• IN TIMES OF PEACE, PREPARE FOR WAR
    “Be careful, only those you trust can betray you”



    VOLGORDE


    ALONE
    [face=arial


    NOG NIET IN HET VERHAAL
    Eleonore, Dagmar, Anna, Suze, Aurora, Anastasiya, Serilda, Eva, Isolde, Viktoriya, Wolfgang, Johann, Klaus, Lorenzo, Benjamin, Reiner, Nathanaël,, Finlay, Ingvar, Salvatore, Morritz, Aleksey

    HET VERHAAL
    First of September, 1938
    Na het einde van de eerste wereldoorlog in 1918 bleef het onrustig in Duitsland. De verloren oorlog en het aftreden van Keizer Wilhelm II zorgde voor veel ontevredenheid onder de Duitse bevolking. Daar maakte de Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij (NSDAP) dankbaar gebruik van. Hun leider Hitler wist met zijn spreektalent steeds meer leden te werven, waarna hij in 1923 door middel van een mislukte staatsgreep de macht probeerde te grijpen. Nadat Hitler met een relatief lichte straf vrijkwam wou hij de macht op een legale manier veroveren middels politieke wegen en deed dit met veel succes. In de jaren die volgden is Hitler steeds machtiger geworden, waardoor hij zelfs in januari 1933 verkozen werd tot rijkspresident, wat vrijwel direct leidde tot een verdeeldheid in Nazi-Duitsland tussen zijn voor- en tegenstanders. Langzaam maar zeker veranderde Hitler Duitsland van een beginnende democratie in een totalitaire staat, met hemzelf als absolute dictator.

          Ergens op het platteland op de grens van Duitsland en Zwitserland, ver weg van de politieke machtspelletjes, staat Montreuxe; een chique kostschool voor jongens en meiden tussen de 12 en 21 jaar. Montreuxe staat bekend om haar uitstekende educatie en haar excellente leerprogramma's. Al generaties lang worden studenten vanuit heel Europa daardoor naar Montreuxe gestuurd. In deze RPG richtte we ons op de achtstejaars, die na een turbulente zomer thuis - al dan niet geïndoctrineerd, terugkeren naar Montreuxe voor een nieuw schooljaar. Hitler wordt met de dag voelbaar sterker, wat zorgt voor een gespannen sfeer. Toch heeft er al die jaren binnen de muren van Montreuxe rust en vrede geheerst. De ligging van het internaat in the middle of nowhere heeft hierbij een grote rol gespeeld. De studenten hebben daardoor al die tijd maar weinig meegekregen over wat zich in de buitenwereld afspeelt. Technologie is in deze tijd nog amper ontwikkeld, waardoor de leerlingen afhankelijk zijn van de krant en de brieven van hun geliefden die eens in de zoveel tijd worden geleverd.
          De kostschool heeft altijd gefungeerd als veilige haven, maar met een aankomende oorlog in het vooruitzicht lijken de spanningen tijdens de zomer hoog op gelopen te zijn. Er hangt iets in de lucht, dat niemand kan negeren. Iedereen bereidt zich, bewust of onbewust, voor op wat er komen gaat. Zo keren niet alle studenten dit schooljaar terug en worden vriendschappen meer dan ooit op de proef gesteld. Wie is er nog te vertrouwen?

    Ondanks dat onze characters aan de vooravond van de tweede wereldoorlog staan, blijft het een internaat vol tieners, die midden in hun pubertijd zitten, dus drama gegarandeerd.[/center]


    ACHTSTEJAARS


    • Eleonore Madeline de Marigny — Ester Expósito — Varian — 1.2
    • Dagmar Elin Cohen Jørgensen ✡ — Renee Murden — Iotte — 1.1
    • Anna Pradl — Imogen Poots — Livgardet — 1.1
    • Suze Mae Polak ✡ — Bogdan Kadritskaya — Reeses — 1.4
    • Aurora Camorra — Cindy Kimberly — calice — 1.4
    • Anastasiya Pelagiya Belova — FC — Epione — 1.5
    • Serilda Marie LaRue — Scarlett Leithold — Rionach — 1.5
    • Eva Mina Maria Reiss — FC — Dimitrescu — 1.6
    • Isolde Lorelei Adler — Romee Strijd — Iotte — 1.6
    • Viktoriya Olesya Drozdova — FC — Varian — 1.6



    • Wolfgang Theodore Schultze — Froy Gutierrez — Iotte — 1.1
    • Johann Franz Voss — Janis Ancens — Livgardet — 1.2
    • Klaus Kahl — Lucky Blue Smith — calice — 1.3
    • Lorenzo Andrea Cavallo — FC — Epione — 1.2
    • Benjamin Adrian Ziegler — Daniel Brühl — Zemo — 1.3
    • Reiner Artur Birchenfelt — Chris Evans — Dimitrescu — 1.4
    • Nathanaël Izja Borghesius — Maxence Danet-Fauvel — Amren — 1.5
    • Finlay Docherty — FC — Varian — 1.6
    • Ingvar Gustav Sernander — Philip Kamper — Livgardet — 1.6
    • Salvatore Camorra — Tom Cornelisse — calice — 1.6
    • Moritz Peer Cohen Clérrisseau — FC — Reeses — 1.6
    • Aleksey Belova — FC — Tad — 1.6

    REGELS
    • Er is een minimum van 150 woorden
    • De hoofdregels van Quizlet gelden ook hier
    • 16+ is toegestaan, gelieve wel boven je post vermelden
    • Houdt het gezellig en leuk voor iedereen
    • Bij voorkeur minimaal 1 keer in de week de mogelijkheid hebben om te kunnen posten, mocht dit niet lukken, laat me dit dan alsjeblieft van te voren weten, bij twee weken radiostilte is er een kans dat je uit de RPG wordt gezet
    • Indien je niet meer met deze RPG mee wil doen, gelieve jezelf uit te schrijven bij Iotte
    • Vermeld de naam van je char, de plek waar hij/zij is en het gezelschap boven je post





    KAMERINDELING

    Herren
    Kamer 801 — Nathanaël Izja Borghesius & Lorenzo Andrea Cavallo
    Kamer 802 — Wolfgang Theodore Schultze & Aleksey Belov
    Kamer 803 — Johann Franz Voss & Reiner Artur Birchenfelt
    Kamer 804 — Benjamin Adrian Ziegler & Klaus Kahl
    Kamer 805 — Salvatore Camorra & Ingvar Gustav Sernander
    Kamer 806 — Finlay Aurelio Docherty & Moritz Peer Clérrisseau

    Damen
    Kamer 807 — Dagmar Elin Jørgensen & Anastasiya Pelagiya Belova
    Kamer 808 — Eleonore Madeline de Marigny & Anna Pradl
    Kamer 809 — Isolde Lorelei Adler & Eva Mina Maria Reiss
    Kamer 810 — Serilda Marie LaRue & Aurora Camorra
    Kamer 811 — Viktoriya Olesya Drozdova & Meike Schmidt (NPC)
    Kamer 812 — Suze Mae Polak & Sophie Jacobs (Joodse NPC)




    ROOSTER

    Montag
    08:30 - 09:40 | Duits, Herr Werner
    09:45 - 10:55 | Wiskunde, Herr Müller
    11:00 - 12:10 | Biologie, Frau Zimmermann

    12:10 - 12:55 | Pauze

    13:00 - 14:10 | Geschiedenis, Herr Köning
    14:15 - 15:25 | Muziek, Herr Seidel
    15:30 - 16:40 | CKV, Frau Keller
    16:45 - 17:55 | LO Jungs, Herr Becker
    LO Mädchen, Frau Meyer


    Dienstag
    08:30 - 09:40 | Engels, Herr Schmid
    09:45 - 10:55 | Verzorging, Frau Weiß
    11:00 - 12:10 | Economie, Herr Walter

    12:10 - 12:55 | Pauze

    13:00 - 14:10 | Scheikunde, Herr Kaiser
    14:15 - 15:25 | M&O, Herr Berger
    15:30 - 16:40 | LO Jungs, Herr Becker
    LO Mädchen, Frau Meyer
    16:45 - 17:55 | Eugenetica, Herr Wittmann


    Mittwoch
    08:30 - 09:40 | CKV, Frau Keller
    09:45 - 10:55 | Aardrijkskunde, Herr Günther
    11:00 - 12:10 | Natuurkunde, Herr Krämer

    12:10 - 12:55 | Pauze

    13:00 - 14:10 | Eugenetica, Herr Wittmann
    14:15 - 15:25 | Filosofie, Herr Bergmann
    15:30 - 16:40 | Frans, Frau Vogt



    Donnerstag
    08:30 - 09:40 | Techniek, Herr Dietrich
    09:45 - 10:55 | Informatica, Herr Schreiber
    11:00 - 12:10 | Duits, Herr Werner

    12:10 - 12:55 | Pauze

    13:00 - 14:10 | Wiskunde, Herr Müller
    14:15 - 15:25 | LO Jungs, Herr Becker
    LO Mädchen, Frau Meyer


    Freitag
    08:30 - 09:40 | Engels, Herr Schmid
    09:45 - 10:55 | Kunst, Frau Brandt
    11:00 - 12:10 | Verzorging, Frau Weiß

    12:10 - 12:55 | Pauze

    13:00 - 14:10 | Informatica, Herr Schreiber
    14:15 - 15:25 | Levensbeschouwing, Herr Vogt
    15:30 - 16:40 | LO Jungs, Herr Becker
    LO Mädchen, Frau Meyer

    inclusief NPC docenten
    LESOVERZICHT
    [center]AARDRIJKSKUNDE
    Dagmar Elin Jørgensen
    Johann Franz Voss
    Klaus Kahl
    Benjamin Adrian Ziegler
    Reiner Artur Birchenfelt
    Nina Helene Ackermann
    Lucrezia Dulce De Angelis

    BIOLOGIE
    Frederick Ryker Aschenburg
    Lorenzo Andrea Cavallo
    Muriel Ada Durchdenwald
    Reiner Artur Birchenfelt


    ECONOMIE
    Wolfgang Theodore Schultze
    Dagmar Elin Jørgensen
    Eleonore Madeline de Marigny
    Lorenzo Andrea Cavallo
    Klaus Kahl
    Benjamin Adrian Ziegler
    Frederick Rycker Aschenburg
    Reiner Artur Birchenfelt
    Aurora Camorra
    Lucrezia Dulce De Angelis
    Valentino Camorra
    Inez Renata Borghesius


    FILOSOFIE
    Muriel Ada Durchdenwald
    Suze Mae Polak
    Aurora Camorra
    Valentino Camorra


    FRANS
    Benjamin Adrian Ziegler
    Frederick Rycker Aschenburg
    Suze Mae Polak
    Lucrezia Dulce De Angelis
    Inez Renata Borghesius


    GESCHIEDENIS
    Dagmar Elin Jørgensen
    Anna Pradl
    Eleonore Madeline de Maringy
    Lorenzo Andrea Cavallo
    Klaus Kahl
    Benjamin Adrian Ziegler
    Frederick Rycker Aschenburg
    Suze Mae Polak
    Aurora Camorra
    Lucrezia Dulce De Angelis
    Reiner Artur Birchenfelt
    Inez Renata Borghesius


    KUNST
    Anna Pradl
    Eleonore Madeline de Marigny
    Lucrezia Dulce De Angelis


    LEVENSBESCHOUWING
    Dagmar Elin Jørgensen
    Aurora Camorra


    MAATSCHAPPIJLEER
    Reiner Artur Birchenfelt


    M&O
    Eleonore Madeline de Marigny
    Lorenzo Andrea Cavallo
    Klaus Kahl
    Frederick Rycker Aschenburg
    Inez Renata Borghesius


    MUZIEK
    Anna Pradl
    Valentino Camorra


    NATUURKUNDE
    Lorenzo Andrea Cavallo
    Muriel Ada Durchdenwald
    Reiner Artur Birchenfelt
    Nina Helene Ackermann


    SCHEIKUNDE
    Wolfgang Theodore Schultze
    Johann Franz Voss
    Lorenzo Andrea Cavallo
    Muriel Ada Durchdenwald
    Frederick Rycker Aschenburg
    Reiner Artur Birchenfelt
    Nina Helene Ackermann


    TECHNIEK
    Benjamin Adrian Ziegler
    Wolfgang Theodore Schultze
    Johann Franz Voss


    S P O R T T E A M S


    HOCKEY
    Captain Dames: Eleonore Madeline de Marigny
    Dagmar Elin Jørgensen (midmid)

    Captain Mannen: Frederick Rycker Aschenburg



    KORFBAL
    Captain Dames: Inez Renata Borghesius
    Johann Franz Voss


    PAARDRIJDEN
    Anna Pradl


    SCHAKEN
    Eleonore Madeline de Marigny
    Johann Franz Voss
    Muriel Ada Durchdenwald
    Aurora Camorra
    Valentino Camorra
    Reiner Artur Birchenfelt


    TENNIS
    Anna Pradl
    Muriel Ada Durchdenwald


    VOETBAL
    Captain Heren: Wolfgang Theodore Schultze (linksback)
    Lorenzo Andrea Cavallo (links mid)
    Klaus Kahl
    Benjamin Adrian Ziegler (spits)
    Reiner Artur Birchenfelt (spits)
    Valentino Camorra

    E X T R A

    DAMES BAKCLUB VOOR THEEKRANSJES
    Voorzitter: Anna Pradl
    Aurora Camorra


    DEBAT CLUB
    Voorzitter: Benjamin Adrian Ziegler
    Frederick Ryker Aschenburg
    Dagmar Elin Jørgensen
    Eleonore Madeline de Marigny


    ETIQUETTE
    Dagmar Elin Jørgensen
    Anna Pradl
    Klaus Kahl
    Lucrezia Dulce De Angelis


    GENTLEMEN'S CLUB
    Voorzitter: Klaus Kahl
    Rechterhand: Wolfgang Theodore Schultze
    Bestuur
    Benjamin Adrian Ziegler
    Frederick Rycker Aschenburg
    Reiner Artur Birchenfelt
    Valentino Camorra


    GODSDIENS
    Reiner Artur Birchenfelt


    GYM
    Reiner Artur Birchenfelt


    GYMNASTIEK
    Suze Mae Polak


    JOODSE CLUB
    Voorzitter: Suze Mae Polak
    Dagmar Elin Jørgensen


    KLASSIEKE TAAL
    Dagmar Elin Jørgensen
    Eleonore Madeline de Marigny
    Lorenzo Andrea Cavallo
    Muriel Ada Durchdenwald
    Aurora Camorra


    NEWSPAPER CLUB
    Voorzitter: Dagmar Elin Jørgensen
    Lorenzo Andrea Cavallo
    Nina Helene Ackermann
    Lucrezia Dulce De Angelis


    POLITIEKE WETENSCHAP
    Reiner Artur Birchenfelt

    Nog geen vakken opgegeven: Adalyn, Felix
    VERJAARDAGEN
    JANUARI




    APRIL



    JULI
    4 juli – Suze Mae Polak

    OKTOBER
    11 oktober – Wolfgang Theodore Schultze
    28 oktober – Reiner Artur Birchenfelt

    FEBRUARI
    7 februari – Adalyn Viktoria Kühn



    MEI
    17 mei – Nathanaël Izja Borghesius


    AUGUSTUS


    NOVEMBER
    14 november – Frederick Ryker Aschenburg
    17 november – Eleonore Madeline de Marigny

    MAART
    7 maart – Klaus Kahl
    18 maart – Muriel Ada Durchdenwald
    22 maart – Felix Hubert Keller

    JUNI
    10 juni – Dagmar Elin Jørgensen
    17 juni – Benjamin Adrian Ziegler

    SEPTEMBER


    DECEMBER
    19 december – Lorenzo Andrea Cavallo
    22 december – Lucreia Dulce De Angelis


    geen verjaardagen: Anna, Johann, Nina, Aurora, Valentino, Inez
    RELATIELIJSTJES

    [ bericht aangepast op 7 feb 2022 - 20:12 ]


    someone out there feels better because you exist

    Suze Mae Polak
    Just because her eyes don't tear doesn't mean she's not hurting

    ✡ ✡ ✡ ✡ ✡ ✡

    ▫ Negentien jaar
    ▫ With Wolf
    ▫ In de grote zaal


    "I wish I could wake up to the fact that it was only a nightmare"

    Ongeloof.
    Afschuw.
    Angst.
    Na het horen van Herr Hartmanns woorden was het vooral de angst die bezit nam van haar lichaam. Drong deze emotie door tot in ieder vezeltje. Had ze daarom niks van haar ouders gehoord? Waren ze wel veilig? Ongedeerd? En haar broers? Waar waren die?
    Het waren vragen waar ze voorlopig geen antwoord op verwachtte. Telefoneren was geen optie en wie kon ze nog om hulp vragen? Na de uitbarsting van Reiners vader, toen de jongen naar Boaz informeerde, durfde – en wilde – Suze haar ex-vriendje niet nogmaals om hulp te vragen. Hij had genoeg voor haar gedaan en bovendien zou Suze het vervelend vinden als hij nog meer problemen zou krijgen, zowel bij zijn vader als hier op school.
    Het drong nauwelijks tot Suze door dat de docenten de grote zaal hadden verlaten, evenals de nieuw opgelegde regels die eerder door Herr Hartmann werden opgesomd. Het werd haar allemaal te veel. De pesterijen van de afgelopen twee maanden, de zorgen om haar familie, het verdriet elke keer dat ze Reiner tegenkwam. En nu dit…
    De ruimte begon Suze te benauwen en de brunette kreeg de indruk dat haar keel werd dichtgesnoerd. Alsof een onzichtbare hand op haar borst drukte. Ademen ging moeizamer - ze moest naar buiten. De frisse lucht in, weg van alle vijandige blikken.
    Alsof het op haar voorhoofd gedrukt stond dat ze Joodse was.
    Vechtend tegen haar tranen kwam het meisje overeind en keerde zich richting de dubbele deuren, die de zaal scheidde van de hal, en struikelde toen over iemands voeten.
    Wolf!” Haar stem klonk wat schriller dan normaal.
    Ze haalde diep adem terwijl ze totaal vergeten was dat Wolf naast haar had gezeten tijdens de onaangename mededeling van Herr Hartmann.
    Hoewel hun vriendschap grotendeels in het geheim was, was hij één van de weinige vrienden die overbleef. Ze wilde hem niet wegjagen door nu een potje hysterisch te gaan zitten huilen.
    Maar wat moest ze nu tegen hem zeggen? Zelfs niet-Joodse studenten moesten vol afschuw op dit nieuws hebben gereageerd. Toch?
    Maar terwijl haar blik door de ruimte gleed, zag ze dat lang niet iedereen ontdaan leek te zijn. Sommige gezichten leken zelfs opwinding uit te stralen. Natuurlijk.
    Gauw concentreerde Suze zich weer op het gezicht van haar vriend, Wolf. Ze schraapte haar keel en gebaarde naar het podium.
    “Dat.. was nogal wat,” begon ze ongemakkelijk. Maar daar had ze onmiddellijk spijt van.
    Het drukkende, beklemmende gevoel nam direct weer aan en een brok in haar keel speelde op. Angst en zorgen streden om voorrang, terwijl Suze hard op haar lip beet om haar tranen tegen te houden. Om de sfeer iets minder ongemakkelijk te maken, sneed Suze een ander onderwerp aan.
    “Ik heb je een tijdje niet gesproken,” vervolgde ze daarom. “Alles goed tussen jou en Nore?”
    Maar zelfs dat onderwerp gaf zijn blijk van de werkelijke situatie. Hoewel Nore en zij voorheen vriendinnen waren, was de blondine één van de velen die haar nu ook ontweek – enkel van wege Suze’s afkomst.

    Het nieuws over Kristallnacht had ingeslagen als een bom, althans bij Dagmar. Ademloos had ze zitten luisteren naar de emotieloze woorden die Herr Hartmann’s lippen hadden verlaten. Begrepen deed ze het echter niet. Of beter gezegd: begrepen wilde ze niet. Hoe had dit kunnen gebeuren? Dat het leven oneerlijk was, was een fenomeen waar Dagmar maar al te bekent mee was. Maar dat mensen zo inhumaan met elkaar om konden gaan, was ook voor haar nieuw. Dit kon toch niet? Dit mocht toch niet?
          Hartmann zijn woorden maakte het allemaal ook niet beter. Hij bracht het nieuws alsof het niets was, alsof er geen mensenlevens die nacht waren gesneuveld en alsof dit allemaal maar normaal was. Waarom had niemand ingegrepen? Dagmar geloofde niet dat zij de enige was die hier zo over dacht. Voorzichtig gluurde ze naar de leerlingen om haar heen. De ene leek net zo geshockt en aangedaan te zijn als zijzelf, maar lang niet iedereen.
    Haar ogen bleven vervolgens hangen bij een paar oude bekende. Donkerbruine om precies te zijn. God, wat was ze gek geweest op die ogen. Maar hoe veel ze ook van die ogen had gehouden, keek ze vrijwel meteen weer weg toen deze prachtige donkerbruine de hare vonden. Ze had haar ex-vriend al maanden niet gesproken en na het nieuws dat ze vandaag hadden gekregen zou daar - Benjamin kennende – nu zeker geen verandering in komen. Benjamin had zich kapot geschaamd voor het feit dat ze Joods was, Dagmar had geen andere reden kunnen verzinnen waarom hij het anders zo plots had uitgemaakt kort nadat ze haar grootste geheim aan hem onthulde. Na haar relatie met Ryker had ze echt geloofd dat Benjamin van haar had gehouden, of tenminste om haar had gegeven. Niets bleek minder waar te zijn. Verbaasd was ze echter niet, teleurgesteld evenmin. Alles wende immers.
          Na hen geïnformeerd te hebben wat zich de nacht van 9 op 10 november had plaats gevonden, ging Herr Hartmann verder met het introduceren van de nieuwe schoolregels, waarmee hij bekent maakte wat vooral de Joodse studenten voortaan niet meer mochten. Ongemakkelijk schoof Dagmar wat op haar stoel. Het voelde erg dubbel. Met het vertrek van Ryker, twee maanden geleden, was haar geheim eindelijk weer veilig. Benjamin was namelijk veel geweest de maanden na hun break up (lees: eikel, klootzak, lafaard, sukkel, hartenbreker, loser etc), maar hij was niet de persoon die haar geheim zou onthullen. Daar zag ze haar ex-vriend simpelweg niet voor aan. Hij was Ryker niet.
          Nog altijd voelde ze zich schuldig over wat Ryker overkomen was, maar wat was ze dankbaar geweest dat ze Salvatore toen tegen het lijf was gelopen. Zonder de hulp van de Italiaan was ze radeloos geweest. Het gebeurde allemaal zo snel en het was nooit haar bedoeling om Ryker pijn te doen, laat staan hem permanente schade toe te brengen. Het was een ongeluk, dat nooit had mogen gebeuren. Toch kon ze het niet helpen dat ze opgelucht was toen hij door zijn ouders van school werd gehaald. Ze had in de wandelgangen gehoord dat Ryker nu in één van de beste ziekenhuizen in Berlijn behandeld werd. Ver weg van Montreuxe. Niet langer kon hij haar leven meer zuur maken, eindelijk kon ze weer opgelucht adem halen.
          Nu de regels ten opzichte van Joden zo werden aangescherpt, zat het Dagmar toch niet helemaal lekker dat Benjamin meer over haar wist dan dat ze lief had. Het kon geen kwaad om het zekere voor het onzekere te nemen en hem subtiel om zijn discretie te vragen. Nadat Herr Hartmann en de aanwezige docenten de ruimte had verlaten laaide het geroezemoes in de grote zaal op. Mensen om haar heen stonden op en begaven zich naar de uitgang. Snel volgde ze hun voorbeeld. Ze moest Benjamin spreken voor het te laat was. Voorzichtig elleboogde ze zich door de mensenmenigte heen om vervolgens Benjamin aan zijn mouw te trekken, waarna ze hem mee leidde naar een rustig plekje achteraf, zodat ze in alle stilte even konden praten.
    Ben,’ begon ze zachtjes, terwijl ze vluchtig om zich heen keek om zeker te zijn dat niemand mee luisterde. ‘Ik weet dat we elkaar een tijdje niet hebben gesproken..’ sprak ze aarzelend. ‘.. En als het niet belangrijk was had ik je echt niet aangesproken,’ even viel ze stil. ‘Maar, we moeten praten.’ Haar stem klonk ernstig, angstig bijna, maar het was een zaak van leven of dood. Als Benjamin zijn mond voorbij praatte kon ze net zo goed meteen van school gaan.


    DAGMAR ELIN JØRGENSEN
    She would rather walk alone in darkness than follow anyone else’s shadow
    nineteen • hoofdredacteur newspaper • with benjamin • at grote zaal



    If we don't end war, war will end us

    [ bericht aangepast op 8 feb 2022 - 18:51 ]


    someone out there feels better because you exist

    ELEONORE MADELINE DE MARIGNY
    a scar means 'I survived'
    nineteen • idkwhichroom • with Alek • flashback moodsong

    ”Ah, Eleonore.” De stem van Herr Aschenburg klonk luid in de verder verlaten gang, het onmogelijk makend om te doen alsof ze het niet gehoord had. Het enkele lange seconden voordat ze een glimlach op haar gezicht had gekregen die overtuigend genoeg over zou komen. Herr Aschenburg had altijd normaal tegen haar gedaan, maar dat nam niet de kennis weg van hoe hij zich tegen Ryker droeg achter gesloten deuren.
          ”Hallo, Herr Aschenburg,” begroette ze hem beleefd, terwijl de oudere man de enkele meters tussen hen in overbrugde. Het was enkele weken goed gegaan, beter dan ze zich in een lange tijd had gevoeld, met Ryker verweg in Berlijn, hoe schuldig dat gevoel haar ook liet voelen. Nu, met de vader van haar ex voor haar neus was het moeilijk om te vergeten wat er allemaal gebeurd was, was het moeilijk om niet aan Ryker zelf te denken en de benauwdheid die daar vaak mee gepaard ging. Haar ogen dwaalden af naar zijn handen, waarvan ze wist dat deze meerdere malen kennis hadden gemaakt met Ryker’s gezicht. Nog altijd was ze niet vergeten wat Ryker haar aan het begin van het schooljaar had verteld, de avond voor zijn ongeluk. Zijn vader had hem geslagen omdat zij hun relatie had verbroken. En dit was de eerste keer sindsdien dat ze de man zag. De dag dat Ryker werd opgehaald om verplaatst te worden naar Berlijn was ze wijselijk bij de ziekenzaal van Montreux uit de buurt gebleven, juist om dit te voorkomen, want ondanks dat hij haar met fatsoen behandelde was ze doodsbenauwd om in de aanwezigheid van de man te zijn. Nu alleen nog meer dan wanneer ze met Ryker in zijn buurt was geweest. Het was een van de redenen geweest waarom ze slechts enkele keren bij Ryker thuis was geweest. Nore zou niet na kunnen vertellen later waar hun gesprek over ging, slechts het onderwerp sprong er sterk tussen uit, tussen alle andere beleefden heden door. Hoe attent het van hen was om als groepje langs te komen bij Ryker in het ziekenhuis. Dat Ryker het vast fijn zou vinden als zij weer langs zou komen. Hoe het zonde was dat het uit was gegaan tussen hun twee. Dat ze goed bij elkaar hadden gepast. Dat ze altijd nog welkom was in hun huis. Nore kon niks anders doen dan ‘ja’ knikken en meegaan met zijn woorden, ook al schreeuwde elke cel van haar lichaam het compleet tegenovergestelde. Herr Aschenburg was niet iemand om ‘nee’ tegen te zeggen, net zoals Ryker nooit iemand was geweest om ‘nee’ tegen te zeggen. Het was zijn vader van wie hij zijn imponerende trekje had geërfd. De paniek was langzaam komen opzetten, als een kleine golving in het water die uiteindelijk, vele kilometers verderop, eindigde in een tsunami. Er was niks wat ze ertegen kon doen, tegen het drukkende gevoel op haar borstkas, de benauwdheid in haar longen, stilletjes in haar hoofd meetellend met haar ademhaling terwijl ze ondertussen het gesprek met Herr Aschenburg gaande probeerde te houden. Haar handen waren achter haar rug gegleden, de slechte gewoonte aangegaan om haar nagels in haar handpalmen te drukken, zodat ze een poging kon doen daarop te concentreren in plaats van het drukkende gevoel dat steeds zwaarder op haar lichaam woog. Alek’s aanwezigheid merkte ze pas op toen hij naast haar stond. Feilloos mengde de Rus zich in het gesprek, alsof Herr Aschenburg een oude vriend was die hij al jaren niet meer had gezien. Normaal had ze met dezelfde souplesse als Alek deelgenomen aan het gesprek. Nu kostte het haar volle concentratie om niet in het zicht van beide mannen door haar steeds zwakker voelende benen te zakken. Stap 1. De bekende grijze stenen in de Montreuxe gangen; Alek’s donkere schoenen; het goudkleurige horloge van Herr Aschenburg; de net wat gedimde lampen; de donkerrode gordijnen bij het raam. Stap 2. De warmte van Alek naast haar; het gewicht van de ketting rondom haar nek; het kriebelen van haar Montreuxe uniform tegen haar huid; de koude tocht tegen haar benen. Stap 3. Het zachte tikken van de regen tegen het raam; Alek’s ademhaling naast haar; geroezemoes van andere studenten ver weg op de achtergrond Stap 4. Alek’s cologne; de geur van regen door het openstaande raam. Stap 5. – Haar gedachtes werden voor even volledig afgeleid door de zachte aanraking van Alek’s hand, zijn vingers die haar vingers wegduwden bij haar handpalm. Zijn hand die op haar op onderrug bleef liggen, als een anker waar ze zich anders aan had kunnen vasthouden, maar op dat moment was het al te laat.
          ”Als u ons wilt excuseren, Miss de Marigny en ik hebben nog een belangrijk project om af te maken, toch Nore?”
          ”Oh, zeker. U weet vast nog wel hoe strict ze hier kunnen zijn met deadlines,” wist ze er met een beverige stem uit te persen.
          Alek en Herr Aschenburg zeiden elkaar gedag, waarna de jongen naast haar zijde haar wegleidde. Elke stap was moeizamer om te zetten. Het gesprek had alle energie uit haar gesleurd en het enige wat haar nog staande hield was Alek’s ondersteunende hand op haar onderrug. “Ik ben bij je, Elya, oké?”
          Hij leidde haar naar een leeg klaslokaal en nog voor de deur achter hen gesloten was, liet Nore haarzelf tegen de muur aan naar de grond zakken. Alleen met Alek kwamen de eerste tranen al snel. Met haar hand trok ze de hals van haar shirt bij haar nek vandaan, alsof het op die manier makkelijker zou worden om adem te halen, al wist ze van vele eerdere keren dat dat niets uithaalde. Haar hand trilde terwijl ze deze op haar borstkas legde. Nauwelijks kreeg ze worden over haar lippen. “I-ik…Ik kan niet…”
          Alek’s armen sloten al snel om haar lichaam heen. “Dit kun je wel. Het komt goed. Focus op mijn ademhaling. Rustig en langzaam.” Zijn hand vond de hare en drukte deze tegen zijn eigen borstkas.



          Met haar vingers strak om de randen van de boeken gevouwen op haar schoot deed Nore haar best om de aanwezig van Alek naast haar te negeren. Door haar gebikker met Alek vlak voor de mededeling was ze slechts net op tijd in de zaal aangekomen. Het triomfantelijke gevoel van het vinden van één lege stoel, met alle stoelen eromheen bezet, had niet lang geduurd. Nog geen minuut zat ze op die plek toen de Rus kwam aanzetten en slechts een blik op de jongen naast haar hoefde te werpen, voordat deze zich uit de voeten maakte en Alek daar zelf plaatsnam. Eerst was het slechts Alek die deze reactie te weeg bracht, maar naar hoe verder de speech van Herr Hartman vorderde, hoe meer dat de oorzaak werd. Ze voelde zich koud tot op het bot. Herr Hartman bracht zijn woorden alsof hij een simpele wiskundige formule uitlegde. Waar het hem niks deed, zorgde het bij haar voor een vlaag van misselijkheid. Het anti-Joodse sentiment was in de afgelopen jaren steeds sterker toegenomen en iedereen die dacht daaraan te ontsnappen, op Montreuxe in het vredige Zwitserland, had het verkeerd. Het was niet eens zo zeer het antisemitisme dat voor dit weerzinwekkende, onrustige gevoel zorgde, maar de kwestie van al het geweld dat die avond had plaats gevonden. Het was haast een verkeerd soort opluchting op er op deze manier achter te komen, door de koude, onaangeklede woorden van Herr Hartman, en niet de gekleurde, aangedikte woorden die het nieuws graag gebruikte. Nore wist niet zeker of ze dan de inhoud van haar maag binnen had kunnen houden. Via haar vader had ze al vaak meegekregen wat er allemaal mis was met Joden en hoewel ze daar nog altijd haar mening over aan het vormen was, snapte ze bovenal niet de manier waarop het moest gebeuren. Het inslaan van winkelruiten. Plekken van geloof in lichterlaaie zetten. En dan alle mensen die het leven gelaten hadden. Het voelde compleet zinloos. Hopeloos. Kon het niet anders? Moest het met zoveel furiositeit, razernij en agressie als er ook andere opties te vinden waren?
          “Ja, want de jongens op deze school bokslessen geven is zo’n fantastisch idee,” murmelde Nore op de nieuwgevormde regels. Het bezorgde haar nu al hoofdpijn. De jongens vlogen elkaar al vaak genoeg aan, met of zonder redelijke aanleiding, hoe erg de docenten en Herr Hartman zelf dat ook probeerden in te dempen. De enige hoop die ze had was dat de frustratie die tijdens de bokslessen geuit werd, zich later niet meer zou hoeven te uiten, maar na al die jaren wist ze ondertussen hoe de meeste van haar klasgenoten in elkaar zaten.
          Herr Hartman had het podium amper verlaten of de studenten in de zaal begonnen zachtjes te murmelen, het volume steeds verder toenemend samen met het geschuif van stoelen. Zelf kwam ze ook overeind, de boeken tegen haar aangedrukt. Voor het eerst sinds het begin van de speech wierp ze een blik op Alek. Waar het pad eerst nog vrij was, verplaatst Alek zijn lange benen waardoor deze de weg versperden. Hoe anti-geweld ze ook was, het maakte het zeer aanlokkelijk om een van de boeken tegen zijn achterhoofd aan te meppen. Er waren drie opties. Via de andere kant lopen – dat plezier wilde ze Alek niet gunnen. Over de stoel heen klimmen – daar had ze te veel waardigheid voor. “Aleksei, haal die benen van je aan de kant.” Het was nauwelijks een halfuur geleden dat ze hem verteld had zijn kop te houden, gevolgd door een opstoken middelvinger. “Alsjeblieft,” voegde ze er met tegenzin aan toe, en waar ze weinig van meende.

    [ bericht aangepast op 8 feb 2022 - 23:48 ]


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    BENJAMIN ADRIAN ZIEGLER
    20 • Outside • With Dagmar





    In stilte had ik naar de hele toespraak van Herr Hartmann geluisterd, waarbij ik mijn gezicht vooral neutraal had weten te houden. Ik had het enthousiasme van een behoorlijk aantal medestudenten niet direct kunnen delen, het voelde allemaal heel dubbel. Natuurlijk wist ik dat het waarschijnlijk voor het beste was, het was nodig. Dat is wat iedereen uit mijn omgeving altijd zei, wat mijn vader en zijn collega's heel duidelijk hadden gemaakt aan zowel mij als de rest van het land. Maar alsnog stond ik niet te juichen, niet vanuit mezelf. Kort kijk ik de zaal door en mijn blik blijft vrijwel meteen hangen op een paar bekende blauwe ogen, die ook op mij gericht zijn. Dagmar.. Ik zucht even, nee het was zeker niet helemaal ideaal als ik het zo zie.
    Ik kijk pas weg als iedereen opstaat en een aantal vrienden van mij ook enthousiast mijn kant op komt. Gelijk weet ik mijn houding te veranderen en ga ik mee met hun gedrag, puur zodat ze niet eens een vermoeden konden hebben dat er iets was. Met een brede grijns op mijn gezicht volg ik de menigte naar de uitgang, maar heel ver kom ik niet tot iets mijn aandacht trekt. Of beter gezegd iemand.
    Wanneer ik licht getrek aan mijn mouw voel kijk ik bijna direct weer in die heldere ogen waar ik altijd een zwak voor had. Ik volg haar naar een meer rustige plek, buiten de stroom van mensen. 'Ben,’ begon Dagmar zachtjes. ‘Ik weet dat we elkaar een tijdje niet hebben gesproken..’ sprak ze aarzelend, gevolgd door licht geknik van mij. Dat was zeker zo, dat was nog zoiets wat niet ideaal was, maar ik dacht wel beter voor nu. ‘.. En als het niet belangrijk was had ik je echt niet aangesproken,’ Bij deze woorden frons ik maar ik kon direct raden waar het over ging. Natuurlijk. ‘Maar, we moeten praten.’ De ernst in haar stem valt me meteen op, ik had het vrijwel altijd door als er iets was met haar. Ik knik en breng langzaam een hand naar haar rug, terwijl ik een knikje geef naar de deuren die naar buiten leiden. ''Kom op, laten we praten,'' zeg ik zachtjes en begin met lopen. ''Dat is inderdaad lang geleden.'' mompel ik en het is meteen duidelijk dat ik er ook niet helemaal blij mee was.
    Eenmaal buiten weet ik haar op een stillere plek te krijgen, waar ik haar los laat en weer naar haar kijk. ''Dat was nogal wat,'' zeg ik uiteindelijk. Zelf wist ik er ook nog niet van, terwijl ik altijd op de hoogte werd gehouden door vooral brieven. Het was nou eenmaal wat ik later moest doen, dus ik moest weten wat er aan de hand was in de wereld. Maar met de post die al dagenlang niet binnenkwam was het nu ook een verassing voor mij. Ik hou mijn hoofd wat schuin. ''Ben je oké?'' vraag ik haar dan, een hint van bezorgdheid in mijn stem die ik niet tegen kon houden. Kort bijt ik op mijn lip en kijk even naar de omgeving om ons heen, deels om te kijken of niemand iets op kon vangen van mijn volgende woorden. In dit geval kon je nooit goed genoeg uitkijken. ''Luister, ik weet waar je het over wil hebben.'' zeg ik zachtjes als ik weet dat de kust veilig is. ''Maar maak je geen zorgen door mij, oké? Ik zal nooit iets doen om je in gevaar te brengen.''. Het was een belofte die ik haar eerder had gedaan, en met deze hele situatie moest ik het helaas ook tussen ons toepassen. ''Twijfel daar niet aan, je hebt mijn woord.'' sluit ik het uiteindelijk zacht af, mijn blik op haar gezicht gericht. Als ik zo naar haar kijk wens ik stiekem toch dat het anders was geweest, maar het is niet zo en dat moest ik accepteren. Dit is het leven nu.


    El Diablo.

    Ingvar      Sernander
    19      •      With Aurora      •      at the main hall

    I won’t be the first to fall. But will I be the last to stand?




         
    Het was goed om weer terug op Montreuxe te zijn, voor even had de aanstaande oorlog en alle andere ellende ver weg geleken voor Ingvar. Weinig was veranderd, behalve dat Ryker de eerste dag een ongeluk had gekregen. Na enkele weken werd hij blijkbaar opgegeven en kwam zijn positie in het bestuur van de Gentleman's club vrij. Een kans waar Ingvar wel gebruik van moest maken, hoe spijtig hij het ook vond dat de jongen niet meer beter leek te worden. Hij had Ryker altijd wel als een vriend gezien, had goed overweg gekund met de jongen. Toch was hij ook weer niet zo rouwig om zijn vertrek als dit betekende dat Ingvar meer macht kreeg. Secretaris was een goede positie en tot nu toe leek hij de beste keuze hiervoor. Hopelijk zou het gehele bestuur achter deze keuze staan, of in ieder geval, genoeg mensen.
          De bijeenkomst van deze ochtend had alleen zijn droom van rust en vrede verbroken. De oorlog leek dichterbij te komen, in ieder geval het geweld tegen de Joden nam toe. Niet dat Ingvar heel veel gaf om wat Duitsland met zijn eigen inwoners deed, toch voelde het wat vreemd dat deze regels nu ook op een kostschool in een neutraal land werden toegepast. Aan de andere kant, het beïnvloedde hem niet, dus hij mocht niet klagen. Zijn leven zou in ieder geval niet veranderen door deze regels.
          Vlak nadat de nieuwe regels waren uitgelegd en het schoolhoofd weer was vertrokken, nam hij Aurora die naast hem zat in zich op. Hij kon het verrassend goed vinden met de Italiaanse schone. Ingvar had ondertussen wel door dat hij waarschijnlijk weinig kans had bij haar, maar toch leek ze zijn flirterige grapjes te waarderen. Des te meer redenen dus om ermee door te gaan, al deed hij dit om één of andere reden nooit wanneer Eva binnen gehoorsafstand was. Iets vertelde hem dat de dame dit niet zou waarderen, dus hield hij zich altijd netjes in als zij in de buurt was.
          'En, ben je net zoals de meeste anderen hier blij dat de Joden nu minder rechten hebben of denk je hier toch anders over?' polsde hij zachtjes bij Aurora. Hij wist ook wel dat ze haar antwoord niet al te luid kon geven, toch was hij wel nieuwsgierig naar haar standpunt. In eerste instantie was ze niet overduidelijk tegen Joden geweest, maar je wist maar nooit hoe snel iemands standpunt kon veranderen, al helemaal met de vele invloeden hier op school. Ze ging nou eenmaal veel om met de nazi jongens.
          'Ach, in ieder geval gaat meer sport interessant worden, ik kijk er al naar uit dat sommige jongens nu nog beter gaan kunnen meppen.' Hij grinnikte bij de gedachte. De impopulaire jongerejaars zouden vast doodsbang worden, ook al leerden zij zelf ook boksen. Ze konden waarschijnlijk niet op tegen de grote jongens uit zijn jaar. Zelf was hij wel veilig, gezien hij de leden van de Gentleman club altijd wel als vrienden had gezien. Hij was misschien niet echt enthousiast over hun denkbeelden, maar hij had ondertussen wel geleerd hoe mee te praten. De belofte van wapens over enkele jaren als hij het bedrijf van zijn vader overnam, hield hem populair en geliefd. De jongens hier hielden van wapens, al helemaal nu geweld tegen Joden geaccepteerd leek te worden.

    [ bericht aangepast op 11 feb 2022 - 20:11 ]

          KLAUS KAHL      
    Most people like flying kites, riding bikes in the woods, baking cake 'cause its good, I mean I would if I could...
    Reiner • Grote Zaal


    Klaus tikte zenuwachtig en opgewonden zijn voet op de vloer. Met een opgetogen glimlach had hij hongerig geluisterd naar de woorden van Herr Hartmann. Vol verwondering had hij ieder detail tot zich genomen. Kirstallnacht, Scheiße, wat was hij er graag bij geweest. Maar in plaats daarvan zat hij hier, op Montreuxe, zijn tijd te verdoen. Zou begon het in ieder geval steeds vaker te voelen. Waarom zat hij hier in Zwitserland, wanneer hij thuis zoveel meer kon betekenen voor het Derde Rijk.
    “We hadden erbij moeten zijn,” liet Klaus zijn neefje weten die naast hem zat. “echt belachelijk dat we hier zitten, terwijl we thuis die gore Joden op hun plek hadden kunnen zetten.” Zei hij hoofdschuddend.
          Bedachtzaam gleden Klaus zijn ogen door de grote zaal heen. Tijdens de speech had hij zijn medeleerlingen ook al in de gaten gehouden, maar ook nu wilde hij weten wie met wie sprak. Wat was iedereens reactie? Wie waren verraders en wie vielen nog te vertrouwen? Vooral binnen de Gentlemen’s Club was het belangrijk om te weten wie hun lidmaatschap nog waardig waren en wie zo snel mogelijk uit de groep moesten worden gegooid. Bovendien was Ryker nu al weken weg en daardoor was er een positie vrijgekomen in het bestuur van de befaamde herenclub.
          Klaus was niet echt rouwig geweest om het vertrek van Ryker. Ondanks dat hij een van Klaus zijn beste vrienden was geweest, had Ryker zich vreemd gedragen sinds het uit was met Nore. Op de eerste dag was hij niet te genieten geweest, was hij teruggekeerd met dat blauwe oog en had hij het feestje van de Gentlemen’s Club verlaten om die nieuwe Italiaanse ‘beter te leren kennen’. Dat was gewoon niet normaal en misschien was het daarom ook maar beter dat Ryker weg was. Al miste Klaus wel de Ryker die hij de jaren hiervoor had gekend en vond hij het irritant dat door zijn vriend zijn ongeluk hij een nieuwe secretaris moest vinden.
          Klaus zijn oog viel op Suze die met niemand minder dan Wolfgang stond te praten.
    “Wat moet Wolf met haar?” Vroeg Klaus aan Reiner. “Ik hoop maar dat hij de nieuwe regels nog even haarfijn aan haar uitlegt, anders moeten wij dat later weer doen,” Grapte Klaus grijnzend en hij stootte zijn neef met zijn elleboog aan. Het incident met Gabriel op de eerste schooldag was met een sissertje afgelopen. Niemand bekommerde zich écht om de Joodse leerlingen en dus had Klaus er geen problemen aan over gehouden. Maar met deze laatste ontwikkelingen zou er pas echt een andere wind gaan waaien. Wellicht was dat gedoe met Gabriel nog maar het begin. Klaus hoopte het maar.
          Verder stond Benjamin met Dagmar, daar was niets verkeerds aan, dus zijn kamergenoot kon in ieder geval lid blijven. Aleksey stond bij Nore, die overigens een grof handgebaar maakte, maar verder geen alarmerende situatie was. Ingvar zat naast die Italiaanse, waar Klaus nu al te veel van had gezien, en hij hoopte maar dat Ingvar niet ook z’n pik boven de club stelde, want dan moest hij misschien maar hetzelfde lot als Ryker ondergaan.

    Waar was ze? Waar was ze?
          Vluchtig zochten Klaus zijn ogen naar Eva, maar hij kon haar niet vinden. Het kon toch niet zijn dat Eva niet bij de mededelingen aanwezig was geweest? Ze zou het fantastisch hebben gevonden. Ten minste, als Eva nog was zoals Klaus haar kende. Ze was zo enthousiast geweest over Mein Kampf toen Klaus het aan haar had gegeven voor hun eerste jubileum, dat hij zich niet kon voorstellen dat ze ook niet blij zou worden bij het horen van dit nieuws. Maar wellicht kende hij haar toch niet zo goed. Van zijn zoektocht naar Eva keek Klaus naar Reiner; voor hem de veroorzaker van de breuk tussen hem en zijn ex-vriendinnetje.
          “Hoe is het met Johann?” Vroeg Klaus toen aan Reiner, aangezien hij onmogelijk over Eva kon beginnen tegenover zijn neef.
    De informatie die hij van Rolf via Ryker had gekregen had hij met nog niemand anders gedeeld. Klaus wachtte tot het perfecte moment en op de juiste persoon om zijn kennis mee te delen, of om het eventueel aan de schoolkrant door te spelen voor verplichte publicatie. Al moesten de fijne details van dat laatste plan nog wel worden uitgewerkt, aangezien Dagmar die homo natuurlijk zelf had zitten aflebberen.
    “Wat vindt hij van die Untermensschen?” ging Klaus verder.
          Van Reiner gleden Klaus zijn ogen weer verder door de grote zaal. Alsof hij net niet goed had gekeken, zag Klaus Eva plotseling wel staan. Klaus zijn ex-vriendinnetje bevond zich in het gezelschap van Isolde en ondanks dat hij allang wist dat die twee kamergenoten waren was het vreemd om ze zo bij elkaar te zien staan. Niet perse op een vervelende manier, misschien was het juist wel grappig om die twee met elkaar te zien praten, maar desondanks was het vreemd.
          De vele nieuwe leerlingen op Montreuxe dit jaar hadden de gemoederen in de eerste weken even bezig gehouden. Over het algemeen was Klaus redelijk te spreken over de nieuwkomers, maar dat er onder de nieuwe leerlingen één zou zitten waarmee hij ooit zijn eerste zoen zou hebben gedeeld, dat had hij niet verwacht.
    Klaus bleef heel even op Eva en Isolde gefocust. Hij wilde weten wat ze zeiden. Kon hij Reiner maar op hen afsturen, maar hij vertrouwde zijn neefje niet in de buurt van Eva. De woorden van zijn tante was hij nog lang niet vergeten.
    “Wat vind jij van al die nieuwe?” vroeg Klaus toen maar, hopelijk zat er iets voor Reiner bij en zou hij niet langer een afleiding vormen voor Eva, want eerlijk gezegd wilde Klaus haar nog steeds terug. Juist nu dingen de goede kant op leken te gaan door het Derde Rijk wilde hij zijn eigen Arische prinses aan zijn zijde hebben staan. Het was te hopen dat Eva snel bij zinnen kwam. Misschien dat het nieuws over de Kristallnacht daar wel bij zou helpen, misschien zou Eva inzien wat voor een leven ze zou kunnen hebben als ze Klaus terugnam. Ze zouden zoveel samen kunnen bereiken...
          Na zowat alle leden van de Gentlemen’s Club te hebben aanschouwd in de Grote Zaal stopte Klaus met het trillen met zijn been. Nog altijd leek hij een overschot aan energie te hebben, maar nu moest hij zich concentreren. Wat er thuis was gebeurd moest als voorbeeld dienen voor wat ze ook hier konden doen. De mannen in het Derde Rijk hadden een nieuwe standaard gezet en Klaus kon niet achterblijven met zijn Gentlemen’s Club; dat zou een schande zijn voor Nazi Duitsland. Maar eerst moest hij weten dat er zich geen slappelingen bevonden onder zijn leden.
    “We doen er goed aan om zo iedereen samen te brengen; als er iemand is die niet achter deze gebeurtenissen staat, dan weet je wat ons te doen staat, toch?” Klaus zijn ogen zochten die van Reiner op. “Onkruid moeten we hardhandig bestrijden. Voor je het weet hebben we een wildgroei aan verraders.” zei hij. “En daarmee kunnen we thuis echt niet aankomen.” Klaus was steeds meer te weten gekomen over alle rangen binnen de partij en wat hij zou kunnen doen om Duitsland te helpen. De afgelopen weken had hij er veel met zijn vader over geschreven en tot zijn genoegen leek Herr Kahl achter hem te staan. Maar het was essentieel dat hij zijn schoolcarrière op een gepaste manier zou afronden, zodat hij hierna zijn land eervol zou kunnen dienen.

    [ bericht aangepast op 13 feb 2022 - 14:48 ]

    Aleksey Belov

    Belov's don't start wars. We finish them.



    Onbewogen hield Alek zijn aandacht op de toespraak van Herr Hartmann gericht. De kille wijze waarop het schoolhoofd de nieuwe regels aan hen uiteenzette, werd weerspiegeld door de uitdrukking op de Rus zijn gezicht: onberoerd en emotieloos. Waar de boodschap een siddering leek te veroorzaken die door de gehele zaal gonsde, zorgden de woorden zelfs nog niet voor een kleinste breuk in het altijd koele voorkomen van de jongen. Ook vanbinnen liet de omschrijving van de gebeurtenissen die Herr Hartmann zojuist met hen had gedeeld Aleksey volledig koud. Het was niet zijn land; waren niet zijn mensen.
          Het was niet zijn familie.
          Als geen ander wist de Rus dat macht toekwam aan degenen die dit naar zich toe trokken. Niemand kon je monddood maken als je het zelf niet toestond. Eichenauer had ruim een jaar geleden een poging gedaan om de aanval op hem te openen dat had diens lot bezegeld; niet dat van Alek. Medelijden voor wat de Joden nu overkwam, kon hij dan ook niet hebben. Een volk dat aan de zijlijn toekeek hoe hun bezittingen kort en klein werden geslagen en geplunderd werden, had zijn keuze gemaakt. Ze hadden hun keuze gemaakt en dit was de consequentie. Voor wie niet vocht voor wat hij liefhad, kon Alek maar weinig respect opbrengen.
          “Ja, want de jongens op deze school bokslessen geven is zo’n fantastisch idee,” hoorde hij Nore onder haar adem murmelen. Het zorgde ervoor dat hij zijn blik afwendde van het schoolhoofd, om de blondine naast hem aan te kijken. Ondanks hun eerdere woordenwisseling van die dag bewoog hij één mondhoek iets omhoog. Zijn gedachten dwaalden terug naar het laatste schooljaar voordat hij geschorst werd door dezelfde man die zojuist had verkondigd dat er meer bokslessen gegeven zouden worden.
          “Ik gok dat Eichenauer het ermee eens zou zijn,” reageerde hij op haast achteloze toon, alsof er niet een rand van donkere humor achter schuilging. Onaangedaan richtte hij zijn blik weer voor zich. “Wat spijtig dat hij er niet bij kan zijn.”
          Zwijgend keek hij toe hoe het gros van zijn medestudenten hun stoel naar achteren schoof om de zaal te verlaten, maar juist hij greep de mogelijkheid aan zijn benen te strekken om zo het gangpad te blokkeren. Hij wist dat Nore de eerste kans zou aangrijpen om bij hem vandaan te stuiven en hij hoefde niet lang te wachten op een bevestiging van zijn vermoedens.
          “Aleksey, haal die benen van je aan de kant,” beval de blondine hem op een toon die ze in zijn nabijheid maar al te vaak aannam. Alsof hij nu pas doorhad dat hij de reden was dat ze het gangpad niet kon verlaten, sloeg hij zijn blik naar haar op. Nog altijd zat hij ontspannen in de stoel, zonder dat zijn lichaam zelfs nog maar aanstalten maakte om in beweging te komen. Uitdagend trok hij een wenkbrauw op: was ze dan vergeten dat haar scherpe toon hem nog nooit had kunnen afschrikken?
          “Alsjeblieft,” rolde er dan toch nog over haar lippen, op een toon waarvan zelfs een dove nog zou kunnen horen dat deze niet oprecht was. Het zorgde ervoor dat de koele uitstraling van de Rus voor even werd opengebroken. Hij bewoog een hand naar zijn hart.
          “Toe nou, Elya,” reageerde hij op geveinsd gekwetste toon, al amuseerde de situatie hem in werkelijkheid eerder. “Als ik niet beter zou weten dan zou ik denken dat je een hekel aan me hebt.” Inmiddels zou de blondine beter moeten weten dan een poging te wagen hem af te wimpelen. Er was te veel gebeurd om nog te kunnen veinzen alsof er niets aan de hand was. Het was hem al eerder opgevallen dat haar ogen niet langer meer meelachten als ze in de aanwezigheid van Ryker verkeerde. Aanvankelijk had hij het afgedaan als een onschuldige onenigheid. Iedereen van de jongens wist hoe Ryker kon zijn: iemand met zo nu en dan een kort lontje, maar over het algemeen een goede gast. Ondanks zijn onderbuikgevoel dat het niet in orde was tussen die twee, was het niet tot de avond voor zijn vertrek dat zijn hersenen alle puzzelstukken ineen leken te schuiven. Het viel moeilijk te geloven dat zijn vriend ertoe in staat kon zijn, maar op dat moment in de schemering en de serene rust van de bibliotheek had hij de vraag moeten stellen. Hij vroeg het voornamelijk om te kunnen horen hoe ze zijn aanname zou ontkrachten, zodat hij de stem in zijn achterhoofd die hem influisterde dat er meer dan slechts een woordenwisseling tussen de blondine en zijn vriend had plaatsgevonden voor eens en voor altijd het zwijgen op kon leggen.
          “Heeft Ryker je pijn gedaan, Nore?”
          De wijze waarop de Française tegenover hem had geantwoord, stond nog vers op zijn netvlies. Nore, die altijd haar antwoord klaar had en korte metten maakte met alles wat haar niet zinde, was alles behalve stellig geweest. Diezelfde Nore leek zichzelf krampachtig te moeten dwingen om niet haar blik neer te slaan. Haar hakkelende woorden waarmee ze zorgvuldig een antwoord leek te moeten kiezen, had hem alles behalve gerustgesteld. Het was een gevoel van waakzaamheid dat enkel nog maar gegroeid was nadat hij met haar mee was geweest om Ryker op te zoeken. Het was een gevoel dat hij niet langer meer kon negeren; niet nadat het incident zich enkele dagen terug opnieuw had herhaald, waarbij steevast één naam de hoofdrol speelde in de kwetsbaarheid van Nore: Ryker Aschenburg.

    “Als u ons wilt excuseren, Miss de Marigny en ik hebben nog een belangrijk project om af te maken, toch Nore?” Een charmante, verontschuldigende glimlach was op het gezicht van de Rus verschenen nadat hij zich moeiteloos had gemengd in het gesprek tussen Nore en Herr Aschenburg. Wellicht was het de gang geweest die nagenoeg leeg was, of misschien werd zijn aandacht vaker naar de blondine toegetrokken dan zou moeten. Misschien waren zijn ogen enkel op het tweetal gevallen omdat hij Nore een tijd terug in het ziekenhuis op exact dezelfde manier had gezien voordat ze volledig ingestort was. Wat de reden ook mocht zijn: hij had geen aarzeling gekend om het gesprek feilloos over te nemen alsof Herr Aschenburg een oude vriend van hem was.
          Op natuurlijke wijze had hij zijn hand op haar onderrug geplaatst, alsof hij als het mogelijk zou zijn alle spanning in haar lichaam zou willen overnemen. Zacht en geruststellend wreef zijn duim over de stof van haar blouse, nadat hij haar subtiel had gedwongen haar vingers te strekken, zodat haar nagels zich niet meer in haar huid boorden.
          “Oh, zeker. U weet vast nog wel hoe strikt ze hier kunnen zijn met deadlines.” Alek durfde te zweren dat de man tegenover hen de trilling in haar stem niet merkte, maar voor wie echt luisterde was de spanning overduidelijk hoorbaar. Beleefd nam Alek het voortouw in het afscheid van de man, om de blondine naast hem vervolgens zonder schroom van hem weg te begeleiden; zijn hand nog altijd als een anker op haar onderrug geplaatst.
          “Ik ben bij je, Elya, oké?” beloofde hij zacht, zelfs al wist hij niet zeker of zijn woorden op dit moment wel bij haar binnendrongen. Vanuit zijn ooghoeken merkte hij op dat ze met de pas minder stevig op haar benen stond en het zorgde ervoor dat hij haar kalm maar gedecideerd het dichtstbijzijnde lokaal loodste, ver weg van nieuwsgierige blikken. Zonder twijfel sloot hij de deur achter hen, maar nog voordat hij zich weer goed en wel naar haar toe had kunnen draaien, hoorde hij de snikken over haar lippen rollen.
          Zwijgend sloeg hij gade hoe Nore in een wanhopige poging de stof van haar blouse van haar hals vandaan trok, alsof het haar de mogelijkheid zou bieden de lucht te vinden waar haar lichaam zo hevig naar snakte. Hoe haar trillende hand onvast op haar borstkas rustte, alsof ze zichzelf handmatig probeerde te laten ademen. Het zien van hoe haar lichaam code rood over zichzelf had afgeroepen deed hem meer dan zou moeten. Het was niet anders dan het gevoel van een jaar eerder in de bibliotheek. Of van een paar maanden geleden in het ziekenhuis. Hij zag Nore niet graag in pijn of in tranen. En net zoals de vorige keren was hij zich er maar al te goed van bewust dat niet
    hij de man was die haar hierin zou moeten steunen. Hij zou afstand moeten bewaren.
          “I-ik… Ik kan niet…”
          Alek liet Nore haar zin niet afmaken, maar had in enkele passen de afstand tussen hen in overbrugd. Wolf was er niet en hij kon niet aan de zijlijn toekijken hoe ze voor zijn ogen volledig instortte. Zonder aarzeling sloot hij zijn armen om haar lichaam heen. “Dit kun je wel,” reageerde hij met de gebruikelijke kalmte in zijn stem. “Het komt goed.”
          Zacht sloot zijn hand zich om haar trillende, om deze op zijn eigen borstkas te drukken zodat ze het regelmatige kloppen van zijn hart kon voelen. Zijn kin steunde op haar kruin, terwijl de duim van zijn vrije hand kalmerend over haar rug wreef. “Focus op mijn ademhaling. Rustig en langzaam,” sprak hij zacht. Ondanks zijn kalme uitstraling maakten zijn gedachten overuren en brandden er tientallen vragen op zijn lippen. Dit was echter niet het juiste moment om haar naar de reden te vragen. En dus deed hij wat een man zou moeten doen: hij was er voor haar.
          “Het is oké. Je bent veilig hier.”


    “Aleksey, Klaus roept de club bij elkaar. Vijf minuten. Aanwezigheid verplicht.” Het was de stem van Lukas Braun, de jongen aan wie de Rus zojuist nog met één kleine beweging van zijn hoofd had opgedragen zijn zitplaats aan hem af te staan, die zijn overpeinzingen verbrak. Alek knikte kort naar de lagerejaars, als teken dat hij het had gehoord, waarna hij eindelijk overeind kwam en in één soepele beweging de boeken uit Nore haar handen nam.
          “Ik loop met je mee,” kondigde hij aan, zonder dat ze hier iets tegenin zou kunnen brengen. De zaal waar de vergaderingen van de Gentlemen’s Club plaatsvonden lag in dezelfde vleugel als de bibliotheek. Het zou slechts een kleine omweg zijn om mee te lopen, maar zelfs als dit niet het geval was geweest, had hij zonder aarzeling de keuze gemaakt de blondine te vergezellen. Het zou weinig getuigen van het zijn van een gentleman als hij haar zou laten zeulen met boeken, nietwaar? Bovendien hadden ze een gesprek te voeren. Met de nieuwe maatregelen wilde hij Klaus zeker nog spreken over een zekere studente met twee gezichten, maar zijn vriend zou nog even op die openbaring moeten wachten. Of Nore het nu wilde of niet: hij had gezien hoe haar lichaam volledig was ingestort en anders dan de Joden kon hij niet zwijgend aan de zijlijn toekijken hoe dat gebeurde met iemand om wie hij gaf. Maar hij kon haar niet helpen als ze haar lippen stijf op elkaar hield.
          Alek schoof zijn stoel iets naar achteren, zodat er ruimte was om hem te passeren. De boeken rustten moeiteloos – en gemakshalve buiten haar bereik – op zijn rechterarm en met zijn vrije hand gebaarde hij naar het einde van het gangpad om haar eerst te laten gaan. Kort vond zijn blik die van haar en waar zijn helblauwe ogen eerder koud en emotieloos hadden gestaan, stond er nu een ernstige en verrassend zachte blik in.
          “Ik heb alle tijd, Nore.”



    w/ Nore @ great hall











    She's imperfect but she tries

    VIKTORIYA OLESYA DROZDOVA
    rome wasn't built in a day
    but it burned in one
    nineteen • great hall • with Sal • anthem

    De sfeer in de zaal was beladen. Zwitserland was een neutraal land, wat Montreuxe een neutrale school zou moeten maken, maar al na enkele dagen op de school was duidelijk geworden dat dat laatste zeker niet waar was. De macht die Duitsland langzaamaan kreeg over Europa werd weerspiegeld op de school, met alle nieuw ingevoerd regels. Er was geen twijfel over – als ze nu haar ouders zou bellen met de mededeling dat ze liever haar tijd vertoefde in haar moederland dan zou ze binnen enkele dagen terug zijn. Het was zo geregeld. Het zou ook betekenen dat ze alsnog haar excuses aan zou moeten bieden aan Maxim. Misschien dat ze op een later moment bij zou draaien, maar momenteel schoot ze haarzelf nog liever in haar eigen voet.
          Vika was niet Joods, dus het was niet haar probleem. Niks waar zij zich druk over zou moeten maken. Nog niet, afhankelijk van wat er tussen de Soviet Unie en Duitsland zou gebeuren. Het kon nooit kwaad om al voorzichtige bandjes uit te gooien binnen de school, relaties vormen die in de toekomst nog van pas konden komen. Voor haarzelf dit keer, en voor eens niet voor haar ouders, met de vele jongens op Montreuxe die zo gretig waren om iets voor hun land te betekenen. Vika’s blauwe ogen dwaalden door de zaal, haar eigen gezicht in de plooi houdende, terwijl ze de reacties van de anderen bestudeerden. Lang niet allemaal waren even bedreven in verbergen van emoties, al was dat ook niet nodig wanneer het nieuws over de Kristallnacht iets was wat je wilde horen. Anderen hadden juist duidelijk twijfel op hun gezicht staan. En dan waren er nog diegenen bij wie alle kleur uit hun gelaat was verdwenen. Het was niet moeilijk om te raden welke studenten dit voornamelijk. Dezelfde studenten die tot nu toe feilloos had vermeden. Met de huidige situatie in Europa zouden zij van weinig tot absoluut geen nut zijn. De moeite niet waard. Wat haar nog het minst van alles beviel, was in hoe weinig detail Herr Hartman verteld had. Slechts het hoog noodzakelijke. Ondanks dat het verre van haar zorgen waren, kon het nooit kwaad om van alles op de hoogte te zijn. In tegendeel zelfs.
          Als laatste viel haar blik op de jongen naast haar, met een pokerface alsof de directeur net het weerbericht voor de komende dagen had verkondigd, in plaats van wat er enkele nachten geleden had plaatsgevonden in Duitsland. Hij was niet Duits, als zijn uiterlijke karakteristieken iets waren om op af te gaan. Vika dacht dat ze hem enkele dagen geleden Italiaans had horen spreken met een kleine brunette. Italiaans, een taal die nog niet in haar straatje lag maar welke ze er wel graag aan wilde toevoegen. Ze had deels dezelfde vakken als hem, maar had tot nu toe nog niet met hem gepraat.
          Met directeur Hartman die van het podium verdwenen was, kwam de rest van de zaal tot leven, de studenten druk met elkaar pratend. Haar mening over de nieuwe regels zou ze voor zich laten bij donkerharige jongen, nu zij nog niet kon inschatten hoe hij hier over dacht, al kon ze het niet laten om er een korte opmerking over te maken. Er geheel niks over zeggen was ook tot een zekere hoogte macaber. “Al eens nagedacht over een carrière in poker?” vroeg Vika hem vlotjes. “Mochten de rijkelijke lessen hier niks voor je kunnen betekenen, dan kun je dat nog altijd overwegen.” Ze gaf hem een kleine glimlach, om hem te laten weten dat ze hem slechts aan het plagen. “Je bent Italiaans, toch?”


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    SALVATORE CAMORRA
    It never was about the money or the drugs. For you there's only love
    It never was about the party or the clubs For you there's only love
    W. Vika • Great Hall


    Met afschuw had Salvatore geluisterd naar de toespraak van Herr Hartmann geluisterd. Zijn gezicht hield hij zo neutraal mogelijk, maar van binnen voelde Salvatore slechts woede en onbegrip. Hij vond het moeilijk te bevatten dat de manier waarop de Joden in Duitsland werden geterroriseerd hier zo laconiek werd medegedeeld aan de leerlingen. Zelf was hij dan meerderjarig, maar hij kon ook vele jongere studenten spotten in de Grote Zaal van Montreuxe. Wat voor een zieke geesten creëer je door 11-jarigen zulk nieuws te vertellen en daarbij te doen alsof het de normaalste zaak van de wereld is?
          En dan die nieuwe regels... Joodse studenten mochten niet langer deelnemen aan buitenschoolse activiteiten, ze mochten niet meer naar de omliggende dorpen, ze moesten tussen 8 uur ‘s avonds en half 8 ‘s ochtends op hun kamer blijven, ze moesten achterin het klaslokaal zitten en mochten niet langer met niet-Joodse studenten op een kamer slapen....Het was misselijkmakend.
    Wat het eigenlijk nog erger maakte was de kalme reactie van de menigte in de zaal. Salvatore vond dat die opsomming van de regels een soort gevangenis voor de Joodse studenten creëerden, maar iedereen leek te doen alsof dit de zoveelste toespraak van Herr Hartmann was over een nieuw lesrooster of iets dergelijks. Zou iedereen het echt oké vinden?
          Rustig wreef Salvatore in zijn handen, terwijl hij zijn ademhaling traag probeerde te houden. Hij wilde boos worden, maar bevond zich niet in een positie dat hij dat kon doen. Er moesten toch wel meer leerlingen zijn die dit te ver vonden gaan? Het kon toch niet zo zijn dat de jongens die hem zo hartelijk hadden ontvangen in de Gentlemen’s Club achter deze regels stonden? Finlay? Reiner? Ben? Salvatore zocht ze met zijn ogen op in de zaal, maar ze zagen er nou niet bepaald aangeslagen uit. Ondanks de nonchalance van zijn vrienden vroeg Salvatore zich af; was er dan niets wat hij kon doen? Ze konden dit toch niet gewoon maar laten gebeuren?
          Voorovergebogen en met zijn handen ineen geslagen tuurde Salvatore de zaal door en zocht hij de enige persoon die hij op dit moment écht wilde spreken. Hij vond haar in het gezelschap van Ingvar en wilde haar naar hem toe wenken, maar de strenge blik die zijn zus hem schonk vertelde hem genoeg. Niet hier.
          “Al eens nagedacht over een carrière in poker?” klonk de stem van Viktoriya naast hem. “Mochten de rijkelijke lessen hier niks voor je kunnen betekenen, dan kun je dat nog altijd overwegen.”
    Salvatore verbrak het oogcontact met Aurora en keek Vika aan.
    Het meisje glimlachte gemoedelijk.
    “Je bent Italiaans, toch?”
          Salvatore grinnikte. “Nee, ik ben Duitser,” zei hij, waarna hij zich wat naar Vika toe boog. “Heil Hitler,” fluisterde hij sarcastisch in haar oor.
    Als Aurora die flauwe opmerking had gehoord, had hij nu sowieso een klap tegen zijn achterhoofd gekregen, maar Salvatore moest iets van zijn afkeer tegen de huidige omstandigheden uiten. Het hele gebeuren was té afschuwelijk om niks te zeggen.
    “En ik heb toevallig inderdaad wel eens nagedacht over een carrière in poker, hoezo?” kwam hij terug op de vraag van het meisje. “Viktoriya was het niet?” Vroeg hij haar toen. “Afrikaanse, toch?” En Salvatore glimlachte op dezelfde goedaardige manier waarop Vika zojuist zelf naar hem had gelachen.

    AURORA CAMORRA
    Being a bitch is my kink, what the fuck else did you think?
    W. Ingvar • Grote Zaal


    Aurora zat met over elkaar geslagen benen en armen in de Grote zaal van het internaat genaamd Montreuxe. De mededelingen over Kristall nacht hadden de ruimte en de school haar normaliter zo onrustige studenten in stilte achtergelaten. Zelf had Aurora slechts één keer haar ogen ten hemel geslagen, namelijk bij het horen van de uitsluiting van Joden bij buitenschoolse activiteiten. Waar ze in eerste instantie zichzelf alleen had opgegeven voor de Schaakclub en de Dames Bakclub, had Aurora daar na week één gymnastiek aan toegevoegd om meer tijd met Suze te kunnen doorbrengen. Nu haar vriendin niet langer mocht mee sporten kon ze gymnastiek meteen uit haar rooster schrappen. Wat een nutteloze regel en wat een vervelende consequentie had het voor haarzelf. Wellicht moest ze Nore maar vragen om het hockey team te komen versterken, want met alleen schaken en de bakclub zou Aurora zich dood vervelen bij de hobbyverenigingen. Voornamelijk bij die laatste.
          Haar eerste avond op Montreuxe had duidelijk een indruk achtergelaten bij bepaalde personen en daar merkte Aurora nog altijd de naweeën van. Na haar gezellige kennismaking met Benjamin had voorzitter van de Bakclub Anna haar nooit echt een kans meer gegeven om haar te leren kennen. En die stijve vriendin van een Eva leek ook haar oordeel al te hebben gevormd. Prima. Het was toch niet alsof Aurora die twee stijve trutjes als potentiële vriendinnen beschouwde. Het enige jammere was dat Benjamin na die avond weer strak aan de lijn werd gehouden door Miss Boring. Nou goed, his loss.
          Na het benoemen van de nieuwe regels over de buitenschoolse activiteiten had Aurora niet echt meer geluisterd naar de woorden van het schoolhoofd. Waarschijnlijk hadden ze toch geen invloed op haar verblijf op het internaat en dus waren ze irrelevant. Ietwat verveeld stiftte Aurora haar lippen opnieuw rood en automatisch zochten haar ogen haar broer op. De uitdrukking op Salvatore zijn gezicht zou voor elk ander onleesbaar zijn, maar door één blik op haar broer te werpen wist Aurora genoeg. Snel trok ze streng haar wenkbrauwen op en vergrootte haar ogen iets, om haar wederhelft te laten weten dat dit niet de tijd of plek was om de held uit te hangen. Natuurlijk was Salvatore zijn neiging om moreel gezien de ridder te spelen meteen aangewakkerd na het horen van Herr Hartmann zijn woorden, maar dat was niet hun rol op deze school.
          Al meerder keren had ze Salvatore de afgelopen weken op het hart gedrukt dat ze hier niet waren om dingen te veranderen. Het enige wat ze hier deden was de tijd uitzitten tot ze weer konden terugkeren naar huis. Maar hier in de Zwitserse bergen luisterde Salvatore slechter dan onder de Siciliaanse zon. Vanaf dag één was hij al te geïnvesteerd geraakt in de levens van hun medeleerlingen en Aurora was er slecht over te spreken. Waar ze thuis de regie in handen hield en voor het grootste deel bepaalde wat haar broer en zij deden, leken de spelregels op Montreuxe te zijn veranderd. Salvatore had een soort zwak ontwikkeld voor Dagmar en Aurora vermoedde dat hij iets wist over het voorval tussen de brunette en Ryker wat hij niet aan haar vertelde. Het irriteerde haar mateloos, maar hoopte dat het niet meer was dan dat Salvatore eindelijk haar voorbeeld had gevolgd en Dagmar voor wat ontspanning gebruikte. Al wist Aurora eigenlijk wel beter.
          Zelf had ze haar tweelingbroer echter ook niet verteld over haar eigen kennismaking met Aschenburg en dat was ze ook niet van plan. Het was jammer dat Ryker al zo snel na hun introductie aan elkaar de school moest verlaten. Van hun afspraakje tijdens de lunch was het vanzelfsprekend ook niet gekomen, want het ongeluk vond helaas die ochtend al meteen plaats. Het was zonde. Aurora mocht hem graag. Hij was knap, had goed haar, een goed lichaam en had ook nog eens niet slecht gepresteerd die nacht. Zo zonde. Maar Ryker lag in het verleden. Of in één of ander ziekenhuis is in Duitsland. Wie weet.
          Aurora stopte haar lipstick weg en draaide aan de gouden ring om haar vinger. Ryker zijn ongeluk was jammer, maar het was niet alsof vervanging voor hem vinden moeilijk was geweest. Het moment dat Ryker het toneel had verlaten, betrad Aleksey Belov het podium. De Rus was een absolute schat en Aurora was maar wat blij geweest toen ze hem voor het eerst in de gangen van de school had zien lopen. Wellicht was het maar beter dat Ryker verdwenen was, het zou nooit haar bedoeling zijn om twee vrienden tegen elkaar op te zetten omwille van haar aandacht. Alhoewel...
          Van Salvatore keek Aurora naar Lexie en heel even liet ze haar ogen op de vrije loop. Zoals altijd zag haar favoriete nachtelijke tijdverdrijf er zalig uit. Aurora haar ogen bleven even hangen op Lexie zijn lichaam en dan voornamelijk hoe hij zijn broek vulde, toen Ingvar tegen haar begon te praten.
    “En, ben je net zoals de meeste anderen hier blij dat de Joden nu minder rechten hebben of denk je hier toch anders over?” had hij zachtjes gevraagd.
          Het kostte enige moeite om haar ogen los te maken van Lexie, maar uiteindelijk wendde Aurora zich tot de jongen naast haar.
    Onverschillig haalde ze haar schouders op. “Zolang ze de feestjes maar niet gaan verbieden.” zei ze, al was dat niet helemaal waar, maar ze ging niet aan Ingvar zijn Zweedse neus hangen dat ze het jammer vond nu minder tijd met Suze te kunnen doorbrengen. Ze was niet dom.
    Waar de meisjes op Montreuxe niet bepaald in de rij stonden om vriendinnen te worden met Aurora, leek dat bij de jongens een ander verhaal te zijn en Ingvar was daar een van. Ze had hem leren kennen als de kamergenoot van Salvatore en juist doordat Ingvar een kamer deelde met haar broer zag ze hem steeds regelmatiger.
          “Ach, in ieder geval gaat meer sport interessant worden, ik kijk er al naar uit dat sommige jongens nu nog beter gaan kunnen meppen.” grinnikte Ingvar.
    Aurora lachte en keek hem hoofdschuddend aan. “Je gaat me toch niet vertellen dat jij geweld aanmoedigt?” vroeg ze grappend. “En ik maar denken dat Zweden vredelievender waren dan Zuid-Europeanen.” Overdreven teleurgesteld zuchtte Aurora en haar ogen gleden over Ingvar heen. “Bovendien, ik denk niet dat jij meer sport nodig hebt, of wel?”
          Nog altijd iets verveeld door de omstandigheden in de Grote Zaal liet Aurora zich wat onderuit zakken en ze liet haar hoofd rusten op de Zweed zijn schouder. “Maar jij dan Ingvar,” ging ze verder. De naam van de jongen vond ze nog altijd vreemd en voelde vreemd aan in haar mond. “ben jij blij met de veranderingen?” Ingvar zijn voornaam was dan wel niet zo boeiend, maar zijn achternaam daarentegen... Al snel had Aurora door dat de familie Sernander er een heel interessante handel in wapens op nahielden en dat was iets wat voor de familie Camorra maar wat van pas kon komen in de toekomst.

    [ bericht aangepast op 15 feb 2022 - 11:36 ]

    Johann      Voss
    19      •      With Serilda      •      in the main hall

    Who will stop all this madness that has consequences no man understand?




         
    Johann voelde zich absoluut niet comfortabel, omringd met al zijn medeleerlingen, luisterend naar een speech die hij niet wilde horen. Het ging hem direct niet eens wat aan, maar toch voelde hij zich er erg naar onder worden. Hij voelde voor zijn vrienden, voornamelijk Suze, maar het maakte hem ook bang voor wat er in de toekomst zou kunnen volgen. Wat als het schoolbestuur erachter kwam dat hij gay was en vond dat er ook regels opgesteld moesten worden voor mensen zoals hij? Dan zou het sowieso bekend worden aan de hele school en zou zijn leven net zo verpest gaan worden als dat van de Joden. Hoe boos hij ook werd om hun lot, hij deelde het liever niet. Toch voelde hij zich wat lullig om dat hij de dans ontsprong, terwijl er zat mensen van mening waren dat hij hetzelfde verdiende.
          Zijn blik dwaalde af naar Suze om zich ervan te verzekeren dat zij niet direct werd lastig gevallen. Niet dat hij er veel aan zou kunnen doen zonder zichzelf in gevaar te brengen, maar hij zou toch iets geruster zijn als hij wist dat zij veilig was. Johann had gemengde gevoelens over het feit dat ze bij Wolf stond. Hij wist dat de jongen vriendelijk naar haar was, in privé was hij ook chill naar hemzelf, maar toch vertrouwde hij de jongen in het openbaar niet volledig. Hij had een reputatie om hoog te houden en hoe fijn hij ook één op één was, Johann was bang dat hij nu Suze wel opeens zomaar voor de bus zou kunnen gooien. Iets wat ze absoluut niet verdiende. Ze had vrienden nodig, ook al waren ze alleen bereid dit te zijn in privé. Het was nu eenmaal beter dan niets.
          Als hij zijn blik toch al liet dwalen, dan kon hij het niet laten om toch Reiner weer op te zoeken. Zijn hart kromp ineen toen hij weer aan zijn kamergenoot dacht, maar toch kon hij de jongen niet volledig laten gaan. De afgelopen maanden had Reiner geweigerd om met hem te praten over wat die ene nacht na het eerste feest voorgevallen was tussen hen. Ondertussen durfde hij Johann niet eens meer aan te kijken, deed hij alleen nog maar enigszins normaal in het openbaar en dan nog was hij koud. Uiteindelijk had Johann het dan ook opgegeven en nu negeerde hij Reiner ook, deden ze bij elkaar alsof ze lucht waren terwijl ze samen in hun kamer waren. Het deed pijn, maar hij moest zichzelf afsluiten voor de jongen die hem alleen nog maar meer pijn zou kunnen doen. Toch kon hij het op momenten als deze toch niet laten hem met zijn blik te zoeken. Om deze dan gauw weer af te wenden, zodra hij Reiner in het bijzijn van Klaus zag.
          Klaus had hem de afgelopen tijd redelijk met rust gelaten, maar toch had hij altijd het gevoel dat de jongen hem in het vizier hield. In zijn bijzijn probeerde hij toch altijd om de aandacht van een vrouwelijke klasgenoot te trekken, alles om hem in de waan te laten dat hij hartstikke hetero was. Of Klaus hier daadwerkelijk in trapte was nog maar de vraag, maar hij kon het in ieder geval proberen.
          Zo besloot hij dan ook nu dat hij misschien maar een gesprekje moest aangaan met het meisje naast hem, hoe weinig zin hij ook had om over deze nieuwe regels te moeten beginnen. Het was een gevaarlijk spel dat hij probeerde te spelen, alles om maar onder de radar te blijven. Met nog een blik, realiseerde hij zich dat dit Serilda was, een meisje dat één van de nieuwe leerlingen was. Dat kon zijn redding zijn, dan hoefde hij niet over de woorden van de schooldirecteur van zojuist te beginnen.
          'Heb je het nog een beetje naar je zin hier na de eerste twee maanden?' vroeg hij haar, toch redelijk uit het niets. Hopelijk zou ze hem er niet te vreemd om aankijken, maar hij moest iets. Er moest toch ergens een meisje op deze school zijn dat hem interessant zou kunnen vinden, hoe verschrikkelijk hij het ook vond om dan een toneelstuk op te moeten gaan voeren. Hij begon toch steeds wanhopiger te worden in zijn pogingen om eventuele roddels over hem te doen doven.
          'Ik kan me voorstellen dat zo'n grote bijeenkomst nogal intimiderend is, maar gelukkig gebeurt dit niet vaak,' probeerde hij haar nog gerust te stellen, al had hij geen idee in hoeverre ze dit daadwerkelijk nodig had. Daarnaast waren de onderwerpen van zulk soort bijeenkomsten over het algemeen ook een stuk minder alarmerend, maar dit vertelde hij er maar niet bij. Hij had geen idee hoe Serilda tegenover dit alles stond en hij wist ook dat hij op zijn woorden zou moeten letten zo in het openbaar.

    [ bericht aangepast op 19 feb 2022 - 19:41 ]

          REINER ARTUR BIRCHENFELT     
    ”By design, he was made for the frontline.”
    soundtrack • w. Klaus • Grote Zaal













    tw; anti semitism, abuse, internalised homophobia

    Met zijn gebruikelijke strenge, maar dit keer ook ietwat bezorgde blik, volgden Reiner's blauwe ogen Herr Hartmann terwijl de man met opgeheven hoofd de ruimte verliet. Tijdens de toespraak waren zijn gedachten direct naar de familie van Suze afgedwaald. Terwijl zijn hart in zijn keel had gebonsd, had hij hun mooie boekwinkel in Berlijn voor zich gezien. Hij vroeg zich af in hoeverre de zaak kort en klein geslagen was en bad in stilte dat de familie Polak deze keer gespaard was gebleven. De blonde Duitser liet zijn ogen door de ruimte gaan, stiekem op zoek naar zijn ex-vriendin, maar hij kon haar niet vinden. Hij voelde dezelfde nervositeit die hij had gevoeld toen hij zijn pa twee weken eerder had gevraagd naar Boaz. Suus had Reiner gevraagd - nee, gesmeekt of hij zijn vader kon vragen om informatie in te winnen over haar afgevoerde broer. De familie Polak had al maanden niets meer van hem vernomen.
    Het had hem een ferme klap in zijn gezicht opgeleverd. Reiner senior sloeg hem niet vaak, maar deinsde er niet voor terug wanneer hij zich aangetast voelde in zijn trots. Hij had zijn jongste zoon met walging aangekeken en hem gewaarschuwd dat als hij zich “nog één keer om die smerige rot-Joden zou bekommeren, hij stappen zou ondernemen.” Het was ondenkbaar dat Suze en haar familie niet al te lang geleden nog aan hun eettafel hadden gezeten om samen te dineren. Mevrouw Polak had nog zelfgemaakte boterkoek voor hen meegenomen waar ook zijn vader van gegeten had.
    Met lood in zijn schoenen had Reiner Suze apart genomen om haar te vertellen dat hij het had geprobeerd, maar haar niet meer kon helpen. Dat zijn vader hem een klap had verkocht liet hij uiteraard achterwege. Het werd tijd om nog meer afstand te nemen van Suze, hoe erg hij dat ook vond.
    Nog nooit had ze hem zo hard nodig gehad en nog nooit had hij zo weinig voor haar kunnen betekenen.
          Zijn afgedwaalde gedachten keerden terug naar het heden door het onrustige getik van de schoen van zijn neefje naast hem.
          “We hadden erbij moeten zijn,” sprak hij, een enthousiaste ondertoon in zijn stem. “Echt belachelijk dat we hier zitten, terwijl we thuis die gore Joden op hun plek hadden kunnen zetten.” Hij schudde zijn hoofd en Reiner knikte.
    Klaus begon met de dag meer zoals zijn oom te klinken - Nee, Birchenfelt senior klonk elke dag weer een beetje meer als Klaus. Reiner's vader was stukje bij beetje steeds verder in het nazi-gedachtegoed getrokken, maar zijn neefje had de radicale ideeën al sinds dag één omarmd. Samen met Eva had hij er tijdens hun relatie kleurrijke gesprekken over gevoerd, vaak genoeg wanneer Rein erbij zat. Het had hem kotsmisselijk gemaakt. Destijds hadden ze nog weggezet kunnen worden als radicalen, maar tegenwoordig? Tegenwoordig was anti-semitisme de norm.
          “Wat moet Wolf met haar?”
    Reiner volgde Klaus' blik. Zijn hart sloeg een slagje over toen hij Suze zag staan, samen met Wolf.
    De twee mensen die hij zoveel wilde zeggen, maar waarvan de ene confessie nog ondenkbaarder was dan de andere.

    Zijn gevoelens voor Wolf waren er helaas niet minder op geworden. Reiner's nacht met Johann na het feest, had iets verschrikkelijks bevestigd. Het had een waarheid blootgelegd die hij niet onder ogen wilde komen. Zijn hele leven had hij gedacht dat hij op vrouwen viel, het liefst met lange, donkere haren en een ontwapenende glimlach. En hoewel daar niets aan was veranderd, kon hij niet langer voor zichzelf ontkennen dat hij daarnaast ook andere voorkeuren had. Hij voelde zich ook aangetrokken tot mannen - tot zijn jeugdvriend Wolfgang Schultze, om precies te zijn. Het was vernederend. Walgelijk. Het ging in tegen alles waar zijn geloof voor stond. Waar zijn vader voor stond. Waar zijn mannelijkheid voor stond. Zijn hele leven bouwde hij al aan zichzelf om op een dag zijn familie trots te kunnen maken en zijn plek in het leger te bekleden. Mentaal, fysiek, alles om sterk, capabel en onoverwinnelijk te zijn.
    Hoe was het erin geslopen..? Was hij ziek? Kon hij de zwakte eruit bidden, als hij maar goed genoeg zijn best deed? Zou het weggaan als hij probeerde er niet aan te denken? Zoveel vragen, en niemand waarmee hij erover kon praten. Of nou ja.. dat was het probleem niet. Johann had meermaals geprobeerd om met hem in gesprek te gaan over wat er gebeurd was. Maar het uitspreken, maakte het echt. Het was een confrontatie die Reiner simpelweg nog niet aankon. Het was al erg genoeg om de realisatie in zijn hoofd zelf te verwerken.
    Het betekende overigens niet dat hij zich niet verschrikkelijk voelde over de manier waarop hij Johann behandelde. Zijn goedaardige vriend had zijn kilheid niet verdiend. Het was echter het enige wat Reiner hem op dat moment kon bieden. Elke keer als hij de jongen zag, moest hij denken aan die goddeloze nacht. Zijn hersenen onder invloed, hun lichamen dicht tegen elkaar aan, Johann’s lippen op de zijne… Op dat soort momenten, leek het alsof iedereen op school dwars door zijn hoofd kon kijken en kon zien wat voor smerige, schaamteloze homofiel hij diep van binnen blijkbaar was. En dus ontweek hij Jo wanneer hij kon. Praatte hij niet met hem wanneer ze samen op hun kamer waren, en zei hij alleen het hoognodige gedurende de dag. Net genoeg zodat het anderen niet op zou vallen dat er iets was voorgevallen tussen de twee.
    Hopelijk zou Johann hem op een dag kunnen vergeven.

    Klaus stootte hem aan.
          “Ik hoop maar dat hij de nieuwe regels nog even haarfijn aan haar uitlegt, anders moeten wij dat later weer doen.”
    Reiner rechtte zijn rug.
          “Ik hoop het ook. Ze moeten hun plek leren kennen,” hoorde hij zichzelf resoluut en ijskoud antwoorden. Kristallnacht was een historisch keerpunt geweest, dat voelde hij aan alles. Het was afschuwelijk om met het nazi gedachtegoed mee te moeten praten, maar hij kwam nu eenmaal niet meer weg met gematigdheid sinds afgelopen nacht. Niet bij zijn vader, niet op school en zeker niet bij Klaus. Het laatste wat hij wilde, was dat zijn neefje aan hem ging twijfelen.
    En dus trok hij zijn wenkbrauwen op en keek hij Klaus aan. “Je hebt toch gelijk gekregen. Het kon niet anders dan dat Montreuxe mee zou buigen met het politieke klimaat in Duitsland.”
    Arme Suze. Zelfs in Zwitserland was ze niet veilig meer.
          “Hoe is het met Johann?”
    Reiner voelde hoe een korte schok door zijn lichaam schoot toen zijn neef de vraag zo plotseling stelde, maar hij liet zich niet kennen. Zonder verder een spier te verrekken, haalde hij zijn schouders op.
          “Geen idee. Ik spreek hem niet zo vaak meer,” antwoordde hij kalm. Het was niet eens een leugen.
          “Wat vindt hij van die Untermensschen?” wilde zijn neefje weten terwijl zijn blik weer afdwaalde.
          “Ik neem aan dat hij ook niets met ze kan,” zei Reiner. “Dat mag ik tenminste hopen. Op een gegeven moment moet je toch bijdraaien en het licht zien. Maar ik weet het niet.”
    Toen Klaus niet direct antwoordde, volgde hij zijn blik. Ah. Eva. Uiteraard. Hij wilde zijn neefje vragen of hij oké was. Of hij haar miste. Iets in hem vertelde hem echter dat dat geen goede zet zou zijn.
          “Wie is die meid bij Eva?” vroeg hij daarom terwijl hij knikte naar de twee tengere dames die samen stonden te praten.
          “Wat vind jij van al die nieuwe?” vroeg Klaus.
    Reiner haalde zijn schouders op. “Er zitten wel knappe dames bij,” antwoordde hij vervolgens. Hij had er al langer over nagedacht, maar hij moest er binnenkort toch echt aan geloven. Hoe hij het zou moeten klaarspelen was hem nog een raadsel, maar het werd tijd dat hij een dame regelde - en snel een beetje. Alles om maar te verhullen wat er werkelijk gaande was in zijn hart.
    Hij keek Klaus aan. “Wat denk je? Zit er iets voor mij tussen?” vroeg hij toen terwijl hij een plagerige lach op zijn gezicht forceerde. Alsof hij ook maar één dame kon regelen met zijn domme gestuntel bij vrouwen. Het was echter van levensbelang dat hij het wel voor elkaar ging krijgen. "Help je mij er eentje te regelen?"
    Het gesprek leidde naar The Gentlemen’s Club.
          “We doen er goed aan om zo iedereen samen te brengen; als er iemand is die niet achter deze gebeurtenissen staat, dan weet je wat ons te doen staat, toch?”
    Klaus’ heldere, intense ogen vonden de zijne en Reiner knikte.
          “Onkruid moeten we hardhandig bestrijden. Voor je het weet hebben we een wildgroei aan verraders. En daarmee kunnen we thuis echt niet aankomen.”
          “Samen komen we er wel uit,” verzekerde Reiner zijn neefje met een kalme, zelfverzekerde stem. Hij wierp een korte blik op zijn horloge voordat hij om zich heen keek. Vervolgens stak hij zijn arm op en floot hij eenmaal hard op zijn vingers om de aandacht te trekken.
          “Weissman. Hier komen.”
    Een verraste jongerejaars keek om. Zijn ogen werden groter toen hij Klaus en Reiner zag staan en direct verliet hij zijn vrienden om naar hen toe te komen.
    “Zorg ervoor dat alle leden van The Gentlemen's Club zich verzamelen in de gebruikelijke ruimte," instrueerde Reiner hem. "Om hoe laat..?”
    Hij keek Klaus vragend aan. Reiner kende de jongen langer dan vandaag en wist dat het belangrijk was dat de jongen zich niet gepasseerd voelde.
    Het hoorde allemaal bij het spel dat de blonde Duitser geforceerd werd om te spelen.
    Nog nooit had zijn masker zo zwaar gevoeld.

    [ bericht aangepast op 16 feb 2022 - 11:50 ]


    ars moriendi

          KLAUS KAHL      
    Most people like flying kites, riding bikes in the woods, baking cake 'cause its good, I mean I would if I could...
    Reiner • Grote Zaal


    Zenuwachtig trilde Klaus met zijn been. “We hadden erbij moeten zijn,” sprak hij met een enthousiaste ondertoon tegen Reiner die naast hem stond. Sinds Ryker de school had verlaten had Klaus steeds meer tijd doorgebracht met zijn neefje en ook nu hadden ze samen naar de speech van Herr Martmann geluisterd. Een prachtige speech trouwens! Eindelijk werd er gedaan waar Klaus al jaren lang van droomde. De verraders in hun samenleving werden aangepakt en er was niemand meer om ze te beschermen. Net goed. Dat is wat ze verdienden voor het kapot maken van Duitsland en zijn geliefde land verzwakt achter te laten na de oorlog. “Echt belachelijk dat we hier zitten, terwijl we thuis die gore Joden op hun plek hadden kunnen zetten.” ging hij verder. Klaus kon niet wachten tot hij zelf onderdeel kon uitmaken van het nieuwe Duitsland. Hij wilde zo graag de ratten uit de samenleving verdrijven, dat het frustrerend was dat hij hier in Zwitserland in de schoolbanken moest zitten.
          Reiner knikte.
    Tevreden grijnsde Klaus naar zijn neefje. Het was fijn om te zien dat Reiner bij zinnen was gekomen na die rare periode in zijn leven dat hij met Suze was geweest. Over Suze gesproken...
    “Wat moet Wolf met haar?” vroeg Klaus. “Ik hoop maar dat hij de nieuwe regels nog even haarfijn aan haar uitlegt, anders moeten wij dat later weer doen.” zei hij grappend en hij stootte Reiner aan, al was zijn opmerking natuurlijk niet echt een grap. Het zou een goede test zijn om te zien of Reiner daadwerkelijk over zijn zwakte voor Joden heen was; misschien moest hij Suze maar eens aanpakken, in Klaus zijn bijzijn. Een interessant gedachtespinsel en mentaal voegde Klaus dat plan toe aan zijn ideeënlijst.
          Zijn neefje rechtte zijn rug. “Ik hoop het ook. Ze moeten hun plek leren kennen,”
    Klaus grijnsde tevreden. Precies.
    Reiner keek hem aan met opgetrokken wenkbrauwen. “Je hebt toch gelijk gekregen. Het kon niet anders dan dat Montreuxe mee zou buigen met het politieke klimaat in Duitsland.”
    En of hij gelijk had gekregen. Reiner moest eens weten. Dit alles ging nog lang niet ver genoeg, daar had Klaus deze zomer wel met Herr Birchenfelt over gesproken. Klaus had het altijd al goed kunnen vinden met zijn oom, maar de afgelopen zomer was die band steeds sterker geworden. Zijn eigen vader stond natuurlijk ook achter de partij, maar het was alsof Reiner Sr. hem op een manier begreep die anderen misten. De vader van Reiner begreep dat geweld soms de enige oplossing was voor een probleem. En voor dit Joden probleem was er volgens Klaus nog maar één oplossing mogelijk.
          “Natuurlijk heb ik gelijk.” Ingenomen sloeg Klaus zijn armen over elkaar en stopte met het tikken van zijn voet. “Wacht maar, neefje, wacht maar op wat er nog komt. Er zitten mooie dingen in het verschiet voor ons.” En hij klopte Reiner kort op zijn schouder, iets wat hij niet vaak deed, maar vandaag was zo’n heugelijke dag dat Klaus niet eens de sterke afkeer voelde die hij normaal ervoer wanneer hij Reiner aanraakte. “Wij gaan prachtige dingen zien, let op mijn woorden, ik ga opnieuw gelijk krijgen Rein.”
          Maar dat lag allemaal nog in te toekomst. Eerst hadden ze de school om te managen.
    “Hoe is het met Johann?” Vroeg Klaus vervolgens, zijn ogen inmiddels op de homofiel gericht die samen met Serilda stond te praten.
    Reiner haalde nonchalant zijn schouders op. “Geen idee. Ik spreek hem niet zo vaak meer,” antwoordde hij en dat irriteerde Klaus. Wat was dit nu voor onzin? Hij deelde een kamer met die jongen, maar wist niet hoe die gast ervoor stond? Dit zou Ryker nooit gebeuren... Een korte vlaag van gemis naar zijn goede vriend ging door Klaus heen, maar deze drukte hij ook snel weer weg. Aan Ryker had hij niks meer en Reiner was er nog wel. Wellicht moest hij hem gewoon wat dingetjes bijleren die hij van zijn beste vrienden verwachtte.
    “Wat vindt hij van die Untermensschen?” vroeg Klaus daarom verder.
    “Ik neem aan dat hij ook niets met ze kan,” vertelde Reiner en dit antwoord was al helemaal niet wat hij wilde horen. Ik neem aan. “Dat mag ik tenminste hopen. Op een gegeven moment moet je toch bijdraaien en het licht zien. Maar ik weet het niet.”
          “Hoezo weet je het niet?” Van het eerdere enthousiasme in Klaus zijn stem was niets meer over. Het was belachelijk dat Reiner niet precies wist wat Johann zijn standpunten waren. Dit soort slordigheden konden ze zich niet langer veroorloven. Vorig jaar misschien, of het jaar daarvoor, maar nu? Nee, nu moesten ze precies weten wie wat vond en wie wat dacht. “Je deelt een kamer met hem. Zoek uit wat hij vindt.” Droeg Klaus Reiner op. “Ik zou het zelf doen, maar Johann en ik liggen elkaar niet. Bovendien weet ik wel van mijn kamergenoot wat hij vindt.” Klaus wierp Reiner een geïrriteerde blik toe. Het was niet dat hij echt boos was op zijn neefje, maar hij wilde gewoon dat hij op hem kon rekenen. Voor de volle 100%.
          En toen vonden Klaus zijn ogen Eva. Zijn ex-vriendinnetje met haar strakke knot werden vergezeld door Isolde.
    “Wie is die meid bij Eva?” vroeg Reiner.
    Klaus keek Reiner aan. Sinds het uit was vond hij het maar niks om Eva haar naam uit Reiner’s mond te horen komen. Ze was van hem. Reiner had het recht niet om haar naam te noemen, maar in tegenstelling tot zijn eerdere onvrede, liet Klaus over dit ongenoegen niks los.
    Isolde Lorelei Adler,” Wist Klaus te vertellen. “19 jaar, geboren en getogen in Berlijn, jongere zusje van Maximilian Adler, voormalig voorzitter,” Het was niet nodig om te benoemen waar Max voorzitter van was geweest, er was maar één voorzitterspositie die er toe deed op Montreuxe. “Altijd thuis onderwijs gehad en sinds dit jaar is ze hier.” Eindigde Klaus zijn opsomming. Waarschijnlijk kon hij over bijna iedere aanwezige in de ruimte zo’n lijstje opnoemen. “En nu kamergenoot van Eva.” voegde hij er nog aan toe. Wat precies zijn persoonlijke connectie met de nieuwe blondine was ging Reiner niks aan en dus zweeg hij verder.
          “Wat vind jij van al die nieuwe?” vroeg Klaus vervolgens aan zijn neef.
    Opnieuw haalde Reiner zijn schouders op. “Er zitten wel knappe dames bij,” antwoordde hij. “Wat denk je? Zit er iets voor mij tussen?” en zijn neefje lachte plagerig.
    Klaus fronste. Hij vond het helemaal niet grappig. Voor je het wist was Reiner weer gevallen voor een of andere Jood. Dat het hem één keer was gebeurd was eigenlijk al te beschamend voor de familie, maar een tweede keer... Dat was ondenkbaar.
    "Help je mij er eentje te regelen?"
          Klaus knikte naar Serilda, het Franse meisje dat Johann gezelschap hield. Voor een seconde kruisten Johann en Klaus hun blik elkaar. Klaus zijn rechter mondhoek krulde iets omhoog. Als Voss maar niet dacht dat hij hem vergeten was. Ondanks dat hij veel dingen te doen had, had hij nog niet genoeg gehad van zijn spelletje met de blonde jongen.
    “Wat weet je van haar?” Vroeg Klaus aan zijn neefje, deels als test en deels uit interesse of de blondine misschien iets voor hem kon zijn.
          En toen kwamen ze aan bij de Gentlemen’s Club. “We doen er goed aan om zo iedereen samen te brengen; als er iemand is die niet achter deze gebeurtenissen staat, dan weet je wat ons te doen staat, toch?” zei Klaus.
    Reiner en zijn eigen ogen vonden elkaar en Reiner knikte.
    “Onkruid moeten we hardhandig bestrijden. Voor je het weet hebben we een wildgroei aan verraders. En daarmee kunnen we thuis echt niet aankomen.”
    “Samen komen we er wel uit,” verzekerde Reiner hem kalm. De jongen stak een arm op en floot eenmaal op zijn vingers. “Weissman. Hier komen.”
    Een van de eerstejaars keek geschrokken op en kwam zo snel als zijn benen hem konden dragen Reiner en Klaus hun richting uit. Klaus grinnikte spottend.
          “Zorg ervoor dat alle leden van The Gentlemen's Club zich verzamelen in de gebruikelijke ruimte," droeg Reiner hem op. "Om hoe laat..?” en hij keek Klaus aan.
    “Vijf minuten.” Liet Klaus weten. Ze hadden geen tijd te verliezen; hij wilde iedereens initiële reactie weten, nog voordat leden onderling met elkaar hadden gesproken. Direct na het horen van Herr Hartmann zijn woorden wist Klaus hoe hij het wilde aanpakken. De hele club bij elkaar. Zelf zou hij niet direct het woord nemen. Eerst zouden de buitenlandse studenten hun mening moeten delen: Ingvar, Moritz, Finlay, Salvatore en Aleksey. Klaus zou hen het woord geven, in de hoop direct door eventuele leugens heen te kunnen prikken. Daarna kregen de Duitse jongens het woord. Hij was nieuwsgierig wie wat zou zeggen en hoopte eigenlijk dat er minimaal één rotte appel tussen zat. Het was te lang geleden dat Klaus wat stoom afgeblazen had.
          Toen Weissman weer was vertrokken richtte Klaus zich opnieuw tot zijn neefje, terwijl zijn ogen naar Serilda gleden. “Wil je dat ik een goed woordje voor je doe?” Vroeg hij. “Of zal ik gewoon iets voor je regelen?” Stelde hij voor, waarna hij zijn hand op stak en vriendelijk glimlachte naar de Française een eindje verderop.

    Serilda Marie LaRue
    "Don't reveal too much. Let them assume. Let them wonder."

    20 • Transfer student • In the main hall w/ Johann
    Hoewel ze een poging deed om haar gezicht neutraal te houden gedurende de hele speech van Herr Hartmann, lukte dit Serilda niet helemaal. Een siddering strookte langs haar ruggengraat af, veroorzaakte een dunne laag kippenvel op haar blote armen terwijl de blondine haar lichte kijkers tot het schoolhoofd gericht hield. Onderwijl zich een ietwat onrustig, zenuwachtig gevoel zich in haar maag nestelde. Hetgeen er voor zorgt dat ze miniem een keer heen en weer wiebelt. Waar ze gedacht had zich volledig op neutraal terrein te bevinden, was dat een gedachten die haast volledig teniet werd gedaan bij het horen van de straffe gesproken woorden — de nieuwe regels welke werden opgesteld, het verschil daardoor nog grootser gemaakt. Nee, waar haar ouders gedacht hadden de LaRue zusjes weg van de oorlog te sturen, kwam deze hen alweer veel te gauw achterna. Serilda kon het niet alleen horen in de de speech, maar ook voelen in de lucht; als een gespannen sfeer, een snaar die zeer zeker eens verkeerd geraakt ging worden en de gevolgen daarvan niet in te schatten waren.
          In de afgelopen twee voorbijgaande maanden had Serilda steeds meer van Montreuxe’ leerlingen leren kennen. Bij lange na nog niet allemaal, of volledig tot op het bot, maar haar intuïtie had haar er wel al subtiel op geprobeerd te wijzen waar ze voor moest uitkijken — wat ze wel kon doen, of juist helemaal niet. Haar eigen afkomst deels niet iets dat in haar voordeel werkte onder sommige van hen, waar ze haar ouders dankbaar mocht zijn voor het gegeven feit in ieder geval haar hele leven nergens anders gewoond te hebben dan in Duitsland.
          ”Heb je het nog een beetje naar je zin hier na de eerste twee maanden?” doorbreekt een stem Serilda’s gedachten als de blondine onopgemerkt voor zich uit is gaan staren nadat de laatste woorden van speech door de ruimte heen geklonken hadden. Een tikkeltje verrast kijkt de blondine naar opzij, de jongen langs haar niemand minder dan Johann. Ze had hem in een van haar eerste dagen hier op Montreuxe leren kennen. Ondanks dat zijn vraag uit het niets tevoorschijn kwam glimlacht Serilda desondanks toch lichtjes naar hem. Ze had liever een oprechte vraag als deze, dan wanneer iemand haar nu zou vragen naar de gegeven speech en haar mening daarin. Het liefst van allemaal wilde Serilda in deze strijd als het land zelf zijn waarin ze zich bevinden; Zwitserland. Een lastige opgave wel, hetgeen ze zich maar al te goed beseft en waar ze nooit onderuit gaat komen.
          ”Jawel, ik moet het allemaal nog wel een beetje beter leren kennen, maar ik mag niet klagen verder.” Lichtjes tikken haar mondhoeken een keer extra naar omhoog, waarbij ze de vraag resoluut weet in te slikken die ze hem eigenlijk in tegen reactie terug wil geven. Serilda had nog moeite met de onderlinge plaatsen van alle leerlingen en wie waar stond binnen de aangenomen kringen. Zelf hoopte ze er onopvallend tussendoor te wandelen. “De vraag is nu alleen, blijft dat ook zo?” Hoewel Serilda een zachte gniffel laat horen, pogend de woorden luchtig en als grapje over te laten komen, realiseert ze zich maar al te goed dat het wellicht niet de gepaste woorden zijn na een speech als eerder. Een tikkeltje beschaamd kijkt Serilda dan ook weg — lichte blossen op haar wangen gekleurd, waarbij ze zachtjes op de binnenkant bijt.
          ”Ik kan me voorstellen dat zo'n grote bijeenkomst nogal intimiderend is, maar gelukkig gebeurt dit niet vaak,” zegt Johann ondertussen in een gerustellend gebaar. Een kalmte die de blondine weet te waarderen. “Nou, zeg dat,” mompelt de Française binnensmond, doch hard genoeg voor de jongen naast haar om het te verstaan. Kortstondig laat Serilda haar blik een keer rond glijden over de bekende, maar ook nog onbekende leerlingen. Vlak voor ze terug naar Johann kijkt vangen haar blauwe kijkers Klaus zijn poelen, waarbij deze al glimlachend zijn hand naar haar opsteekt in een vriendelijke begroeting. Als vanzelf verbreed Serilda haar glimlach iets en beweegt ze haar hand in een gelijk soort gebaar omhoog.
          ”Is het wel al eens eerder voorgekomen, een bijeenkomst als dit hier op Montreuxe?” vraagt Serilda dan toch, zij het voorzichtig en met enige aarzeling in haar stem, zodra ze haar blik losgetrokken heeft van Klaus en terug tot Johann gericht heeft. Dat ze hem eigenlijk wil vragen naar hoe de uitkomst van een vorige bijeenkomst als deze is gebleken drukt Serilda voor nu nog achterwege daar het vermoedelijk een antwoord is die ze misschien helemaal wel niet wil horen.



    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    ELEONORE MADELINE DE MARIGNY
    you glow differently when you're doing better
    nineteen • idkwhichroom • with Alek

    “Ik gok dat Eichenauer het ermee eens zou zijn.” Alek’s stem nam een nonchalante toon aan. “Wat spijtig dat hij er niet bij kan zijn.”
          Waar Nore eerst zo standvastig was geen aandacht te besteden aan de jongen naast, eiste hij nu toch haar attentie. “Alek!” siste ze. “Dat kun je niet zeggen.” Nog altijd deed hij alsof zijn vechtpartij met Eichenauer niks bijzonders was. Ik zou het zo weer doen, had hij haar die avond verteld, iets wat nog steeds het geval was. Ik doe wat nodig. Ze had amper haar hand geheven of Alek’s vingers waren al rondom haar pols gewikkeld, alsof hij haar intentie om hem een zachte tik tegen zijn arm te tegen al aan zag komen. “Als ik het goed herinner, ging jezelf ook niet bepaald ongeschaad uit dat gevecht. Je gaat zelf ook wel gebaat bij extra lessen.” Het beeld van een bloedende Alek was moeilijk te vergeten, zelfs anderhalfjaar later nog. Nore rukte haar pols los en vestigde haar ogen weer op het podium.
          Herr Hartman was kort hierna klaar met zijn speech en verliet de zaal. Dat laatste kon ze zelf niet doen, met een paar lange benen die haar de weg blokkeerden. Alexsey zat op de stoel alsof hij de rustigheid zelve was. Met de pure kalmheid die hij uitstraalde zou niemand durven te denken dat dit dezelfde jongen was als degene die anderhalf jaar geleden Eichenauer in elkaar had geslagen. Een avond die zo helder in haar hoofd gegrift stond, alsof het slechts onlangs gebeurd was. Pas toen ze hem beval zijn benen te verplaatsen veranderde zijn onbewogen gezichtsuitdrukking, in eentje die Nore al vaak van hem had mogen zien. Provocerend trok hij een wenkbrauw omhoog, waarop ze met tegenzin en niet-gemeende ‘alsjeblieft’ achter haar gebod voegde. Ze kon nog altijd over zijn benen heen stappen, maar het kon met zekerheid gezegd worden dat de Rus dan simpelweg zijn benen omhoog zou bewegen. Na al die tijd dat ze hem kende wist Nore dondersgoed dat hij haar niet zo maar zou laten gaan als hij iets besproken wilde hebben. De speech van Herr Hartman was slechts een korte onderbreking geweest. Er was een reden dat ze er het liefst vandoor vloog. Bij Alek kwamen de woorden die ze het liefst aan niemand wilde vertellen zo ongedwongen over haar lippen gerold dat ze al haar aandacht er bij moest houden.
          Hij legde zijn hand op zijn borstkas, op de plek van zijn hart. “Toe nou, Elya.” Zijn stem klonk bedriegelijk gekwetst, al wist ze beter. Het was puur vermaak voor hem, wat zowel frustrerend als tegelijk vreemd prettig was. Het was in één persoon bij wie ze een scherpe toon niet hoefde in te houden. “Als ik niet beter zou weten dan ik zou ik denken dat je een hekel aan me hebt.”
          Haar blik ontmoette die van Alek. “Natuurlijk heb ik geen hekel aan je, Aleksey. Je bent mijn favoriete mikpunt voor hockeyoefeningen. Dat is wel wat waard,” merkte ze op, referend naar hun aller eerste ontmoeting.
          Een jongerejaars, die eerder nog zwijgend door Alek was weggestuurd, kwam aanzetten met mededeling dat Klaus de Gentlemens Club bijeen wilde hebben. Drie keer raden wat daar het gesprek van de dag zou zijn. Haar ogen gleden door de zaal. De witblonde lokken van haar dierbare vriend waren snel gevonden. Kort stak ze haar hand op naar Klaus en Reiner, voor haar aandacht weer naar Alek getrokken werd. De jongerejaars maakte zichzelf uit de voeten en Alek kwam eindelijk overeind. Voor ze zelf een stap kon zetten waren de boeken, die ze zo zorgvuldig in haar handen had geklemd, uit haar armen verdwenen, nu rustend tegen de onderarmen van de Rus.
          ”Ik loop met je mee.”
          Geen tegenspraak mogelijk. Het nam niet weg dat Nore haar ogen vernauwde en de jongen tegenover haar voor enkele seconden strak aankeek. Iets wat ook geen eerste wat. Ze zette een stap naar voren, haar hand uitreikend naar de boeken, maar met de souplesse van een schaap ontweek hij haar poging om de boeken terug te krijgen. Alek schoof zijn stoel naar achteren en gebaarde dat Nore kon gaan lopen. De gentlemen die hij was, ladies first. Waar hij eerder de situatie nog vermakelijk vond, deed de expressie op zijn gezicht nu serieus aan. Serieus en zacht. “Ik heb alle tijd, Nore.”
          Ze wilde opnieuw gaan zitten, hem testend hoeveel tijd en geduld hij daadwerkelijk had. Het antwoord was al bekend – ze ging beslist niet van hem afkomen totdat ze gepraat hadden. Echter was ze nog steeds niet blij met de vraag waarmee hij haar had overvallen op de trap. Gaat alles oké? Het was een geheel normale vraag om te stellen aan iemand waar je om gaf, maar het was de toon die er mee gepaard ging. Dezelfde zachte tederheid en tegelijk doodsernst die ze nu in zijn ogen kon vinden. De vraag ging over een specifieke situatie en het laatste wat ze wilde was herinnert worden aan haar moment van complete paniek na het zien van Herr Ascherburg en de daarbij komende herinneringen. Nore had die nacht nauwelijks kunnen slapen en de donkere kringen onder haar ogen waren vandaag eindelijk weer verdwenen. “Pas op met wat je zegt,” zei ze slechts. Met kordate stappen liep ze langs hem de zaal uit, haar blonde lokken achter haar aan dansend. Alek’s voetstappen weerklonken naast de hare, het enige geluid tussen hen tijdens de wandeling naar de bibliotheek.
          Eenmaal in de bibliotheek stak Nore haar handen uit naar Alek, klaar om de boeken weer te ontvangen. De Rus zelf had andere plannen en slenterde verder naar balie, waar Frau Schumacher achter zat.
          ”Wat een lief vriendje heb je, die je boeken voor je draagt.” Frau Schumacher’s ogen twinkelden achter haar brilglazen.
          Nore’s wangen kleurden lichtelijk rood terwijl ze haar biebkaartje richting de vrouw schoof. Montreuxe’s bibliotecaresse leefde zo erg in haar eigen wereld dat het geen nut had om ook maar een poging te doen om te zeggen dat Alek niet haar vriendje was. Ze hield haar hak al klaar om deze op Alek’s tenen terecht te laten komen mocht hij hier ook maar een opmerking over maken. Na wat voelde als een eeuwigheid, waarin ze zich wel bewust van Alek’s aanwezigheid naast haar, kreeg ze eindelijk haar kaartje terug. “Dankuwel, Frau Schumacher,” bedankte Nore de bibliotecaresse met een glimlach, waarna ze Alek’s hand vastpakte en hem meetrok naar de boekenkasten. “Kom mee jij.” Als hij er zo op stond haar boeken te dragen, dan zou ze er gebruik van maken ook. Zorgvuldig speurde Nore de planken af, zoekende naar de juiste, tot haar aandacht werd getrokken door een buitengewoon dik exemplaar. Niet het boek dat ze nodig had, maar… haar ogen flitsten kort naar Alek en niet veel later drukte ze het zware boek in zijn handen. Het werd een kwestie van de dikste boeken vinden, naast degene die ze daadwerkelijk mee wilde nemen. Al snel waren zijn armen beladen met boeken. Van onder haar wimpers keek Nore op naar hem. Met een glimlach rondom haar mond beet ze zachtjes in haar onderlip. Als het nog niet duidelijk was dat ze dit opzettelijk deed, dan deed de fonkeling in haar ogen dat nu wel. Ze wees omhoog naar een boek op de bovenste plank. Als ze zou willen, dan zou ze er zelf net bij kunnen als ze op het puntje van haar tenen ging staan. “Kun je die voor mij pakken, Alyosha?” vroeg ze onschuldig, zich niks aantrekkend van de stapel boeken die hij al in zijn armen droeg.

    [ bericht aangepast op 16 feb 2022 - 23:08 ]


    To the stars who listen — and the dreams that are answered