• Greenfield California, 2012. Population: 16,330. In dit relatief kleine stadje gebeurd iets bijzonders, iets wat al jarenlang aan de gang is. Een coven gevult met heksen, goedaardige heksen en een enkele kwaadaardige. Daarnaast heb je degene die op hun jagen, de hunters.


    De regels:
    - Geen perfecte karakters.
    - Orginele karakter die je niet ergens anders gebruikt.
    - Geen tijd = niet meedoen.
    - Niemand buitensluiten.
    - 16+ is toegestaan.
    - Geen one-liners.
    - Alleen ik open nieuwe topics.
    - Naamsveranderingen graag melden.
    - Blijf realtisch, je kan geen onmogelijke krachten hebben.
    - Alle krachten komen uit spreuken, niet uit jezelf.
    - Maximaal 2 rollen per persoon, alleen in variatie.


    Het hoofdkwartier van de hunters. Dit is hun vergaderzaal.
    Dit is waar de Coven bijeenkomt.
    In dit eeuwenoude gevecht proberen de heksen niet op te vallen en normaal te doen terwijl ze terugvechten tegen de hunters. Gaan ze alleen in de verdediging of slaan ze keihard terug met een aanval? Dat is aan de heksen.
    De hunters stellen ondertussen allerlei missies op om erachter te komen wie de heksen zijn en hoe ze ze uit hun tent kunnen lokken in hun hoofdkwartier. Het liefst willen ze deze heksen vangen om erachter te komen waar hun coven bij elkaar komt en welke leden er allemaal zijn.

    Heksen:

    - Aurora Delila Whitlock CxStylinson
    - Fiona Evelyn Sinclair Chat
    - - -
    - Avery Violet Stone Arachno


    - Zane Blade Reynolds Assassin
    - Kyle Dyer Soubi
    - - -
    - - -


    Hunters:

    - Angelica 'Angel' Wolfe Assassin
    - - -
    - Alice Hale Frodo
    - - -

    -
    - Blaise Wolf Hunter Arachno
    - Yurian Xander Green MakeMeIrish
    - - -
    - - -


    Rollenstory
    Rollentopic

    [ bericht aangepast op 28 nov 2012 - 21:02 ]


    Your make-up is terrible

    [Ik weet het nu niet zeker maar was er op Yurian gereageerd? Zo ja, mag ik dan even een quote? ;) ]


    Ich liebe dich 27.12.23

    Zane Blade Reynolds

    De stem die ik hoor aan de andere kant van de telefoon herken ik direct, zonder dat diegene zich voor hoeft te stellen. Avery. Waarom belt zij in godsnaam naar mij, op dit moment? Ik snap er de ballen niet meer van. Moet ze nog iets van me, zit er iets in de doos wat ze mist? "Zane, ik was vergeten te vragen, wat heb je morgen te doen?" vraagt ze en haar stem klinkt weer op de oude toon, zoals ze normaal atijd praat. Ik kan wel duidelijk horen dat ze nieuwsgierig is. Ik knijp mijn ogen wantrouwig tot spleetjes en frons daarna eventjes. "Morgen? Meer katten kopen om het leven dat ik niet heb op te vullen." grom ik geïrriteerd, als teken dat het haar niet aan gaat en dat ze niet zomaar weer even normaal bij mij kan komen doen. Ik heb het helemaal gehad, maar toch blijf ik aan de telefoon omdat ik wil weten wat ze nu weer van me moet. "Wat moet je nu weer van me?" vraag ik op een botte toon.
    Ze heeft maar geluk dat ze niet kan zien wat er aan deze kant van de lijn gebeurd, want mijn vuisten zijn behoorlijk gebald en volgens mij straal ik vooral agressie uit op het moment. Het zal me ook niets verbazen dat als haar antwoord straks onredelijk klinkt in mijn ogen, ik de telefoon nog eens tegen de muur smijt of kapot druk in mijn hand. Ik begin te ijsberen, ongeduldig en om mijn aandacht ergens op te kunnen richting. Bruce loopt mauwen om aandacht tussen mijn voeten door, maar ik besteed er dit keer geen aandacht meer aan. Hij heeft eten gehad, dus nu moet hij niet zo zeuren. Toch pas ik wel op dat ik hem niet per ongeluk een schop geef of iets dergelijks, hij kan er weinig aan doen dat ik zo geïrriteerd en chagrijnig ben op het moment. Ik ben een veel beter persoon als ik op mezelf blijf, dat weet ik ondertussen wel.


    Your make-up is terrible

    Avery Violet Stone.
    “Morgen? Meer katten kopen om het leven dat ik niet heb op te vullen.” Gromt hij geïrriteerd, als teken dat het me niet aan gaat en ik niet opeens zomaar even normaal kan komen doen. Jezus zeg, moet ik dan de hele tijd zo chagrijnig voor hem zijn? Ik probeer tenminste nog mijn gehumeurde kant ietwat in te houden, maar hij leek er geen probleem van te maken die kant van hem te laten zien. Alsof hij wilde dat ik dat te goed kreeg.
    Op dit moment was hij echt een ongelooflijke eikel. Het verbaasd me dan nog dat hij überhaupt aan de telefoon blijft en niet de telefoon tegen de muur kapot gooit of zo, dat was namelijk een hele goede optie voor hem geweest. En eerlijk gezegd wil ik nu liever die optie dan nog meer botte woorden uit zijn mond horen komen. Het was enkel een vraag en hij reageert direct zo, dan mag hij niet zeuren dat ik zo meteen ook nog even ga zeiken op hem.
    “Wat moet je nu weer van me?” vraagt hij op een botte toon. Mijn lippen persten zich pijnlijk en strak op elkaar toen ik de botte toon weer hoorde. Het zat nu tegen het toppunt aan en ik kon niet geloven dat hij degene was die deze kant bij me naar boven heeft gebracht. “Ik moet niets van je.” Vertel ik hem, de nadruk leggende op moet, terwijl ik nu toch wel wat botter begin te praten.
    Mijn smalle hand kneep hard in mijn mobieltje, waarbij ik opstond om daarna ruw en hardhandig een hand door mijn haar te halen. Ergens wilde ik hem gewoon niet meer vertellen waarom ik het aan hem vroeg, ik wilde hem nu niet eens meer op mijn verjaardag hebben, om de doodsimpele reden dat hij zich als een klootzak gedroeg. Eigenlijk stelde mijn verjaardag toch niets voor, geen enkel familielid wilde ooit komen, behalve mijn Tante Léonie, maar die woonde zeker anderhalf uur rijden hier vandaan en had het bijna altijd druk, waardoor ze vaak niet kon komen. Sowieso hadden Blaise en zij ruzie door iets wat ik nog steeds niet snap.
    “Het enige dat ik vroeg was of je morgen iets te doen had, ik kan er ook niets aan doen dat jij direct veronderstellingen maakt. Maar goed, als je het graag zo wilt spelen en meer katten wilt kopen om het leven dat je niet hebt op te vullen, be my guest.” Dit keer hield ik me niet in zoals eerder, het moest niet zo zijn dat ik de enige was die maar overal op moest letten. “Niet te geloven dat ik überhaupt nog moeite doe om je uit te nodigen voor mijn verjaardag morgen,” gromde ik hees en een brok in mijn keel, terwijl ik mijn vingers knakte en duidelijk schrok toen Blaise binnen kwam stormen. Zijn gezicht stond op onweer, nee erger, en hij had een ongecontroleerde ademhaling.
    Oops. Shit, fuck. Een boze Blaise is sowieso bloed aan de muur, ik moet rennen. “Veel plezier morgen Zane,” Zijn naam erg koud uitgesproken. “Ik ga wel terug naar New York, hier is niemand die mij nodig heeft of gemist heeft.” Toen hing ik op en Blaise gooide op dat moment kwaad de deur van de woonkamer dicht. “Hoe durf je het in je botte hoofd te halen om die verdomde auto van mij weg te stelen? Wat had ik je godverdomme gezegd?” schold hij. Het mobieltje liet ik zwak naast me zakken, een intens verdrietig, maar ook kwaad gevoel overstroomde mij. Fijn ook eigenlijk, hoe mijn leven gaat. Niemand heeft me hier ook duidelijk gemist en volgens mij word ik straks ook nog het heus van Blaise uit gegooid, de enige die me altijd juist in huis lijkt te nemen.

    [ bericht aangepast op 20 nov 2012 - 23:49 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Zane Blade Reynolds

    "Ik moet niets van je." vertelt ze me, de nadruk leggende op moet, terwijl ze nu toch wel wat botter begin te praten, waarschijnlijk naar mijn voorbeeld. Goed, misschien ben ik dan wat te voorbarig geweest, maar ze heeft me daarnet echt gekwetst door wat ze zei, dus ben ik niet van plan om nu ineens aardig te zijn tegen haar. Zij heeft daar ook niet echt een poging toe gedaan, in de auto dan. Misschien probeerde ze het zojuist aan de telefoon wel, maar dat is dan al te laat. In de tussentijd heeft ze genoeg laten weten dat ze het beter zonder mij kan. "Het enige dat ik vroeg was of je morgen iets te doen had, ik kan er ook niets aan doen dat jij direct veronderstellingen maakt. Maar goed, als je het graag zo wilt spelen en meer katten wilt kopen om het leven dat je niet hebt op te vullen, be my guest." Ze lijkt zich niet in te houden als ze deze woorden uit spreekt en ik sta eerlijk gezegd behoorlijk te kijken van haar woorden, hoewel ik die natuurlijk best uit haar mond kan verwachten.
    "Niet te geloven dat ik überhaupt nog moeite doe om je uit te nodigen voor mijn verjaardag morgen." gromt ze hees en met een brok in haar keel, waardoor ik even verward ben. "Ik snap het ook niet, als alles je toch te veel moeite is." sneer ik terug, maar ik voel me enorm schuldig en dat is ook terug te horen in mijn stem. Ik hoor geluiden op de achtergrond en ik vraag me plots af waar ze nu is. "Veel plezier morgen Zane." MIjn naam is erg koud uitgesproken. "Ik ga wel terug naar New York, hier is niemand die mij nodig heeft of gemist heeft." Ze hangt net op als ik toegeeflijk haar naam wil murmelen, omdat ik me nu toch wel heel erg schuldig ga voelen. Volgens mij is het ook mis gegaan bij degene bij wie ze het nog ging proberen, wat het schuldgevoel alleen nog maar erger maakt. Maar ik kan niets doen, want nu heb ik geen idee waar ze uit hangt of wat ze van plan is. Ik hoop niet dat ze echt terug gaat naar New York.
    Hierdoor kijk ik naar de telefoon en druk ik op de grote R van Redial, om haar terug te bellen en druk ik de telefoon opnieuw tegen mijn oor aan. Ik pak Bruce op, die nog altijd zeurt om aandacht en ga verslagen op één van de witte retrokrukken bij de hoge, wit houten tafel in de keuken zitten, waar ik Bruce ook op zet en hem afwezig begin te aaien. Alsjeblieft, neem op Avery. Mijn schouders hangen wat naar beneden en mijn wenkbrauwen zijn weer eens vertrokken in een frons, een wat gefrustreerde en wanhopige frons dit keer. Alleen ik krijg het weer voor elkaar om Avery binnen een dag weer weg te jagen, terwijl ze alleen wat oude vrienden opzocht. Wat voor vriend ben ik dan? Niet bepaald behulpzaam of zo.


    Your make-up is terrible

    Avery Violet Stone.
    “Ik snap het ook niet, als alles je toch te veel moeite is.” Sneert hij terug, al dacht ik er een schuldige toon in terug te horen. Ik besteed er echter geen aandacht meer aan, al die botte opmerkingen die hij heeft gemaakt, hakken er nu dubbel zo hard in en ik was dan nu ook niet van plan om me ‘koest’ te houden door abrupt weer lieflijk te doen. Nee, hij had een kant van mij getriggerd die heel gemeen en bits, maar ook heel gebroken, kan zijn en die zou niet zo snel weer weggaan. Ik blijf dus gewoon doorpraten met dezelfde koude, bitse toon en hang vervolgens op, omdat Blaise binnen was gestormd. De woorden die hij had gezegd hakten op me in en het mobieltje die ik naast mijn lichaam liet hangen, waar mijn vingers toch stevig omklemd waren, wilde ik net terug doen in mijn zwarte jacket totdat deze begon te trillen en de beltoon afging. Een snelle blik erop en het vertelde me dat Zane me belde.
          Ondanks dat ik me afvroeg wat hij nu van me wilde, nam ik niet op en drukte hem weg, waarna ik mijn hele mobiel uitzette. Geen gezeur meer. Nu kon hij lekker in de stront zakken, mooi niet dat ik nu terug kruip en mijn excuus voor overal aan ga bieden. Hij wilde vast en zeker weer op me bitchen, daar leek hij eigenlijk best goed in te zijn. Mijn humeur was in elk geval flink het dieptepunt in gezakt en dat maakte Blaise enkel nog maar erger. Waarom zijn mannen dan ook vaak verdomde klootzakken? Ik had gedacht en gehoopt dat Zane niet zo was, maar dat viel dus weer vies tegen. Van Blaise wist ik wel degelijk dat hij zo zijn woede buien had, maar het tikt er ronduit zwaar bovenop dat hij nu ook al de pik op me heeft. “Verdomme, luister je eigenlijk wel? Kijk me aan als ik fucking tegen je praat, Avery! Ik sta hier niet voor Jan doedel tegen je te lullen.” Ik keek naar hem op, terwijl ik mijn vingers strak rond mijn mobiel kneep en deze terug stopte in mijn jacket. “Laat me met rust Blaise.” Zei ik enkel, nog op een best rustige toon als je het mij vroeg. Al wakkerde dit echter helaas wel de woede van hem aan.
          Met grote passen liep hij naar me toe, een donkere onheilspellende blik in zijn ogen, terwijl zijn hele gestalte van woede trilde. Wanneer hij bij mij was, pakte hij me bij mijn arm vast en leek deze wel bijna eraf te knijpen zo hard greep hij. Mijn gezicht vertrok iets pijnlijk terwijl ik hem wilde zeggen dat het pijn was, toch deed ik dit niet, want dit betekende zwakte. Zwakte die ik niet mocht tonen, waardoor ik mijn mond hield, maar toch kon hij aan mijn blik en vertrokken mond zien dat het pijn deed. Morgen zou ik erg veel blauwe plekken hebben, wist ik al. “Laat me los Blaise.” Hij grauwde dierlijk, hierbij gooide hij me op de bank en ik belandde met een klap erop, waardoor ik even pijnlijk kreunde. “Oh tuurlijk, doe dit, doe dat. Godver, Avery, ik ben je verdomde kut hond niet! Behandel me niet zo.” Zijn stem werd met elk woord steeds harder, het zou me niet verbazen als de buren mee konden genieten. Hard beet ik weer op mijn lip, terwijl ik mijn tranen in wilde houden. Dit zou een leuke dag moeten zijn, een mooie dag dat ik mijn vrienden en familie weer eindelijk zie, maar niets is meer waar… Het begon al slecht en dat eindigt het ook.
          “Ik behandel je helemaal niet zo! Jezus zeg, doe fucking normaal. Ik kan ook godver helemaal niets goed doen, zonder dat ik ergens op aan gekeken word. De tering.” Boos stond ik op en ging voor hem staan, al was dit niet een goede zet, want hij werd enkel kwader. Het volgende moment had hij me hard tegen een kast aan geduwd en voelde ik hierdoor een pijnscheut mijn rug door gaan. Tuurlijk, dat kon er ook wel bij hoor. “Ga mijn huis uit Avery en kom niet terug.” Grauwde hij afstandelijk. “Wat? Dat kan je niet flikken, dan kan ik nergens naartoe!” riep ik uit. Hij haalde enkel achteloos zijn schouders op, alsof hij wilde zeggen dat het niet zijn probleem was. Nee, logisch, erg logisch, het was mijn probleem, want ik had nergens naartoe te gaan. Ik moest echt datgene van New York weer doorzetten. “Je luistert nooit naar me, ik neem je in huis en het volgende moment ben je weer pleite, waarna je vervolgens doodleuk terugkomt en verwacht dat ik alles van je op moet knappen.” Gast, ik verwacht helemaal niets van je, zeker niet dat. Nee, eigenlijk had ik verwacht dat hij er nu voor me zou zijn, maar zelfs dat kan dus niet. “Haal zelf je auto maar op, je weet waar je moet zoeken toch?” Dat wist hij wel, hij deed er tot nu toe enkel niets mee.
          Nu stond hij precies bij de deuropening en hoewel ik geen magie wilde gebruiken, gebaarde ik met mijn ogen sterk dat hij aan de kant moest gaan. “Abstulit.” Murmelde ik kwaad en gebroken. Blaise vloog aan de kant, kwam op de stoel terecht en ik nam mijn kans om eruit te stormen met de dozen achter me aan gevlogen. Deze liet ik direct weer in de aanhang wagen vliegen, waarvan ik de klep weer vergrendelde en mijn mobiel terug aan deed om zo een taxi te bellen. Ik zou naar Tante Léonie gaan, anderhalf uur rijden en geen gezeik. Zij was de enige met wie ik mijn verjaardag zou vieren morgen. Happy fucking birthday to me.

    [ bericht aangepast op 21 nov 2012 - 1:16 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Zane Blade Reynolds

    De telefoon gaat over, maar ik word overduidelijk weggedrukt. "Godverdomme, Avery." mompel ik. waarna ik opnieuw bel om te laten zien dat ik niet zomaar opgeef. Dit keer gaat hij helemaal niet meer over, ik krijg gelijk de voicemail. Woedend druk ik hem weg en gooi ik telefoon op tafel, waardoor Bruce op schrikt en van de tafel af springt. Ik kijk even schuldig naar de geschrokken kat. Verdomme, straks gaat ze domme dingen doen, of gelijk terug naar New York. Ik moet toegeven dat ik haar veel liever hier heb, een beetje opvulling. Gezelschap. Ik dacht juist dat ze niets van me wilde weten en het eigenlijk deed omdat ik de enige was die over is, maar dat het eigenlijk de moeite niet waard was. Misschien deed ze alleen zo, misschien zei ze dat alleen omdat ik zo rot tegen haar deed omdat ik wilde bewijzen dat ik heus wel een leven heb, natuurlijk zou ik haar alsnog bij me laten eten, ondanks mijn kleine uitbarsting tegenover haar. Het was nooit mijn bedoeling geweest om haar weg te jagen. Ja, misschien bij mij, want ik voelde me beledigd, maar niet uit Greenfield.
    Door deze gedachten sta ik op, pak ik de telefoon weer op en hoop dat ik hem niet kapot gemaakt heb. Terwijl ik rond ijsbeer, probeer Avery opnieuw te bellen, maar haar telefoon lijkt nog steeds uit te staan. Het schuldgevoel groeit alleen maar, toch blijf ik door bellen. Misschien bedenkt ze zich als ze ziet hoevaak ik haar gebelt heb en dat ik het doe omdat ik niet wil dat ze weg gaat, dat ik mijn excuses aan wil bieden voor mijn kille gedrag tegenover haar. Ondertussen werp ik een blik op de foto van Violet. "Het spijt me, maar de levenden gaan nu even voor." murmel ik, waarna ik haar foto plat leg, zodat ik hem niet meer kan zien. Ik heb het gevoel dat haar ogen mij volgen en beschuldigen, dat kan ik er nu even niet bij hebben. Als ik haar opnieuw probeer te bellen, voor de vierde keer ondertussen, geeft hij een in-bezet toon aan. Hij staat dus wel weer aan. Ik grom even, krab wild aan mijn achterhoofd en bel net zo lang totdat ze de telefoon opneemt. Ik ga je niet opgeven, Avery, nog niet. Ik blijf als een gek ijsberen door de lichte kamer heen, die opeens veel te licht lijkt. Wie bedenkt dat nou weer? Donker is fijner, veel fijner. Zeker op dit moment. Het leven is alles behalve licht. Was dat nou ook niet net wat Violet probeerde te don, een beetje licht in het leven brengen? Ik wil er niet over na denken.


    Your make-up is terrible

    Avery Violet Stone.
    Enkele minuten later kwam de taxi al aanzetten. Er zat een vrolijke man in die op het deuntje van de muziek mee tikte op het stuur. Hij keek al naar buiten en gebaarde naar de aanhang wagen, ik knikte even erop toen Blaise de deur abrupt open gooide. “Avery, wat ga je doen?” Ik rolde mijn ogen. Ja hoor, Blaise heeft nu opeens spijt van wat hij gedaan heeft, krijg de schijt. “Weg, wat denk je anders? Ik blijf niet hier.” Zonder er nog woorden aan vuil te maken, stapte ik de taxi in en gebaarde naar de taxichauffeur dat hij snel moest rijden, wat hij ook deed. De aanhang wagen was er al achter gekoppeld, wat hij best snel had gedaan. In mijn ooghoeken merkte ik hoe Blaise begon te lopen, achter de taxi aan, maar vervolgens stopte omdat we al uit zicht waren.
    De berichten die binnenkwamen had ik wel gezien op mijn mobiel, het waren allemaal gemiste oproepen van Zane. Ik deerde er op dit moment echter zeer weinig aan en verwijderde het uit mijn mobiel. Ik zou niet opnemen, ook al zou hij de hele tijd door bellen. Het enige wat ik dan zou doen, was mijn mobiel weer uit zetten. Ze konden niet denken, Zane en Blaise, dat ik zo gemakkelijk ben in het vergeven van dingen. Totaal niet juist, er zijn te veel dingen gebeurd waardoor ik zo geworden ben. Teveel situaties en problemen welke ik eigenlijk nog altijd niet had kunnen vergeven. Dus als Blaise en Zane wilde dat ik hen vergaf, zouden ze met heel wat op de proppen moeten komen.
    Oh, krijg je dit weer. Probeert hij weer te bellen. Na enkele seconde toch het telefoontje genegeerd te hebben, zucht ik diep en neem ik alsnog op. “Wat wil je?” verzuchtte ik geïrriteerd, waarop ik de nieuwsgierige blik van de taxichauffeur negeerde. Rollend met mijn ogen keek ik toen de auto uit en merkte op dat we al de snelweg op reden. Nog anderhalf uur rijden en dan was ik eindelijk bij mijn Tante Léonie. Na dit telefoontje moest ik haar maar eens op de hoogte brengen, voordat ik daar abrupt op de stoep kwam aanzetten.


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Zane Blade Reynolds

    Ik denk dat ik gek word, als ze weer niet opneemt. Nu haal ik even diep adem voor ik opnieuw bel, want ik geef nog steeds niet op. Ik besluit terug op de bank te ploffen, waarna de telefoon enkele seconden overgaat. Ik spring zowat op als dan uiteindelijk toch opgenomen word. "Wat wil je?" verzucht ze geïrriteerd. Natuurlijk niet de begroeting waarop ik gehoopt had, maar het kan er mee door. "Avery." zucht ik opgelucht dat ze eindelijk heeft opgenomen, haar geïrriteerde toon verder negerend. In mijn hoofd speelde al allerlei rampscenario's zich af, de meeste wat overdreven want ze loopt nou ook weer niet in zeven sloten tegelijk, ik weet dat ze best voor zichzelf kan zorgen. Ik sta weer op en begin weer te ijsberen, een slechte eigenschap van mij, iets wat ik meestal deed als er iets slecht ging en ik niet precies wist hoe ik het op moest lossen. Nu heeft Avery dan wel opgenomen, maar nu? Ik weet niet of ze mijn excuses zal aanvaarden.
    "Oh, ik ben echt blij dat je opneemt." zeg ik dan, waarna ik wat aarzelend verder ga, omdat ik nog altijd niet weet hoe ik mezelf moet verwoorden. "Het spijt me van net, Avery. Ik wilde je helemaal niet weg jagen. Blijf alsjeblief. Kom vanavond bij me eten, dan leg ik uit waarom ik zo deed, goed?" vraag ik aan haar, op een iets zachtere toon, terwijl, ik mijn hand nerveus door mijn haar haal. Ik weet niet of ze het zal accepteren, maar het lijkt me beter om gewoon in het echt te praten, dan door die stomme telefoon, waar ik nu langzamerhand een hekel aan begin te krijgen. Ik stop met ijsberen en leun weer tegen de hoge tafel in de keuken aan. Vanuit de woonkamer kan je zo doorlopen naar de keuken, het is een open ruimte, eigenlijk meer een L-vorm. Als je op de bank zit, kan je niet direcht naar de keuken kijken, wat ik eigenlijk wel fijn vind, maar toch sluit alles aan zonder deuren, wat het ruimtelijk laat ogen. Maar nu besteed ik daar geen aandacht aan en staar ik zo half opgefokt en enorm nerveus door het raam boven het aanrecht.


    Your make-up is terrible

    Avery Violet Stone.
    “Avery.” Komt er zuchtend opgelucht aan de andere kant van de lijn, maar mijn uitstraling is geheel emotieloos geworden. Niet ingeven Avery, je bent slim genoeg om er niet in te trappen. Je weet wat er zal gebeuren als je hem wel vergeeft, het is beter als je dit nog even door zet.
    “Oh, ik ben echt blij dat je opneemt.” Zegt hij dan, waarna hij wat aarzelend verder gaat, al weiger ik gewoonweg om met mijn hand over mijn hart te strijken. Het is nu eenmaal gebeurd en dat kan hij, noch Blaise, veranderen. “Het spijt me van net, Avery. Ik wilde je helemaal niet weg jagen. Blijf alsjeblief. Kom vanavond bij me eten, dan leg ik uit waarom ik zo deed, goed?” vraagt hij aan me, op een iets zachtere toon, waar ik nog even stil op blijven. Ronduit omdat ik niet weet wat ik moet doen of zeggen. Toch kan ik het niet laten om erg nieuwsgierig te zijn naar wat hij te melden heeft. Zou ik dan moeten gaan? Ergens wilde ik wel gaan, maar dan nog, dan zou ik zeker weer zwakte tonen. Nee, nee, nee.
    Na wat een eeuwigheid leek, doorbrak ik de stilte en zuchtte ik even. Echter niet omdat ik hem vergaf, maar om te laten merken dat ik er niet in geloofde. Deels dan. “Nee.” Zeg ik dan enkel, waarbij ik even met mijn ogen rol en naar de chauffeur kijk, die snel wegkijkt omdat ik hem betrapt had. Ik zou straks nog wel even melden dat ik het niet leuk vind dat hij mijn telefoongesprek afluistert. “Je hebt tenminste gemeld wat je ervan vind, je kropt het niet op. Moet goed voelen, right? Ach, ik ben het gewend, het maakt ook niets uit. Ik ga terug, zodat jullie beide…” Een brok komt er in mijn keel wanneer ik doorhad wat ik had gezegd. Beide, als in Zane en Blaise. Fijn, nog meer dingen die fout gaan. Toch ga ik door, terwijl ik maar hoop dat hij er niets van zegt. “Zodat er niemand meer is die zich hier nog aan me stoort.” Zelfs niet mijn bloedeigen familie. Nog een familielid erbij die zich voor me schaamt en alweer vlucht ik voor mijn problemen, ondanks dat ik vandaag juist terug kwam om het weer te proberen hier. Niet gelukt, ik zou het toch moeten weten.
    Abrupt komen we in een file te staan, waardoor mijn mond even open valt. “Dit meen je niet hé? Godver. Heb ik weer, wanneer denk je dat die file weg is?” vraag ik dan aan de chauffeur, terwijl ik de telefoon wat van mijn mond wegdraai, hopende dat Zane het niet zal horen. “We staan hier nog wel ff juffie, het is een lange file.” Antwoord de man met een brommende stem. Hierna laat ik me terugzakken op de achterbank en draai de telefoon terug richting mijn mond. “Zane, ik moet gaan.” Dit zei ik echter niet op een manier dat ik op ging hangen, maar op een toon dat ik het door moet zetten, want dat het van mezelf moet. Anders zou ik het niet redden, het was iets dat alleen ik zou kunnen snappen waarom.

    [ bericht aangepast op 21 nov 2012 - 17:10 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Zane Blade Reynolds

    Het blijft stil, veel te lang naar mijn gevoel en ik word met de minuut zenuwachtiger. Wat is dit, Zane? Waarom word ík zenuwachtig? In feite heb ik eigenlijk niets misdaan en reageer ik gewoon op dingen die zij zegt. Waarom ben ik dan wel zenuwachtig? Zo belangrijk is het niet, zeg ik tegen mezelf, hou ik mezelf bijna wanhopig voor. Na wat een eeuwigheid lijkt, doorbreekt ze de stilte en zucht ze even. Echter niet omdat ze me vergeeft, maar om te laten merken dat ze er niet in gelooft. "Nee." zegt ze dan enkel, waardoor ik besef waar de zenuwen vandaan kwamen. Afwijzing, het idee dat ik echt teveel moeite ben voor haar. Ik ben duidelijk teleurgesteld door haar antwoord. "O." zeg ik kort, waar die teleurstelling duidelijk in door klinkt. "Je hebt tenminste gemeld wat je ervan vind, je kropt het niet op. Moet goed voelen, right? Ach, ik ben het gewend, het maakt ook niets uit. Ik ga terug, zodat jullie beide…" Mijn wenkbrauwen fronse zich automatisch als ze dat zegt, maar ik snap wel wat ze bedoeld. Het is net wat ik al verwacht had, bij die vriend is het ook fout gelopen. "Zodat er niemand meer is die zich hier nog aan me stoort."
    Ik wil net iets zeggen, als ik Avery iets hoor zeggen. Het is duidelijk niet tegen mij en de telefoon word ondertussen weggedraait, wat ik kan horen aan de verandering van het geluid. Ik hoor auto geluiden en Avery haar stem klinkt verder weg, minder helder. Ik kan het amper verstaan, iets over een file? Ik wacht tot ze weer tegen mij praat, terwijl ik ondertussen weer op één van de krukken ga zitten en mijn hoofd in mijn ene hand laat zakken. "Zane, ik moet gaan." Dit zegt ze echter niet op een manier dat ze op gaat hangen, maar op een toon dat ze het door moet zetten. Ik zucht even en bijt op mijn lip. "Oké, dat snap ik." zeg ik op een zachte toon tegen haar, met een lichte tegenzin. Het is nou eenmaal haar leven en ik ga daar niet tegen in. Maar dat betekent niet dat ik ook geen poging tot waag. "Nou, als je dan toch niet wilt langskomen, vertel ik het wel door de telefoon." zeg ik dan als ik mezelf weer bij elkaar geraapt heb, op een iets bazigere toon dan daarnet.
    "Ik ga jou nu nergens de schuld van geven, maar ik reageerde vooral omdat ik dacht dat het toch niet de moeite waard was voor jou. Als dat niet zo is, waarom zou ik dan nog moeite doen om alles goed voor jou te maken? Nu moet ik toch wel toegeven dat ik tenminste wel graag die moeite doe omdat ik je graag zie en je gemist heb in de tijd dat je weg was, maar ik wil niet dat het voor jou een verplichting is omdat ik één van de enige ben die over is." ratel ik er uit, op een duidelijk toon, zonder enige aarzeling. Ik klink weer meer als mezelf, zelfverzekerd. Toch klinkt er een licht gekwetste toon doorheen, die ik er niet uit kreeg, anders had ik die wel achterwege gelaten. Zoveel wil ik nou ook weer niet van mezelf prijs geven, daar ben ik veel te terughoudend voor. Normaal zou ik zoiets al niet doen, zeker niet op dezelfde dag nog. Ik wil Avery gewoon graag hier houden, al is het maar voor heel kort. Ik wil dat ze zich welkom voelt en niet verstoten.


    Your make-up is terrible

    Avery Violet Stone.
    “O.” zegt hij kort, de teleurstelling klinkt er duidelijk doorheen en volgens mij kon zelfs de chauffeur het horen, want hij keek me met een kritische blik aan. Wat, gaan we nu kanten kiezen? Wilde ik bijna zeggen, maar deed het toch niet en maakte mijn verhaal af tegen Zane. Hoewel mijn ogen toch echt ondertussen waarschuwende blikken richting de man stuurde. De gehele tijd was het aan de andere kant van de telefoon stil geweest, waardoor ik niet echt wist wat ik kon verwachten of waar hij precies aan zou denken. Ergens voelde ik een nerveus gevoel opkomen, echter duwde ik dit weg, ver weg.
    Hij zucht kort op wat ik zeg, dat ik moet gaan. Het moet van mezelf en niemand kan me tegenhouden. “Oké, dat snap ik.” Zegt hij op een zachte toon tegen mij, met een lichte tegenzin. Al snap ik niet echt waarom de tegenzin in zijn stem te horen is. Hij was eerder heel duidelijk geweest dat hij het niet wilde. Wat een bullshit trouwens dat hij had gezegd dat hij geen leven heeft, dat heeft hij namelijk wel. Het was helemaal niet zo dat ik het expres wilde benadrukken, ik ga graag met hem om. Anders had ik verdomme toch ook geen moeite gedaan die CD voor hem te kopen? Dan zou ik hem laten barsten en niet eens aan denken om terug te komen. Sowieso zou ik dan heel anders gereageerd hebben op wat hij me had verteld, waarschijnlijk iets dat het me geen bal zou kunnen schelen dat ze nu zo dood als een pier is. Alleen omdat Zane iemand is die ik graag zie en mee omga, ook al probeerde Violet er van alles aan om dat te verbreken, zette ik de haat even aan de kant om eerst aan hem te denken. O god, wat egoïstisch van me, dacht ik sarcastisch.
    “Nou, als je dan toch niet wilt langskomen, vertel ik het wel door de telefoon.” Ik word weg getrokken uit mijn wereldje, waar Zane net iets heeft gezegd met een bazig toontje eraan verworven, iets dat ik helemaal niet fijn vind. “Nee.” Probeer ik nog. Ik trek ondertussen wit weg. “Ik wil het niet horen.” Leugens, ik was zo nieuwsgierig als ik het maar zijn kon, maar op dit moment wilde ik het echt niet horen. Het zou enkel mijn verdrietige kant aan wakkeren, waardoor ik schuldgevoelens zou krijgen en daardoor slechter zou zijn in het zomaar weg gaan. Het mocht enkel niets baten, want hij ging al verder. “Ik ga jou nu nergens de schuld van geven, maar ik reageerde vooral omdat ik dacht dat het toch niet de moeite waard was voor jou. Als dat niet zo is, waarom zou ik dan nog moeite doen om alles goed voor jou te maken? Nu moet ik toch wel toegeven dat ik tenminste wel graag die moeite doe omdat ik je graag zie en je gemist heb in de tijd dat je weg was, maar ik wil niet dat het voor jou een verplichting is omdat ik één van de enige ben die over is.” Ratelt hij door, op een duidelijke toon, zonder enige aarzeling. Zoals daarnet klonk hij niet meer, hij klonk weer zoals zichzelf, zelfverzekerd, maar toch een licht gekwetste toon er doorheen.
    Hoe erg ik hem ook had willen negeren, hoe erg ik ook de woorden het ene oor in en het andere uit had willen laten gaan, het werkte niet. De woorden bleven steken in mijn woord, elk woord dat hij had gezegd. En het teisterde me aan, vooral de verdrietige kant, waardoor ik al een licht schuldgevoel voelde opborrelen, wat ik dus al verwacht had. Ondanks dit uitte ik het in boosheid. “Je lult Zane.” Gromde ik. “Je lult crap en het irriteert me. Waarom zou ik dan nog verdomme de moeite nemen om terug te gaan? Weet je wel hoe graag ik met je omging? Anders was ik echt wel eerder weggegaan hoor, door Violet waarvan ik niet eens met je om mocht gaan. Maar nee, ik bleef en nadat ik weer eens ruzie had met mijn familie en alles me teveel werd, ging ik wel. Ik wilde vluchten voor alles, net zoals nu.” Ik had eigenlijk niet willen zeggen wat ik er in mij omging, maar alles was nu gewoon te veel geworden. Die stomme woorden van Zane lieten me dit niet alleen doen, alles van de problemen waren gewoon opgebouwd en dit was het resultaat. Ik merkte zelfs dat er een brok in mijn keel terecht kwam. “Die twee jaar in New York miste ik de coven, jou dus ook. Ik kocht die cadeautjes omdat ik me had voorgenomen een keer terug te gaan, waardoor ik speciaal nog die CD voor jou had gekocht. Wat wil je nou? Ik snap er niets meer van…” murmelde ik de laatste paar woorden, terwijl ik al merkte hoe er tranen zich in mijn ogen vormde, maar deze veegde ik ruw weg.

    [ bericht aangepast op 21 nov 2012 - 18:45 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Zane Blade Reynolds

    "Nee." probeert ze tegen me in te gaan als ik wil vertellen waarom. Ik vertel het haar, is het niet nu, dan kom ik wel naar New York, dat weet ik wel zeker. "Ik wil het niet horen." En toch hangt ze niet op, waardoor ik zomaar gok dat ze het wel wilt horen, nieuwsgierigheid is soms erg sterk. Daarom vertel ik het als nog en ze doet er niets tegen. Ik had eigenlijk wel verwacht dat ze zou ophangen of er door heen ging praten, zingen of gillen ofzo. "Je lult Zane." gromt ze. Ik heb het tenminste kunnen zeggen, maar het heeft niet de juiste uitwerking. Klink ik dan niet oprecht? Ik probeer het wel, want ik meen alles. "Je lult crap en het irriteert me. Waarom zou ik dan nog verdomme de moeite nemen om terug te gaan? Weet je wel hoe graag ik met je omging? Anders was ik echt wel eerder weggegaan hoor, door Violet waarvan ik niet eens met je om mocht gaan. Maar nee, ik bleef en nadat ik weer eens ruzie had met mijn familie en alles me teveel werd, ging ik wel. Ik wilde vluchten voor alles, net zoals nu." Haar woorden verbazen me toch wel en ik bal mijn vuisten. Aan de ene kant is het lief, maar aan de andere kant... Zij begon er mee en nu krijg ik de schuld.
    "Die twee jaar in New York miste ik de coven, jou dus ook. Ik kocht die cadeautjes omdat ik me had voorgenomen een keer terug te gaan, waardoor ik speciaal nog die CD voor jou had gekocht. Wat wil je nou? Ik snap er niets meer van…" murmelt ze de laatste paar woorden en ze lijkt wel verdrietig te klinken, waardoor ik me opnieuw schuldig voel. "Ik... " mompel ik, even totaal van mijn woorden beroofd door haar. "Ik wil dat je terug komt, alsjeblieft?" Dit laatste klinkt vooral zacht en smekend. "Ik lulde geen crap, ik meende het..." Mijn stem blijft aan het einde steken en er vormt zich een brok in mijn keel. "Laat maar." vervolg ik zacht, waarna ik op hang. Pfft, ik ben echt niet goed in dit soort situaties, ik heb alleen het gevoel dat ik alles erger gemaakt heb. Volgens mij is ze nu boos, geïrriteerd en verdrietig. Wat moedeloos sta ik op om de telefoon terug op de standaard te zetten zodat hij automatisch oplaad. Ik bijt op mijn onderlip en kijk rond. Waar is Bruce als je hem nodig hebt? Op dit moment kan ik wel iets zachts en knuffelbaars gebruiken.
    Ik kijk kort rond, maar hij is nergens te bekennen. Daarom loop ik naar het kleine halletje, waar zich ook de trap bevind, en loop ik die op naar boven. De bovenverdieping is niet heel groot, maar wel fijn. Met een badkamer, een kleine logeerkamer en een grote kamer voor mij alleen. Die is net zo wit als beneden, wat een nogal groot contrast vormt met mij. Er zwerven wat donkere kledingstukken door de kamer en ik voel me nooit echt thuis tussen de witte lakens op het bed. Toch koop ik geen nieuwe en blijf ik deze gebruiken, een andere kleur zou hier ook helemaal niet staan. Vrouwen zullen het vast wel waarderen, als ze hier tenminste zouden komen. Ik zie Bruce al op mijn bed liggen en glimlach zwak, waarna ik hem op til en zelf op het bed ga liggen. De kat zet ik op mijn borstkas neer, waarna hij kopjes aan alles wat los en vast zit begint te geven.


    Your make-up is terrible

    Avery Violet Stone.
    “Ik…” mompelt hij, het leek wel alsof hij even door zijn woorden berooft was door mij. “Ik wil dat je terug komt, alsjeblieft?” Dit laatste klinkt vooral zacht en smekend. “Ik lulde geen crap, ik meende het…” Zijn stem blijft aan het einde steken en er kwam een duidelijke brok in zijn keel. “Laat maar.” Vervolgt hij zacht, waarna ik opeens een gepiep hoor. Dat meen je niet? Hij heeft opgehangen! Precies op het moment dat ik lijk in te storten en hij hangt gewoon op…
    Direct wil ik hem hiervoor terugbellen, maar mijn vinger blijf boven het groene knopje hangen, waarna ik toch echt op het rode knopje druk en vervolgens mijn Tante bel. Ik zou het nu zeker doorzetten, hoewel het erg hard was om hiermee door te gaan. Zijn woorden bleven herhalen in mijn hoofd. Ik wil dat je terug komt, alsjeblieft? Hij had zelfs alsjeblieft gezegd… Dat hoorde ik Blaise niet zo vaak tegen mij zeggen, en dat was voor nota bene nog wel mijn familie.
    Laat maar, huh? Ik zucht diep, terwijl mijn Tante opneemt en ik haar stem hoor. Precies dan merk ik dat er tranen over mijn wangen lopen en we alweer over de snelweg rijden, zonder file. “Meisje, waarom huil je?” Ik veeg de tranen van mijn wangen af en vraag me af of mijn make up nu uitgelopen is erdoor, aangezien hier niet op gerekend had. “Ik kom bij je voor een paar dagen… mag dat, alsjeblieft?” het klonk bijna smekend en ik merkte aan mijn Tantes stem dat ze bezorgd om me was. “Dat hoef je toch niet te vragen. Waar ben je nu?”
    Ik richtte mijn hoofd even terug naar buiten, omdat ik ging liggen op de achterbank, maar fluisterde toen tegen de man wanneer ik er zou zijn. Drie kwartier. Ik vertelde dat tegen mijn Tante, die tegen me had gezegd daarna dat ik veilig aan moest komen en ze op me zou wachten. Ik knikte erop, ook al zag ze het niet, waarna ik ophing en doelloos op de bank ging liggen. Opgekropen. De man zei er nog steeds niets van, al hoorde ik hem wel diep zuchten, van medelijden. Blijkbaar bedacht hij zich dat het handiger was niets te zeggen dan zich ermee te bemoeien. Hierna vielen mijn ogen dicht en omringde het zwarte me.

    [ bericht aangepast op 21 nov 2012 - 20:54 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Zane Blade Reynolds

    Als ik rustig lig, besef ik me dat ik niet eens aan Avery gevraagd heb waar ze nu eigenlijk van plan is om heen te gaan en of ze wel vanavond wel een dag boven haar hoofd heeft. Daarbij heb ik haar niet eens de kans gegeven om te antwoorden, waardoor ik me nog rotter begin te voelen. Verdomme. Ik voel me werkelijk compleet radeloos en een echte zak vandaag, het is lang geleden dat ik me zo gevoeld heb. Ik haal verwoed een hand door mijn donkere haar heen en zucht, waarna ik om mij heen kijk, om te zien of mijn bijna ongebruikte mobiele telefoon hier ergens ligt. Dat ding gebruik ik amper, ik had hem alleen zodat Violet me kon bereiken als ze me nodig had, ze maakte zich altijd onnodig veel zorgen. Als Avery in de tussentijd geen nieuw nummer genomen heeft, staat haar nummer er nog in. Wel opgeslagen onder een nietszeggende jongensnaam, ter beveiliging voor Violet en haar jaloerse uitbarstingen. Eigenlijk heb ik best veel gelogen over Avery tegen haar...
    Ik heb echt heel weinig zin om op te staan, dus reik ik naar het witte houten nachtkastje naast mijn bed, die ook zo goed als ongebruikt is. Goed, er staan tissues op, maar wat moet ik zonder als single man zijnde? Ja, dat klinkt best triest en dat is het ook. Als ik mijn arm ver genoeg uit heb gerekt, krijg ik uiteindelijk toch de ouderwetse mobiele telefoon te pakken. Ik kijk even snel of er genoeg tegoed op staat en dat is heel toevallig het geval. Ik scroll door de lijst met contacten en kies dan uiteindelijk iemand met de naam 'Nick' uit. Geen tovenaar, gewoon een oude vriend waarvan ik het nummer niet eens heb, maar VIolet kende hem dus het was veilig genoeg. Oh wat ik eigenlijk wel niet gedaan heb om haar te omzeilen. Ik kan me eigenlijk amper bedenken dat ik met haar de rest van mijn leven wilde doorbrengen, hoewel ik haar nu elke dag mis. De verlovingsring ligt nog altijd in het laadje van datzelfde nachtkastje, ik heb alleen nooit de kans gekregen om haar ook werkelijk ten huwelijk te vragen. Nu is het alleen nog maar een onwelkome herinnering aan andere tijden, ik weet niet eens of het wel betere tijden waren.
    Op goed geluk, heel goed geluk, druk ik op het groene knopje en houd ik de telefoon tegen mij oor gedrukt, terwijl ik lui blijf liggen op de witte lakens van het bed. Bruce laat er vaak zijn gekleurde haren op achter, maar het boeit mij vrij weinig. Hoewel mijn huis meestal opgeruimd en schoon is, is mijn slaapkamer een ander punt. Dat is mijn privédomein en daar doe ik lekker mee wat ik zelf wil. Wat zenuwachtig pluk ik wat aan de vacht van Bruce, die zich ondertussen heeft opgekrult op mijn borstkas en slaapt. Nu zit mijn donkere shirt ook alweer onder zijn haren, geweldig.


    Your make-up is terrible

    Avery Violet Stone.
    Mijn ogen waren dichtgegaan, vermoeid door alles wat er vandaag gebeurd is. Van Blaise zal ik wel geen telefoontje verwachten, die eikel was op dat soort momenten zo zelfingenomen dat hij nog altijd aan zichzelf zal blijven denken. Heel anders dan Zane, maar ja, Zane had wel gebeld. Meerdere keren zelfs, waardoor ik door dit geval en zijn woorden wel een beetje schuldig begon te voelen dat ik nu toch weg ging. Hij had me gevraagd, want eisen klonk het er niet naar gelukkig, of ik wilde blijven. Waarom wilde ik nu in alle macht nu juist terug? De taxi om laten keren naar Zane en hem een knuffel geven? Ik wist het zelfs niet eens, maar het schuldgevoel speelde in elk geval heel zwaar mee.
    Ik zuchtte diep en pas na enkele momenten merkte ik op dat ik geslapen had, want een slaperig vaag gevoel was mijn lichaam door getrokken terwijl ik omhoog krabbelde. Vervolgens keek ik uit het raam en wreef in mijn ogen, waardoor ik daarna zwarte vlekken op mijn hand zag. Fuck, alles gaat eraf, ik heb zo geen zin meer in al die make up. Hoewel het mijn soort masker was, irriteerde ik me er nu mateloos aan. Volgens mij had zelfs Zane me niet gezien zonder make-up. We reden over een brug en omdat ik een grote rivier zag die eronder door liep, helemaal tot aan in de verte, voelde ik me wat kalmer. Ik had namelijk altijd al van het water gehouden en daardoor was ik ook wel blij dat Tante Léonie er vlakbij woonde. Een zee waar jaarlijks veel toeristen en mensen kwamen, ze woonde er op een loop afstand vanaf.
    “Lekker geslapen, juffie?” glimlachte de chauffeur, waardoor ik even opkeek naar hem en waterig glimlachte. “Ja, bedankt.” Mompelde ik zachtjes. “Hoelang is het nog?” Hij keek door het spiegeltje naar me. “Niet langer dan een kwartiertje.” Dankbaar knikte ik eventjes en pakte vervolgens mijn make-up remover en een watje, waar ik wat opdeed en aan mijn ogen begon door in het spiegeltje te kijken. Deze had ik op mijn schoot gelegd, waarbij ik wat voorover boog. Abrupt begon er iets te trillen en ik keek geschrokken om me heen. Mijn mobiel lag naast me op de achterbank. Zane, stond er op het schermpje. Even aarzelde ik, maar schraapte toen mijn keel om vervolgens op te nemen. “Je hing op.” Herinnerde ik hem eraan. Het was voor een moment akelig nerveus stil. “Wil je echt dat ik blijf? Ik kan niet garanderen dat dit niet nog een keer gaat gebeuren…” vertelde ik hem toen eerlijk. “Dat ik wegloop, bedoel ik dan.” Hopelijk niet de ruzie, dat deed me namelijk wel pijn.


    Quiet the mind, and the soul will speak.