• Op een zonnige dag in New York City komen 4 vriendinnen bij elkaar. Een van hen heeft een oud boek met spreuken gevonden op zolder. Door verveling besluiten de 4 vriendinnen een van de spreuken uit te proberen. Een spreuk die er voor zorgt dat hun diepste verlangen worden waar gemaakt. Het duurt niet lang voor ze alles bij elkaar aan het zoeken zijn. Twee gaan op zoek naar vreemde kruiden en de twee overgebleven zoeken een schaal, kaarsen en wierrook bij elkaar. Ook graven ze de kat die al 10 jaar bij de buren in de tuin ligt op. Twee uur later hebben ze alles bij elkaar. De vier vriendinnen sluiten de gordijnen zetten de kaarsen in een kring en doen ze een voor een aan. Dan komt eindelijk het moment dat ze gaan beginnen. De oudste van het stel zet de schaal in hun midden. De anderen doen de kruiden en de botten in de schaal. Alle vier te gelijk lezen de vreemde tekst op.

    "diabolus, diabolus
    fac mea maxime cupiditas ubi
    Tuus sum, et in perpetuum"


    Om de spreuk helemaal af te maken geven ze alle vier een druppel bloed in de schaal. Een half uur gaat voorbij maar er gebeurt helemaal niks. Ondanks dat ze niet geloofde dat het ook maar werkte zijn ze toch blij dat dit inderdaad het geval was. Langzaam staan ze allemaal op en blazen de kaarsen uit. Maar dan gebeurt er toch iets. Een voor een raken ze in trans en verschijnt er een in mantel verscholen persoon voor hen. Die ze alleen maar aan kijkt zonder iets te zeggen. Dit alles bij elkaar duurde echter maar een paar seconden. Niemand durft er iets over te zeggen en doen als of er niks is gebeurt. De volgende dag worden ze wakker en is inderdaad hun wens in vervulling gegaan.

    Een half jaar later zijn ze alle vier nog steeds gelukkig. Waar ze echter niet aan hebben gedacht zijn de kleine letters die onder aan de bladzijden stond. In hun slaap werden ze alle vier meegenomen door mannen in mantels. Dit zijn dienaren van Satan. De man die hun wensen in vervulling heeft laten gaan. Nu is het hun beurt om te betalen voor die wensen. Alle vier de vriendinnen worden de persoonlijke slaaf van satan en zijn 3 zonen. Echter is dit niet een rol die ze voor altijd zullen vervullen. Ze worden namelijk opgeleid om als vrouw te dienen voor hen. Zodra ze hun ogen openen zullen ze dan spijt krijgen van wat ze gedaan hebben? Of zullen ze het accepteren en het er het beste van maken? Aan jou de keuze.

    Demons
    Demons:
    Hoewel dat de duivel en zijn zoons er normaal uit zien, betekend dit niet dat ze dit ook echt zijn. Ze bezitten alle vier langere hoektanden. Wat ze hier mee doen etc is helemaal aan hun zelf. De ogen word volledig zwart als ze bos worden of bij een andere sterke emotie. Maar ook kunnen ze er voor kiezen om ze zwart te maken. Verder zien ze er uit als een mens. Alleen heeft honger en ouder worden niet echt grip op ze. Ook hoeven ze niet elke avond te gaan slapen maar hier kunnen ze wel voor kiezen. Zodra ze er voor gekozen hebben om niet meer ouder te worden dan stopt het veroudering proces. Demonen verliezen nog steeds bloed wanneer ze gewond raken. Ze genezen alleen sneller dan een mens. Een grote snee of wond zou minstens een tot twee dagen blijven zitten, maar na die twee dagen is er niks meer te zien zelfs geen littekens.

    Krachten:
    Door de jaren heen hebben de demonen ook krachten gekregen. De meeste zijn ontstaan in de pubertijd. Maar door dat ze al vele jaren misschien al wel eeuwen leven betekent dit dat ze de meeste dingen goed onder controle hebben. Al kan het natuurlijk altijd nog wel eens fout gaan. Vergeet niet dat sommige krachten uit puttend kan zijn, zelfs voor demonen.

    Jay, Junior & Ivory
    - 3 van de 4 elementen, water, aarde en lucht.
    - Telekinesis (gevorderd niveau)
    - Portal Creation (Kunnen teleporteren door middel van een portaal die gemaakt word door hun element)
    - Mind control (Het beheersen/lezen van het menselijke brein)
    - Enhanced Senses (Verbeterde zintuigen)
    - Enhanced Agility (Leniger dan de mens)
    - Enhanced Speed (sneller dan de mens)
    - Enhanced Strength (Sterker dan de mens)


    Blake
    - 4 elementen (vuur de sterkste)
    - Mind control (Het beheersen/lezen van het menselijke brein)
    - Enhanced Senses (Verbeterde zintuigen)
    - Enhanced Agility (Leniger dan de mens)
    - Enhanced Speed (sneller dan de mens)
    - Enhanced Strength (Sterker dan de mens)
    - Telekinesis (hoogste niveau, met lvl beperkingen)
    - Empathie (uitgeschakeld)
    - Teleportatie (zonder portals)
    - Summoning (versterkend & using: vb leger oproepen, hellhounds roepen, maar zelf niet sterker worden)
    - Necrokinesis (De mogelijkheid tot onmiddellijke dood veroorzaken)
    - Resurrection (De mogelijkheid om de doden te doen herleven)


    Hel
    De hel ziet er op zich redelijk normaal uit. Zie het voor je als een landgoed in de middeleeuwen. Dit betekend echter niet dat het hier heel mooi is. In de hel is het altijd warm, wat op zich zijn voordelen heeft. Aan de hemel is alles rood. Van de wolken tot aan de maan. De hel kent geen zon, dit betekend niet dat hun maan niet vel is. Deze is wel vel, vel genoeg om dag en nacht de straten te verlichten. Het is dus ook nooit donker in hel. Aan de rand van de stad staat een groot kasteel waar Satan, zijn kinderen en de slaven leven. Echter diep in de kelder daar begint hel pas echt. Hier komen de zielen terecht en worden ze gemarteld. Over het landgoed heb je vele bossen maar ook velden en een meer. Hier en daar staat er een huis op het land waar andere demonen wonen. Je hebt hier geen moderne spullen. Ze hebben ook geen stroom etc. Ze verplaatsen zich in hel door paard en wagen. Elke demon kan gemakkelijk door een poort naar de aarde gaan en mensen mee nemen. Maar een mens kan niet alleen door de poort heen dit zal hen doden.


    Regels:

    – 350 woorden minimaal, is makkelijk te halen.
    – Minstens 1 keer in de week reageren.
    – Niet meer dan 1 personage.
    – Een reservering blijft 48 uur staan.
    – geen perfecte personages.
    – Hou het realistisch.
    – godmodden en powerplayen zijn niet toegestaan.
    – 16+ is toegestaan.
    – Er moet minimaal een post tussen voor je weer mag reageren.
    – Topic's worden alleen aangemaakt door CavalierYouth
    – Naam verandering door geven.
    – Leef je de regels niet na, dan word je na de tweede waarschuwing er uit gegooid.


    Wensen:
    AnnaSophia: heeft gewenst dat haar ouders weer bij elkaar zouden komen.
    Bess: heeft gewenst dat haar leven zou gaan veranderen
    Gweneth: heeft gewenst om de perfecte match
    Lucia:

    Invullen:
    Naam: (de demonen hoeven geen achternaam. Anders de achternaam van Satan omdat het zijn kinderen zijn)
    Leeftijd: (16 t/m 19) (20 t/m 25)
    Uiterlijk: (Met foto)
    Innerlijk:
    Slaaf/meester: (Word uitgekozen door het lot -loting-)
    Kracht: (alleen voor demonen het element gaven)
    Extra’s:

    Koppels
    Jay Aiden Barnett- Gweneth Arabella Belcourt
    Blake Junior Barnett - Bess Adeline Marchon
    Blake Chase Barnett - AnnaSophia Thompson
    Ivory Barnett - Lucia Dorné


    Rollen:
    Vol!
    Meiden:
    Annasophia Thompson // Monstrous 1.1
    Bess Adeline Marchon // Banshees 1.6
    Gweneth Arabella Belcourt // Halter 1.3
    Lucia Dorné // Nuevo 1.2

    Jongens:
    Satan: Blake Chase Barnett // DarkAng3l 1.1 Water Aarde Vuur Lucht
    Ivory // Seto 1.3 Lucht
    Blake 'Junior' Barnett // OutlawQueen 1.2 Aarde
    Jay Aiden Barnett // Torquay1.4 Water

    De vertaling van de spreuk klopt niet helemaal,
    maar wat er staat is.
    Duivel, Duivel
    Maak mijn diepste wensen waar.
    En ik zal voor eeuwig het uwen zijn


    Het begin
    De meiden liggen ieder in een aparte kamer wat vanaf nu hun slaap kamer is, voor zover ze zich waarschijnlijk zullen gedragen. Maar dat is geheel aan de demonen. Alle meiden zullen nu waarschijnlijk wel wakker worden, denkend dat ze gewoon in hun bed in hun kamer wakker zullen worden. Dit is dus echter niet het geval. De mannen zitten stilletjes stil te wachten tot ze wakker worden.



    Topics
    RollenTopic
    Praattopic

    [ bericht aangepast op 4 nov 2014 - 14:16 ]

    Gweneth Arabella Belcourt
          ‘Ik heb inderdaad geen idee waar je het over hebt Gweneth, want ik vind de zo genoemde belediging van dat ik een gedrocht ben, maar je jezelf een leugenaar noemt geen belediging.’ Ik zucht kort bij het horen van mijn volledige voornaam, voor ik mijn aandacht op zijn woorden focus. Er kruipt een halve glimlach over mijn gezicht die overeenkomsten weet te tonen met zijn eigen grijns.
          ‘Tuurlijk zou je een leugenaar zijn als je dat zou zeggen. We weten allebei dat ik er erg aantrekkelijk uitzie.’ Er komt een ongelovig geluidje uit mijn keel omhoog zetten, waarna ik mezelf overeind duw om hem een sceptische blik toe te werpen. Hoe Jay daar zo voor me zit, arrogant en toch met enige klasse. Hij zou een uitdaging worden, dat was iets waar ik zeker van was.
          ‘Iemand is hier vol van zichzelf. Is er een housewife in de zaal om meneer zijn ego te strelen?’ Ik kijk om me heen, lichtelijk geamuseerd door mijn eigen sarcasme, voor ik hem opnieuw aankijk.
          ‘Real Housewives is een ontzettend slecht televisieprogramma dat mijn moeder geweldig vind, natuurlijk. Over plastic opgevulde vrouwen van in de veertig die getouwd zijn met rijke zakenmannetjes en vanuit huis de boel weer uitgeven.’ Ik haal mijn schouders op, overeind komend terwijl ik de kamer nogmaals in me op neem. Ik hoop dat Bess zou bekomen, en dat AnnaSophia gespaard zou blijven.
          ‘Wij weten allebei dat jij je de gelukkigste inwoner van Hel mag noemen met mij aan je zijde.’ Ik werp een korte blik over mijn schouder, er van verzekerd dat het arrogante toontje past bij wat mensen van me verwachten als ze me niet kennen.
          ‘Als je maar weet dat ik geen housewife zal worden. Ten eerste heb je voor het meisje met geld gekozen, en ten tweede moet je weten dat er een paviljoen aan jongemannen klaarstaat zodra jij het verpest.’ Hoe ik ook probeer, ik kan kan geen zwaar dramatische scène uitoefenen. Ik weet dat de Hel echt is, zoveel is zeker, maar verder ben ik er nog niet over uit hoe ik me er daadwerkelijk bij voel. Jay ziet er niet uit als het pure kwaad, dat helpt, en verder lijken mijn vriendinnen het al zwaar genoeg te hebben. Er moet er toch één zijn die overeind blijft staan? Ik weet niet eens of het mogelijk is om van mijn sarcasme af te stappen.
          ‘Zeg eens.’ Ik laat mezelf tegenover hem op het bed zakken, mijn vingers stilzwijgend in mijn schoot vouwend. ‘Is het echt de bedoeling dat er een trouwerij bij betrokken moet worden?’ Ik heb altijd volgehouden dat ik een carrièrevrouw zou worden die geen tijd heeft voor een man of gezin. Ik hecht veel waarde aan mijn achternaam en eerlijk gezegd lijkt het me vreselijk om altijd maar op dezelfde plek rond te hangen.
          ‘Je hoeft je niets in je mooie hoofdje te halen over kinderen, want ik doe niet aan gezinsleven.’ Het is een kleine waarschuwing, hoewel ik betwijfel of hij serieus genomen wordt. Jay ziet er toch ook niet echt uit alsof hij er op staat te wachten een vaderfiguur te worden?
          ‘Hoe oud ben je eigenlijk?’ Ik weet dat zijn uiterlijk kan bedriegen, dus misschien heeft hij wel jaren gewacht op een meisje dat dom genoeg was een deal met zijn vader te sluiten. Wat weet ik immers over hem?


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    [God I love Gwen. She is awesome]
    Jay Aiden Barnett
    Zodra ze de woorden die ik zei ontvangt komt er een ongelovig geluidje uit haar keel, iets dat mijn grijns alleen maar groter maakt. Ze gaat recht voor me zitten zodat we ongeveer op ooghoogte zijn. Ik ben nog steeds groter, maar dat is makkelijk aangezien mannen over het algemeen groter zijn als vrouwen. ‘Iemand is hier vol van zichzelf. Is er een housewife in de zaal om meneer zijn ego te strelen?’ Zegt ze en de sarcasme is makkelijk te herkennen in haar stem. Ze kijkt geamuseerd om zich heen om zich daarna weer op mij te richten. Mijn blik word lichtelijk vragend aangezien ik geen idee wat een huisvrouw met dit alles te maken heeft. ‘Real Housewives is een ontzettend slecht televisieprogramma dat mijn moeder geweldig vind, natuurlijk. Over plastic opgevulde vrouwen van in de veertig die getouwd zijn met rijke zakenmannetjes en vanuit huis de boel weer uitgeven.’ Ze staat op om de kamer te inspecteren. Mijn mond vormt een O-vorm aangezien ik het nu begrijp. Ik was een ziel ik volgde die rare tv rariteiten niet. ‘Wij weten allebei dat jij je de gelukkigste inwoner van Hel mag noemen met mij aan je zijde.’ Zegt ze als ze een blik over haar schouder naar me werpt. Een grijns speelt zich op mijn lippen wie had nu het ego? ‘Als je maar weet dat ik geen housewife zal worden. Ten eerste heb je voor het meisje met geld gekozen, en ten tweede moet je weten dat er een paviljoen aan jongemannen klaarstaat zodra jij het verpest.’ De grijns op mijn lippen word groter.
    'O dus ik ben de gelukkige van ons twee?' Zeg ik terwijl ik mijn wenkbrauw optrek naar haar. 'Ik zie niet een paviljoen achter mij in de rij staan of wel. Zo te zien ben ik de enigste, dus helaas moet ik je ego indeuken met deze telleurstelling voor je.' Zeg ik terwijl ik achterover in de stoel ga zitten terwijl ik haar observeer met een geamuseerde glimp in mijn ogen. Dan gaat ze voor me zitten en ze word iets serieus, ik merk het aan haar trekken die veranderen bij haar emotie.
    'Zeg eens, Is het echt de bedoeling dat er een trouwerij bij betrokken moet worden?’ Zegt ze dan en het lijkt alsof het wat belangrijker is voor haar als gedacht. ‘Je hoeft je niets in je mooie hoofdje te halen over kinderen, want ik doe niet aan gezinsleven.’ Ik lach door haar kleine waarschuwing. Het is een korte lach, maar hij is er wel even. ‘Hoe oud ben je eigenlijk?’ Vraagt ze daarna.
    Ik ga weer recht zitten en ik kijk haar aan klaar om antwoord te geven.
    'Ja een trouwerij is nodig. Dat laat de echte verbintenis zien tussen twee wezens. Je krijgt er trouwens ook een voordeel uit. Omdat er getrouwd word en dat betekent dat je alles deelt zal je ook een deel van mijn krachten bezitten. Dat betekent dus dat je water uiteindelijk zou kunnen besturen en daarbij ook betere zintuigen krijgt.' Zeg ik terwijl ik een ring van water in mijn palm laat draaien die ik creëerde door het water uit de lucht te vervormen.
    'Ik weet het zelf ook nog niet over kinderen, maar ik weet wel dat je op een gegeven moment dit lichaam-' Ik verbreek mezelf om naar mijn lichaam te wijzen. 'niet meer zal kunnen weerstaan.' Zeg ik terwijl ik haar een knipoog geef en er een scheve glimlach gecreëerd word rond mijn lippen.
    'En mijn leeftijd. Tja ik hou het niet echt meer bij, maar ik ben gestopt rond 23. Ik ben de oudste en ik heb besloten toen ik 23 werd dat ik niet ouder wou worden dan dat dus toen stopte ik het, maar ik ben erg oud. Ouder dan welke ziel dan ook op aarde. Zie het maar als dit. Mijn vader is een gevallen engel verbannen door god en volgens mij zat ik daar toen al bij, dus ja ik ben heel erg oud.' Zeg ik terwijl ik mijn achterhoofd even krap. Tja wat wou ze verwachten. Ik ben nou eenmaal oud een demon en die lijken vaak niet oud. Ik weet echter nog steeds niet wie mijn moeder is, maar door mijn zo gespleten persoonlijkheid dat ik van vriendelijk naar wreed kan gaan laat me gokken dat mijn moeder een vriendelijke vrouw was, maar dat denk ik tenminste

    [ bericht aangepast op 28 sep 2014 - 0:30 ]


    I'm finally back, Finally after a Year break

    | Jay is anders ook niet mis. Die twee zijn echt gewaagd aan elkaar, haha. |

    Gweneth Arabella Belcourt
          ‘O dus ik ben de gelukkige van ons twee?’ Ik knik bevestigend, zeer zeker van mijn zaak. ‘Ik zie niet een paviljoen achter mij in de rij staan of wel. Zo te zien ben ik de enigste, dus helaas moet ik je ego indeuken met deze teleurstelling voor je.’ Ik tuit mijn lippen, maak een duh-gebaar voor ik antwoord.
          ‘In de echte wereld zouden ze een moord begaan voor mijn hand. Ik was vorig jaar één van de meest begeerde vrijgezellen. De cijfers liegen er niet om.’ Ik schud mijn hoofd kort nadat ik iets ga verzitten.
          ‘Ja een trouwerij is nodig. Dat laat de echte verbintenis zien tussen twee wezens. Je krijgt er trouwens ook een voordeel uit. Omdat er getrouwd word en dat betekent dat je alles deelt zal je ook een deel van mijn krachten bezitten. Dat betekent dus dat je water uiteindelijk zou kunnen besturen en daarbij ook betere zintuigen krijgt.’ Ik probeer het verhaal te volgen, maar kan het niet helpen dat ik op sommige momenten blijf hangen bij bepaalde, onverwachtse toevoegingen.
          ‘Twee derde van ieder huwelijk eindigt in een scheiding.’ Er kruipt een verdedigende glimlach over mijn gezicht. ‘Of moord.’ Het idee van delen staat me allerminst aan. Ik heb geld en bezittingen genoeg. Bovendien ben ik nog niet zo zeker over wat ik met zo'n kracht zou moeten. Het lijkt me vooral geen goed idee om een mogelijkheid tot macht aan vier hormonale meisjes te geven.
          Mijn ogen volgen de doorzichtige cirkel van water die in zijn handpalm beweegt als een stille miniatuur oceaan. Ik kan het niet helpen dit soort fenomenen adembenemend te vinden. Ik heb een zwak voor kunst, dit is waarschijnlijk zelfs meer dan dat.
          ‘Ik weet het zelf ook nog niet over kinderen, maar ik weet wel dat je op een gegeven moment dit lichaam’ Ik volg de subtiele verwijzing naar zijn lichaam ‘niet meer zal kunnen weerstaan.’ Ik druk de rug van mijn hand tegen mijn lippen om een onbeleefde lachsalvo binnen te houden, maar kan een grote glimlach niet tegenhouden.
          ‘We zullen zien wie eerder zwicht.’ Ik probeer mijn stem zakelijk te houden, ondanks het plezier dat ik er aan beleef om hem tegen te spreken. Bij wijze van tegenstand, sta ik langzaam op om een hand met nonchalance over mijn rondingen te leiden.
          ‘Het record staat op twee dagen.’ Ik schenk hem een geamuseerde knipoog voor ik me opnieuw op het bed laat zakken. Ik weet zeker dat als ik Jay in mijn thuisstad had ontmoet, hij er eveneens was uitgesprongen. Iets aan hem schreeuwt uitdaging en losbandigheid, maar heeft tegelijkertijd een zekere instelling van wijsheid en geduld.
          ‘En mijn leeftijd. Ik hou het niet echt meer bij, maar ik ben gestopt rond de drieëntwintig. Ik ben de oudste en ik heb besloten toen ik drieëntwintig werd dat ik niet ouder wilde worden dan dat, dus toen stopte ik het, maar ik ben erg oud. Ouder dan welke ziel dan ook op aarde. Zie het maar zo; mijn vader is een gevallen engel, verbannen door god, en volgens mij zat ik daar toen al bij. Dus ja, ik ben heel erg oud.’ Ik weet niet precies waar ik me op had voorbereid. Ik heb gemerkt dat hij lichamelijk iets ouder is dan zijn broers, maar geestelijk bleef een raadsel. Oud.
          ‘Wauw. Me voorstellen dat ik hier zit met iemand die miljoenen jaren ouder is. . .’ Ik trek een grimas voor ik zachtjes grinnik. Normaliter lach ik helemaal niet zo veel, dit alles is ronduit raar.
          ‘Je ziet er erg goed uit voor een bejaarde, dat moet ik je nageven.’ Ik kom overeind, een hand door mijn lokken halend. Trouwen op mijn negentiende. Ik kauw peinzend op mijn onderlip.
          ‘Weet je, Jay? Ik denk dat we voor eens en voor altijd moeten uitvechten wie hier de leiding heeft.’ Ik kruipt een lichtelijk speelse glimlach rond mijn lippen, als ik me langzaam naar hem omdraai.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    [Ja klopt vind het echt leuk dat onze personages zo aan elkaar gewaagd zijn dat maakt het schrijven ook leuker]
    Jay Aiden Barnett
    ‘Twee derde van ieder huwelijk eindigt in een scheiding.’ Ze bedenkt zich iets wat een glimlach op haar lippen laat creëren. ‘Of moord.’ vervolgt ze zichzelf. Een lach rolt over mijn lippen.
    'Denk je dat je mij überhaupt kan vermoorden. Dat is heel leuk bedacht, maar een beetje naïef.' Zeg ik met een vertederend glimlachje op mijn lippen. Ze was nog een jonge ziel ze wist van niets over mij en mijn wereld. Ze kijkt wel even naar mijn watering dat over mijn palm heen gaat en ik zie de schittering van fascinatie in haar ogen en ik glimlach en besluit haar, haar eigen water te geven dus ik verklein de "ring" tot haar vinger formaat en stuur het op haar vinger. Het water volgt mijn blik en valt soepel om haar ringvinger, als het glazenmuiltje bij assepoester.
    ‘We zullen zien wie eerder zwicht.' Zegt ze met een zakelijke en serieuze houding, maar ik merk dat ze het leuk vind om me te plagen en ik zie het makkelijk in haar ogen en haar hartkloppingen. ‘Het record staat op twee dagen.’ Zegt ze met een knipoog. Een grijns staat op mijn lippen.
    ‘Wauw. Me voorstellen dat ik hier zit met iemand die miljoenen jaren ouder is. . .’ Ze grinnikt zachtjes en ik volg haar met mijn blik als ze weer opstaat. Ze was, en dat merkte ik nu al, nogal bewegelijk. Al dat kon natuurlijk ook aan de nervositeit liggen. ‘Je ziet er erg goed uit voor een bejaarde, dat moet ik je nageven.’ Ik neem het compliment aan met een grijns. 'Weet ik.' Zeg ik een beetje arrogant, omdat ik het niet kon laten om het niet te doen. ‘Weet je, Jay? Ik denk dat we voor eens en voor altijd moeten uitvechten wie hier de leiding heeft.’ Zegt ze met een speelse glimlach terwijl ze zich naar me omdraait.

    'Bij mij is het record 6 uur tot vrouwen zich maar naar me toe werpen, dus ik weet dat je of een nieuw record gaat zetten of uiteindelijk wel voor voor me valt. Ik bedoel ik ben ook wel is in jou wereld geweest gewoon om zich onder de zielen te bevinden en zien hoe ik na gestaard word door iedere mogelijke vrouw, jong of oud.' Zeg ik met toch wel lichte arrogantie ondanks dat ik de waarheid sprak.
    'Ik kan je verzekeren dat ik altijd wel dominant blijf, of jij het nou wilt of niet.' Zeg ik terwijl ik zelf ook opsta en dichter naar haar toe stap. 'Je spelletjes zijn wel erg amusant om me zo tegen te werken, maar ik kan je verzekeren dat je het spel om wie de leiding van ons tweeën krijgt niet gaat winnen.' Ik sta vlak voor haar als ik een speelse grijns op mijn lippen krijg. Ik merk dat ze het koud heeft door de lichte kippenvel die op haar huid staat. Ze stonden al wat langer zo,dus ik wist dat ze op dit moment niet allemaal door mij rechtop stonden. Ik voelde zelf ook wel de temperatuur en ondanks dat het hier in de hel altijd wel heet was hield ik mijn kamer het liefste wat koeler. Een deel van mij wou weg uit deze muffe en koele kamer en eigenlijk naar buiten dus ik besloot aan haar te vragen of ze naar buiten wou. Ik wou naar het meer, mijn favoriete plek in de hel, makkelijk gezegd omdat je dan omringt met water was. Het had ook een pluspunt dat mijn vader daar niet was. Ondanks dat hij natuurlijk mijn vader was en ik mijn leven dankte aan hem mag ik hem niet altijd. Ik weet dat ik de oudste zoon ben en ik soms wel iets meer mag dan mijn jongere broers, bijvoorbeeld zonet. Ik kreeg een waarschuwing, maar ik en vader weten allebei dat als junior dat gedaan had, dat junior geflambeerd was. Ik besluit eerst de lucht, die watermoleculen heeft, rond Gweneth te verwarmen door de moleculen te laten bewegen. Als moleculen namelijk bewegen geven ze warmte af.
    'Heb je zin om uit dit helhol te gaan en naar buiten te gaan?' Vraag ik haar toch wel vriendelijk terwijl ik mijn blik afwend naar buiten. Ik weet dat ik ook wel een woordgrapje gebruikte, namelijk hel hol, maar ik kon het niet laten we waren nu namelijk in de hel en deze kamer was saai en muf. Ik zat veel liever buiten, mijn normale routine was dan ook bij het meer zitten of over het algemeen buiten als ik niet op aarde kon zijn. Het was voor mij op aarde of buiten en dan het liefste bij het meer.

    [ bericht aangepast op 28 sep 2014 - 15:33 ]


    I'm finally back, Finally after a Year break

    [ff voor iedereen, want ik denk dat sommige het gemist hebben: Satan is NIET Lucifer. Lucifer is een gevallen engel. Satan daarintegen is de verpersoonlijking van het kwaad. Hij is nooit een engel geweest en is dus zeker geen gevallen enkel. Blake heeft het hier trouwens helemaal niet op engelen, of ze nu gewoon zijn of gevallen. Ff ter verduidelijking.]

    Blacke Chase Barnett || Satan
    Met een laatste blik op de achterblijvers in de woonkamer begon ik de weg naar boven. Trappen lopen hoefde voor mij eigenlijk totaal niet, maar voor nu wilde ik even een paar tellen normaal doen. Vast en zeker dat het maar zou duren tot ik buiten zicht was, maar dat was natuurlijk een andere zaak. Hoe minder de meiden in eerste instantie van m'n krachten kenden, hoe beter. Het was totaal niet de bedoeling dat ik ze aan de grote klok hing. Dan kwam er enkel maar heibel van. Ik was me er immers meer dan bewust van dat ik een stuk sterker was dan m'n zonen en AnnaSophia dus ook sterker zou gaan worden dan haar vriendinnen. Zelf zonder olie op het vuur te gaan gieten zou dat nog akelig genoeg kunnen gaan worden. Mensen krachten geven als de onze was niet bepaald hetzelfde als ze een nieuwe heup aanmeten als ze oud en versleten waren. Het deed iets met je. Eens je ze had, was je nooit meer dezelfde.
    Eenmaal buiten zicht, stond ik met 1 stap waar ik moest zijn. Teleporteren was wel zo handig, zoveel was zeker. Het bespaarde je een hoop lange wandelingen door het kasteel. In het begin mocht het dan misschien wel interessant zijn om naar alles te kijken, maar na de loop der eeuwen werd het toch behoorlijk eentonig. Je kwam nu eenmaal niet op elke hoek in hell een interieurarchitect tegen.
    Even keek ik de kamer rond, voor ik achter het bureau plaats nam. De kamer was eigenlijk een soort van weergave van mezelf, maar ook hier kon schijn echt bedriegen. Een monumentaal houten bureel domineerde de kamer, een waar menig CEO stikjaloers op zou zijn. De stoel erachter, waar ik in zat, gaf maar al te duidelijk te kennen dat je met iemand belangrijks te maken had. Langs een van de wanden stond een behoorlijk imposante boekenkast, ook al was ze maar voor de helft gevuld, terwijl de andere muur gedomineerd werd door een open haard. De ramen achter me gaven uit op de toegangsweg naar het kasteel en de naargeestige atmosfeer van hel.
    Ik keek even op van het glas drinken dat al voor me op het oppervlak stond toen ik een klopje op de deur hoorde. "Binnen." Ik klonk zakelijk. Geen emotie of wat dan ook. Die dingen was ik jaren geleden al verloren, zo lang geleden, dat ik het me niet eens meer herinnerde dat ik waarschijnlijk ooit wel eens gevoelens gehad moest hebben. Kalm nam ik het glas en draaide het rond in m'n hand, m'n ogen strak op de deur gericht, afwachtend tot ze binnen kwam.


    "Nothing is True. Everything is Permitted"

    | Precies. Luuv Jay :Y) |

    Gweneth Arabella Belcourt
          'Denk je dat je mij überhaupt kan vermoorden. Dat is heel leuk bedacht, maar een beetje naïef.' In de eerste instantie wil ik hem een verontwaardigde reactie geven, maar iets in de vertederde glimlach die hij me daarna schenkt zorgt ervoor dat ik enkel mijn schouders lichtelijk ophaal.
          Jay gebruikt mijn stilte om de waterring rond mijn ringvinger te sturen, ervoor zorgend dat mijn aandacht vrijwel automatisch naar het sieraad verschuift. Ik moet toegeven dat hij ontzettend passend voekt en er eveneens uitziet alsof hij daar thuishoort.
          'Bij mij is het record 6 uur tot vrouwen zich maar naar me toe werpen, dus ik weet dat je of een nieuw record gaat zetten of uiteindelijk wel voor voor me valt. Ik bedoel ik ben ook wel is in jou wereld geweest gewoon om zich onder de zielen te bevinden en zien hoe ik na gestaard word door iedere mogelijke vrouw, jong of oud.' Ik snuif kort, de grote van zijn ego ondermijnend. Ik weet prima dat iedere, gezonde vrouw zich zonder pardon aan zijn voeten zou werpen, maar dat betekend niet dat ik het hem zo gemakkelijk zal maken.
          'Je spelletjes zijn wel erg amusant om me zo tegen te werken, maar ik kan je verzekeren dat je het spel om wie de leiding van ons tweeën krijgt niet gaat winnen.' Ik bijt zachthes op mijn onderlip, iedere beweging nauwkeurig in me opnemend. Ik ben me er van bewust dat hij degene is die me probeert op te warmen. Ik heb het inderdaad een tijdje koud gehad, maar ik ben altijd een koukleum geweest. Toch ben ik hem wel degelijk dankbaar.
          'Heb je zin om uit dit helhol te gaan en naar buiten te gaan?' Mijn vingers glijden voor een kort momemt langs zijn borst, waarna ik hem een kleine toch enigszins opgewekte glimlach schenk.
          'Als je me maar beschermt tegen je medemens. Ik hoop dat je bereid bent om voor me te vechten. ' Ik draai me opgetogen om in de ricbting van de deur, mijn ogen nogmaals op de ring rond mijn rechter hand gericht.


    | Sorry voor de korte post, ik typ vanaf mijn tablet. |


    Feel the fire, but do not succumb to it.


    AnnaSophia Thompson
    Na lang genoeg te hebben nagedacht maar eerlijk gezegd nog steeds geen weet te hebben van wat ze zou gaan zeggen klopte ze toch zacht aan. Zodra de stem van blake te horen was slikte ze langzaam maar bleef nog even staan om haar zelf moed in te spreken, waarna ze de deur los deed en naar binnen liep. Kort keek Annasophia op naar Blake en zag hem met een glas in de hand op de stoel zitten. Ze durfde haast te beweren dat, dat het zelfde inhoud had als dat ze wakker was geworden. Haar blik gleed al snel weer weg waarna ze zich omdraaide en de deur zacht sloot. Even bleef ze zo staan en vroeg zich af hoe ze zou moeten beginnen. Diep haalde AnnaSophia adem voor dat ze zich weer omdraaide. Haar groen,bruinige ogen gleden door het kantoortje heen. Niet echt wetend wat ze hier nou van moest denken. Haar blik gleed op een stoel die aan de andere kant van het bureau stond. Ze zou dol graag willen zitten, maar besloot om te blijven staan. Ze wist zich niet echt hoe ze nu in zijn bij zijn moest gedragen. Het liefst wou ze gewoon haar zelf zijn, maar annasophia was bang dat als ze dat zou doen hij misschien wel boos zou worden. Ze had vaak mood swings en daar werd niemand vrolijk om. Toch liep ze naar de stoel toe. Maar niet om er in te gaan zitten. Nee ze bleef er achter staan en legde haar slanke vingers over de steun heen en keek op naar Blake. "ik vroeg me af." Begon ze waarna ze even in een stilte viel. "Wat voor vrouw u me verwacht te zijn." Ging ze verder. Annasophia hoopte zo erg dat hij zou zeggen dat ze gewoon haar zelf zou moeten zijn. Ze was zo slecht in het spelen van iemand anders. Het was al een wonder dat ze wist te doen als of ze altijd vrolijk zou zijn. Maar ze had geen zin om in de problemen te komen door zo iets stoms. Haar ogen gleden onbewust over zijn gezicht heen, wat voor man was hij eigenlijk? De vraag schoot door haar gedachten heen terwijl haar ogen stopte bij de zijn. Misschien kon ze beter weg kijken, maar men zei dat ogen de spiegel van de ziel was. Of had ze dat zou verkeerd begrepen. Had hij eigenlijk wel een ziel? Dat was ook nog maar de vraag. Iedereen had een ziel toch? Zelfs de duivel?

    Blake Chase Barnett || Satan
    Kalm wachtte ik waar ik zat tot ze binnen kwam. Aan haar gestalte en haar manier van bewegen kon ik zo opmaken dat ze verre van op haar gemak was. Als dat wel het geval was geweest, dan was ze gaan zitten op de stoel waar ze achter was blijven staan. Ik kon haar eigenlijk geen ongelijk geven dat ze niet op haar gemak was. Ik was dan ook geen gemakkelijke man om mee om te gaan en eeuwig was een verdomd lange tijd eigenlijk. Maar aan de andere kant... Ik had eerder al geleerd dat zelf eeuwig niet eeuwig leek te duren, behalve voor mij dan natuurlijk. Voor mij was eeuwig eeuwig, maar mensen waren daar niet voor gemaakt. AnnaSophia evenmin.
    "Ik vroeg me af wat voor vrouw u me verwacht te zijn." Kalm nam ik een slok van m'n glas. Als je me betrapte op water drinken, dan kon je gerust zeggen dat ik ziek was. Het waas niet zo dat alcohol ook maar het minste effect op me had. Er waren wel ergere dingen die ik dronk, maar dat zou ik niet bepaald zo vlak voor haar gaan zeggen, of laten zien. Vast en zeker dat ze zou gaan kotsen ofzo. Ik zag haar kijken, maar het deerde me niet. Beter dat ze het menselijke leerde ter herinneren, want de andere kant was absoluut niet zo mooi om naar te kijken. Het zou haar eerder nachtmerries bezorgen dan wat anders.
    Dat ik m'n tijd nam om op haar vraag te antwoorden, was voor mij niet zo heel raar. Het was een soort van psychologisch spelletje dat ik speelde. Mensen laten wachten, ze zenuwen geven, soms voor niets, soms voor heel wat. Hey, je moest iets doen in de eeuwen in hell die je had. "Wat denk je zelf?" Er was voor mij niets leuker dan mensen zien lijden, op welke manier dan ook. En het feit dat ik haar in de palm van m'n hand hield, was gewoonweg heerlijk. Ik beschikte hier over leven en dood, hoeveel konden dat zeggen? Zelf als je hier iemand vermoorde, hoefde dat niet zo te zijn. Ik kon ze zo terug brengen als ik wilde.
    "Wat denk je zelf dat je moet zijn? Of eerder, wat je wilt zijn?" Het was echter niet omdat ze het wilde, dat ze het ook zou krijgen. Het kon echter geen kwaad om een spelletje te spelen, toch? Kalm bleef ik haar aankijken. Het licht van buiten een vreemde glans werpend over m'n ogen, terwijl ze langzaam over haar heen gleden. Wat ik zag, was zeker niet verkeerd. Alle vier waren ze mooie meiden, maar zij had toch m'n voorkeur gekregen, waarom, daar was ik zelf nog niet helemaal over uit eigenlijk. Hoewel ze allemaal anders waren, was er toch iets dat ervoor gezorgd had dat ze boven de anderen uit stak. Wat, dat zou hopelijk nog wel duidelijk worden.


    "Nothing is True. Everything is Permitted"

    Jay Aiden Barnett
    Haar hand glijd kort over mijn borst terwijl ze een opgewekte glimlach geeft aan me. Haar hand die kort mijn borst aanraakt zorgt dat even voor misschien een seconde dat die spieren zich aanspannen om vervolgens terug naar de ontspannende stand gaan. 'Als je me maar beschermt tegen je medemens. Ik hoop dat je bereid bent om voor me te vechten. ' Ze draait zich opgetogen om naar de deur, maar ik besluit voor haar te lopen, aangezien ze de weg nog niet weet in dit gigantische huis.
    'Eerst ik ben geen mens, maar een demon dus ik zaal je beschermen tegen mijn mededemon.' Zeg ik terwijl ik de trap afloop. Ik kijk soms echter wel achter me of ze me bijhoud. Als we al een klein tijdje lopen en een hoop deuren voorbij zijn, zijn we bij de hoofddeur en doe ik deze open om vervolgens de dame eerst naar buiten te laten gaan.'Dames gaan voor hé.' Zeg ik met een kleine grijns. Zodra ze buiten staat en de warmte of eerder hitte toeslaat loop ik ook naar buiten terwijl ik de moleculen rond mij koeler maak. Ik sluit de grote deur weer achter me waarna Ik Gweneth wenk met me mee te lopen. We liepen richting de stallen alleen maar omdat naar het meer toelopen een beetje ver was en ze langzamer liep dan mijzelf en dat er dus voor kon zorgen dat het nog langer duurde dan normaal. Zodra we er zijn open Ik de staldeuren en ik zie meteen mijn paard. Een zwarte Merrie Aphrite.. Ik draai me op naar Gweneth als aphrite al op me af komt lopen en haar snuit in mijn rug duwt.
    'Kan je zelf rijden of rij je mee met mij op Aphrite?' Vraag ik terwijl ik over de snuit van Aphrite streel. Ik wou best lopen naar het meer, maar het was vaak nogal ver om te lopen en ik kon mijn tijd vaak aan andere, en leukere dingen besteden dan lopen naar een meer. Als Gwen zelf reed kon ze het broertje van Aphrite nemen, Ace. De hengst was iets jonger van Aphrite zelf, maar niet minder braaf. Aphrite was een paard dat echt van mezelf was en ik vertrouwde het paard dan ook blind. Ik pijl Gwen haar reactie op de paarden zelf en wacht op haar reactie. Het zou een voordeel zijn als ze al kon rijden, maar anders hadden we altijd nog genoeg tijd dat ik het haar uiteindelijk zou leren.

    {Sorry mijne is ook kort, maakte hem snel voor het eten}


    I'm finally back, Finally after a Year break

    Mededeling!

    De tijd sprong komt vrijdag 3 oktober tussen 18:00 en 19:00

    [ bericht aangepast op 28 sep 2014 - 19:04 ]

    Gweneth Arabella Belcourt
          ‘Eerst ik ben geen mens, maar een demon dus ik zaal je beschermen tegen mijn mededemon.’ Ik rol mijn ogen kort bij zijn betweterige verbetering, waarna ik hem uiteindelijk toch achterna ga. Ik wil allesbehalve achterblijven; op die manier zal ik nooit genoeg informatie inwinnen over deze plek. En het lijkt mij zeer handig om veel te weten. Het zal enkel in mijn voordeel komen te staan.
          ‘Dames gaan voor hé.’ Ik kijk hem kort aan, al verspringt mijn aandacht al snel naar de deur die hij als een ware gentleman voor me openhoud. Er kruipt een warme, drukkende benauwdheid langs me die van buitenaf komt. Ik weet niet wat ik had verwacht. Wellicht een spiegeling van de aarde? Ik adem diep in om de tegenslag een plek te geven, voor ik hem wederom volg naar de plek waar hij naartoe wil.
          De muskusachtige geur van paarden prikkelt mijn zintuigen, en zorgt ervoor dat ik oplettend naar één van de deuren toeloop. De zwarte merrie is majestueus, werkelijk adembenemend. Ik zet een stap dichterbij en voel mijn hardheid tezamen met mijn afstandelijkheid smelten. Dieren. Misschien wel de enige zwakte die ik heb.
          ‘Je bent beeldschoon,’ prevel ik zacht tegen de briesende merrie. Haar neus drukt warm en zacht tegen de binnenkant van mijn hand. Levendig. Echt.
          ‘Kan je zelf rijden of rij je mee met mij op Aphrite?' Mede door Jay's stem merk ik opnieuw zijn aanwezigheid op, waardoor ik enigszins arrogant één van mijn wenkbrauwen omhoog trek.
          ‘Zie ik eruit alsof ik niet weet hoe ik moet rijden?’ Ik tuit mijn lippen kort om de dubbele betekenis die ik zojuist heb gegeven, voor ik me herstel en naar het paard aan de andere kant van de zwarte merrie loop.
          Hij is nieuwsgierig als hij me eenmaal opmerkt, zijn oren draaien afwachtende rondjes terwijl hij heel voorzichtig wat naar voren loopt. Zijn tong hangt echter al tegen mijn wang voor ik mijn hand heb kunnen uitsteken. Verrast en niet bepaald in staat te reageren lach ik zachtjes terwijl ik de enthousiasteling hoofdschuddend tegen zijn hals klop. Hij is absoluut een ondeugd. Typisch een geval voor mij.
          ‘Ik weet niet of je ons onderonsje aan Jay moet doorspelen,’ ik gluur op zijn naambordje voor ik me glimlachend iets dichter tot de hengst buig ‘Hij is de grote, boze demon hier. Erg intimiderend allemaal. Maar maak je geen zorgen, ik win de dominantie. Absoluut.’ Prevel ik zachtjes, enigszins glimlachend terwijl ik mezelf binnenlaat. Zijn donkere ogen volgen me met nieuwsgierigheid, maar mijn stem lijkt hem ontzettend te kalmeren.
          ‘Zullen wij meneer ego eens laten zien hoe goed we kunnen rijden?’ Ik streel kort over zijn hals voor ik het zadel van zijn standaard pak en nauwkeurig op zijn rug achterlaat. Het hoofdstel volgt, gemakkelijker dan ik had gedacht. Hij loopt sterk, sierlijk en mannelijk. Ik grijns als hij volledig klaar buiten de stal staat.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Jay Aiden Barnett
    Ik zie hoe Gwen op het paard afstapt en ze lijkt wel als een kind op kerstmis. Ze ziet als ze haar muren zo laat zakken voor dat paard er jong en onschuldig uit. Het was mooi om te zien al had ik zelf ook een zwak voor dieren en vooral Aphrite. ‘Je bent beeldschoon,’ Zegt ze zacht tegen mijn zwarte paard. Ze trekt echter wel na mijn vraag arrogant haar wenkbrauw naar me op. Het is fascinerend om te zien hoe ze het ene moment zo onschuldig is naar de dieren toe, zo open en het andere moment weer haar eer heeft wat haar hoog houd. het as erg amusant om te zien. ‘Zie ik eruit alsof ik niet weet hoe ik moet rijden?’ Ze tuit kort haar lippen en ik grijns. Ik hou er wel van als de vrouw boven zit. Ze loopt echter al snel naar Ace de jonge hengst. Net als Aphrite zo zwart als de nacht. Ace is zoals altijd enthousiast en hij likt haar wat haar aan het lachen maakt. Een glimlach vormt zich ook al snel op mijn lippen als ik Aphrite mee wenk zodat ze met me mee naar buiten loopt. Ze had helemaal niets op. Geen zadel of hoofdstel, maar dat was niet nodig. Haar manen waren goed genoeg en de enig sturingsmiddelen die ik nodig had. Ik stap soepel op Aphrite wat me doet springen aangezien ze een aardig hoge schoft had. Ik zit klaar terwijl ik wacht tot Gweneth klaar is. Aphrite trappelt ongeduldig onder me terwijl ik het kleine gesprekje aanhoor van Gwen en Ace. ‘Ik weet niet of je ons onderonsje aan Jay moet doorspelen, Hij is de grote, boze demon hier. Erg intimiderend allemaal. Maar maak je geen zorgen, ik win de dominantie. Absoluut.’ Zegt ze zachtjes. Ik hoorde het nog net dankzij het spitsen van mijn oren. ‘Zullen wij meneer ego eens laten zien hoe goed we kunnen rijden?’ Zegt ze als ze denk ik aan het opzadelen was. Ze komt uiteindelijk naar buiten. Ze had snel opgezadeld al had ze ook zonder zadel kunnen rijden. Ace was erg makkelijk met opzadelen hij vond alles best en was net als Aphrite ontzettend braaf, maar toch nog een beetje ondeugend.
    'Ben je klaar om met de grote boze demon te gaan rijden?' Vraag ik haar met een toch speelse ondertoon in mijn stem. Een grijns staat op mijn lippen terwijl Aphrite al uit zichzelf aan de teugel loopt terwijl ik geen eens teugels hebt. Ze is compleet ontspannen ik voel het aan haar spieren en ik aai haar over haar hals als ik vertederend naar het dier kijk. Iedere stap die ze nam was krachtig, maar toch ook sierlijk. Haar manen waren lang wat haar alleen maar mooier maakte. Ik weet dat als Gwen zou willen racen dat ik het zou winnen. Ondanks dat Ace jonger was, was Aphrite sneller en enthousiaster over het snel rennen. Ace kon wel snel rennen, maar niet zo snel als Aphrite. Ik zou haar dus inhouden zodat het lijkt alsof ze het goed doet. Het hielp ook dat ik geen zadel had wat een gewicht van haar rug afhaalt ondanks dat ik zwaarder was. Ik draai Aphrite om door mijn been tegen haar aan te drukken wat haar achterbenen laat verplaatsen.
    'We moeten daar heen.' Zeg ik terwijl ik wijs naar het blauw achtige gedeelte omringt door bomen. 'Daar is het meer.' Zeg ik terwijl ik zelf naar haar omkijk. kijken of ze klaar is om te gaan rijden.


    I'm finally back, Finally after a Year break


    AnnaSophia Thompson
    Het duurde haar veelte lang voor er ook maar een antwoord of ook maar een reactie kwam. Het enigste wat hij ook maar deed was een slok nemen van zijn drinken. Terwijl ze maar naar hem bleef kijken probeerde ze haar zenuwen voor hem te verbergen. Hij hoefde niet te weten dat zijn stilte ook echt wat bij haar deed. Dat wou hij waarschijnlijk alleen maar anders had hij allang wat gezegd. Al die tijd keek ze toe en beet ongezien op de binnen kant van haar lip. Onbewust liet ze haar voet op en neer bewegen en was blij dat ze op dit moment totaal geen schoenen aan had anders hoorde hij het zeker aan. Zodra hij ook maar sprak liet ze haar lip los en keek hem wat ongelovig aan. "Wat denk je zelf?" Wat had ze daar nou weer aan? Zij wist toch niet wat hij van haar verwachtte. Snel vervatte ze zich zelf en probeerde ze neutraal te kijken. Iets wat weinig zin had dacht ze. Annasophia dacht eerlijk waar na over die paar woorden. Al sprak hij al snel verder. "Wat denk je zelf dat je moet zijn? Of eerder, wat je wilt zijn?" Annasophia staarde wat voor haar uit terwijl ze na dacht over zijn woorden. Wat moest ze hier nou weer op zeggen? Natuurlijk wist ze wat voor vrouw ze wou zijn, tenminste voor iemand met wie ze ook inderdaad zou willen trouwen. Maar dat was Blake niet, op dit moment tenminste niet. Hoe de toekomst ging lopen en of hun 'relatie' ook echt die kant op ging dat ze van hem zou kunnen houden dan zou inderdaad de vrouw willen zijn die ze voor de gene zou zijn als ze met de man ging trouwen waar ze ook echt van hield. Annasophia liet een hand door haar haren gaan en schudde kort haar hoofd. "Ik.. ik zou een goeie en betrouwbare vrouw willen zijn, hem accepteren zoals hij is en hem in zijn waarden laten mits hij dat ook bij mij doet. Een zorgzaam persoon, die altijd voor haar man klaar staat wanneer dat nodig is. En het eens is met zijn daden. Maar hem ook tegen kunnen spreken wanneer hij iets in mijn ogen verkeerd doet. Maar hem ook blindelings vertrouwen." Dat was een korte samenvating van de vrouw die ze ooit zou willen zijn. "Zo'n vrouw wil ik later zijn." Haar stem klonk toch aarzelend. Ze wist natuurlijk niet of dit is wat hij zocht. En anders had hij toch mooi pech. Moest hij maar aan geven wat hij wou vond ze zelf. "Al weet ik niet of dit is wat jij in een vrouw zoekt." Na die woorden raapte ze wat moed bij elkaar en ging ze eindelijk in de stoel zitten waar ze de hele tijd achter had gestaan.

    Blake Chase Barnett || Satan
    Ze had er duidelijk moeite mee dat ik m'n tijd nam. Ze kon het proberen te verbergen, maar het was alsof ik een zesde zintuig had ontwikkeld voor bepaalde dingen. Hoe het kwam, kon ik niet bepaald omschrijven, maar ik wist het gewoon. Ja, ik was raar, of dat durfden ze toch wel eens te beweren, al duurde het gewoonlijk niet heel lang. Al vond ik het wel een beetje raar dat ze al zo vroeg met een dergelijke vraag kwam. Gewoonlijk was het eerste wat ze deden schelden en tieren en een manier zoeken om er onderuit te komen. Dit keer was het niet het geval geweest.
    "Ik.. ik zou een goeie en betrouwbare vrouw willen zijn, hem accepteren zoals hij is en hem in zijn waarden laten mits hij dat ook bij mij doet. Een zorgzaam persoon, die altijd voor haar man klaar staat wanneer dat nodig is. En het eens is met zijn daden. Maar hem ook tegen kunnen spreken wanneer hij iets in mijn ogen verkeerd doet. Maar hem ook blindelings vertrouwen." Haar antwoord kwam naar mijn idee aarzelend, alsof ze niet zeker was dat ze het kon zeggen. Als ik haar niet vrij zou laten spreken, had ik de vraag ook niet terug gekaatst. "Zo'n vrouw wil ik later zijn."
    "Al weet ik niet of dit is wat jij in een vrouw zoekt." Maar blijkbaar zat het venijn hem ook nu weer in de staart. Weer die angst voor mij. Was het ooit een keer anders? En ze was nog wel zo goed begonnen, maar weer in haar schelp kruipen. Als ze niets verkeerd deed, dan was ik heus zo slecht nog niet. Kon niemand dat dan een keer gaan snappen? Het was pas als je wat deed dat je niet mocht doen, dat je gevaar liep.
    Uiteindelijk koos ze er toch maar voor om te gaan zitten. Beter maar ook, op ik had de stoel achter haar gedwongen zodat ze geen andere keus had. Een gesprek voeren zoals net was niet bepaald het meest gemakkelijke. Zwijgend keek ik haar aan over de rand van m'n glas. Ik kon het gewoon ruiken en op dit moment was het niet bepaald best. M'n zenuwen stonden toch in een zekere mate gespannen van daarnet, waardoor de jager dicht onder het oppervlak lag en zich draaide bij de geur van angst. Ik wist dat het beter was van niet, maar toch kon ik het nu even niet laten.
    In nog geen oogwenk stond ik achter haar stoel, m'n glas verlaten op het bureel en m'n hand om haar hals. Zachtjes streelde m'n duim langs de slagader die ik voelde kloppen onder haar huid. "Je bent bang." M'n stem was een stuk zachter dan daarnet. Hoewel er nog steeds niets van emotie in lag, had hij toch iets verleidelijk. Je kon gerust zeggen dat sommige dingen die mensen in de loop der jaren over vampiers geschreven hadden hierop gebaseerd was. Ik kon prima evenveel charme aan de dag leggen als die bloedzuigers, zelf zonder enige emotie te voelen. En je kon best wel stellen dat voor een arme boerin van een paar eeuwen terug, ik iets magisch gehad moest hebben, iets wat die legende voor een deel vorm gegeven kon hebben. "Toch niet voor mij zeker?" M'n mond bevond zich vlak bij haar oor en m'n scherpe gehoor kon haar hart gewoon horen kloppen momenteel als de verleidelijke beat van een goed nummer.


    "Nothing is True. Everything is Permitted"

    Gweneth Arabella Belcourt
          ‘Ben je klaar om met de grote boze demon te gaan rijden?’ Het feit dat hij me heeft afgeluisterd, maakt me enkel alerter als het op Jay aankomt. Hij is dus werkelijk geïnteresseerd in wat ik te zeggen heb tegen iedereen, en niet enkel tegen hemzelf. Hij is een luisteraar. Een arrogante luisteraar, uiteraard.
          ‘Hangt er vanaf. Ben jij klaar om te verliezen?’ Als Jay zich op Aphrite richt om op te stappen, doe ik hetzelfde met Ace. Mijn vingers glijden kort over het plekje tussen zijn ogen. Bijna alsof ik hem toestemming vraag op te stappen. Als hij vervolgens enigszins briesend zijn hoofd naar beneden schud, glimlach ik knikkend voor ik naar de zijkant loop, waar mijn voet soepel in de stijgbeugel glijdt en ik mezelf standvastig omhoog weet te trekken.
          Het voelt wat onwennig, op de rug van een groot en majestueus beest. Heel anders dan de sportieve kwpn'ers waar ik als kind wedstrijdjes op reed. Ik recht mijn rug iets voor ik de teugels kalmpjes vastpak. Ik ben een natuurtalent, dat mag hij best weten. Als wat met dieren te maken heeft, wekt automatisch mijn interesse. Het is dan ook geen toeval dat ik geen hockey maar ruitersport ben gaan doen. Ik ben geen teamspeler.
          ‘We moeten daar heen. Daar is het meer.’ Ik volg de verwijzing naar de horizon, waar inderdaad een zwakblauwe gloed wordt verborgen. Een meer, in de Hel. Eigenlijk zou het me niet moeten verbazen.
          Vrijwel automatisch dwaalt mijn blik af naar de ring rond mijn rechterhand. Hij is van water, weegt haast niets, maar lijkt toch net kristal. En ik weet haast zeker dat hij ook zo stevig is. De enige vraag die mijn hoofd bespeeld, maar die ik nooit vrijwillig zal stellen, is of het een verlovingsring is. Een verzegeling van onze belofte. Hij gloeit zwakjes in de dieprode middaglucht, haast trots op zijn plekje rond mijn slanke ringvinger.
          ‘Laten we gaan.’ Terug uit mijn gedachten spoor ik Ace zachtjes aan om in beweging te komen. De hengst heeft amper aanmoediging nodig, past zich volledig aan in mijn corrigerende hulpen, en wijkt uit naar mijn bestemming.
          ‘Ik vraag me af of ze jou ook gewoon uit een stal hebben gestolen. Terwijl je sliep. En ze je vervolgens in die stal hebben gedumpt. Moest jij soms ook één of ander demonenpaard trouwen?’ Murmel ik zachtjes, als hij in een relaxed tempo voor zich uit draaft. Ik ben geen snelheidsmonster, en al helemaal niet als het op dieren aankomt. Ik geniet graag van hun aanwezigheid, veel liever dan hen te gebruiken voor mijn spelletjes.


    Feel the fire, but do not succumb to it.