• HOLLOW GROVE





    Het is hartje winter en het is koud in Hollow Grove - het perfecte moment voor de eerste bloedveiling. Het gezellige stadsplein wordt omgetoverd tot een plek waar bloedlustige vampieren op zoek kunnen gaan naar vers bloed. Dit wordt ironisch genoeg verpakt als een buurtfeest waar iedereen bij aanwezig wil zijn. Het is immers de gebeurtenis van het jaar. Tussen het bieden en verkopen door hangt er dus eigenlijk een ontspannen, voor sommigen zelfs gezellig sfeer. Ondertussen worden de criminelen één voor één gepresenteerd. Laat het bieden beginnen!


    I'm your little ray of pitch black.

    Indigo Lefèvre
    Ryan's French Cuisine      —       Twentyseven      —       Her Bedroom      —       Ryan       —       Outfit


          Haar eigen hartslag blijft het enige wat ze hoort, ogen geloken alsof niet zien haar andere zintuigen zal versterken. Gisteren in de winkel waren ze niet alleen geweest, was er personeel aanwezig geweest en hadden Sage en Adeline nog een illusie van veiligheid verzorgd. Zij zijn hier nu niet en het idee dat hij haar zo komt halen — misschien wel alleen, doet haar mond kurkdroog worden en haar lip iets trillen.
          "Hoor je iets?"
    Haar hart stopt met kloppen, slaat een aantal pijnlijke slagen over terwijl ze een scherpe teug adem tot zich neemt en zich met een ruk naar het geluid draait, haar rug tegen de kast duwt om zichzelf staande te houden. Indi haar ogen zijn rond als schoteltjes bij het aanschouwen van de in een groen pak geklede man, zijn houding voor een kort moment bijna speels te noemen en het licht in zijn ogen van een haast ondeugende aard. Zodra hij zich weer opricht is dit alles echter verdwenen, de ogen die haar in zich opnemen duidelijk niet tevreden met wat ze ontdekken. De brunette is gewoonweg te overrompeld om te reageren en de schaamte die ontstaat tegenover het gemak waarmee hij haar blokkade heeft omzeild zorgt voor een lichte blos op haar wangen. Ryan zijn zucht zou bevredigend moeten zijn, aangezien dat deel van haar beraamde plannetje in ieder geval zijn vruchten afwerpt, maar kan ze hier werkelijk blij om zijn?
          'Simpele verzoeken zullen een probleem worden, vrees ik," stelt hij met opgetrokken wenkbrauwen, waarmee hij het bij het juiste einde heeft. De man komt in beweging met de duidelijke intentie haar te naderen en Indigo zet twee stappen opzij, bemerkend dat haar knieën nog niet geheel zijn gestopt met knikken. In plaats van naar haar te reiken, opent hij echter de kastdeuren en begint met het inspecteren van de kleding die daar sinds gisteren hangt.
          Indigo neemt hem nog steeds stil in zich op, poogt haar hartslag onder controle te krijgen en blijf zichzelf vertellen dat het allemaal een grote grap is. Dit is niet haar leven. Dit kan niet haar leven zijn. Het setje wat hij haar uiteindelijk toesteekt trekt haar ogen dan eindelijk van hem af en ze scant het meest burgerlijke setje wat hij voor haar heeft betaald zonder enig idee te hebben wat ze had uitgezocht. Haar beurt om haar wenkbrauwen op te trekken, de complete belachelijkheid van het feit dat hij denkt dat hij haar kleding uit kan kiezen hetgeen haar weer bij zinnen brengt. Mocht ze ooit nog van plan zijn zich om te kleden, dan weet ze in ieder geval wat ze aan kan trekken om het hem niet naar het zin te maken; het meest verhullende wat ze kan vinden.
          "Bovendien is het misschien nog een idee om wat te eten." Wat haar blik weer naar de zijne doet schieten, ogen opnieuw vergrotend. Ze opent haar mond al om hem de felle 'jij of ik' toe te werpen, maar die angst ziet hij misschien al in haar ogen. "Het zal opgewarmd moeten worden."
          Zij. Zij moet eten. Nu ze er bij nadenkt voelt haar maag ook alarmerend hol, al is het nog niets waar ze zich expliciet zorgen over hoeft te maken. Ondertussen heeft hij de kleding nog steeds gebiedend in haar richting steken en ze dwingt zichzelf terug in haar lichaam, weg van haar geest en alle rampscenario's welke deze haar in blijft fluisteren. De Française slaat haar armen over elkaar ten teken dat ze niet van plan is de boel aan te pakken en heft haar kin provocerend naar hem op, ogen oplichtend in uitdaging.
          "Ik zie geen reden tot omkleden of eten, aangezien ik niet van plan was ergens heen te gaan met jou," werpt ze hem toe, alvorens haar armen te spreiden in een aanduidend gebaar gericht tot haar trui. "En als je me toch mee sleurt, zie ik niet in wat er mis is met dit."
          Ze ziet het wel, ziet het heel goed zelfs. Alles aan Ryan zijn prestigieuze voorkomen verteld haar dat — waar ze dan ook heen gaan — haar uitdossing een absolute no go is. Aangezien zijn enorme huis en dure auto en keurige pak er allemaal op wijzen dat hij om uiterlijk vertoon geeft, gokt Indigo er op dat hij zich zeker niet op deze manier met haar wil vertonen. Eens kijken op hoeveel knopjes ze kan drukken voor hij zijn façade verliest.


    𝔄𝔪 ℑ 𝔱𝔬𝔬 𝔡𝔢𝔣𝔦𝔞𝔫𝔱?



    Marrow deep, soul deep, essence deep







    Royce Irvine

    ”Darling, you're already in my veins.”

    • 29/432 • Vampire • Unknown • NOS4A2 • w/ • Outfit •

    Steeds meer vampiers en mensen dropen de club binnen; de een op zichzelf, de ander gezamenlijk. Het was enigszins vermakelijk te noemen om zijn blik zo nu en dan over sommige heen te laten glijden en te kijken naar de reacties op diens gezichten bij het enteren van de nieuwe club. Voor het eerst voelde Royce zich geen complete buitenstaander binnen het kleine stadje.
          Net wanneer hij terug wil draaien om een slok van zijn drinken te nemen, vangt de mannelijke vampier nog net op hoe een van de vrouwelijke mensen volmondig gezoend wordt door een vampier van hetzelfde geslacht. Licht trokken zijn mondhoeken iets omhoog, wetende dat deze kus niet zomaar bedoeld was en een inhoud bezat die nog voor wat vermaak kon gaan zorgen.
          "Nice ink."
    Even nonchalant als hij verschijnt de dame in kwestie langs hem aan de bar, waardoor zijn blik niks anders kan doen dan schaamteloos over haar heen glijden. De kleding die ze draagt schreeuwt om een reactie vanwege de camouflerende kleur, maar Royce geeft haar die niet. In plaats daarvan krullen zijn mondhoeken zwijgzaam op tot een geamuseerde glimlach, terwijl hij toekijkt hoe haar slanke vingers door haar haren heen glijden en ze zijn voorbeeld neemt door hem op te nemen.
          "Wil je er ook nog een?" klinkt het dan, nadat de brunette zich soepel om weet te draaien. De knik die ze de barman schenkt in juist een andere richting, doen Royce deze kort volgen. Zacht verbijt hij een lach als hij zich realiseert dat de dame naast hem het mens is van de vampier aan de andere kant van de club — en waar ze onbeschaamd van plan is diens rekening te gaan plunderen. Ergens kon hij het haar niet eens kwalijk nemen.
          Wanneer Royce zijn aandacht weer op de dame in kwestie richt, gebaard hij subtiel naar de barman om een dubbele bestelling te doen; een voor hem en een voor haar, zij het dit keer op zijn eigen rekening. Hij teerde niet op de zak van een ander — iets met een te grote mannelijke echo.
          "Iets zegt me dat die arme vampier daar," lichtjes knikt Royce tussendoor in de richting van haar 'eigenaar'. "Straks een paar honderd dollar lichter is." Geamuseerd kijkt hij de jonge vrouw recht aan, waarna hij iets naar haar toe buigt om de nieuwe drankjes die inmiddels achter haar geplaatst zijn één voor één op te pakken — zijn eigen drankje ondertussen ergens al op gedronken. Doordat hij zich dusdanig dicht bij de brunette bevind kan Royce het niet helpen vederlicht haar geur op te snuiven, welke op een zoete wijze zijn zintuigen prikkelen.
          "Deze krijg je van mij," zegt hij dan, het glas in zijn hand tussen hen in gehouden, terwijl hij het haar aanbood — zijn blik nauwlettend op haar gericht, met een zweem van een glimlach nog altijd spelende rondom zijn mond.

    [ bericht aangepast op 13 mei 2020 - 16:49 ]


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    Wren Ainsworth
    vampire born around 1060 — loves the new regime — @ NOS4A2 w/ Aleister — outfit

    'Ik ben onbetaalbaar, lieverd,' antwoordde Aleister en een lachje verliet Wrens mond.
          'Niets is onbetaalbaar,' knipoogde ze. Het had even geduurd, maar ook zij had een fortuin opgebouwd. Niemand hoefde te weten precies hoe ze dat had gedaan, en dat ging ze ook niet zo snel vertellen. Het enige wat belangrijk was, was dat ze genoeg bezat om te kopen wat ze wilde hebben, of dat nu huizen, auto's of mensen waren.
          'Kan ik je ergens mee helpen, Wrenna? Toe aan wat vers bloed? Of gewoon wat bloed op de tap? Verhit, zodat het net wat smakelijker is.' Ze moest het Aleister nageven, hij had aan alles gedacht. Bloed was lekker, ongeacht of het koud of warm was, maar warm bloed had voor haar altijd de voorkeur. Ze lachte weer even. 'Hmm... Je lijkt me eerder iemand die voor de jacht zal gaan deze avond. Of heb je al een mens op het oog?'
          Wren leunde tegen een tafel aan en hield haar hoofd schuin, terwijl ze haar ogen nog steeds genietend over de man heen liet glijden. 'Wrenna, wat ouderwets,' reageerde ze met een kleine glimlach. Haar blik bleef even op zijn nek hangen. Aleister was min of meer het enige mens dat Wren niet wilde wurgen, maar dat betekende niet dat ze niet echt haar tanden in zijn nek wilde zetten. Bij elk mens met een bonkend hart was dat haar eerste instinct, ook al had ze zich eeuwen kunnen aanpassen en inhouden. Uiteindelijk scheurde ze haar blik los van zijn hals en keek ze op in zijn ogen. 'Ik zeg nooit nee tegen wat vers bloed.' Alle mensen zouden direct ineen krimpen bij het horen van die woorden, maar Aleister trok zich er weinig van aan. Ze likte kort langs haar lippen toen er een man van een jaar of 30 langs kwam lopen. Wren hoorde zijn hart bonken en ze glimlachte een keer. 'Ik kan wachten... de juiste persoon heb ik nog niet gezien.' Even knipoogde ze naar hem. 'Tenzij jij je aanbiedt, natuurlijk. Wat ik zei, niets is te duur.'


    You gave me my life all those years ago, now I give you yours.

    EMORI

    Wanderer • Tiny Ancient One • NOS4A2, piano room • Alone • Outfit




          De zilverharige vampier staat in haar eentje voor het authentieke gebouw, duidelijk haar waardering voor de architectuur uitend door haar kijkers de kost te geven over het Victoriaanse bouwwerk. De uitnodiging had onder de rode kater op haar deurmat gelegen nadat ze was thuisgekomen van de veiling. Met lege handen. De mensenjongen, Ruhn, heeft ze naar een faciliteit laten brengen om de afkickperiode niet moeilijker te maken dan hij al is. Emori zelf is nooit op die manier ontwend. Ze voelt een grimmige trek om haar rood gestifte lippen wanneer ze terugdenkt aan een ander leven. Zij heeft immers nooit de mogelijkheid gehad om over de verslaving heen te komen; ze werd vermoord en teruggehaald voor ze de kans kreeg. Ze is niet van plan dat proces te herhalen.
          Nieuwsgierige ogen glijden over haar onberispelijke voorkomen terwijl ze over de bloedrode loper in de rij voor de entree schuift. De simpele pantalon en het niet al te uitdagende shirt dat zich onder de wollen winterjas bevindt, lijken misschien gewoontjes vanaf een afstandje, maar dichterbij is er geen twijfel mogelijk over de kleine dame. De verfijnde gelaatstrekken en elegante manier van bewegen maken dat ze harten daadwerkelijk sneller hoort slaan wanneer ze de uitgedoste lichamen passeert. Ze hoeft niemand uit de weg te duwen; instinctief stappen de mensen opzij, aanvoelend dat haar kalme pas schijn is. Emori glimlacht haar witte tanden bloot als ze een riant glas bubbelende champagne aangereikt krijgt. De betreffende host aan de deur neemt de moeite niet haar blos te verbergen wanneer Mor, na het glas te hebben vastgepakt, de lege hand in haar tengere vingers neemt en een kus op de rug van haar warme, chocoladebruine hand drukt. Ze verteld de bruinogige schoonheid niet dat zij vele malen aangenamer ruikt dan de inhoud van het glas—maar haar stromachtige kijkers fonkelen tot ze zich losmaakt en naar binnen stapt, de champagne vergeten naast zich houdend. Haar jas wordt bijna op eerbiedige wijze van haar armen gestroopt, al schenkt ze deze clerk weinig meer dan een dankbaar knikje; hij is haar iets te begerig. Zijn teleurstelling gaat echter verloren zodra de volgende gasten naar binnen druppelen en Emori haar ontdekkingstocht begint, geleidt door de verscheidene muziekklanken die samensmelten en afbuigen tot verschillende ruimtes. De zweem van lichaamssappen en muziek die uit kelen komt en niet machines doen haar mondhoeken stoutmoedig omhoog krullen.
          De allesoverheersende zaligheid van bloed is werkelijk overal, verwoven met de meer uiteenstaande geur van onsterfelijkheid. Ze durft te wedden dat die combinatie in staat is om haar dronkener te maken dan de onaangeroerde alcohol in haar vingers.
          Eindeloze gangen ontspruiten vanuit de benedenverdieping en haar kijkers verliezen interesse in de schaars geklede mannen die hongerig naar haar wenken, alsof het aanzicht van een ontblote arm hen even veel—al dan niet meer—dan een volledig ontbloot bovenlijf doet. Emori staart vol ontzag naar de behouden schilderingen die de donkere muren decoreren, welke zo kenmerkend zijn voor de Victoriaanse tijd in al zijn glorie. Vederlicht strelen haar vingertoppen over de wanden; bijna liefkozend, tot ze tot stilstand komt bij het horen van pianonoten. Het halfduister ondermijnd haar perfecte zicht allesbehalve en laat haar weten dat, gedrapeerd over fluwelen stoelen in dezelfde tint rood als het warme licht, naakte lijven om elkaar heen kronkelen onder het genot van live muziek.
          Emori schuift woordeloos—en waarschijnlijk ook geruisloos, te beoordelen aan de reactie van de menselijke dame die de piano tot dan bespeelt—achter het ivoor, haar glas op de grond zettend. Zonder een enkele interval te missen, nemen haar vingers over waar de brunette is gestopt, al is het verschil overduidelijk merkbaar. De tonen worden voller, doch langzamer, en hebben overduidelijk meer respect voor de sfeer, laten deze aanzwellen tot Mor zich ervan bewust wordt dat de aandacht van elkaar naar de volledig geklede vrouw achter de piano is verschoven. Het meisje zit niet langer op het bankje, maar ernaast op de vloer, haar wang tegen de zijkant van Emori's pantalon gedrukt terwijl deze met gesloten ogen naar de muziek luistert.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Ríoghán       O’Brien

          Invester Hollow Grove      |||      Born in Bronze Age      |||      Born Irish      |||      "English" gentleman      |||      Outfit      |||      Indigo's room w/ Indigo     

    Het is duidelijk dat Ríoghán zijn gekochte dame misschien net iets teveel heeft laten schrikken, enkele afwezige tikken van haar hart kaarten dit met enige duidelijkheid aan. Gezien hij er echter niet gehecht aan is geraakt, veranderd er weinig aan zijn eigen gelaat — zelfs niet wanneer Indigo uiteindelijk omdraait. Verdere reacties blijven echter uit, buiten de standaard dingen om natuurlijk. Het is duidelijk dat ze oprecht nooit eerder te maken heeft gehad met zijn soort, wat dit hele gebeuren net iets vermakelijker weet te maken voor de decenniaoude vampier.
          Het is duidelijk dat ze denkt dat hij in de eerste instantie op haar afwandelt in plaats van op de kledingkast. Soon. Ongegeneerd controleert hij wat ze gisteren eigenlijk gekocht heeft, zonder het ook echt te bekijken. Het ontgaat hem dan ook niet dat ze enorm hard haar best aan het doen is haar hartslag in controle te houden, iets dat moeilijker wordt voor de vampier om zich niet op te focussen. Haar hart heeft helaas net iets teveel te maken met hoe haar bloed stroomt, waardoor hij zijn onrust meer en meer op voelt borrelen.
          Wanneer hij spreekt over eten merkt hij op hoe haar ogen zich vergroten tot schoteltjes, opnieuw, de angst er overduidelijk leesbaar in. Om haar wat te kalmeren sust hij haar dan ook maar door te zeggen dat het om afgekoeld eten gaat dat nog opgewarmd moet worden — hiermee verwacht hij duidelijker te zijn over de gehele situatie, al is het lang niet zo duidelijk meer voor Ríoghán.
          Wanneer Indigo oprecht geen poging lijkt te willen doen de kleding aan te nemen klinkt er een lage grom vanuit de oude vampier, alsof hij haar hiermee wil waarschuwen niet door te gaan. Toch lift de dame haar kin op in uitdagende wijze, terwijl haar ogen niets behalve onschuld uitstralen.
          'Ik zie geen reden tot omkleden of eten, aangezien ik niet van plan was ergens heen te gaan met jou. En als je me toch mee sleurt, zie ik niet in wat er mis is met dit.'
          Ríoghán's ogen vernauwen zich wat, ergens hoopvol dat ze nog bij zal draaien juist om de reden dat zijn wezen, zijn instincten, hongeriger en hongerig lijkt te worden. Het is niet zozeer dat hij gefrustreerd wordt door de kleding, maar eerder door de manier waarop ze dingen nu over besluit te brengen — terwijl het vooral duidelijk is dat haar volle verstand in dit gesprek te vinden is, dat dit een oprechte keuze is voor Indigo.
          'Dan zit er maar één ding op,' brengt hij uit, eerder autoritair dan wat anders, terwijl hij een stap haar kant op zet op uitdagende wijze. Two can play that game. Opnieuw weet zijn onderlip tussen zijn tanden te schieten — deze blijft hier enkele tellen hangen, voor deze stukje bij beetje ontglipt aan zijn tanden. Dezelfde tanden die langzaamaan scherper worden, althans twee van hen. Een poging om haar langzaamaan te laten wennen aan het gebeuren, al beseft hij maar al te goed dat dit alles behalve langzaam kan gaan vanaf nu.
          Binnen een mum van seconden vernauwen de ogen van Ríoghán op hetzelfde moment dat deze feller beginnen te kleuren — zijn hazelnootkleurige kijkers amberkleurig makend. In diezelfde tijd schiet hij ongeduldig op haar af, zonder verdere blikken of blozen glipt zijn hand om één van haar polsen om haar te weerhouden er vandoor te gaan. Zijn gezicht vertrekt miniem wanneer zijn tanden hun toppunt bereikt hebben, iets dat al gauw gemist kan worden doordat zijn blik enkel op haar hals gericht is — waar hij inmiddels niet alleen haar bloed kan horen stromen, maar deze haast voelt. Haar pogingen om hem uit deze gemoedsrust te trekken werken niet, als een roofdier wacht hij enkel op het perfecte moment om aan te vallen.
          Zijn hand glijdt van haar pols af, terwijl zijn andere vederlicht richting haar nek glijdt om deze zacht tegen te houden. — maar ook om haar nek wat meer vrij te maken voor wat er komen gaat. Zijn oerinstinct, zijn wezen, kan niet langer meer gestopt worden door de menselijke kant die Ríoghán nog bezit — hierdoor dwingt hij Indigo de laatste stap achteruit te nemen, door zijn lichaam tegen het hare te drukken, waarna haar rug de muur weet te raken. Zonder enige waarschuwing zet hij wat ruwer dan nodig is zijn tanden in haar slanke hals, haast opgelucht dat hij geen last heeft van haren die hij aan de kant moet houden. Deze gedachten verlaten hem echter vrijwel direct bij de eerste druppel van AB- in jaren.
          Ríoghán doet zijn best genoeg gif vrij te laten om het haar gemakkelijker te maken, want ondanks zijn frustraties richting de dame is hij geen klootzak op dat vlak. Ondertussen glijdt zijn andere hand naar haar taille, enkel en alleen om haar tegen te houden zichzelf niet te verliezen in de beet — hij heeft in de vele jaren velen reacties gezien namelijk. Het is echter wanneer hij haar echt voelt kalmeren dat hij stopt, zich beseffend dat het wel genoeg moet zijn voor nu. Toch stopt hij niet direct, en neemt hij net dat beetje extra waar hij zo naar verlangt. Met enige tegenzin stopt hij uiteindelijk, zijn tong nog zacht over de wond glijdend.
          Eenmaal gestopt, glijdt de hand die zojuist in haar nek heeft gelegen weg en grijpt hij naar de zakdoek in zijn borstzakje — hiermee dept hij vervolgens de wond schoon — haast op liefdevolle wijze. Zijn eigen lippen volgen op dezelfde wijze, voordat hij de zakdoek als trofee terug steekt in het daarvoor bestemde zakje. Heel veel heeft hij niet gedronken, en het verlies valt tot zijn verbazing ook nog mee. Enkele druppels sieren haar trui, waardoor één van zijn mondhoeken toch licht opkrullen. 'Dat wordt toch maar omkleden.' Of het eerder zo verwoord wordt omdat andere vampieren er hongeriger van zullen worden, of het eerder voor zijn eigen zelfbeheersing is weet hij niet.
          Het is echter dan pas dat zijn ogen de hare opzoeken, normaler gekleurd ditmaal. Ook zijn tanden zijn teruggetrokken, ondanks zijn onderliggende honger die nog niet verdwenen is. De moeite die het hem kost om achteruit te stappen, wanneer hij er zeker van is dat Indigo haarzelf staande kan houden, vindt hij haast beloning waardig. De warmte van haar AB- bloed is hem zeker niet ontgaan, en is duizendmaal beter dan dat spul dat hij van de dokter heeft gekocht. Kort glijden zijn ogen weer naar haar hals, waar Ríoghán merkt dat de twee zojuist geproduceerde gaatjes nog een druppel bloed verliezen, waardoor hij zacht zijn duim eroverheen laat glijden en zo'n seconde later zijn vinger tussen zijn lippen te steken om deze te ontdoen van het bloed. De ogen van de oude vampier zoeken die van Indigo op, maar dragen overduidelijk geen spijt, alles behalve dat. Honger, dat is één ding dat ze zeker nog altijd zullen dragen.

    [ bericht aangepast op 13 mei 2020 - 20:29 ]


    I'm your little ray of pitch black.

    Ava Mae      Fells

          Worthless thief      |||      World class actress      |||      Master manipulator      |||      Enjoyer of life      |||      Outfit      |||      At the bar w/ Royce     
    Het deert Mae niets dat de mannelijke vampier haar in zich opneemt, haar gevoel voor schaamte is jaren geleden al verdwenen. Het duurt echter ook niet lang voor het mens ook even kijkt waar hij mee werkt, waar ze moet bekennen dat hij er alles behalve verkeerd uitziet. Zelfs zijn haren glad naar achteren, iets dat ze niet gauw ziet zitten, siert de man.
          Bij het aanbieden van het drankje ontgaat het haar even dat zijn blik naar Gio heen glijdt, pas wanneer hun blikken kort kruisen beseft ze waar zijn ogen zojuist heen gedwaald waren — dit zorgt er enkel voor dat haar mondhoeken zich opkrullen in een grijns. Het ontgaat haar dan ook niet dat hij de barman seint voor een volgend rondje.
          'Iets zegt me dat die arme vampier daar straks een paar honderd dollar lichter is.'
          Het subtiele knikje richting Gio ontgaat haar niet, waardoor er ditmaal een zachte lach hoorbaar is vanuit Mae. De geamuseerde blik die hij draagt vermaakt haar grandioos, juist omdat iemand nu al het besef heeft wat haar plannen zijn. 'Hmm. . . ik kan vast wel beter dan een paar honderd dollar.' Mae merkt op hoe hij dichterbij komt, nog niet helemaal beseffend dat dit komt omdat hij naar het glas grijpt. Het is dan ook niet heel vreemd dat haar hartslag even overspringt, niet zozeer uit angst maar de spanning die de nabijheid van een vampier haar brengt. Nog altijd wil ze niet gebeten worden, dat is nou niet zozeer haar levensdoel.
          'Deze krijg je van mij.'
          Haar ogen verlaten de zijne niet, tot ze beseft dat hij haar een drankje aanbiedt. Haar ogen schieten weer terug naar hem, en grijpt vervolgens blindelings naar het glas, welke ze met een dankbare blik aanneemt. 'Daar gaat weer een tientje.' Haar mondhoeken krullen op in een grijns, waarna ze het glas naar haar lippen haalt. Eerst bijt ze echter kort op haar lip, waarna ze toch maar het bruine goedje door haar keel laat glijden. Een tevreden zucht verlaat haar lippen, zich beseffend dat ze vandaag wel dronken kan worden. Gisteren was het geen strak plan, maar hier voelt ze zich vreemd genoeg stukken veiliger — iets waarvan de brunette nu al beseft dat het één grote leugen is. Toch vertrouwd ze ergens op Gio.
          'Overigens,' begint Mae met opnieuw een zachte lach, 'mijn naam is Mae.' Het verbaasd haarzelf hoe gemakkelijk ze nu al vermaakt is, iets dat waarschijnlijk met de algehele sfeer binnen NOS4A2 te maken heeft. Haar blik veranderd echter al gauw in vragend, wanneer haar kijkers die van hem weer opzoeken. Opnieuw kantelt ze haar hoofd lichtjes, voor ze het glas weer in haar hand neemt en deze zacht laat draaien — de vloeistof ervan kolkend. Na nog een snelle slok glijden haar ogen even over de andere aanwezigen heen.
          Het is echter een verandering, subtiel, maar zeker aanwezig, dat Mae's aandacht even weet te trekken. De melodieën worden gestreeld in plaats van gespeeld, het is Mae's eigen talent dat het kan herkennen in een ander. Toch durft ze toe te geven dat degene wiens vingers nu over de toetsen glijden jaren aan ervaring voorloopt op Mae — honderden jaren waarschijnlijk. De subtiele aanrakingen wanneer nodig ontgaan de dame niet, en bezorgen haar aangename kippenvel.
          Haar blik glijdt toch weer richting de vampier naast haar. 'Ben jij al het hol van de leeuw binnengewandeld?' Subtiel knikt ze verder het gebouw in, ergens hoopvol een metgezel gevonden te hebben — anderzijds is Mae zeker niet bang deze rode duisternis in haar eentje af te speuren. De nieuwsgierigheid van de brunette is aan haar aan het knagen, wanhopig naar wat er nog meer te vinden is binnen NOS4A2. De beloftes die de flyer haar vertelde heeft binnenin haar veel aan weten te wakkeren. De onbesproken woorden die haar lust beloofden zorgen er echter voor dat ze haar drankje oppakt en haarzelf rustig van de bar af drukt — haar blik gericht op de vampier naast haar, welke toch lichtelijke ondeugd uit weet te stralen.



    I'm your little ray of pitch black.

    Aleister      Golden

          User of people      |||      New in town      |||      Owner of NOS4A2      |||      Gambler      |||      Conman      |||      Outfit      |||      Inside NOS4A2 w/ Wren » Emori     

    'Niets is onbetaalbaar.'
          De woorden klinken na een lachje, en worden gevolgd door een knipoog. Nonchalant als altijd haalt Aleister zijn ene schouder miniem op, bekend met het scherpere zicht van het wezen tegenover zich. Hij was het lang niet eens met die woorden. Het staat zeker niet op zijn planning geld in ontvangst te nemen voor zijn eigen beet, of ook maar gebeten worden om een andere reden. Zijn laatste aanvaring met een vampier heeft hem haast zijn leven gekost, iets dat het litteken op zijn hals wel kan vertellen — het is dan ook niet zozeer iets dat de man verbergt, juist omdat hij het overleefd heeft draagt hij het als een boodschap.
          'Wrenna, wat ouderwets.'
          Het feit dat haar ogen ongegeneerd over hem heen blijven glijden doet hem vrijwel niets, natuurlijk is en blijft het een aangenaam compliment, maar hij weet dat het niets te maken heeft met aantrekking. De glimlach rond haar lippen weet kort zijn aandacht te trekken, voor zijn ogen de hare weer vinden — een kleine grijns erop spelend. 'Ik dacht dat je dat wel aangenaam zou vinden.' Zijn wenkbrauwen trekken op in vermaak, en na een snelle blik rondom hen geworpen te hebben beseft hij echter al direct waar Wren's blik precies op gericht is. Zijn hart slaat geen seconde over, hij weet dondersgoed dat er genoeg ogen op hen gericht zijn en niemand hem ook daadwerkelijk iets ergs zal laten overkomen.
          'Ik zeg nooit nee tegen wat vers bloed.'
          De hongerige blik in haar ogen doet zijn mondhoeken enkel opkrullen. Kort volgt hij de blik van Wren, welke een man lijken te volgen voor ze haar lippen likt. Voordat hij echter kan handelen door één van zijn meewerkende medewerkers te wenken spreekt Wren alweer.
          'Ik kan wachten... de juiste persoon heb ik nog niet gezien. Tenzij jij je aanbiedt, natuurlijk. Wat ik zei, niets is te duur.'
          Voordat hij wil antwoorden merkt hij wat op aan de muziek, alsof de persoon die hij betaald spontaan echt talent gevonden heeft. Het was wat kortdag, dus niet geheel vreemd dat hij niet de beste pianist getroffen had. De persoon die hij nu echter hoort weet zijn oren er net wat meer op te focussen, voordat hij zich weer keert tot Wren. 'Ik zal je echt moeten teleurstellen, Wren.' Zijn hoofd kantelt lichtelijk, waarna hij even een hand door zijn haren laat glijden.
          'Ik moet eens even gaan kijken hoe het met het entertainment gaat,' brengt Aleister dan uit, een verontschuldigende glimlach op zijn gezicht duidelijk zichtbaar. Het is niet zozeer dat hij haar weg wil hebben, ze is welkom hem te volgen, maar voor nu is hij net iets te gefocust op de elegantere wijze waarop de muziek gespeeld wordt.
          Eenmaal aangekomen in de betreffende ruimte leunt hij al gauw tegen de muur aan, terwijl hij toekijkt hoe haar vingers soepel over de toetsen heen glijden. Wanneer zijn ogen degene treffen die hij ingehuurd heeft kan hij het niet laten teleurgesteld zijn hoofd te schudden — al begrijpt hij ergens de keuze die de jongedame had. Eén van de dames met een dienblad wandelt net naar binnen, waarbij Aleister subtiel grijpt naar één van de glazen erop. Tevreden neemt hij een slok, terwijl hij zijn armen over elkaar legt.
          Voor het eerst neemt hij de dame in zich op, haar zilverkleurige haren en soortgelijke ogen stralen iets uit dat hem wel bevalt, nieuwsgierig maakt zelfs. Dat de dame een vampier is ontgaat hem niet, daar hoeft hij niet eens een blik voor op haar te werpen. 'Kan ik jou niet gewoon aannemen?' Zijn vermakelijke toon klinkt niet harder dan een fluistering. Een grijns speelt rond zijn lippen, terwijl hij de mensen om zich heen in zich opneemt — de manier waarop deze haast gehypnotiseerd lijken door de muziek. Of misschien eerder de dame achter de piano. Zonder er verder stil bij te staan maakt de eigenaar zijn weg naar de dame, en neemt hij rustig plaats op het bankje. Zijn ogen volgen kort de elegante wijze waarop haar vingers het ivoor strelen, maar inspringen doet hij niet. De man kan niet meer dan twee liedjes erop spelen, en doet deze oprecht geen er aan.
          Rustig neemt hij een slok van zijn drankje, zijn blik dan toch even op haar richtend. 'En wie mag jij wel niet wezen?' Zijn mondhoeken krullen op in een lichte grijns, terwijl zijn woorden zacht blijven. Niet uit angst om de andere vampieren het te laten horen, gezien Aleister dondersgoed weet dat zowat elke vampier binnen Hollow Grove zal kunnen horen wat hij zegt, maar puur omdat hij toch zo dichtbij zit.

    [ bericht aangepast op 13 mei 2020 - 22:34 ]


    I'm your little ray of pitch black.

    Indigo Lefèvre
    Ryan's French Cuisine      —       Twentyseven      —       Her Bedroom      —       Alone?       —       Outfit


          De manier waarop zijn ogen zich vernauwen in haar richting duiden er op dat — nee, Indigo hoeft niet op heel veel knopjes te drukken. Zijn bekentenis van gisteren, dat zij zijn eerste 'bloedzak' is, echoot weer door haar gedachten en plots raakt haar het besef dat deze man het niet gewend is dat er niet naar hem word geluisterd. Ryan O'Brien is iemand die krijgt wat hij wil, wanneer hij dat wil en weet van ellende niet hoe om te gaan met iemand als haar. Eén ding uit die observatie wordt in ieder geval bevestigd wanneer hij een stap in haar richting zet; hij gaat het er niet bij laten tot hij krijgt wat hij wil.
          "Dan zit er maar één ding op," zegt hij, de woorden kordaat over zijn lippen — welke op slag haar volledige aandacht opeisen. De manier waarop hij zijn onderlip tussen zijn tanden neemt is bijna sensueel te noemen, al bouwt zich langzaamaan iets op in haar kern wat haar eerder onbehagelijk laat voelen dan verbaasd over de wending welke dit gesprek neemt.
          "Wat, je wil me—" maar haar woorden sterven weg in haar keel als ze het ziet. Het groeien van de zojuist nog normaal ogende hoektanden is iets wat ze tot noch toe enkel in cheesy films heeft gezien, nooit in de veronderstelling dat ze het zelf ooit live mee zou maken. Het gebeurt hier echter voor haar neus en de manier waarop zijn ogen vervolgens oplichten doet het onbehagen wat zich langzaam opbouwde ontpoppen tot een golf doodsangst. Ze heeft geen ervaring met de wezens, maar heeft zeker geen handleiding nodig om te weten waarop hij momenteel uit is. Indigo deinst al hoofdschuddend verder van hem weg nog voor hij ook maar een stap in haar richting heeft gedaan.
          "Non, non, non—" smeekt ze, haar stem dik van angst en groeiende paniek, want iedere vezel in haar lichaam staat plots in brand met de drang hier weg te komen — weg te vluchten van het roofdier voor haar neus. Waar ze normaliter weerzin zou voelen tegenover het tonen van zwakte komt dat nu niet eens in haar op — haar ogen vochtig en haar handen belachelijk nutteloos voor zich uitgestoken als om hem op afstand te houden. "S'il vous plaît, ne me laissez pas."
          Het is belachelijk dat ze denkt tot hem door te dringen, wat ze zich beseft op het moment dat hij in beweging komt zonder ook maar enig teken te geven dat hij haar heeft gehoord. Indigo poogt nog weg te stappen, het idiote idee zichzelf op te sluiten in de aangrenzende badkamer ongelofelijk naïef maar desalniettemin hetgeen waar haar hersenen op aansturen. Ze heeft nog niet eens de tijd haar voet een millimeter te verplaatsen of haar pols wordt omvat door een vele malen koelere hand, zijn grip dwingend zonder echt pijnlijk te zijn. Haar woorden sterven weg en worden vervangen door een angstige kerm op het moment dat ze zijn andere hand langs haar hals voelt strelen, alvorens hij haar hoofd kantelt in dezelfde beweging waarin zijn lichaam tegen de hare komt. Indigo word vastgepind tussen Ryan en de muur, haar snakkende uitademing doorvlochten met de paniek waarin ze verkeerd. Voor ze een nieuwe smeekbede in kan zetten voelt ze zijn adem langs haar hals strelen, voorafgaand aan de misselijkmakende sensatie van splijtende huid en het angstaanjagende geluid waarmee dit gepaard gaat. Als ze dacht al over haar toeren te zijn, dan lijkt dat kinderspel tegenover wat haar nu dreigt te overvallen, haar snik een hartverscheurende.
          En dan is het weg — geremd voor het tot uitbarsting kan komen. Daar waar haar hals zojuist nog reden gaf tot een complete paniekaanval, lijkt ze zich nu enkel nog bewust van heel andere gewaarwordingen. Het zijn niet zijn tanden die in haar nek begraven liggen welke ze voelt — maar zijn lippen die tegen haar gevoelige huid liggen, bijna alsof hij haar voorziet van een zuigzoen op precies dat ene gevoelige plekje. Niet langer lijkt dat wat hij doet iets verkeerds, maar juist iets euforisch waarop haar lichaam per direct reageert.
          Indi verslapt, poogt niet langer zich van hem los te maken. De warmte die door haar lichaam golft maakt zelfs dat ze niet langer van hem weg wil bewegen, maar juist het contact tussen hen wil behouden. Sterker nog, ze voelt hoe ze zich tegen hem aandrukt, weg van de muur en tegen het lichaam wat minstens net zo stevig staat — minstens even solide voelt. Schaamteloos dringt ze zich tegen hem op, haar lichaam tegen dat van hem vallend alsof ze nooit anders hebben gedaan, alsof ze is gemaakt om tegen hem aan te smelten. Ze bied haar nek aan zonder weerstand, gaat zo ver haar hals nog die fractie verder te strekken om hem betere toegang te verschaffen. De Française haar lippen wijken vaneen om een geluid te produceren wat ze de afgelopen acht jaren enkel heeft nagebootst zonder het te menen, zonder ooit een greintje waarheid te bevatten — ze kreunt, zacht maar onmiskenbaar.
          Waar haar gedachten compleet waren vervlogen, bemerkt ze wel het moment dat hij zijn tanden onttrekt en ook zeker de sensatie van zijn tong over de wonden. De rilling welke dit oplevert is er een van genot, maar nog voor hij zich goed en wel terug heeft getrokken, komt dat te vervallen om over te slaan in iets verdoofds. Geen lust meer, maar ook zeker niet de doodsangst welke ze voorheen had gevoeld. Ze voelt zich — leeg. Alsof er een filter over de wereld is geplaatst. Ogen nietsziend en het contact met haar lichaam kwijt.
          "Dat wordt toch maar omkleden," klinkt het van ver, waarop haar ogen proberen te focussen op de bron van het geluid, de man welke zich zoëven in haar nek had verankerd. Indigo haar blik verscherpt genoeg om hem zijn vinger terug te zien trekken van haar hals, het bloed wat hij daar weg heeft geveegd in scherp contrast met zijn huid. Hij lijkt een tevreden trek te hebben rond zijn lippen terwijl hij de substantie tot zich neemt, zijn ogen intens op de hare. Indi wankelt onstabiel op haar benen, de tinteling in haar lippen iets wat iedere alarmbel in haar hoofd af laat gaan. Bloed. Haar bloed.
          "Je ne me sens pas terrible," fluistert ze met rauwe stem, voor de wereld iets lijkt te kantelen en ze onbeholpen neigt door haar benen te zakken.




    Ik smeek het je, alsjeblieft.
    Ik voel me niet zo goed.


    Marrow deep, soul deep, essence deep

    Ríoghán       O’Brien

          Invester Hollow Grove      |||      Born in Bronze Age      |||      Born Irish      |||      "English" gentleman      |||      Outfit      |||      Indigo's room w/ Indigo     

    'Wat, je wil me—'
          De manier waarop haar stem af weet te sterven doet in alle eerlijkheid nog maar weinig met Ríoghán in zijn veranderde toestand, het is immers toch zijn wezen zelf dat door begint te schemeren. De honger die hij voelt is overduidelijk geen gemakkelijk iets om mee om te leren gaan, en ondanks dat deze eeuwenoude vampier daar over het algemeen zeer goed mee om kan gaan, voelt hij her door de frustraties nog maar weinig van. Zijn stap dichterbij wekt een bekende reactie op, het wegstappen is een simpele reactie.
          'Non, non, non— S'il vous plaît, ne me laissez pas.'
          De handen die voor haar lichaam aardig nutteloos in de lucht hangen doen hem niets, zelfs de tranen die beginnen op te spelen hebben geen enkele betekenis voor Ríoghán. De woorden gaan langs hem af als lucht, het betekend op het moment niets. De honger, de frustratie — het is teveel. De drang naar haar heerlijke bloed neemt de situatie volledig over. De manier waarop haar hart klopt door de spontane paniek doet hem goed, want ondanks zijn elegantere houdingen is hij ook zeker een roofdier, niets meer en niets minder.
          Wanneer zijn tanden eenmaal in haar staan weten de meeste geluiden zijn oren ook maar selectief te benaderen, ware interesse heeft hij er op dat moment niet meer in. Nooit is het zo erg geweest, wat waarschijnlijk een combinatie van vele dingen is — waaronder puur AB- bloed dat niet uit een ander soort bloedzak komt. Het duurt niet lang voor hij haar echter voelt kalmeren, het vechten aan de kant zettend omdat ze zich overgeeft aan het tijdelijke gif door haar aderen. Haar lichaam drukt zonder enig pardon tegen de zijne aan, een handeling waardoor de hand op haar taille onbedoeld net wat meer kracht zet — net niet genoeg om haar enige vorm van pijn te bezorgen.
          Indigo lijkt haar hals net wat meer tentoon te stellen voor hem, waardoor de grip op haar nek toch wat verlicht — zich beseffend dat hij zo echt op moet houden om zichzelf in te kunnen houden. Zijn punt is bereikt, de eerste beet is gemaakt en ze zal weten hoe het voelt nu. Sneller dan bedoeld, maar in alle eerlijkheid zal Ríoghán daar weinig frustratie over voelen. Haar lichaam valt wat soepeler tegen hem aan, welke hij opvangt met zijn eigenste — de hand op haar taille nog altijd daar om haar ervan te weerhouden de grond te raken. De kreun die volgt, hoe zacht deze ook klinkt, ontgaat hem zeker niet — iets dat meer in hem op weet te wekken dan enkel een drang naar bloed. De onschuld en oprechtheid erachter maakt het plaatje af, en brengt hem wat meer bij zinnen, vreemd genoeg.
          'Je ne me sens pas terrible.'
          Eenmaal weggestapt van haar, na het laatste beetje bloed dat hij zichzelf beloofd te consumeren voor nu, merkt hij enige wankeling op — iets dat zijn eigen zintuigen net wat weet te verhogen. De fluistering van Indigo klinkt hees, maar wanneer hij haar onderuit ziet gaan schiet hij zonder er ook maar echt bij na te denken dichterbij om haar op te vangen — haar omhoog houdend door middel van een arm om haar heen, terwijl de andere ditmaal op haar heup wordt geplaatst. Het is echter in een flits dat hij deze wisselt naar één hand in de holte van haar knieën, terwijl de andere hand onder haar rug geplaatst wordt. Zijn gezicht is direct wat verzacht, gezien hij zoiets nooit heeft meegemaakt, terwijl hij met kalme passen richting het bed wandelt en haar er zachtjes op laat neerzakken. Het contrast met zijn ruwere aanpak in haar nek zou zomaar een vreemd contrast kunnen zijn voor Indigo, maar dat zijn geen zorgen die Ríoghán draagt.
          Een zachte zucht rolt over zijn lippen, waarbij zijn ogen kort afdwalen naar de twee kleine gaatjes in haar nek, de drang niet meer zo duidelijk voelbaar als voorheen, maar zeker niet verdwenen. Eerst wil hij eens even weten wat zijn gekochte mens zo heeft laten reageren, maar al gauw beseft hij dat het hoogstwaarschijnlijk te maken zal hebben met eten. Haar eten. Hij hurkt neer, zodat ze zich niet gedwongen voelt gehaast overeind te komen, als ze die kracht al heeft, en kantelt zijn hoofd lichtjes. 'Laat me wat te eten opwarmen voor jou.' Zijn woorden zorgvuldig gekozen ditmaal, zijn toon zachter om aan te kaarten dat hij niets meer van plan is.
          Haar vragen hoe het met haar gaat voelt misplaatst en onnodig, ze weten beide dat dit alles behalve aangenaam was. Op het moment dat Ríoghán gebeten werd, al was het enkel en alleen voor de verandering, kan hij zich enkel en alleen bedenken hoe erg de pijn was, hoe machteloos hij zich voelde — iets dat hij zich allang niet meer heeft hoeven voelen. Zijn ogen glijden daarom weer even naar Indigo, en vooral haar bruine ogen opzoekend hiermee. 'Kan ik nog iets anders voor je halen?' Opnieuw kiest hij zijn woorden zorgvuldig, andere varianten van de vraag ontwijkend zodat ze zijn behulpzaamheid niet voor machteloosheid zal omschrijven. Wat te drinken, een pleister of eventueel wat sterkers vindt hij prima — een vraag om vrijheid zou hem niets goeds doen. Of eerder haar niet.
          Op rustige wijze komt hij overeind, waarbij hij haar nog kort in zich opneemt — eerder haar gemoedsrust dan wat anders — voor hij opnieuw wat meer ruimte tussen hen in bezorgd, ondanks dat hij al niet te dichtbij te vinden is. Opnieuw kantelt zijn hoofd lichtjes wanneer zijn ogen de hare opnieuw treffen, kort twijfelend of hij maar beter ervoor kan gaan om ervoor te zorgen dat Indigo wat te eten binnen gaat krijgen voor ze zo vertrekken.


    I'm your little ray of pitch black.







    Royce Irvine

    ”Darling, you're already in my veins.”

    • 29/432 • Vampire • Unknown • NOS4A2 • w/ • Outfit •

    De zachte lach die de brunette laat klinken bevestigd al wat Royce vermoedde; ze ging het haar vampier alles behalve makkelijk maken — in ieder geval op de vlakken waar ze het hem moeilijk kon maken. Hij vond het nu al vermakelijk om te zien.
          "Hmm. . . ik kan vast wel beter dan een paar honderd dollar."
                "Waarom verbaasd me dat niet?" Schuins kijkt hij naar de brunette, een geamuseerde trek rondom zijn lippen terwijl Royce haar nogmaals in zich op neemt. Hij hoopte maar dat de vampier die haar in zijn bezit had een beetje opgewassen was tegen het vuur wat in haar binnenste leek te branden, want anders ging hij het er nog verdomd zwaar mee krijgen. Haar opmerking over weer een tientje dat de rekening op ging deed de mannelijke vampier dan ook zachtjes lachen.
          "Overigens," lacht de brunette op haar beurt even zacht — een melodieuze klank die Royce nu al aangenaam vond klinken. "Mijn naam is Mae."
    Royce glimlacht, de subtiele vraag in haar donkere kijkers duidelijk, maar waar hij nog niet direct een antwoord op geeft als hij nauwlettend volgt hoe ze kort met haar drankje speelt alvorens er een slok van te nemen; een handeling die de mannelijke vampier tot aan de laatste zet volgt. Iets in hem roerde zich door de manier waarop ze bewoog — de uitdagende gloed in haar uitdrukkingen die hem nu al deden afvragen wat er nog meer achter schuilde. Zijn interesse werd langzaam gewekt, hetgeen waar hij bekend om stond tot op de laatste detail uit te willen pluizen.
          "Ben jij al het hol van de leeuw binnengewandeld?"
    Hoewel de brunette subtiel knikte in de desbetreffende richting bleef Royce naar haar kijken — heel even maar, tot hij een flinke slok van zijn drankje besloot te nemen vanwege een groeiende dorst. Vervolgens draaide hij zich half haar toe, blikte schuins in de richting van de rest van het gebouw alvorens hij op haar reageerde.
          "Van de entree tot aan de bar, verder ben ik nog niet geweest."
    Het was het eerste onderdeel van zijn planning geweest; eerst een stevige borrel voor hij besloot op onderzoek uit te gaan om de rest van de club te verkennen. De uitnodiging had vele belofte laten klinken, de een subtieler dan de ander en Royce was beslist om het een en ander te gaan ontdekken. "Eerst drank, dan de rest," grijnsde Royce dan ook licht naar Mae. '" En jij, ben jij de verleidingen al wezen opzoeken die het gebouw hier bied?" knikte hij haar vervolgens toe — het glas vlak voor zijn lippen zwevende zodat hij er een nieuwe slok van kan nemen. Zijn donkere kijkers wijken desondanks geen seconden van de brunette af, te nieuwsgierig om het wezen voor hem te leren kennen.
          "Mijn naam is Royce, overigens," voegt de man op het laatste moment nog toe met de zweem van een ondeugende glimlach speels rondom zijn mond.


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    Ava Mae      Fells

          Worthless thief      |||      World class actress      |||      Master manipulator      |||      Enjoyer of life      |||      Outfit      |||      In front of a room w/ Royce     
    'Waarom verbaasd me dat niet?'
    Ietwat triomfantelijk begint Mae te glunderen, maar al te gelukkig dat iemand eens een poging doet haar te doorgronden, om waarschijnlijk glashard te falen daarin. Het feit dat deze man — nee, vampier — haar zo makkelijk leest doet haar echter schuins zijn kant op kijken, hem vanuit haar ooghoek in de gaten houdend, de uitdrukking op haar gezicht onveranderd. Zelfs wanneer haar opmerking hem zacht laat lachen, al kan ze het niet laten deze hoorbaar te maken wanneer ze haarzelf voorstelt.
          Een glimlach speelt rond zijn lippen, maar een antwoord blijft helaas uit. Mae focust zich daarom kort op haar glas, vechtend tegen het verlangen dat in haar opborrelt om het simpelweg te vragen. Toch, weet ze het binnen te houden. Er zijn al voldoende verlangens, als deze vampier zijn naam niet uit wil spreken is dat zijn keus. De mysterie rondom hem siert hem daarom ook wel, waardoor de menselijke Mae toch enige nieuwsgierigheid begint te krijgen richting de vampier.
          De vraag of hij al dieper naar binnen getreden is wordt wederom niet direct beantwoord. Zijn ogen blijven in die van haar geboord, iets waar je haar niet over hoort klagen — Mae staart kalm terug. Pas wanneer hij de slok neemt verbreken ze beide de het oogcontact, wat waarschijnlijk maar goed is.
          'Van de entree tot aan de bar, verder ben ik nog niet geweest.'
          Mae begint lichtelijk te grijnzen door deze woorden. 'Een man die zijn prioriteiten op een rijtje heeft, verrassend.' Haar wenkbrauwen trekken kort op in vermakelijke wijze, voor deze terug glijden naar hun gebruikelijke plaats.
          'Eerst drank, dan de rest.'
          Zijn reactie maakt haar enkel geïnteresseerder in het wezen naast haar. Ze kan het niet meer eens zijn met een persoon. Pas na wat alcohol in haar systeem — evenals het onbekende pilletje — is ze klaar om eropuit te gaan. En die tijd is nu, ze is er klaar voor om te zien wat ervan gemaakt is, of de flyer de verscholen beloftes waar kan maken.
          'En jij, ben jij de verleidingen al wezen opzoeken die het gebouw hier bied?'
          Een duidelijke grijns siert ditmaal haar gelaat. Haar ogen glijden opnieuw over hem heen, zo schaamteloos als maar mogelijk is, gevolgd door het miniem ophalen van één van haar schouders. 'Misschien een beetje.' Haar hoofd kantelt wanneer ze opnieuw kort op haar lip bijt, om vervolgens een stapje weg te nemen van de vampier, deels om hem te testen, maar ook om zich richting de donkere gangen te begeven die de mogelijkheid bieden duistere verlangens tentoon te stellen.
          'Mijn naam is Royce, overigens.'
          De ietwat ondeugende glimlach die hij draagt laat haar ogen kort naar zijn lippen glijden, voordat deze zijn ogen weer opzoeken. 'En daar gaat je mysterie.' Een zachte lach is opnieuw hoorbaar, terwijl ze opnieuw een stap naar achteren zet, richting de omgeving waar het ook minder druk oogt voor nu. Lang verwacht ze echter niet dat dit het geval zal zijn.
          'Laten we maar eens kijken of we de leeuw kunnen temmen dan,' spreekt Mae vermakelijk uit, een duidelijke hint van ondeugd in haar stem. Na nog twee stappen achteruit besluit ze maar om te draaien, zich geheel bewust van het feit dat ze geen vampier is met versterkte zintuigen en niet onderuit wil gaan. Wanneer de brunette over haar schouder heen kijkt dansen haar haren vrolijk mee, ondanks dat ze hem met haar ogen vraagt of hij zal volgen.
          Met haar glas in haar ene hand maakt ze haar weg dan ook richting de gang. Haar andere hand glijdt vederlicht langs de muren, en motieven die erin gegraveerd zijn, af, waardoor ze de kou erin kan voelen. Een vreemd contrast vergeleken met de aangename temperatuur binnen de club zelf.
          Mae's ogen glijden van links naar rechts, hun twee opties om het gebouw te verkennen, voor ze rechts kiest — enkel en alleen om de reden dat er minder deuren zijn, wat betekend dat de ruimtes die er te vinden zijn groter zullen zijn. De nieuwsgierige gloed in haar ogen valt zeker niet te missen wanneer ze met doelgerichte, doch kalme passen haar weg door de hal maakt — stoppend voor de eerste deuropening om te zien wat er gaande is. Haar hoofd kantelt wat minder subtiel wanneer haar ogen de dame volgen die sensueel haarzelf weet te verwikkelen aan een hangend, satijnen lint in de lucht. Direct herkent Mae de vrouw echter, zij was de vampier die eerder haar van het pilletje voorzag, en wanneer deze zich ontrolt uit het lint is het duidelijk dat deze poedelnaakt is — iets dat een man binnen de kamer moeizaam zijn keel laat schrapen. De ogen van de brunette glijden echter kort richting Royce, een wat speelse twinkeling erin vindbaar. 'Dat beloofd al wat. . .'


    I'm your little ray of pitch black.

    Sage Miller
    It's beginning to look a lot like fuck this.
    Ingang      •      Adeline      •      outfit+winterjas+sneakers


    Na een dag moest Sage tot haar frustratie concluderen dat ze al niet meer wist wat haar te wachten stond. Zo goed als alles was anders dan de vorige keer. De afgelopen weken was dat haar stokpaardje geweest: ze werd behandeld als vuil - meer dan de andere gevangenen, voor haar gevoel - als een afdankertje, maar ze wist tenminste wel wat ging komen. En nu...
          Het huis alleen al: modern, gezellig en met dingen te doen. Met de hoeveelheid auto's en vooral ook de welke, in de garage had ze haar enthousiasme even niet kunnen verbergen. Ze hoopte dat er minstens eentje niet goed werkte en ze haar handen kon gebruiken... Wat haar meteen in conflict bracht. Ze wilde niet afhankelijk zijn, niets willen vragen alsof de twee vampiers haar leven konden bepalen. Al deden ze dat wel, natuurlijk, en dat zorgde voor een constante spanning in Sages brein.
          En dan had je dit feest. Haar vorige eigenaar had haar maar enkele keren mee naar buiten genomen, altijd tot zijn spijt, en dat waren maar saaie of simpele bedoeningen. Hier stond ze na dag één al op een totaal onbekend terrein. Wat moest ze in godsnaam gaan doen? Ze kende niemand en minstens de helft van de aanwezigen zou een grote bedreiging zijn. Ze had dan ook wel wat geprotesteerd, maar opnieuw was dat conflict er: haar andere optie was in het huis zitten en niets doen (haar verkenning was al redelijk uitgebreid geweest), en dat zou ze niet lang meer volhouden. Een mens moest zich kunnen bezighouden, en zeker iemand als Sage.
          Het laatste wat haar verwarde, was de vrouwelijke vampier naast haar. Ze had Adeline - nu wist ze tenminste de naam - bijna niet gezien en ook tijdens de rit was het bijna ongemakkelijk stil. Het was duidelijk dat de vrouw niet veel van Sage moest hebben, en dat dan nog niet eens op persoonlijk vlak. Aan de ene kant was Sage er blij mee: misschien kwam ze er wel zonder beten en bloedverlies vanaf. Misschien kon ze andere diensten aanbieden: ze was tenslotte erg handig... Maar... Ze was ook geen dienstmeid. Als ze niet gewenst was... Sage was nog net zo slim geweest om niet meteen te zeggend dat ze er anders ook gewoon vandoor kon gaan, en dan was ieders probleem meteen opgelost.
          Met die gedachten in haar hoofd en een lichte frons permanent op haar gezicht was Sage uitgestapt. Ze had langer nagedacht over haar outfit dan gewenst, en ze had ook net te veel tevredenheid getoond toen ze de hele inhoud van haar kleerkast had mogen uitkiezen - opnieuw iets wat ze niet kende van de vorige keer. Ze wilde niet tevreden zijn met haar situatie, geen enkel aspect. Ze lachte dan ook niet terug toen Adeline dat deed en verwachtte ook niet dat dat erg was: de flauwe glimlach was net zo enthousiast als Sage zelf op dat moment.
          Ze volgde Adeline naar binnen, omdat ze simpelweg weinig anders kon doen en het buiten nogal koud was. Ondanks de warmte die hen toekwam, kreeg Sage kippenvel. De vampiers deden duidelijk geen moeite meer om zich te verbergen, laat staan de verlangens die ze hadden. De hongerige, sommige goedkeurende blikken deden haar op haar beslissing terugkomen: thuis niets doen was tien keer beter dan dit.
          "Sage, liefje," zei Adeline, terwijl ze zich naar de jongedame toedraaide. Een tikkeltje verbaasd keek Sage op, al schoot haar blik nog altijd wat in het rond.
          "Wat," zei ze nors, maar ook met de sluimerende angst hoorbaar.
          "Doe hier vanavond wat je wilt, maar alsjeblieft, haal geen domme dingen uit." Sage lachte droogjes en keek de vrouw ongelovig aan. Haar angst, en al die andere gevoelens die zo'n beetje permanent waren geworden, belemmerde haar scherpe tong niet, integendeel.
          "Wat jammer, ik wilde net mijn oude gewoonte oppakken van topless op de bar te dansen. Denk je dat ze dat hier appreciëren of dat ze me zo ook wel leegzuigen?" Ze slikte even, fronste en ging verder. "Wat kan jou het zelfs maar schelen?" Ze pauzeerde even en schudde haar hoofd, waarna ze zich weg draaide en met lede ogen rondkeek. Ze sprak zacht, bijna tegen zichzelf, wetende dat de vampier haar moeiteloos zou kunnen horen. Dat deed haar er aan denken: ze hoopte dat Indigo Engels kon lezen en schrijven, want als ze in privacy wilden communiceren, dan zou dat met pen en papier zijn.
          "Ik weet niet wat jij deed toen je menselijk was en niet elke vent moeiteloos de nek kon omdraaien, maar in deze tijd ga je als vrouw niet alleen in een club ronddwalen. Tenzij je enkele gewelddadige fantasieën hebt of er betaald voor krijgt. Dus als je me alleen laat, ga ik wel in de auto zitten, dankjewel."

    [ bericht aangepast op 14 mei 2020 - 11:45 ]


    Mijn brein breint zoals het breint.









    Adeline Doan Sandlin

    ”Damaged people are dangerous.
    They know how to make Hell feel like home.”

    • 26/333 • Vampire • Tegen Regime • NOS4A2 • w/ Sage • Outfit + Nails •

    Adeline was zich maar al te bewust van de gemoedstoestand die Sage over zich heen had liggen. De zwakke glimlach liet ze onbeantwoord en naarmate het tweetal het gebouw binnentrad was de verandering in haar hartslag overduidelijk te horen. Adeline kon het zich niet voorstellen hoe het voor de jonge vrouw moest zijn om zo goed als letterlijk tussen de wolven gegooid te worden. Ze kende de vorm van angst niet op deze manier en had zich eveneens nooit in een positie bevonden waar ze er ook maar een beetje rekening mee hoefde te houden. Dat veranderde op het moment dat Ryan de brunette voor haar kocht — hij kende haar onafhankelijke levensstijl en toch had het hem nodig geleken daar verandering in te brengen, waardoor ze nu plots met andere dingen rekening moest houden.
          De norse toon welke Sage tegen Adeline aansloeg verried het sluimerende spoor aan angst. Licht trok de vrouwelijke vampier haar wenkbrauw iets op terwijl haar donkere blik op de jonge vrouw gericht blijft. De onrust dreef desondanks door haar aderen heen en het golven van haar buien oefende Adeline uit door haar tanden waarschuwend te ontbloten naar een voorbijgaande mannelijke vampier — wie het niet kon laten meer dan gretig naar Sage te kijken.
          Irritatie laaide steeds meer op. Dit was niet hoe ze het zich voorgenomen had. Het idee van Aleister, om de jonge Sage vanavond in vage vorm van dienst te stellen voor andere, onder invloed van wellicht een pilletje of twee, klonk zo aanlokkelijk niet eens meer. Het was mede door Ryan dat de brunette het niet over haar hart kon krijgen, wetende dat de teleurstelling in haar groot zou zijn als ze Sage aan haar lot overliet. Opnieuw vervloekte Adeline de enige man in haar leven.
          "Wat jammer, ik wilde net mijn oude gewoonte oppakken van topless op de bar te dansen. Denk je dat ze dat hier appreciëren of dat ze me zo ook wel leegzuigen?" Verrast door de scherpe woorden, afkomstig van de brunette naast haar, weet een van Adeline' mondhoeken iets omhoog te kruipen. Sage slikte hoorbaar voor de vrouwelijke vampier, gevolgd door een frons op het fijne gezichtje alvorens ze zachter verder sprak. "Wat kan jou het zelfs maar schelen?"
          "Ik zou zeggen; probeer het uit. Ik weet zeker dat je niet de enige zult zijn die het zal doen," reageert Adeline kalmer dan verwacht — haar ogen kort een keer over de aanwezige heen glijdend. De vraag die echter daarop volgde deed de vampier voor even zwijgen. Wat kon het haar inderdaad schelen? Wat interesseerde het mens haar überhaupt? Waarom liet ze haar niet gewoon lekker haar gang gaan zodat ze dit zelf ook kon doen zoals de planning was geweest? Toch trok een nijdig gevoel door Adeline heen bij het idee alleen al. De wetenschap hoe ze zelf in elkaar kon steken maakte het wellicht dat ze een ander niet zomaar vertrouwde.
          "Wanneer het mijn eigendommen betreft kan het me heel veel schelen," bracht Adeline daarom uit. "Ik deel niets, of niemand." Haar uitdrukking nietszeggend — zij het op een minieme trek in haar kaak na en een waarschuwende gloed in haar donkere kijkers.
          "Ik weet niet wat jij deed toen je menselijk was en niet elke vent moeiteloos de nek kon omdraaien, maar in deze tijd ga je als vrouw niet alleen in een club ronddwalen. Tenzij je enkele gewelddadige fantasieën hebt of er betaald voor krijgt. Dus als je me alleen laat, ga ik wel in de auto zitten, dankjewel."
          Bij het horen van een subtiele hint naar haar eigen verleden draaide Adeline zich om en bestelde een dubbele shot van de meest sterke drank die de bar bezat. Haar eigen geschiedenis was een gevaarlijk terrein om het over te hebben — de meest donkere periode stond nog altijd vers in haar scherpe geheugen gegrift en liet het gif in haar mond stromen. "In dat opzichte is de tijd dan niet veel verandert," was het enige dat de vrouwelijke vampier op een vlakke toon al mompelend uitbracht, alvorens het inmiddels aangeboden glas sterke drank achterover kiepend.
          "Dit," sprak ze vervolgens uit tegen Sage — haar wijsvinger wijzend van zichzelf naar de jonge vrouw en terug terwijl ze besloot een kleine openbaring van zichzelf te doen zodat de jonge vrouw wellicht haar manier van doen kon begrijpen. "is niet hoe ik het doe. Noem het een onbekend terrein in een vrij onafhankelijke levensstijl. Ga naar de auto als dat is wat je wil, of blijf hier. Ik laat je niet alleen, zelfs al sta ik niet vlak naast je."
          Een subtiele grijns gleed over haar lippen heen, de spanning nog altijd als een vloedgolf door haar lichaam heen, en hoewel ze het roofzuchtige niet uit haar stem kon weren was het enkel een tactvolle verwijzing dat Sage zich onder haar toezicht geen zorgen over andere hoefde te maken. "Mijn prooien ontsnappen me nooit."





         









    Royce Irvine

    ”Darling, you're already in my veins.”

    • 29/432 • Vampire • Unknown • NOS4A2 • w/ • Outfit •

          "Een man die zijn prioriteiten op een rijtje heeft, verrassend."
    Royce glimlachte. Hij ging het niet ontkennen, de man wist nu eenmaal wat hij wilde, wanneer hij het wilde én waar hij het wilde. Onbenullige dingen kwamen daardoor vaak ergens ver onderaan op de lijst terecht — een van de dingen die zijn reizen hem wel geleerd had.
          Op de terugkaatsing van haar eigen gestelde vraag sierde een brede grijns haar lippen, welke ze zacht tussen haar tanden nam terwijl ze in een stille uitdaging een pas naar achteren zetten. Roofzuchtige instincten woekerde aan. Royce had geen honger, deze had hij voor zijn komen hier al weten te stillen, maar het was nooit genoeg. En voeden kon op zoveel manier dat hij er geen problemen mee had wat extra's te nemen als de kans zich voordeed.
          "En daar gaat je mysterie," reageerde Mae ondeugend op het kenbaar maken van zijn eigen naam.
                "Mijn naam is nog maar enkel het begin," reageerde Royce, terwijl hij toekeek hoe Mae een stap naar achteren zetten zodat ze de omgeving om hen heen net iets beter op wist te nemen. "Laten we maar eens kijken of we de leeuw kunnen temmen dan," vervolgt de brunette, wat haar een optrekje van een wenkbrauw oplevert vanuit de vampier zijn kant. Hier wilde hij beslist meer van weten.
          De uitdaging in haar woorden ontging Royce niet — hoe subtiel het ze het ook gepoogd had te laten blijken, het ritme van haar hart verried de opwinding die daardoor door haar heen trok. Zijn blik volgde haar daarom nauwlettende, telde de twee passen die ze achteruit zetten alvorens zich volledig om te draaien. Mae daagde hem uit haar te volgen. Royce grijnsde licht, nam een laatste slok van zijn drankje en plaatste het glas vervolgens leeg op het houten blad van de bar.
          Hij volgde haar niet direct. In plaats daarvan bleef hij nog een paar tellen bij de bar staan, zijn handen losjes in de zakken van zijn broek gestoken terwijl zijn blik geen seconde van haar afweek naarmate ze verder de gangen in verdween. Na een paar minuten duwt de mannelijke vampier zich dan alsnog van de bar af, waar hij in een kalme tred de brunette achterna wandelt.
          Hoewel Royce voornamelijk gericht was op de brunette voor hem, nam hij desondanks de lange gangen in zich op. De verschillende motieven waren vakkundig in de muren gegraveerd en gaven de sfeer die er overduidelijk heerste net dat kleine beetje meer. Hij moest zijn complimenten wederom aan de eigenaar geven — wie op zijn beurt overduidelijk zijn best had gedaan om aan elk aspect te denken binnen het grote gebouw. Er was aan iedereen gedacht, wellicht aan de een misschien iets meer dan aan de ander, maar vooralsnog leek niemand wat te klagen.
          "Dat beloofd wat. . ."
    Royce hield vlak naast Mae halt. Na een zij gang in te zijn gegaan was ze gestopt bij een van de openstaande deuren, waarin op zijn zachts gezegd een klein showtje werd weggegeven. Een van de vrouwelijke vampieren van eerder hing hoog aan het plafond, gewikkelde in niks minder dan de satijnen linten om haar heen. Behendig was ze omhoog gekropen, waarna ze zich gracieus naar beneden liet rollen — waar ze vlak boven de grond bleef zweven, volledig naakt. Een kuch klonk verderop in de kamer, terwijl Royce enkel een geamuseerde trek over zijn gezicht heen liet glijden.
          "Iets voor jou?"
    Plagende keek hij naar de brunette terwijl Royce licht tegen de deurpost aanleunde. Iets in haar vertelde hem dat ze beslist niet bang was voor dit soort spelletjes, maar hij zag haar er niet voor haar poedelnaakt in de doeken te hangen. Toch was hij wel benieuwd naar haar reactie, waar hij tactvol een peil op hoopte te trekken.

    [ bericht aangepast op 14 mei 2020 - 23:31 ]


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    EMORI

    Wanderer • Tiny Ancient One • NOS4A2, piano room • with Aleister • Outfit



          Haar ogen zijn geloken en stralen, hoewel ze kaarsrecht achter het instrument zit, een ontspannenheid uit alsof ze zich in een lege ruimte bevindt en niet elk paar oren in de nabije omgeving aan iedere noot hangt die onder haar handen tot leven wordt gebracht.
          Niets aan die uiterlijke nonchalance weerhoudt haar ervan de man op te merken die vanuit de deurpost naar haar gevoelige spel luistert, een aanwezigheid waarvan de rest zich pas gewaar wordt zodra deze naar binnen stapt. De brunette schiet betrapt overeind, haar kaken rood en haar ademhaling onregelmatig genoeg om Emori vanuit haar ooghoeken te doen opkijken. Ze knipoogt naar de jonge sterveling, de plotselinge bloedlust welke deze opgejaagde reactie opwekt reden genoeg om haar adem in te houden en zich proberen te verliezen in het ingewikkelde patroon van de muziek.
          ‘Kan ik jou niet gewoon aannemen?’ zegt de tot dan toe stille toeschouwer, het amusement in zijn fluwelen stem hoorbaar zelfs in het zachte volume. Haar linker mondhoek krult omhoog, maar Emori geeft hem geen indicatie dat ze hem heeft gehoord—dat zou hem de voorbarige illusie geven dat ze naar hem luistert bovenop de duikvlucht die haar vingertoppen over de toetsen nemen. Het maakt niets uit dat ze praktisch blind de perfectie zou halen en dat ze haar aandacht met gemak op de hervatte orgie om haar heen kan richten. Allicht zelfs mee zou kunnen doen zonder het pianospel te hoeven verlaten. . . Hij schuift naast haar, angsteloos, een zweem van zijn parfum en de alcohol die hij nuttigt meebrengend. Het is niet de bravado van iemand die zich niet bewust is van haar soort; maar juist exact weet waartoe ze in staat is en ervoor kiest het te trotseren. Dapper of dwaas? Haar interesse is aangewakkerd, hij zou zelf moeten beoordelen of haar aandacht wel iets iets is waar hij in het middelpunt van wil staan.
          Emori ademt diep in, voelt het vrijkomende gif als water door haar mond lopen als ze zich heeft vastgelegd op zijn geur, uitgesloten van alle anderen hier. ‘En wie mag jij wel niet wezen?’
    Haar ene mondhoek schiet wederom dat beetje hoger wanneer ze glimlacht, schuin opkijkend om hem van dichtbij te bestuderen zoals hij de afgelopen minuten schaamteloos heeft gedaan. Mor's geheime aanbidder is een lust voor het oog, wel te stellen. In een ander leven zou hij haar ongetwijfeld aan het blozen hebben gemaakt. Mannen als hij zijn gevaarlijk op hun geheel eigen manier en zijn ogen, oh die smaragdgroene poelen, beloven ondeugd.
          ‘Een liefhebster van de kleine kunsten. Ik hoop niet dat ik je problemen heb bezorgd?’ vraagt ze zich hardop af. Haar stem klinkt ondanks het lieflijke geluid weinig berouwvol. Te beoordelen aan het effect dat ze op de ruimte heeft gehad, is de avond voor deze zielen al een daverend succes. Het is niet vaak dat ze een publiek heeft, soms vergeet ze hoe aangenaam het kan zijn om dit met anderen te delen. ‘Emori,’ antwoord ze, wanneer ze zich losmaakt van de toetsen en haar ene been langzaam doch gracieus opzij zwaait, zich schrijlings op het bankje plaatsend met haar gezicht naar de onbevreesde vreemdeling toe. Het is maar goed dat ze voor een pantalon heeft gekozen vanavond, anders zou ze wellicht op een uitslover hebben geleken. ‘Emori Skelton.’


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Indigo Lefèvre
    Ryan's French Cuisine      —       Twentyseven      —       Her Bedroom      —       Ryan       —       Outfit


          Haar handen vinden als automatisch grip in Ryan zijn kleding, het lichte gevoel in haar hoofd iets wat scherpe punten op haar netvlies veroorzaakt. Indigo is niet onbekend met het gebrek aan de nodige stoffen om haar lichaam draaiende te houden, maar kent deze symptomen normaliter alleen na zo'n twee á drie dagen zonder een goede maaltijd. Het feit dat ze gisteren nog heeft gegeten doet haar beseffen dat dit te maken moet hebben met wat er zojuist is voorgevallen — hetgeen haar hersenen langzaam gaan verwerken naarmate ze haar helderheid terug begint te krijgen. Hij heeft haar gebeten.
          Met vooralsnog nietsziende ogen word de kleine Française de lucht in geheveld, het contact naar haar lichaam nog te ver weg om te protesteren. Ze bungelt als een lappenpop in zijn armen en het feit dat het hem niet eens het kleinste beetje moeite lijkt te kosten haar naar het bed te dragen strijkt haar ergens bijna tegen de haren — alsof ze liever zou willen hebben dat hij haar zou laten vallen enkel om een zwakte te kunnen ontdekken. Haar eigen naïviteit begint haast lachwekkend te worden, evenals haar gedrag van zoëven. Indigo haar wangen verkleuren vervaarlijk in haar verder lijkbleek geworden gezicht, het volle besef over hoe schaamteloos ze zichzelf aan hem op heeft gedrongen als een withete pook door haar lichaam.
          Vederlicht word ze op het matras geplaatst en zodra de man in kwestie haar los laat, kruipt ze loom verder van hem weg, niet in staat het veel sneller te doen. Wanneer haar rug het hoofdeinde raakt kan de afstand tussen hen niet groter gemaakt worden zonder dat Indi overeind moet komen en zoveel vertrouwen heeft ze momenteel niet in zichzelf. De zucht welke Ryan slaakt wordt gevolgd door een blik op haar hals, waardoor ze instinctief haar hand omhoog brengt en deze over de gevoelige huid plaatst — pogend niet na te denken over waarom haar vingers ietwat plakkerig aan gaan voelen. Ze zou kunnen janken, maar gunt het hem gewoonweg niet — weigert toe te geven aan het tonen van in ieder geval die variant van zwakte. De prestigieus geklede man zakt door zijn knieën om haar beter aan te kunnen kijken en lijkt nergens enige gêne te voelen voor de scene van daarnet.
          "Laat me wat te eten opwarmen voor jou." Waarop ze hem zou willen vertellen waar hij zijn eten kan steken als het aan haar ligt — zij het niet dat ze weet dat ze het nodig heeft en zich er hoogstwaarschijnlijk vele malen beter door zal voelen. Haar ogen lichten dus enkel iets op, de uitdaging er zonder uitgesproken te worden in te vinden. Het is echter zijn volgende vraag waarop ze zich niet in kan houden. "Kan ik nog iets anders voor je halen?"
          "Een staak, s'il vous plaît," sist ze, de boodschap wat ze daarmee van plan zou zijn af te lezen in haar ogen. Het antwoord op de vraag hoeveel knoppen ze in kan drukken voor zijn façade-verlies is al beantwoord en in haar optiek kunnen de consequenties als ze hiermee doorgaat niet veel erger worden. De manier waarop Ryan echter overeind komt is niets dan rustig te noemen en ze kan gewoonweg niet inschatten of hij een goede acteur is of dat het hem daadwerkelijk niets doet. Zijn ogen nemen haar daarentegen zenuwslopend in zich op en ze moet vechten om niet ineen te krimpen onder zijn blik. Haar volgende woorden spreekt ze uitdagend, geen idee hebbend waar ze de kracht nog vandaan haalt. "Ik moet nog steeds mee naar je belachelijke feestje, non?"
          Ze kent het antwoord al, heeft misschien voor geen seconde geloofd dat ze er ooit onderuit zou kunnen komen. De man voor haar heeft het besluit genomen en gaat niet van gedachten veranderen al zou ze weigeren te eten en meegesleurd moeten worden in haar bebloede trui — waar ze niet te veel bij na moet denken. Maar misschien is heengaan een betere optie, beter dan hier in dit immense huis te zitten met iemand die haar nog steeds in zich opneemt alsof hij ieder moment weer toe kan slaan. Misschien brengt het feest een illusie van veiligheid met zich mee zoals de winkel gisteren had gedaan.
          Met haar besluit genomen heft ze haar kin iets, wuift met de hand welke niet in haar hals ligt in zijn richting in een bijna neerbuigend te noemen gebaar, al zou het niet zo lusteloos zijn. "Servir la nourriture, serviteur."



    Serveer mijn eten, bediende.


    Marrow deep, soul deep, essence deep