• Je kan nog altijd meedoen! Geef je op en doe mee!
    Het rollentopic




    100 jaar na de val van He Who Must Not Be Named, is de wereld weer in oorlog. Er zijn twee verschillende clans opgericht, die beiden streven om hun eigen doelen te evenaren.


    Axis en Anguis. Mensen noemen ze de 'goede' en 'slechte' clan.

    Wizards die afstammen van de Deatheathers hebben Anguis opgericht en vele volgelingen opgetrommeld. Ze houden zich schuil in het oude huis van the Malfoys, die in deze tijd niet meer bestaan. Door het huis te gebruiken als hun schuilplaats, laten ze zien dat the Malfoys vroeger trouwe dienaren waren. De clan bestaat uit honderden leden en heeft nog geen leider. Hierover maakt iedereen ruzie, wie moet hun aanvoeren? Er zijn verschillende kandidaten die zichzelf moeten bewijzen tegenover de rest van de clan.

    Axis is het tegenovergestelde. De leden van deze clan stammen af van vroege leden van The Order of the Phoenix. Ze streven naar het goede en proberen de andere clan 'uit te roeien'. Ze beseffen echter één ding niet... Ze zijn zelf ook verantwoordelijk voor de oorlog. De strijd tussen goed en kwaad blijft altijd bestaan, maar het houdt de oorlog ook stand. Hoe gaat Axis ervoor zorgen dat ze de overhand krijgen en Anguis kunnen overheersen?

    Hogwarts blijft doorgaan. Lessen worden gegeven, Houses zijn in strijd met elkaar en de de Quidditch Cup moet heroverd worden. Echter heeft elke leerling een achtergrond. Ze zijn geboren in een clan. Opgevoed met tradities uit hun familie en ideaalbeelden van hun clan.
    Natuurlijk zijn er ook jongeren die het hier niet mee eens zijn. Waarom moeten deze twee clans in gevecht met elkaar zijn? Waarom kunnen ze niet in vrede met elkaar leven?
    Daarom besluit een groepje van verschillende afdelingen een derde clan op te richten...

    Hoe gaat dit aflopen? Dat is aan jullie.



    Ravenclaw:
    - Rena Calanthe Thompson | Chaser (aanvoerder) | Axis - Huoriel
    - Jason 'Jace' Sebastian DiLaurentis | Bonacieux
    - Chase Alexander Holt | Axis | WillNotLearn
    -
    -


    Slytherin: Op het moment mag je geen Slytherin meer aanvragen, totdat er bij elke andere House 2 personen zitten.
    - Lacey Elyssa Blackbourne | Anguis - Requille
    - Lucy Rosean Delacroix | Seeker (aanvoerder) | Anguis - Macabre
    - Georgia Yare Rae Roux | Anguis - Lizor
    - Alan Christopher Martinez | Axis - Huoriel
    - Draven Malum | Keeper | Anguis - WillNotLearn

    Hufflepuff:
    - Caine Sainsford| Keeper | Anguis - Requille
    - Evelyn 'Eve' Cathy McAllister | Anguis - Macabre
    - Sean Emanuel Hastings | Anguis - Lizor
    -
    -

    Gryffindor:
    - Caleigh Ohndreya McBryar | Chaser (aanvoerder) | Axis - Glucio
    - Isiz “Izzy” Laine Fairchild | Axis - Jemima
    -
    -
    -

    Volwassenen:

    Anguis:
    -
    -
    -
    -
    -


    Axis:
    -
    -
    -
    -
    -


    School Crew:

    Schoolhoofd: Marina Barlow | Axis - Huoriel
    Assistent schoolhoofd:

    Leraren:
    -
    -
    -
    -
    -


    Wij hebben een aantal regels en we verwachten dat je je hier aan zult houden:
    * Jou personage heeft in geen enkel geval een relatie tot een bekend HP personage. Geen Dwayne Dumbledore of Sam Weasley.
    * 16+ mag, maar houdt het wel realistisch
    * Niet Godmodden zonder toestemming van het desbetreffende personage
    * Jij maakt je karakteromschrijving, houdt je hier dan ook aan
    * Geen perfecte personages (Mary-Sue)
    * Minimaal 8 regels per post.
    * Geen herhalingen van de vorige post in je eigen post. Puur en alleen je eigen post.
    * Je kan niet wisselen van clan. Bijvoorbeeld: Je zit eerst bij Anguis en gaat dan naar Axis. Dit is onmogelijk.
    * Je hoeft niet persé bij Anguis te zitten als je in Slytherin zit, of bij Axis als Gryffindor je House is. Houses zijn persoonsgerelateerd, Clan's vanuit de familie.
    * Maximaal 2 leerlingen en 1 volwassene per persoon.



    Alleen Huoriel of Requille maken een nieuw topic aan

    [ bericht aangepast op 24 feb 2013 - 13:54 ]


    I'd rather die my way, than live yours.

    {Sean is loneley, iemand voor Sean? ('A)}


    My fake plants died, because I did not pretend to water them.

    Lizor, lees. :')

    Huoriel schreef:
    (...)

    (Hij mag wel bij Rena en Caine in de coupé komen. Ik heb nu zo'n medelijden met hem, awh :( )


    "When all of your wishes are granted, many of your dreams will be destroyed.''

    {Ow x'D *voelt zich dom*}

    [ bericht aangepast op 23 feb 2013 - 18:47 ]


    My fake plants died, because I did not pretend to water them.

    Sean Emanuel Hastings || Hufflepuf
    Ik zucht diep, ik heb net mijn tante gedag gezegd en ben nu onderweg naar perron 9 3/4. Ik kijk uit het raam van de bus, op mijn gezicht is geen enkel vleugje vrolijkheid te bekennen. Mijn terugkeer naar Hogwarts doet me alleen maar denken aan de dood van mijn moeder, iets waar ik dus juist niet aan herhinnert wil worden. Hogwarts was altijd iets van ons. Mijn moeder hield van Hogwarts, het was haar thuis vroeger en het was ook mijn tweede thuis naast het huis van mijn moeder, maar sinds haar dood staat mijn leven compleet op zijn kop. Ik probeer het te verwerken, maar echt heel veel werkt het niet. Als ik alleen ben waar niemand me kan zien breekt mijn masker en stort ik in. Ik heb mam beloofd om niks geks te gaan doen - ze wist dat ze dood zou gaan. Ik houd me aan die belofte, ik ga proberen om verder te gaan met mijn leven, hoe moeilijk het ook is.
    Ik stap uit de bus en loop naar het treinstation, nog geen vijf minuten later sta ik voor de Hogwarst express. Ik zucht en stap de trein binnen. Mijn laatste jaar moet ik opnieuw doen... ik ben blijven zitten door mijn slechte cijfers, maar ja... de leraren gaven me de schuld niet van mijn cijfers. Ik ben lang afwezig geweest door de ziekte en dood van mijn moeder en ze was de enige die ik had. Ik loop richting een coupé er zitten twee leerlingen in, ik weet niet of ik ze al ken, ik ben de laatste tijd erg afwezig geweest, dus echt veel heb ik niet opgevangen van de wereld om me heen... maar misschien kan ik bij hen gaan zitten. Ik open de deur.
    "Kan ik er misschien bij komen zitten?" vraag ik.


    {Ik doe het even zo anders krijg ik geen hele post vol en ik moet eten x}


    My fake plants died, because I did not pretend to water them.

    [Ik kan morgen pas weer reageren. Net 2 uur lang training gehad & straks heb ik een reunie met mn eerste Taekwondo groepje, dus ben laat thuis. c:]


    ''There is no hell, no heaven either. This world is what we make of it.''

    Evelyn 'Eve'
    Het meisje bekeek me en bescheiden sloeg ik mijn ogen neer. Ze kwam over op me als een persoon die open was tegen iedereen, niet verlegen of wat dan ook. Ik zuchtte onhoorbaar.
    Toen ze de deur zo wijd mogelijk open deed schonk ik haar een dankbaar glimlachje. Ik liep naar binnen en trok mijn koffer achter me aan, die ik uiteindelijk op de rekken boven ons dumpte.
    Ik ging zitten op het bankje tegenover haar. Ze leek me een aardig persoon; ze kwam ten minste voor me op en dankzij haar zat ik nu niet op de gang, maar op de één of andere manier voelde ik me... minderwaardig. Ze was mooi, wat me onzeker liet voelen.
    Het meisje verbrak de stilte door zichzelf voor te stellen als Caleigh. Ik glimlachte even. ''Mooie naam,'' zei ik zachtjes.
    Ik keek haar aan terwijl ik een beetje doelloos met een plukje haar speelde.
    ''Ik ben Evelyn,'' stelde ik mezelf voor. Ik legde mijn leesboek naast me neer en streek een haarlok achter mijn oren, die niet veel later weer langs mijn gezicht zakte. Een zucht rolde over mijn lippen; mijn haren waren soms zo verschrikkelijk irritant, omdat het soms alle kanten op stak. Onhandelbaar, dus.


    "When all of your wishes are granted, many of your dreams will be destroyed.''

    Isiz “Izzy” Laine Fairchild
    Iets ongeduldig doe ik alsof ik luister naar de “preek” die mijn ouders me geven, dat ik goede cijfers moet halen, geen ruzie moet maken met de andere afdelingen – iets wat ik zeker niet het hele jaar vol ga houden – en natuurlijk voor hun het belangrijkste: dat ik uit de buurt van de jongens moet blijven. Volgens mij hebben ze nog niet helemaal door dat ik al een paar maand zeventien ben. Die preek geven ze me al sinds ik naar Hogwarts ga, steeds dezelfde. Zelfs het jongensgedeelte, alsof een elf-jarig meisje zich daar al mee bezig houdt. Hoewel, Steven had gister nog gezegd dat er bij hem op school een eerste jaars is ontmaagd, vrijwillig nota bene.
    Als ze eindelijk klaar zijn met praten druk ik een kus op hun wang waarna ik ze meld dat ik nu echt een plekje in de trein moet gaan zoeken. Ik ben al aan de late kant, dus er zal waarschijnlijk geen lege coupé meer zijn en mijn vrienden zien te vinden in die drukte is mission impossible. Zonder verder nog op een antwoord van mijn ouders te wachten pak ik mijn koffer op en stap ik de trein in.
    Na een paar coupés vol drukke eerste of tweedejaars loop ik langs een coupé waar slechts nog maar één persoon zit. Ik open de deur van de coupé en word zowat naar binnengeduwd doordat er een paar mensen achter me langs rennen. Ik glimlach iets verontschuldigend naar de jongen. Pas na enkele seconden dringt het tot me door dat de jongen Jason is, en dat ik vorig jaar Toverdrank en nog wat andere vakken met hem had. 'Ik hoop dat je het niet erg vindt, maar ik kom bij je zitten,' meld ik hem. 'Ik heb geen zin om bij van die drukke koters te gaan zitten,' vervolg ik terwijl ik op de bank tegenover hem ga zitten.


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Caleigh Ohndreya McBryar || Gryffindor

    Ze complimenteerde mij met mijn naam, wat mij een kleine "dankje" liet mompelen. Ik was blij dat Caleigh mijn eerste naam was en niet Ohndreya. Ik was namelijk vernoemd naar de zus van mijn moeder, die Andrea heette en zij was voor zover mogelijk nog vreselijker dan mijn moeder, zo tuttig als dat ze was. Vroeger als ze op bezoek kwam, bleef ze maar doorbabbelen en dan ging mijn vader achter haar rug om gekke bekken trekken, om mij aan het lachen te maken. Mijn moeder vond dat altijd vreselijk, maar zij snapte mij en mijn vader gewoon niet. Ik was er nog steeds niet achter hoe het kwam dat die twee ooit met elkaar wilden trouwen.
    'Jouw naam is ook zeker niet slecht,' zei ik, nadat ze mij had geantwoord. Ik vond de naam Evelyn oprecht leuk. In ieder geval had ik geen slechte ervaringen gehad met mensen met de naam Evelyn en het klonk ook gewoon leuk. Dat was altijd zo typisch. Wanneer ik iemand kende met dezelfde naam die ik haatte, had ik altijd de neiging om iedereen met die naam te wantrouwen. Niet dat ik er gelijk vanuit ging dat diegene ook daadwerkelijk een slecht persoon was, maar toch had ik er zo'n bepaald gevoel bij.
    'In welk jaar zit je trouwens? Zevende of zesde?' Ze leek mij in ieder geval ouder dan vijftien, dus in de vijfde zou ze wel niet zitten, hoewel dit natuurlijk altijd nog wel het geval kon zijn. Mijn ogen gingen weer naar het leesboek, maar het was soms beter om één vraag tegelijkertijd te stellen. Anders kon je mensen afschrikken of nogal overweldigend overkomen. Dat had mijn vader mij in ieder geval verteld. Als klein kind stelde ik wel altijd honderden vragen achter elkaar. Ik flapte er gewoonweg alles uit wat ik wilde weten.


    Happy Birthday my Potter!

    Evelyn 'Eve'
    Ze bedankte me mompelend en leek even in haar gedachten te verdrinken. Ik glimlachte eventjes en keek uit het raam, waar mensen nog steeds afscheid namen. Ik beet op mijn onderlip en wendde mijn blik af, om vervolgens naar mijn handen te kijken die op mijn schoot lagen. Ik vroeg me af wanneer we vertrokken, gezien ik het niet zag zitten om steeds naar die knuffelende ouders en kinderen te kijken.
    Ik kreeg een complimentje over mijn naam en ik glimlachte bescheiden. Ik heb mijn naam nooit echt speciaal gevonden. Niet lelijk, niet mooi... gewoon, normaal. Er staat me iets bij dat mijn moeder me ooit heeft uitgelegd dat ik ben vernoemd naar mijn oma, maar ik heb mijn beide oma's nooit gekend. Gelukkig.
    Ik keek op toen Caleigh vroeg in welke jaar ik zat. Ze ging er al van uit dat ik ouder dan vijftien was, blijkbaar- dat was mooi.
    Mijn mondhoeken krulden lichtjes omhoog.
    ''Het zevende,'' zei ik. Ik keek haar aan. Haar leeftijd was moeilijk te schatten, maar ik denk niet dat ze veel naast dat mijne zat.
    ''En jij?'' vroeg ik.
    Ik begon me langzamerhand te ergeren aan mijn haren, dus bond ik ze maar in een nonchalante staart.


    "When all of your wishes are granted, many of your dreams will be destroyed.''

    {Mijn topics (: }


    Don't be like the rest of them, darling

    Caleigh Ohndreya McBryar || Gryffindor

    Ik gaf mijzelf even een schouderklopje in mijn gedachten, toen ze zei dat ze in het zevende jaar zat. Dat had ik dan dus goed ingeschat. Wel grappig, was ik voor een zevendejaars opgekomen, terwijl ik zelf nog maar zesdejaars was. Dat had ik toch nog niet eerder gedaan. Het waren meestal van die zielige eerstejaars die dan lastig gevallen werden door mensen van mijn leeftijd, gewoonweg omdat ze een makkelijk doelwit waren. Niet dat ik altijd zo aardig tegen ze was, wanneer ze in de weg liepen, maar ik vervloekte ze niet en zei ze altijd gewoon aan de kant te gaan, of hun mond te houden. Niks gemeens.
    'In het zesde,' beantwoordde ik Evelyn haar vraag, terwijl ze haar haar vastbond. Ik keek even naar buiten en hoopte dat we toch wel zo zouden gaan rijden. Dit was ook niks, een beetje in die coupé zitten en toekijken hoe andere mensen moeizaam afscheid namen. Het was wel jammer dat mijn vader meestal moest werken, wanneer ik weer naar school moest, maar dat was niet echt het probleem. Ik was gewoon ongeduldig.
    Mijn blik ging weer even langs haar boek en uiteindelijk besloot ik dat ik toch wel wilde weten wat voor boek het was. 'Wat lees je, of was je van plan te lezen?' kwam er dan ook nieuwsgierig over mijn lippen. Misschien niet de beste vraag om aan iemand te stellen die je amper kende, het kon immers persoonlijk zijn wat iemand las, maar het was vanaf hier namelijk onmogelijk om de kaft en dus ook de titel goed te zien en ik was gewoon té nieuwsgierig.


    Happy Birthday my Potter!

    Evelyn 'Eve'
    Caleigh zei dat ze in het zesde jaar zat en ik knikte. Ik zat er niet ver naast, dus. Normaal gesproken was ik echt een ramp in het inschatten van leeftijden bij mensen, dus dit was best... uitzonderlijk.
    Haar blik dwaalde ook even af naar buiten en ik vroeg me af waar ze aan dacht. Ik keek haar aan vanonder mijn wimpers en zag dat ze even naar mijn boek keek. Onbewust volgde ik haar blik en keek een beetje doelloos naar de kaft.
    Caleigh haar stem liet me opschrikken en ik keek op. Ze had gevraagd welk boek het was en ik glimlachte eventjes. Automatisch pakte ik het boek en keek er naar.
    ''Romeo en Julliet, een Muggle boek. Ken je het?'' vroeg ik haar. Een zachte zucht rolde over mijn lippen. Óf ze ging me uitlachen door mijn ouderwetse smaak in boeken, óf ik had geluk en ze kende het niet.
    Mijn vingers streken even over de kaft en ik keek er afwezig naar. Ik had het verhaal al wel een paar keer gelezen, maar het bleef me fascineren.
    Ik legde het weer naast me neer en keek Caleigh aan.


    "When all of your wishes are granted, many of your dreams will be destroyed.''

    Caleigh Ohndreya McBryar || Gryffindor

    'Oh Shakespeare,' zei ik dromerig en keek nog even met een glimlach naar het boek, voor ik mij weer op Evelyn richtte. En of ik het kende, Shakespeare was sowieso geweldig, maar Romeo en Julliet was toch wel zijn bekendste werk. Zouden sommige tovenaars en heksen dat dan echt helemaal niet kennen? Ik woonde natuurlijk bij mijn vader, een perfect voorbeeld van een muggle, dus dat ik het kende was logisch. Iedere muggle waar ik mee omging kende Romeo en Julliet, zelfs muggles uit het buitenland. Het klonk mij dus nogal vreemd in de oren, toen ze vroeg of ik het kende, maar mijn moeders familie kende het misschien ook wel helemaal niet.
    'Ja, ik ben er dus bekend mee. Ik heb de meeste echt bekende boeken van hem wel gelezen. Ik woon bij mijn vader en dat is ook een muggle, maar is het dan niet bekend onder de tovenaars en heksen? Iedereen kent Shakespeare toch?' besloot ik dus maar gewoon te vragen. Ik kon er nog uren over nadenken, maar dat leek mij een beetje zinloos. Evelyn had blijkbaar een reden gehad om te vragen of ik het kende en dus wist zij wat die reden was. Ik had geen reden om nog jaren met die vraag rond te lopen.

    [ bericht aangepast op 23 feb 2013 - 20:43 ]


    Happy Birthday my Potter!

    Jason 'Jace' Sebastian DiLaurentis - Anguis - Ravenclaw
    Jace glimlachte naar zijn oom Frederick en stapte uit de wagen. De wind woei meteen door de blonde haren die de jongeman had en nam het papieren zakdoekje met zich mee toen de oudere man die liet vallen. Frederick keek met trotse ogen naar Jace en plaatste zijn handen op de schouders van zijn 'zoon'. Jace was zoals een zoon voor de man en het viel hem zwaar de jongen een heel schooljaar lang niet thuis te hebben. Maar Frederick had het de jaren voordien al overleefd, dus dit kon nooit moeilijker zijn.
    "Mijn jongen," sprak hij met water in zijn ogen. Jace klopte de man op zijn schouder,"Tot ziens, oom." Hij nam zijn hutkoffer in de hand en liep de straat over, het station van King's Cross in.
    Platform 9¾ was erg druk, maar Jace duwde zich overal tussen en begroette hier en daar en vriend. Veel tijd wilde hij niet op het perron besteden dus maakte hij dat hij snel op de trein was, gevolgd door twee Ravenclaw meisjes. Ze fluisterend naar elkaar en wierpen Jace steeds blikken toe. Maar de man was niet genoeg geïnteresseerd. Hij versnelde zijn pas en ging in een lege coupé zitten, terwijl de meisjes verder liepen. Voor een tijdje was hij alleen en staarde Jace door het raam naar de families die afscheid namen van hun kinderen. Hij merkte dat hij zijn vuisten balde en voelde zijn eigen nagels in zijn hand duwen. Jace hoorde een hoop mensen achter hem door de gang rennen, maar negeerde het geluid voor de rest. Niet boeiend genoeg voor hem. Ook toen de coupé open gleed draaide Jace zich niet om.
    Pas toen de persoon begon te praten wendde hij zich tot het geluid van de vrouwenstem. Bijna meteen herkende Jace de vrouw. De donkerbruine, lange haren, de groene, mooie ogen. Isiz.
    Jace liep zijn ogen voor een moment over haar lichaam glijden terwijl Isiz al neer ging zitten. Jace gleed met zijn hand door zijn haar en grijnsde,"Helemaal niet. Gezelschap is altijd welkom."

    [ bericht aangepast op 24 feb 2013 - 10:18 ]


    kindness is never a burden.

    Alan Christopher Martinez
    Voor de zoveelste keer stond Alan alleen op het perron. Elk jaar was het weer hetzelfde. In de eerste paar jaren kon hij het totaal niet begrijpen, waarom konden zijn ouders hem niet uitzwaaien? Waarom moesten ze altijd thuis blijven, zich verstoppend voor de buitenwereld?
    Pas sinds het vijfde leerjaar kon hij het pas begrijpen. Zijn ouders moesten zich verstoppen voor Anguis. Hun bloedlijn zorgde ervoor dat ze er eigenlijk behoorden, maar ze hadden gekozen voor Axis. Vooral toen Alan in Slytherin terecht kwam, werd het ernstig. Mensen kwamen vaak bij hun thuis om te proberen zijn ouders over te halen. Soms kwamen ze alleen om te praten, andere keren kon Alan zijn ouders horen schreeuwen op de benedenverdieping.
    Ook nu keek hij met waterige ogen naar de grote, rode trein. De leerlingen om hem heen kregen de kans wel om deze ervaring te delen met hun ouders. Stikjaloers was hij.
    Nors sleepte hij zijn hutkoffer mee de trein in. Geweldig dat hij ook nog aan de late kant was, nu was er voor hem helemaal geen lege coupé over en moest hij wel gaan socializen met anderen. De meeste van zijn house verafschuwden hem omdat hij bij Axis zit. Daarom is het voor hem ook beter geweest om met leerlingen van andere houses om te gaan, wat al weer niet goed is geweest voor zijn reputatie.
    Alan gluurde bij verschillende coupé's naar binnen, maar geen enkele bleek goed genoeg te zijn. Totdat hij een coupé tegen kwam met twee meiden uit Gryffindor. Hij probeerde hun namen bij de gezichten te toveren, maar eentje bleef hem vaag onbekend. De andere wist hij wel, dat was McBryar.
    Er was geen andere mogelijkheid over, dus hij opende de coupé-deur en keek de meiden vragend aan.
    ''Mag ik jullie gezelschap houden tijdens de treinreis?'' vroeg Alan.


    I'd rather die my way, than live yours.