Ariël Greenleaf
"One step closer"
Ik til Joey vast, zijn grote, bruine ogen kijken recht in die van mij, "Je bent bang..." fluistert hij, ik glimlach, "Ja, maar niet voor jouw..." ik kijk even om me heen, ik heb geen zin om naar mijn kamer te gaan. Het gevoel van gevangen zitten komt weer in me op. "Nee, je bent bang om niet vrij te zijn..." ik keek hem aan en knik, hij is slim al zegt hij gewoon na wat je denkt, hij is wel goed in praten maar hij vind het niet leuk om tegen onbekende mensen te praten, daarom leest hij veel gedachten. Ik bedenk me dat ik ook gewoon even het bos ik kan lopen, of even naar Tickles kan gaan,
"Wat denk je ervan om even met Tickles het bos in te gaan?" vraag ik aan Joey. Joey knikt en ik zet hem weer op de grond. Dan gaat mijn mobiel af, word ik gebeld of is het een berichtje? Ik kijk op mijn mobiel, het is een berichtje... Ik kijk naar het nummer, van wie is dit? Toch niet van Middle Earth? Nee dat kan niet, daar hebben ze niet zulke elektrische dingen. Het was van een onbekend persoon,
"Angst kan je gevangen houden, hoop kan je bevrijden"
Ik keek verbaast naar het berichtje, keek toen om me heen of iemand naar me stond te kijken en keek weer naar mijn mobiel, wat is dit? Ik besloot er zometeen even naar te kijken als Joey ergens anders is, op dit soort momenten hoeft hij niet te weten wat er in me omgaat. "Joey, anders ga jij even naar mijn kamer... Kun je dat alleen of moet ik mee?" vraag ik en kniel naast hem neer, "Mee..." zegt hij meteen, ik lach even, dat dacht ik al. Ik pak zijn handje en loop naar mijn kamer, ik zie dat kinderen kijken, maakt me niets uit. Waarschijnlijk denken ze dat het mijn kind is, tienermoeder... Ach wat boeit het ook.
Eindelijk ben ik in mijn kamer, "En hier wel blijven, niet hieruit komen!" zeg ik streng. Joey knikt en ik doe de deur weer dicht, op slot... Niet iedereen hoeft te weten dat ik een Orcje in mijn kamer heb zitten.
Ik loop de trappen weer af en naar de stallen, daar zie ik mijn paard staan, een mooi wit paard, een paard van The White horse of Glorfindel . Ze was eerst van Arwen maar toen heb ik hem gekregen, Tickles, zo heb ik haar genoemd, maar eigenlijk past de echte naam beter, misschien moet ik haar voor altijd zo noemen... Ja, Tickles is weg, nu is het weer gewoon Asfaloth. Ik loop naar haar toe, "Aiya" zeg ik tegen haar, ik aai haar over haar kop. Ik kijk even naar de zadels en pak mijn zadel, doe hem bij haar om en pak de teugels, doe dat ook bij haar om, aai haar even op haar snuit ga op haar rug zitten, "Noro lim, Asfaloth" zeg ik zacht tegen Asfaloth. Ze steigert laag en rent dan weg. Ze ontwijkt de kinderen soepel terwijl ik haar lijd. Ik dacht terug aan mijn Middle Earth.
"Hon mabathon." zei ik tegen Legolas toen hij Artanis mee wou nemen omdat hij geraakt was door een giftige pijl. Verbaast keek hij me aan, "Rochon ellint im." zei hij koppig, ik keek hem boos aan, "Telin le thaed." zei ik maar hij bleef koppig naar me kijken, "Tangado haid, Nadath nâ i moe cerich." met die woorden klim ik op Arod, het paard van Legolas, en reed weg. "Namárië!" schreeuwt hij achter me aan terwijl ik zo snel rijd als ik kan, "Noro lim, Arod, Noro lim..." fluister ik tegen Arod waardoor hij harder rende.
Ik glimlach door de gedachten, de wind gaat door mijn haar, het gevoel van vrijheid komt naar me toe als we in het bos aankomen. Snel reiden we langs de bomen, bergen, meertjes, planten, dieren...
Maar dan stopt Asfaloth abrupt. Ik kijk geschrokken om me heen, dan snap ik het, "Andelu i ven." fluister ik tegen Asfaloth terwijl ik haar even aai. Ik stap af en kijk rond, er is meer, ik voel het...
Ik hoor achter me gekraak, meteen draai ik me om, "Kom maar, wees niet verlegen, laat je zien..." zeg ik, hopend dat het wezen verlegen is in plaats van hongerig. "Zozo... Je hebt dus mijn zinnetje gestolen..." hoor ik een stem, ik draai een rondje, de stem verplaatst zich snel. Ik dacht na, ik heb dat zinnetje inderdaad van iemand maar van wie? "Wie ben je!?" vraag ik, een beetje angstig, "I kill when I wish! I am strong! My armor is like tenfold shields! My teeth are like swords! My claws, spears! The shock of my tail, a thunderbolt! My wings, a hurricane! And my breath death..."
Er verscheen een vaag lachje op mijn gezicht, "Smaug?" vraag ik voorzichtig. Ik zie achter de bosjes een grote snuit zitten met 2 grote, gele ogen.
"Ja, dat ben ik..." ik liep naar het grote hoofd toe, "Sta op dan..." zeg ik lachend, hij stond op, Smaug was erg groot. "Maar... je was dood?" zei ik, meer vragend dan als een stelling. "Ja, dat denkt iedereen..." zegt hij, ach het maakt me ook helemaal niet uit, hij leeft nog!
6"Maar waarom ben je hier dan?" vraag ik toch maar, hij kuchte even waardoor er rook uit zijn mond kwam. "Ja dat weet ik ook niet, ik zat een beetje te vliegen en toen was ik hier. Ik moet ook niet herkend worden door mensen van Middle Earth, ik ben wel sterker maar dan gaan ze naar me zoeken en ik heb even rust nodig. En een nieuwe schat..." zegt Smaug. "Ik weet niet of je het hier kan vinden... maar je moet hier weg... Als mensen je spotten dan moet je weer vluchten..." ik keek hem aan, net als ik hem had gevonden moet hij eigenlijk weer weg.
Hij knikte, "Ja, ik ga waarschijnlijk hier in het bos wonen dus als je een keer wil komen ben je altijd welkom..." zegt hij vriendelijk, "Als je me dan maar niet houd, net zoals de vorige keer..." zeg ik glimlachend. Vroeger haatte ik hem, hij had me ontvoerd, maar na een paar jaar vond ik het helemaal niet eens zo erg meer. Ik had toen ook zo lang haar als rapunzel, oké dat was een beetje overdreven maar het kwam wel op de grond. Toen ik weer terug thuis was ging ik meteen naar de kapper. Nu vind ik mijn haar wel weer mooi. "Nee hoor, ik claim je niet meer..." zegt hij, volgens mij heeft hij ook wat gedaan aan zijn taalgebruik. Ik lachte even, "Zoek dan maar gauw een plek om te wonen. Ik kom snel genoeg hier weer terug..." hij snuift even en vliegt dan weg.
Even dacht ik na, waarom was ik hier ook alweer? Oh ja, mijn berichtje... Ach, weetje, ik zie het wel een andere keer, nog even rijden en dan ga ik terug naar school...
Ik ga weer op Asfaloth zitten, "Noro lim, Asfaloth, noro lim!" fluister ik in haar oor en ze begint te rennen. Ik heb zin om te schreeuwen maar ik hou me in. Ik ga langs lichte stukken van het bos maar ook langs donkere stukken, soms beangstigd me een beetje maar als ik achter me kijk zie ik een bloemenspoor, dat laat ik altijd achter. Wil je me vinden? Volg dan de bloemen... Al gaan ze na drie minuten wel weg. De kleur van de bloemen passen zich ook aan op mijn gevoel, ik voel me een beetje ligt, de bloemetjes zijn wit... Zou kunnen, ik vind het nu eigenlijk wel een mooie kleur, helemaal omdat de ondergrond best donker is. Ik krijg meteen het liedje in mijn hoofd van Brave,
When the cold wind's a a-calling
And the sky is clear and bright
Misty mountains sing and beckon,
Lead me out into the light
I will ride, I will fly
Chase the wind and touch the sky
I will fly
Chase the wind and touch the sky
Where dark woods hide secrets
And mountains are fierce and bold
Deep waters hold reflections
Of times lost long ago
I will hear their every story
Take hold of my own dream
Be as strong as the seas are stormy
And proud as an eagle's scream
I will ride, I will fly
Chase the wind and touch the sky
I will fly
Chase the wind and touch the sky
And touch the sky
Chase the wind, chase the wind
Touch the sky
Ik zing het liedje, mensen zeggen dat ik niet heel vals zing dus dat durf ik wel, en dat ik in het bos ben helpt ook mee. Na even gereden te hebben ga ik weer terug naar de school, wat ik eigenlijk best jammer vind maar les is ook belangrijk. Als ik eindelijk bij school aankom haal ik meteen het zadel van Asfaloth, en daarna meteen de teugels. Ik laat haar nog even grazen bij wat gras en ga daar zitten, ik ben zo gelukkig! Smaug leeft nog! Ik voel zelfs de blijheid in mijn maag, dat betekent dat ik heel gelukkig ben. Ik zie dat mijn bloemen van wit naar roze zijn gegaan. Ik glimlach, soms is uitverkorene zijn niet leuk maar soms... is het geweldig.... Ik pak mijn mobiel en kijk nog eens naar de tekst, het is een soort van Quote...
De Elfentaal zinnen:
Hon mabathon: Ik ben de snelste ruiter.
Aiya: Hallo
Rochon ellint im: Ik neem hem
Telin le thaed: Ik ben gekomen om je te helpen
Tangado haid, Nadath nâ i moe cerich: Houd je positie! Er staat je veel te doen.
Namárië: Vaarwel
Noro lim, Arod, Noro lim: Rijd snel, Arod, rijd snel!
Andelu i ven: De weg is te gevaarlijk
[ bericht aangepast op 13 juli 2016 - 18:58 ]
het is Schoonheid zelf op zichzelf eeuwig eenvormig met zichzelf [Plato, Symposium, 211b]