is het laatste beetje dat ik nodig heb om volledig aan zijn verklaring te twijfelen. Zijn grijns heeft wel iets angstaanjagends. Niet dat ik er bang van wordt, maar ik ben wel degelijk op mijn hoede.
          'Tijdens schooltijd een konijn villen; ik heb vandaag wel aannemelijker verhalen gehoord.'
    Mijn ogen blijven op de man gericht, nieuwsgierig naar zijn volgende stap. Mijn armen hangen nog steeds ontspannen langs mijn zij. Het kost me immers een fractie van een seconde om vanaf daar mijn zwaarden te trekken, mocht het nodig zijn. Ik vertrouw het niet, bloed en smoesjes. Ik vertrouw het nog minder dan de gemiddelde leerling in mijn klas en om een indicatie te geven van hoeveel ik hen vertrouw; ik zou ze nog niet eens alleen in mijn lokaal achterlaten. Dat geeft waarschijnlijk wel een redelijk beeld van hoe wantrouwig ik nu tegenover deze man ben. Niet dat ik dat laat merken. Zoiets brengt alleen maar problemen. Nee, ik blijf er relaxt bij staan, terwijl ik hem in de ogen kijk. Uit mijn houding is amper iets op te maken.



    "A good book is always good, no matter how many times you've read it."

    Rumplestiltskin
    Zijn houding bleef neutraal. Ik wist niet wat ik van deze man moest vinden, zijn houding tegenover mij, hoe hij me observeerde, wie was deze man? toch merkte ik uit eindelijk een kleine verandering het was klein, voor een normaal iemand misschien niet te zien maar hij leek nu meer op zijn hoede? moest ik dat nu ook zijn? was deze man ook gevaarlijk? maar dan op een ander manier? zachtjes schudde ik mijn hoofd, nu viel mij pas de zwaarden op ik grinnikte even hij had duidelijk iets om zich te verdedigen maar helaas voor hem is er maar een dolk dat mij tegen zou kunnen houden, mij blijvende schade zou kunnen toe brengen en mezelf zou kunnen doden als je het recht in mijn hart stak. Ik keek de man aan, nog steeds was hij wel op zijn hoede maar verder bleef hij kalm
    'Tijdens schooltijd een konijn villen; ik heb vandaag wel aannemelijker verhalen gehoord.' ik lachte, een krankzinnige lach dat altijd hoorde ik door merg en been ging, dat galmde door hele zalen en wel eens mensen deed beven van angst omdat ze wisten dat ik dan in de buurt was. Zijn ogen die op mij gericht bleven maakte me toch iets zenuwachtiger, was deze man niet bang voor mij? zijn armen hingen nog steeds ontspannen langs zijn zij, wist hij wel wie ik was? vroeg ik me af, waarschijnlijk niet, hij komt zeker niet uit mijn wereld. Hij bleef me aankijken, deze keer kon ik echt niks uit zijn houding opmaken.
    'Laten we eens zien of je nu nog steeds zo ontspannen, kalm en dapper bent.' siste ik en met een onverwachte ruk trok ik zijn hart uit zijn borstkast en keek ik met interesse naar zijn hart dat nog vol zat met licht, anders dan mijn zwarte hart. Was het verstandig om dat hier te doen? Nee, maar als er mensen waren die zich er mee zouden bemoeien dan zou hun hetzelfde lot wachten. Ik grijnsde. 'Wat een mooie hart, beter dan mijn pik zwarte hart.' ik grijnsde, en kneep even in zijn hart zodat hij pijn zou voelen.

    [ bericht aangepast op 18 juli 2016 - 0:59 ]

    LEVI ACKERMAN
    × Teacher × Swordsman × Shingeki no Kyojin ×
    Contains spoilers from the anime



    × Alias: Humanity's Strongest Soldier, Mr. Sixpack
    × Abilitiy: Power Negation
    × Mood: Confused
    × Mentions: Rumplestiltskin

          De man observeert mij ook, dat was een ding waar ik zeker van ben. De manier waarop hij me bekijkt.. Hij schudt zijn hoofd kort en begint te grinniken. Vreemd. Heel vreemd. Na mijn woorden begint hij te lachen. Het is niet zomaar een lach, nee. Het is een lach die door merg en been gaat. Het is een lach die je kippenvel bezorgt. Het is een lach die ik herken van de keer toen Annie geconfronteerd werd met het feit dat ze een Titan is. Dit is het moment waarop ik een stap achteruit zet en mijn zwaarden trek. Ik blijf hem strak aankijken, zonder enige angst. Mijn houding verandert verder weinig. Nog steeds sta ik er redelijk ontspannen bij. Het is alleen nu overduidelijk dat ik de man wantrouw en op mijn hoede ben.
          'Laten we eens zien of je nu nog steeds zo ontspannen, kalm en dapper bent.'
    Het volgende moment haalt hij naar me uit. Ik kruis mijn zwaarden voor me, om de hand te blokkeren. Het haalt enkel weinig uit. Het lijkt erop dat mijn zwaarden hem niets, maar dan ook echt helemaal niets doen. Het is vreemd, heel vreemd. Maar wat er daarna gebeurt, is nog vele malen erger. Hij grijpt in mijn borst en trekt er vervolgens een hart uit. Mijn hart. Hoe het mogelijk is dat hij dit doet zonder dat ik dood neerval, is me een raadsel. Maar ik heb het nu iets te druk met andere dingen om daar over na te denken. De man begint weer te grijzen.
          'Wat een mooie hart, beter dan mijn pik zwarte hart.'
    Als mijn hart al zo "mooi" is vergeleken met het zijne, dan vraag ik me oprecht af wat hij allemaal wel niet op zijn geweten heeft. Nu is het stelen van iemands hart ook niet bepaald onschuldig. De man spant zijn vingers aan en ik voel een pijnscheut door mijn lichaam schieten. Ik klem mijn kiezen op elkaar en onderdruk de pijn. Ik ben immers wel wat gewend. Ik blijf hem strak aankijken. Misschien is het niet verstandig zo "ontspannen, kalm en dapper" te blijven staan, maar vluchten haalt minstens net zo weinig uit. Ik ben het zat dat de mensen hier controle over me proberen te krijgen. Ze zullen niet winnen. Ik ga niet ten onder zonder te vechten.



    "A good book is always good, no matter how many times you've read it."

    Alexandra Prince|| Directrice



    Ik zuchtte. Het was ook niet helemaal
    eerlijk om het af te reageren op die jonge meisjes. Zo was ik niet opgevoed. Ik keek naar het ene meisje die zei dat ze Rachel K. Green heet. Ze zag eruit als een jaar of achttien, negentien. Het andere meisje zag eruit als vijftien. Ik krabbelde voor het meisje dat Gabrielle heette gehaast een lesrooster. Ik stelde haar nog een paar vragen over wat voor een activiteiten ze wou doen en uit welke wereld ze kwam. Ze hadden al een paar lessen gemist, maar dat geeft niet. Ik geef het aan haar. 'U krijgt morgen een agenda waar alles getypt instaat.'
    Ik doe hetzelfde bij het andere meisje en zeg nog: 'Vanavond krijgen jullie te horen wie er op jullie kamer slapen, en waar. Er mogen geen mannen in een vrouwenkamer, andersom mag ook niet. Ik bedoel, mannen mogen wel op de kamer komen als ze toestemming hebben, maar niet blijven slapen.
    En als u mij wilt excuseren; ik ga even naar buiten voor wat frisse lucht.'
    Ik wacht niet op hun antwoord af en loop naar de deur, naar buiten.
    Als ik buiten op de campus ben, kijk ik statig om me heen. Ik ben best trots dat ik dit allemaal geschapen heb. Ik zie meneer Gold en meneer Ackerman staan. Zo te zien hebben ze ruzie.
    Ik loop ernaar toe, en het valt op dat meneer Rumplestiltskin bloed op zijn kleren heeft. Meneer Ackerman heeft zijn zwaard getrokken.
    Dan gaat mijn blik naar meneer Golds hand. Er zit een rood hart in. Ik schrik.
    'Heren,' zeg ik in paniek. 'Waar zijn jullie mee bezig? Jullie moeten het goede voorbeeld geven!'


    Never grow up, it's a trap.

    [ bericht aangepast op 18 juli 2016 - 11:48 ]


    Never grow up, it's a trap.

    Cat



    'Iemand, help me!' roep ik. 'Help!'
    Ik besef dat het geen zin heeft. Niemand zal me horen. Jo is nog steeds bewusteloos, of dood, dat kan ik niet zien. Ik leg mijn hand op de plek waar haar hart is. Wat gek, ik hoor niks. Ik huiver; zou ze echt dood zijn? Maar ik zie haar ademen. Hoe kan dat dan? Dan besef ik plotseling iets. Ik heb ooit in een boek gelezen dat er een spreuk. Bestaat waarmee iemands hart kan stelen. Maar dan moet er wel zeer duistere magie aan te pas komen. Wie zou dat kunnen doen?
    Dan besef ik het. Dat moet haar vader zijn geweest, de Dark One. Ik ren het huis uit, ik moet hulp halen!

    Ik zie de Dark One staan, samen met meneer Sixpack en de Directrice. Ik hijg lichtjes als ik aankom. Ik zie dat Rumplestiltskin een hart in zijn hand houdt. De directrice ziet er boos uit. Meneer Sixpack heeft zijn zwaard getrokken. Ik kijk verbaasd om me heen; wat is hier aan de hand? Ik vraag het niet, want er is geen tijd.
    'Jij,' zeg ik met een (van woede) trillende stem. Ik kijk naar Rumple en wijs op hem. 'Jij hebt Jo dat aangedaan! Vertel het ze.' Ik wend me even tot de andere mensen.
    'Vertel ze wat je haar hebt aangedaan!'


    Never grow up, it's a trap.

    Dominique Annabelle Smith
    opening song


    MY HEART IS A GHOST TOWN
    Ik merk iets, Jo. Ik loop zo door een deur en kom uit bij de kamer van Jo. Niemand kan me zien, ik loop op Jo
    af en streel haar wang. 'Dit komt goed, ik beloof het je.' Ik zie Rumple staan, mijn boosheid over rommelt me.
    Mijn hart kan hij niet afpakken, ik heb er geen. Die is allang stervende. Ik loop op Rumple af en maak me voor hem zichtbaar.
    'Ik heb alles zelf gezien, gehoord, Rumple.' Boos duw ik hem. 'Jij hebt haar hart gestolen met een spreuk. Je er in geknepen, of
    niet?' Ik kijk hem schuin en en mijn ogen staan op vuur. 'Jij... jij.. waarom?' Ik ga Jo haar geheim niet verklappen. 'Deel het toch
    heerlijk met ons, alsjeblieft! WAAROM JO!' Ik ga voor hem staan en kijk zin zijn beide ogen. 'Vertel me, waarom.' Fluister ik
    en ik heb geen keuze dan hem blijven aan staren. Mijn woede dooft een beetje en maakt plaats voor licht schuld gevoel.
    Ik hem mezelf duidelijk gemaakt, ik heb me laten zien en zo meteen komt mijn gevangen schap aan de orde. Het enige wat ik
    wil is dat Jo leeft.


    Fate whispers to the wolf: 'You cannot whithstand the storm' and the wolf whispers back, 'I am the storm.'

    Rumplestiltskin
    Ik merkte dat hij pijn had, erge pijn hij klemde zijn kiezen op elkaar en probeerde de pijn te onderdrukken. 'Ach heb je pijn? kan ik je helpen?' zei ik sarcastisch en ik lachte. Hij bleef me strak aan kijken iets wat ik me aan irriteer waarom geef hij het gewoon niet op? ik ben hier de sterkste dat is toch wel duidelijk, ik werd opgeschrikt uit mijn gedachtes toen ik de stem van de directrice hoorde. 'Heren,' zei ze ik hoorde paniek door haar stem. 'Waar zijn jullie mee bezig? Jullie moeten het goede voorbeeld geven!' Ik keek de directrice aan, vriendelijk alsof er niks ernstigs aan de hand was, het hart had ik nog steeds vast maar als ze er naar zou vragen had ik wel een leugen om tegen haar te vertellen, niet dat dat een heel slim idee was, ze is ten slotte wel de directrice en zou me zo kunnen ontslaan, als dat gebeurt of als ze zich er verder mee gaat bemoeien ben ik genoodzaakt om ook haar hart eruit te trekken. Een grijns verscheen weer met de gedachtes dat ik dan ook de macht over de school zou hebben, mijn grijns verdween en ik keek ernstig. 'Het spijt me mevrouw, ik was bezig met een magisch experiment en had een hart getoverd die levensecht leek, hij had dat gezien en dacht dat ik iemand vermoord had.' Ik keek de man even aan, en daarna weer gelijk naar de directrice. 'Hier wilde hij me confronteren maar ik zei dat het een misverstand is en dat het gewoon een magisch experiment was.' weer keek ik naar de man. 'Ik neem aan dat jij er nu ook wel van overtuigt bent dat het een misverstand is?' zei ik tegen hem, nu ik zijn hart had moest hij doen wat ik zei en dus ook mee instemmen dat het een misverstand was.
    'Jj!' hoorde ik eens een trillende woedende stem zeggen, een meisje komt voor me staan en wijst naar mij. 'Jij hebt Jo dat aangedaan! Vertel het ze.' Ze wende zich naar de andere mensen. 'Vertel ze wat je haar hebt aangedaan.' voordat ik kon antwoorden verscheen er ineens nog iemand voor mijn neus, ik schrok er niet echt van en bleef kalm kijken, echt serieus denken ze dat ik hier tijd voor heb, de hart van de leraar toverde ik weg veilig in een kistje op een moeilijk vindbare plek, niet in de school, niet in mijn huis. snel voordat die ene meisje die net verscheen iets kon uithalen toverde ik de stem van die katmeisje weg zodat zei in ieder geval haar mond hield.
    'Ik heb alles zelf gezien, gehoord, Rumple.' Boos duwde ze me weg. 'Jij hebt haar hart gestolen met een spreuk. Je er in geknepen, of niet?' ze keek me schuin aan. 'Jij...jij?' waarom? ik keek haar kalm aan. 'Deel het toch heerlijk met ons, alsjeblieft! WAAROM JO!' ze ging voor me staan en keek me aan. ''Vertel me, waarom.' fluisterde ze.
    'Ten eerste als je denkt dat Jo dood is, dan heb je het mis, haar hart is nog heel dus ze leeft.' ik grinnikte even. 'Ze is alleen ernstig gewond dat ze een tijdje bewusteloos is.' ik grijnsde, ik vertelde ze maar alles nu waren ze toch met veel en ik kon toch van alles doen om te zorgen dat ze me niet zouden haten of me zouden ontslaan, ik kon hun geheugen wissen en van iedereen behalve dit meisje kon ik hun harten stelen. Ik grijnsde en keek de groepje rond die bij me stond. 'Jo is mijn dochter, mijn naam is Rumplestiltskin de meest gevreesde, gevaarlijkste man in mijn wereld, die vele moorden op zijn naam heeft staan.' ik lachte. Nu was ik benieuwd naar hun reactie dus besloot ik om nog niks te doen,

    [ bericht aangepast op 18 juli 2016 - 12:10 ]

    ....
    .

    [ bericht aangepast op 18 juli 2016 - 12:10 ]

    LEVI ACKERMAN
    × Teacher × Swordsman × Shingeki no Kyojin ×



    × Alias: Humanity's Strongest Soldier, Mr. Sixpack
    × Abilitiy: Power Negation
    × Mood: Angry
    × Mentions: Rumplestiltskin, Ms. Prince & Cat

          'Ach heb je pijn? kan ik je helpen?'
    Ik blijf hem in de ogen kijken en grijns licht.
          'Ik kan wel wat hebben.'
    Ik blijf het gevoel onderdrukken. Pijn heb ik toch wel, maar ik heb zelf te keuze te lijden of niet. En ik kies ervoor niet te lijden. De pijn stopt opeens wanneer een vrouw begint te praten.
          'Heren, waar zijn jullie mee bezig? Jullie moeten het goede voorbeeld geven!'
    Ik herken de stem van de directrice. Het klinkt alsof ze in paniek is. Iets dat ik kan begrijpen, want de man tegenover me heeft wel mooi een hart in zijn hand. Hij glimlacht even naar de vrouw, walgelijk. Wat een hielenlikker. Ik hou mijn ogen op hem gericht. Mijn zwaarden laat ik niet zakken. Ik ben immers niet gek. Mocht hij hetzelfde uit willen halen bij de directrice, dan zal ik koste wat kost haar proberen te redden. Als de man deze controle krijgt over het hoofd van de school..
          'Het spijt me mevrouw, ik was bezig met een magisch experiment en had een hart getoverd die levensecht leek, hij had dat gezien en dacht dat ik iemand vermoord had.'
    Hij werpt een blik naar mij en ik ontmoet zijn blik. Mijn ogen staan nog altijd zoals ze altijd staan; onleesbaar. Laat hem maar raden wat ik denk. Hij mag met meer komen als hij mij klein wilt krijgen.
          'Hier wilde hij me confronteren maar ik zei dat het een misverstand is en dat het gewoon een magisch experiment was.'
    Ik mag hopen dat ze deze onzin niet gelooft. De ogen van de man zijn opnieuw op mij gericht.
          'Ik neem aan dat jij er nu ook wel van overtuigt bent dat het een misverstand is?'
    Hij mag het dan wel vragen, maar ik heb het gevoel alsof me een bevel op wordt gelegd. Bijna trek ik mijn mond open om met hem in te stemmen. Bijna, maar ik vecht ertegen. Nooit zal ik met hem instemmen. Met enige moeite klem ik mijn kaken op elkaar. Ik blijf hem in de ogen kijken, waarna ik langzaam mijn hoofd schudt. Het lukt me niet hem tegen te spreken. Deze kleine hoofdbeweging is het enige dat ik er tegenin weet te brengen. Ik hoop dat het genoeg is.
          Cat komt vervolgens naar ons toe rennen.
          'Jij.'
    Ze klinkt woest. En zelfs dat is nog een understatement.
          'Jij hebt Jo dat aangedaan! Vertel het ze.'
    Jo? Wat? Dan herinner ik me het bloed. Wat een walgelijke gast is dit! Hij heeft toch niet een leerling vermoord? Als dat zo is.. Deze man moet koste wat kost verslagen worden. Het is iets waar ik hoogstpersoonlijk voor zal zorgen, als sat nodig is.
          'Vertel ze wat je haar hebt aangedaan!'
    Ik wacht af. Wat voor leugen zal hij nu op gaan hangen? Het volgende moment is mijn hart verdwenen. Het maakt me kwader dan ik al ben. En toch enigszins bang, maar dat zou ik nooit toegeven. De man gaat in discussie met Cat, die opeens niets meer zegt, en iemand anders. Uiteindelijk komt er een verhaal boven drijven.
          'Je bent ziek,' zeg ik, terwijl ik mijn best doe de kalmte te bewaren. Heb geduld Levi, mijn wraak komt nog wel. Deze man gaat ten onder. Het zal gebeuren. Het moet gebeuren.


    [ bericht aangepast op 18 juli 2016 - 12:31 ]


    "A good book is always good, no matter how many times you've read it."

    Dominique Annabelle Smith
    opening song


    MY HEART IS A GHOST TOWN
    Aangezien mij het niet veel kon schelen dat hij een moordenaar was, las ik hem gewoon. Ik kon zo al zijn geheimen lezen, want ik wist nou eenmaal alles over iedereen. 'Waar ligt het Rumple, waar ligt je grootste geheim verborgen. Waar heb je Jo haar hart verborgen, lieverd.' Ik zette mijn hypnotiserende ogen op, wat bij iedereen werkte. Ik glimlachte. 'Waar... is... HET!' Ik kon zijn hart ook pakken, maar ik durfde het niet. Ik had lichte medelijden en zette mijn hypnotiserende ogen af. 'Je haat haar hé, je haat je eigen dochter. In 1 ding lijk je op haar. Je houd van slecht zijn, zoals Jo, je houd van mensen kleineren, zoals Jo. Jij haat haar, zei haat jou.' Ik ging voor hem staan, 'het is jou kind, ze is gewoon jou!' Ik lachte, hard, ik keek Rumple aan alsof een moordenaar niets was. 'Je zou je moeten schamen...'

    [ bericht aangepast op 18 juli 2016 - 15:02 ]


    Fate whispers to the wolf: 'You cannot whithstand the storm' and the wolf whispers back, 'I am the storm.'