INNERLIJK
Azars zachte persoonlijkheid vormt een duidelijk contrast met dat van het grootste deel van de rest van de crew. Waar zij koelbloedig en berekend zijn, is hij goedhartig en warm. In hoeverre een rovende en moordende piraat warm kan zijn, valt natuurlijk te betwisten, al is het wel meteen duidelijk dat Azar niet altijd even afstandelijk en flegmatisch naar de wereld kijkt.
Zelfs wanneer de tijden hard en ongunstig zijn, kan hij een glimlach op zijn gezicht toveren en zijn medebemanningsleden een hart onder de riem steken. Hij weet altijd wel iets goed over een ander te zeggen wat niet altijd het geval is bij hemzelf en gelooft dan ook in de goedheid van elke mens, ook zij die plunderen, moorden en verkrachten. Hij weet dat wat er in het Heilige Boek staat Heilig is en dat dit dus allemaal zondes zijn, maar hij gelooft in de goedheid en de vergevensgezindheid van zijn God en de Heer Jezus Christus.
Hij wordt al snel emotioneel en naïef genoemd, maar daar gaat hij zelf niet mee akkoord. Deze trekken worden hem mogelijk toegekend enerzijds omdat hij een vroegere Katholieke priester is, en anderzijds omdat zijn jeugd niet zo dramatisch was als die van de andere crewleden hoewel men daarover kan discussiëren. Het gegeven van zijn geloof in de goedheid van de mens en van God als rovende piraat spelen hier natuurlijk ook een rol. Azar verzet zich echter even hardnekkig tegen deze vooroordelen als een opstandige tiener. Dit wil natuurlijk niet zeggen dat hij daarin gelijk heeft.
Hij is misschien goedgelovig wanneer het op het Woord van God en de Bijbel aankomt, maar hij heeft al lang geleerd dat piraten of mensen in het algemeen niet altijd even betrouwbaar zijn, dus naïef is zeker geen woord waarmee hij zichzelf zou beschrijven. Dit houdt echter niet meteen in dat hij mensen niet vertrouwt. Hij is natuurlijk wel voorzichtig wanneer het aankomt op loyaliteit en vertrouwen, dat moet wel in dit milieu. Zo zal hij niemand met zijn eigen leven vertrouwen, maar staat hij altijd open om over zichzelf te praten met anderen. Hij is dus zeker een open boek te noemen. Hij gooit alles in het open, omdat hij ervan uitgaat dat niks de mensen waar hij mee omgaat nog verbaast of verontrust. Liegen ziet hij ook al een zonde, omdat je daarmee de handelingen en redeneringen van God betwist alles heeft een doel en gebeurt omdat het móét gebeuren van de Maker.
Tijdens de eerste jaren als smokkelaar en piraat heeft Azar zich hard moeten bewijzen na zijn rol als priester en predikant. Hij werd niet altijd even serieus genomen, waardoor hij heel extreem aan het werk moest gaan. Eventjes raakte hij de draad kwijt en verloor hij zichzelf uit het oog; hierdoor beging hij een aantal onvergeeflijke in zijn ogen dan toch zondes. Hij heeft nog steeds moeite met deze onder ogen te komen en te accepteren als iets uit zijn verleden. Hij is er dan ook van overtuigd dat hij verdoemd is en naar de hel zal gaan. Dit zorgt ervoor dat hij niet heel erg zelfzeker is over zichzelf en hij zichzelf geen overbodige pleziertjes gunt. Hij mag er dan wel heel erg enthousiast en vol leven uitzien, diep van binnen is het een ware chaos en straft hij zichzelf dagelijks, want als zijn God het niet wil doen, wie dan wel?
UITERLIJK
Azar is een lange, weinig gespierde kerel. Zijn lichaam is eerder op lenigheid en snelheid gebouwd dan op kracht, hoewel je hem zeker ook niet mag onderschatten. Hij heeft een blanke, licht door de zon getinte huid waar veel littekens en oneffenheden op te vinden zijn. Daarnaast heeft hij een aantal inkttekeningen op zijn lichaam laten zetten, waarvan de meeste Bijbelse teksten zijn. De enkele uitzondering is de Latijnse zin memento mori. Dit kan men vrij vertalen naar 'Bedenk dat u sterfelijk bent'.
Hij heeft een scherpe kaaklijn en duidelijke jukbeenderen. Zijn lippen hebben een mooie vorm en op zijn gezicht zijn enkele vlekjes zichtbaar, welke ook hier en daar op zijn lichaam te vinden zijn.
Zijn ogen hebben een lichtbruine kleur en zijn donkerbruine tot zwarte haren reiken tot aan zijn schouders. Zijn haar krult lichtjes als zijn haar nat is, krult het natuurlijk veel meer en hij laat het meestal los, of gooit het in een simpele paardenstaart zodat het niet voor zijn ogen valt.
Zijn kledingstijl is heel erg eenvoudig, te danken aan zijn tijd als priester. Hij draagt meestal een simpel wit/beige hemd, welke altijd open hangt tot halverwege zijn torso, een donkere, losse broek met een lederen riem en lederen laarzen. Veel lagen draagt hij niet graag, dus in jassen of gilets zal je hem amper zien. Deze draagt hij enkel bij koude temperaturen of wanneer hij er op z'n best moet uitzien wat nooit gebeurt. Hij wordt ook gekenmerkt door het houten kruisje om zijn hals.
GESCHIEDENIS
Vader // Edward Ackerman 41
Moeder // Josephine Ackerman 35
Zusje // Elienai Ackerman 6
Geboren als zoon van een naaister en een schoenenmaker in het Engelse dorpje Hamilton, heeft Azar nooit echt een spannende jeugd gehad. Zijn ouders trouwden nadat zijn moeder zwanger bleek te zijn. Dit was voor enkele maanden het schandaal van het dorp, voor het uitkwam dat de burgemeester een affaire had met de vrouw van de plaatselijke bakker en alle aandacht op dat schandaal werd gevestigd. Zijn ouders waren niet bepaald rijk, maar arm waren ze zeker ook niet, waardoor Azar leerde lezen en schrijven, er altijd verzorgd bijliep en tafelmanieren leerde.
Op zijn twaalfde werd hij door zijn extreem Katholieke ouders als leerjongen bij de priester van een naburig dorp achtergelaten, waar hij zo'n vier jaar bleef. Hij keerde daarna voor twee jaar terug naar Hamilton, waar zijn moeder ondertussen doodziek was geworden. Zes maanden na zijn terugkomst, stierf ze aan een voor de dokter onbekende ziekte. Azar moest zorg dragen voor zijn pasgeboren babyzusje en zijn kreupele vader, welke een been had verloren nadat hij het dak van hun huisje probeerde te herstellen. Naast het helpen van de plaatselijke priester tijdens de misvieringen, nam Azar tijdens de week ook een deel van zijn vaders werk over. Toen hij zeventien werd, was dat al het volledige werk, want zijn vader was verschrikkelijk achteruitgegaan tijdens de zes maanden na de dood van zijn vrouw. Hij werd precies twee jaar na haar dood ernstig ziek en stierf een vredige dood.
Wetende dat het allemaal Gods plan was en dat hij en zijn zusje geen toekomst meer hadden in Hamilton, nam hij haar mee naar Birmingham en daarna naar London. In London werkte hij als schoenmaker tegen een schamel loontje. Hij huurde een krottig appartement boven de schoenenwinkel en gaf bijna zijn volledig inkomen uit aan eten en kleding voor Elienai. Dit was ook het moment waarop hij zijn achternaam veranderde naar Hamilton, een soort ode aan de plek waar hij opgroeide en voor een tijd gelukkig was.
Op vijfjarige leeftijd werd zij echter ook ziek en begon hij naast zijn job in de schoenenwinkel, na sluitingstijd schoenen te poetsen in de rijke wijken van London om zo medicijnen voor haar te kopen. Het gebeurde ook wel eens dat een rijke dame hem mee naar haar villa nam, waar hij de nacht doorbracht tegen een aardig prijsje. Zijn vele pogingen mochten echter niet baten. Elienai stierf enkel maanden later en Azar, beschaamd en vernederd, verliet London met alle spoed.
Hij dwaalde voor een tijdje van Gods pad af en verknoeide zijn geld aan gokspelletjes, vrouwelijk gezelschap en alcohol. Pas toen hij twee jaar geleden bij toeval in een kerk belandde met de bedoeling daar te overnachten, vond hij God weer. Terwijl hij op onder de kerkbanken lag, meende hij de stem van een vrouw te horen. Hij had eerst gedacht dat het zijn moeder was, die hem wakker maakte, zoals ze vroeger altijd deed. Toen hij echter zijn ogen opendeed, zag hij de verschijning van de Heilige Maagd Maria, die hem gebood op te staan, de fles rum achter hem te laten in de kerk en naar de haven te gaan. Daar zou hij volgens haar het antwoord vinden op zijn vele vragen en het pad van het Licht terugvinden.
Eenmaal aangekomen in de haven zag hij als eerste de grote masten en donkere zeilen van The Seas Rose. Hij kreeg te horen dat de Kapitein op zoek was naar bemanningsleden en wetende dat dat de reden was waarom de Heilige Maagd hem daarheen had gestuurd, bood hij zijn diensten aan. Sindsdien is hij een vast bemanningslid van The Seas Rose en gaat hij waar zij hem mee naartoe neemt.
|
|