• Greenfield California, 2012. Population: 16,330. In dit relatief kleine stadje gebeurd iets bijzonders, iets wat al jarenlang aan de gang is. Een coven gevult met heksen, goedaardige heksen en een enkele kwaadaardige. Daarnaast heb je degene die op hun jagen, de hunters.


    De regels:
    - Geen perfecte karakters.
    - Orginele karakter die je niet ergens anders gebruikt.
    - Geen tijd = niet meedoen.
    - Niemand buitensluiten.
    - 16+ is toegestaan.
    - Geen one-liners.
    - Alleen ik open nieuwe topics.
    - Naamsveranderingen graag melden.
    - Blijf realtisch, je kan geen onmogelijke krachten hebben.
    - Alle krachten komen uit spreuken, niet uit jezelf.
    - Maximaal 2 rollen per persoon, alleen in variatie.


    Het hoofdkwartier van de hunters. Dit is hun vergaderzaal.
    Dit is waar de Coven bijeenkomt.
    In dit eeuwenoude gevecht proberen de heksen niet op te vallen en normaal te doen terwijl ze terugvechten tegen de hunters. Gaan ze alleen in de verdediging of slaan ze keihard terug met een aanval? Dat is aan de heksen.
    De hunters stellen ondertussen allerlei missies op om erachter te komen wie de heksen zijn en hoe ze ze uit hun tent kunnen lokken in hun hoofdkwartier. Het liefst willen ze deze heksen vangen om erachter te komen waar hun coven bij elkaar komt en welke leden er allemaal zijn.

    Heksen:

    - Aurora Delila Whitlock CxStylinson
    - Fiona Evelyn Sinclair Chat
    - - -
    - Avery Violet Stone Arachno


    - Zane Blade Reynolds Assassin
    - Kyle Dyer Soubi
    - - -
    - - -


    Hunters:

    - Angelica 'Angel' Wolfe Assassin
    - - -
    - Alice Hale Frodo
    - - -

    -
    - Blaise Wolf Hunter Arachno
    - Yurian Xander Green MakeMeIrish
    - - -
    - - -


    Rollenstory
    Rollentopic

    [ bericht aangepast op 28 nov 2012 - 21:02 ]


    Your make-up is terrible

    [Iemand kan Blaise ook storen. I mean, come on, verzin wat.]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Mehehe, anders laat ik Zane hem wel gaan stalken om zijn auto. Achterdochtige vragen stellen en over Avery.


    Your make-up is terrible

    Sure, zal ik Blaise dan maar eens zijn auto op laten halen? /gayhandje.

    [ bericht aangepast op 22 nov 2012 - 21:00 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Dat kan ook.


    Your make-up is terrible

    Assassin schreef:
    Ja, volgens mij wel. Zelfs Syll is dood. Nou ja, ze heeft het te druk met haar anime's.

    Hmm, niet alleen dat. Normaal schrijf ik dan ondertussen nog.. Maar had ff een momentje dat ik gewoon niks wou.. Sowwy.

    Kyle Dyer

    Wat verward richtte ze haar blik kort op de tv. 'Oh, eh... Geen idee, ik besteedde er niet echt aandacht aan,' mompelde ze. Ze zag er een beetje slaperig uit. Een lief, klein lachje sierde voor een klein moment mijn gezicht. Ze zocht naar iets, blijkbaar hetgeen om de het zender van de tv te veranderen in het nieuws. Vanuit kranten weet ik alleen dat je van het nieuws depri werd, daarom las ik ze liever niet. Ik schrok op toen ik een deuntje hoor, ik was niet de enige die ervan schrok.
    'Angel,' hoorde ik naast me. Lichtelijk nieuwsgierig keek ik toe hoe ze aan het bellen was. Ze knikte en ik vroeg mij af hoe die persoon die met haar belde dat ooit kon zien. Een klein lachje ging er door mij heen, maar hield mij in want het leek mij een serieus gesprek door de gezichtsuitdrukking die op Angel stond. 'Natuurlijk, ik kom eraan,' zei ze en ze hing op. 'Het is Alice. Ik moet haar halen. Wil je mee of...' vroeg ze wat aarzelend aan mij. Ik keek haar eventjes vragend aan. Ik was allang weer vergeten wie Alice was, alleen dat zij het meisje was waarvan Angel de auto had en ze die nog terug moest geven. Lichtjes schudde ik mij hoofd en bleef Angel nog wel gewoon vriendelijk aankijken.
    'Nee, ik blijf wel hier. Het lijkt mij een serieus iets waarom je haar moet halen. Een beetje raar als je opeens een vreemde mee neemt, toch? Ik vermaak me wel,' vertelde ik aan haar. Mijn blik ging eventjes naar het nieuws en fronste vervolgens eventjes. 'Ik vermaak mij wel, maar vind je het erg als ik hem straks over zet? Zo vrolijk is het nieuws niet, of vind jij van wel?'


    Always though that I might be bad. Now I'm sure that it's true, cause I think you're so good & I'm nothing like you

    (Nog eventjes en dan mag ik weer *O* )


    “Moonlight drowns out all but the brightest stars.” - Tolkien

    Angelica Wolfe

    Lichtjes schud hij zijn hoofd en blijft me nog wel gewoon vriendelijk aankijken. "Nee, ik blijf wel hier. Het lijkt mij een serieus iets waarom je haar moet halen. Een beetje raar als je opeens een vreemde mee neemt, toch? Ik vermaak me wel." vertelt ze aan mij. Zijn blik gaat eventjes naar het nieuws en hij fronst vervolgens eventjes. "Ik vermaak mij wel, maar vind je het erg als ik hem straks over zet? Zo vrolijk is het nieuws niet, of vind jij van wel?"
    "Hé? Oh nee, zet maar op wat je wilt hoor. Je mag doen wat je wilt, ik ben er toch niet." Ik glimlach eventjes en sta op, waarna ik me even uitrek. "Nou ja, dan krijg je ook niet te zien dat ik Blaise in elkaar sla, als ik daar de kans voor krijg." zeg ik en ik glimlach, al is dat glimlachje best hatelijk. Hierna loop ik naar de deur. "Ik weet niet wanneer ik terug ben." zucht ik vervolgens en ik pak de autosleutels, om naar de auto te lopen en in te stappen. Met een rotvaart race ik naar het bos toe, als ik Blaise zou zien nu zou ik hem nog aanrijden ook. Toch moet ik even ongeduldig wachten voor een stoplicht en trommel ik met mijn vingers op het stuur. Hierdoor geef ik nog eens extra gas, als ik geflitst word zal ik Alice het geld wel terug betalen, natuurlijk. Al snel kom ik met piepende banden tot stilstand bij de plek waar ze eerder vandaag haar auto geparkeerd had. Zo maar gelijk mijn verontschuldigingen aanbieden.


    Your make-up is terrible

    Blaise Wolf Hunter
    Hoewel ik een paar keer naar Avery gebeld had, nam ze de telefoon toch niet op. Typisch Avery. Het was dan ook wel duidelijk dat ze genoeg van me had, ik wist niet eens zeker of het zou veranderen. Hopelijk wel, al vergeeft Avery niet zo snel mensen als ik. Ik vergeef ze wel, maar vergeet nooit. Soms ben ik zelfs wel zo laag ze eraan op een onprettige manier eraan te laten herinneren. In gesprek, telefoon uit, in gesprek. Elke keer is het wat met haar, hoewel ik het haar niet kwalijk neem. Nu ten minste niet, eerder wel.
    De bui is gelukkig over, waardoor ik weer wat helder na kan denken. Ik moet zo mijn eigen auto maar eens ophalen, volgens Avery wist ik waar die zou staan. Maar natuurlijk, die stond vast voor het huis van de coven. Na al die tijd wist ik het en deed er niets mee, gewoonweg omdat Avery het me kwalijk zou nemen, me nooit meer aan zou kijken en ik om haar geef. De dingen die ik haar gedaan heb… morgen zou ze blauwe plekken door mij krijgen, last van haar rug en volgens mij was ze al niet in zo’n beste bui. Dat dacht ik ten minste aan haar blik te zien wanneer ik binnen kwam stormen. Ik heb het enkel nog erger gemaakt.
    Dan is er Alice nog… Oh, de mooie, zoete Alice… Shit zeg! Ik heb haar pijn gedaan door weg te lopen, mijn echte gevoelens niet te uiten. Ik wil niet dat ze pijn door mij leidt, maar ik moet haar van me beschermen. Het zal niet gemakkelijk zijn mocht ze toch voor een relatie met mij kiezen. Angel zal me, als ze dit te horen krijgt, ook wel de grond in trappen. ‘Vrouwen…’ murmelde ik. ‘Allemaal één pot nat.’ Vervolgde ik net zo zacht murmelend en vooral lichtelijk gekwetst door het feit dat ik Alice zo achter gelaten had. Goed, denk ergens anders aan Hunter. Denk vooral niet aan de gepijnigde blik in haar ogen of haar zoete volle lippen.
    Ik pak de leren, donkere jack van de stoel af en vertrek naar buiten, waarbij ik de deur hard dicht smijt. Het jacket trek ik aan en stop mijn handen in de zakken ervan, de sleutels zitten erin, omdat ik geen zin heb om te fietsen of weer een taxi te regelen – geldklopperij – begin ik gewoon nonchalant te lopen. Het zou ongeveer iets langer dan twintig minuten lopen zijn, hoewel het me niet uitmaakte, want mijn gedachten waren alweer over gegeven aan Alice en Avery. De twee jonge vrouwen om wie ik gaf, maar ongelooflijk veel pijn gedaan had. Niet veel later, wat mede mogelijk gemaakt werd door mijn tobbende gedachtegang, liep ik al de hoek om bij het huis. Direct zag ik mijn auto staan, maar ook een vage vreemdeling die mijn auto in keek. Ik bleef abrupt stilstaan op een klein afstandje en gromde iets. “Is het interessant?” De sarcastische toon erin was zo duidelijk te horen dat een bijna dove het nog kon horen. “Wie ben je?”


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Zane Blade Reynolds

    Ik irriteer me er eigenlijk aan dat ik niets kan zien, niets dat erop wijst van wie deze auto nou eigenlijk is, hoe erg ik mijn best ook doe om door elk raampje te turen en alles in me op te nemen. Tot nu toe is de zogenaamde vriend van Avery een geheimzinnig, anoniem persoon en daardoor kan ik mezelf wel opvreten. Ik wil het zo graag weten! Het is net alsof er plotseling op me gereageerd word, want ik hoor iemand grommen waardoor ik op kijk van de auto. "Is het interessant?" Zijn stem loopt over van de sarcasme en ik kijk naar de jongeman, die overduidelijk enkele jaren jonger is dan ik en ik krul aangenaam mijn lippen omhoog, maar dat op een enge manier. "Wie ben je?" vraagt hij. Hierdoor krullen mijn lippen nog verder op, vooral omdat ik al een idee heb wie hij is. Die zogenaamde vriend van Avery, die ik net nog een geheimzinnig en anoniem persoon noemde. Nou, nu niet meer, nu heb ik er een beeld van. Hij doet me wel een beetje aan haar denken, eigenlijk.
    "Heel interessant." verklaar ik doodsimpel, op een droge manier. "Jij moet de vriend van Avery zijn, waar ze de auto van 'geleend' heeft." Ik leg expres de nadruk op geleend, want ik weet dat het nou ook weer niet dat is en ik wil duidelijk maken dat ik dat allemaal weet. Ik doe een stap zijn richting op, maar hou een gepaste afstand tussen ons in en steek mijn handen in mijn jaszakken. Ergens vind ik het alles behalve fijn dat hij weet waar hij zijn auto op moet komen halen, tegenover dit huis. Te vreselijk voor woorden. De man straalt dan ook iets uit waar ik nog achterdochtiger van word. Ik heb zin om hem openlijk de schuld ervan te geven dat zij nu weg is, terwijl ik weet dat het niet helemaal waar was. Anders had ze nu mooi bij mij gezeten. "Dus door jou is ze weer de straat op gegaan hm?" vraag ik op een zo nonchalant mogelijke toon, terwijl mijn lippen omgekrult blijven en ik mezelf wat rechter zet, om imposanter te lijken.
    Ja, altijd dat haantjes gedrag tussen mannen, wie heeft de grootste, wie komt beter over. Zoiets zal nooit verdwijnen, gok ik zomaar. Het is niet persé om indruk te maken, maar om indrukwekkend over te komen, dreigend. Terretorium afbakenen, en dat doe ik nou net hier. Ik zie zijn gezicht hier liever nooit meer. Ik vind het eigenlijk stom van Avery dat ze heeft gezegd waar de auto zich bevind, heel erg dom. Waarom had ze mij hem niet gewoon ergens anders laten zetten? Nou ja, als ik haar was had ik daar ook helemaal niet meer aan gedacht, dus ik neem haar nog altijd niets kwalijk.


    Your make-up is terrible

    Blaise Wolf Hunter.
    De jonge man, die enkele jaren ouder als mij is lijkt het zo, kijkt naar me op. Het doet me vooral geen genoegen om zijn lippen aangenaam omhoog te zien krullen, op een enge manier, want na het gedoe met Alice en Avery kan ik dit er echt niet bij hebben. Als hij het verder zou dwingen, zou ik hem wat anders geven om over na te denken of reageren. Hij beantwoordt mijn vraag niet en krult zijn lippen enkel nog verder op, het geeft me een ergerlijk gevoel van binnen.
          “Heel interessant.” Verklaart hij doodsimpel, op een droge manier. Hij irriteert me alleen nog maar meer met die stomme houding van hem. “Jij moet de vriend van Avery zijn, waar ze de auto van ‘geleend’ heeft.” Expres legt hij de nadruk op geleend, hierdoor kan ik wel veronderstellen dat Avery hem dingen verteld heeft. Jezus zeg. Ik grom er alleen op, om zo te laten merken dat zijn houding mij niet aan staat. De jonge man doet een stap mijn richting op, maar houd een gepaste afstand tussen ons en steekt zijn handen in zijn jaszakken. “Dus door jou is ze weer de straat op gegaan hm?” vraagt hij op een zo nonchalant mogelijke toon, zijn lippen blijven omgekruld en hij zet zichzelf wat rechter. Hierdoor lijkt hij ietwat imposanter, waardoor ik direct mijn handen uit mijn jaszakken haal en mijn armen over elkaar sla, om vervolgens mijn spieren stevig aan te spannen en ook rechter te gaan staan. Wat hij kan…. Kan ik beter. Hoewel ik zijn gedrag wel iets kan begrijpen, hij moet vast één van die tovenaars zijn waar Avery mee omgaat. Fuck, dus als ik hem een stoot verkoop, zal ze me niet aankijken.
          “Dat is geen antwoord op mijn vraag.” Brom ik, mijn ogen een niet peilende diepte. “Wie ben je?” dwong ik hem met mijn stem te antwoorden, waarbij ik een dreigende stap dichterbij deed. “Een vriend van Avery, vijand… geliefde?” Bij het laatste krulde mijn lippen zicht vermakelijk op, spottend zelfs wanneer ik mijn ogen over zijn gestalte liet gaan. Ach ja, whatever suits her flavor I guess. “Dan zal ik je alvast melden dat ze zo weer klaar met je is.” Mijn ogen werden nog donkerder. Waarom wilde ik hem zo graag uitlokken? Vast om mezelf af te reageren door daarnet, ik had Avery ook al fysiek pijn gedaan. Ze was, is, echt woedend op me.

    [ bericht aangepast op 22 nov 2012 - 23:00 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Zane Blade Reynolds

    Hij gromt naar me, om te laten merken dat mijn houding hem niet aan staat, maar ik reageer er niet eens op. Het doet me niets, hij bevind zich in mijn gebied waar ik in mijn element ben en sterker ben, dus hij heeft zich maar in te schikken op het moment. Op mijn houding reageert hij natuurlijk direct door zijn handen uit zijn zakken te halen en zijn armen over elkaar te slaan. Het is duidelijk dat hij zijn spieren stevig aan spant en ook rechter te gaan staan. Natuurlijk kan ik dit niet zomaar langs me heen laten gaan en klem ik mijn kaken even op elkaar als hij begint te praten, om mezelf nog iets rechter te zetten, mijn benen een stukje uit elkaar en een donkere blik in mijn ogen, waarmee ik hem doordringend aankijk.
    "Dat is geen antwoord op mijn vraag." bromt hij, zijn ogen een niet peilende diepte. "Wie ben je?" dwingt hij me met zijn stem te antwoorden, waarbij hij een dreigende stap dichterbij doet. Ik reageer er echter niet op en houd mijn kaken stevig op elkaar geklemd. Ik laat echt niet bedreigen door zo'n broekie. "Een vriend van Avery, vijand… geliefde?" Bij het laatste krullen zijn lippen zicht vermakelijk op, spottend zelfs wanneer hij zijn ogen over mijn gestalte liet gaan. In mijn ogen flikkert iets gevaarlijks. "Dan zal ik je alvast melden dat ze zo weer klaar met je is." Zijn ogen worden nog donkerder. "Vriend." maak ik hem kort duidelijk. "Ik zou niets kwaads over haar zeggen als ik jou was." grom ik richting hem, doelend op zijn absurde waarschuwing over haar. Natuurlijk heeft hij gelijk, maar hij hoeft niet slecht over haar te spreken tegen anderen.
    "Het maakt niet uit wie ik ben." vertel ik hem daarna duidelijk, zodat hij het niet nog eens zal vragen. "Het maakt me wel uit wie jij bent, wie zijn zo roekeloos geparkeerde auto hier zo komt ophalen." Mijn lippen krullen weer om en het woord roekelaas krijgt een dreigende en onheilspellende klank als ik het uitspreek. Ik weet niet wat hij weet, maar ik hoop het wel uit zijn reactie uit te kunnen maken. Normaal ben ik helemaal niet vijandig, maar dat wantrouwige voorgevoel dat ik al eerder bij de auto kreeg, word zo erg door hem versterkt, waardoor ik dit ga doen. Nomaal ga ik dit soort dingen uit de weg, maar na vandaag lijkt dit me bijzonder aanlokkelijk. Ik krijg het gevoel dat overleven door weg te lopen zinloos is. Kijk maar hoeveel Avery ermee opgeschoten is, hoeveel die talloze vermoorde heksen ermee opgeschoten zijn. Helemaal niets, dus ga ik mooi de confrontatie hier en nu aan met deze geheimzinnige, maar chagrijnige jongeman aan.


    Your make-up is terrible

    Blaise Wolf Hunter.
    Ik kon weten dat de man direct op mijn handelingen zou reageren, zo klemt hij zijn kaken even op elkaar als ik begin te praten, om zichzelf nog iets rechter te zetten, zijn benen een stukje uit elkaar en een donkere blik in zijn ogen, waarmee hij me doordringend aankijkt. Nog altijd reageert hij niet op mijn dwingende woorden, het zorgt ervoor dat mijn zelfbeheersing weer kwijtraakt, iets dat ik niet zo graag wilde als ik terug aan Avery dacht. Ja, ze zou me zeker weten nog een tijd negeren, vergeven doet ze niet snel. Het doet me echter wel goed wanneer er in zijn ogen iets gevaarlijks flikkert.
          “Vriend.” Maakt hij me kort duidelijk. “Ik zou niets kwaads over haar zeggen als ik jou was.” Gromt hij richting mij, doelend op mijn waarschuwing over Avery. Hoewel ze familie van me was, kon ik het niet laten deze gast flink uit te dagen, want door zijn houding van het begin af aan had hij me al uitgedaagd. “Of anders?” spotte ik. “Neem je het op een heldhaftige manier voor haar op?” Er kwam een sarcastisch gesnuif bij mij vandaan, terwijl ik hem nog altijd met donkere ogen aankeek. Mooi niet dat ik ook maar voor een seconde weg kijk, straks valt hij me precies op dat moment aan. Als het een tovenaar is, ben ik al helemaal fuckt, gelukkig heb ik dan nog wel een pistool in mijn binnenzak. Het is iets wat ik ten alle tijden bij me draag.
          “Het maakt niet uit wie ik ben.” Vertelt hij mij daarna duidelijk, alsof ik het niet nog een keer zal vragen. Freak. Dat maak ik zelf wel uit. “Het maakt me wel uit wie jij bent, wie zijn zo roekeloos geparkeerde auto hier zo komt ophalen.” Denkt hij nu werkelijk dat ik zomaar even ga vertellen wie ik ben als hij dat niet doet? Wie denkt hij dat ik ben, de paus? Doe normaal zeg. Zijn lippen krullen weer om en het woord roekeloos krijgt een dreigende, onheilspellende klank als hij het uitspreek. Het zorg ervoor dat mijn tanden strak op elkaar gaan en beginnen te knarsen.
          “Avery had mijn auto gestolen. Blijkbaar wilde ze heel graag bij haar vrienden terug zijn,” vertelde ik hem op een zware, onheilspellende toon. “Ik kom hem alleen halen.” In mijn ogen flikkerde er iets terwijl ik terug dacht aan de ruzie. “Waar is ze nu?” Weet ik veel, misschien wist hij het wel. “Is ze bij jou?” Ik vernauwde mijn ogen wantrouwig terwijl ik nog een dreigende stap in zijn richting deed.

    [ bericht aangepast op 22 nov 2012 - 23:39 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    [Mehehe ik moet steeds lachen om hun gedrag :x]

    Zane Blade Reynolds

    "Of anders?" spot de jongeman. "Neem je het op een heldhaftige manier voor haar op?" Er komt een sarcastisch gesnuif bij hem vandaan, terwijl hij me nog altijd met donkere ogen aankijkt. Hij laat mijn blik geen seconde los en ik die van hem ook niet. Je weet maar nooit wat hij flikt, ik weet namelijk nog altijd niet wie hij is en waar hij bijhoort, al is het wel duidelijk dat hij in ieder geval niet bij ons hoort. "Misschien. Wie weet." antwoord ik er een tikkeltje vermaakt op, gewoon om hem te stangen en niet aan te geven wat ik eigenlijk van plan ben. HIj zorgt ervoor dat ik hem wil uitdagen, zijn houding, zijn sarcasme, het feit dat hij Avery op straat gezet heeft al weet ik nog niet precies wat er nou gebeurd is met die twee, want dat heeft ze niet gezegd. Ze was er wel erg duidelijk in dat ze daar in ieder geval ook niet welkom was.
    Mijn woorden zorgen ervoor dat hij zijn tanden straks op elkaar gan en hij ermee begint te knarsen, wat me de indruk geeft dat hij best weet waar ik nu over praat. Domme Avery, roekeloze Avery. Waarom vertel je dit aan anderen? Ze weet zelf wel hoe dom dat is, nu is zij niet de enige die niet meer veilig is, maar ik ook. Straks weet hij ook nog waar we zitten. Maar dat zijn zorgen voor later, daar ondervraag ik haar sowieso morgen wel over, als deze jongeman het hier straks uit red. "Avery had mijn auto gestolen. Blijkbaar wilde ze heel graag bij haar vrienden terug zijn." vertelt hij me op een zware, onheilspellende toon, waardoor ik me even schuldig voel over haar. Toch word het grijnsje op mijn lippen iets oprechter, omdat ik blij ben zoiets te horen uit de mond van iemand anders.
    "Ik kom hem alleen halen." In zijn ogen flikkert er iets, maar wat? Ik kan mijn vinger er niet op leggen. "Waar is ze nu? Is ze bij jou?" Hij vernauwt zijn ogen wantrouwig terwijl hij nog een dreigende stap in mijn richting doet. Ik frons eventjes. Wauw, hij werpt de mogelijkheden gewoon in mijn schoot! Mijn lippen wijken iets van elkaar als ik een zacht lachje uitstoot. Ik begin traag te applaudiseren zonder mijn blik van hem af te wenden. "Je weet niet waar ze is?" vraag ik de retorische vraag. Natuurlijk weet hij dat niet. "Wauw, geweldige vriend ben je. Je trapt haar uit huis en je weet niet eens of ze wel ergens onderdak heeft. Geen wonder dat ze zo snel naar haar echte vrienden wilde." vertel ik hem met een vreselijk doorklinkende mengeling van sarcasme en botheid. "Ja, ik weet wel waar ze is." vertel ik hem, maar dan wel op een toon die duidelijk maakt dat ik hem niet ga vertellen waar.


    Your make-up is terrible

    [Ik ook, hahaha. Het zijn echt.. tja, mannen!]

    Blaise Wolf Hunter.
    “Misschien. Wie weet.” Antwoord hij er een tikkeltje vermaakt op. Ondanks dat ik weet dat hij me loopt te stangen, het niet aan wilt geven wat hij van plan is, rol ik toch gehumeurd mijn ogen er snel op. Zo ging het wel heel snel met mijn humeur naar beneden, ik moest iets vinden waarop ik hem kon pakken. Het was namelijk niet de bedoeling dat ik hier enkel gehumeurd stond. Abrupt word zijn grijnsje iets oprechter, is hij blij te horen wat ik had gezegd over Avery? Uch, ik kan me niet bedenken waarom ze met zo’n arrogante zak in laat. Denk na, Blaise, ze heeft er een aantal keer over gepraat, herinner het je. Misschien kon je zo identificeren wie het is.
    Hij fronst op mijn vraag. Shit, had ik het toch niet moeten vraag? Dit gaat weer een aangenaam minuutje voor die knakker worden, maar dan moet hij eens opletten als ik mijn geduld verlies, dan krijgt hij wat anders. Zijn lippen wijken iets van elkaar om een zacht lachje uit te stoten. Traag begint hij te applaudisseren zonder zijn blik van me af te wenden, waardoor ik arrogant mijn wenkbrauw omhoog haal. Wat moet ie nu weer van me? “Je weet niet waar ze is?” vraagt hij de retorische vraag. “Nee, dat weet ik niet.” Grom ik aanvallend. “Anders had ik het toch niet gevraagd?” Eikel, dacht ik er achteraan in mijn gedachten. “Wauw, geweldige vriend ben je. Je trapt haar uit huis en je weet niet eens of ze wel ergens onderdak heeft. Geen wonder dat ze zo snel naar haar echte vrienden wilde.” Vertelt hij me met een vreselijk doorklinkende mengeling van sarcasme en botheid, waardoor ik mijn vuisten bal en een dodelijke blik naar hem stuur.
    “Ja, ik weet wel waar ze is.” Vervolgt hij dan, echter wel op een toon waarvan hij heel duidelijk maakt dat hij dit niet met me gaat delen. “Godver zeg, vertel het dan,” val ik tegen hem uit. Ik zou hem niet vertellen dat ik familie van haar ben, hij wist het niet voor een reden, hopelijk zou dat zo blijven. “En alsof jij een geweldige vriend bent… Jij kunt haar ook gewoon in huis nemen, kun je gelijk haar problemen oplossen die ze telkens maakt. Daar heeft ze een bepaalde aantrekkingskracht voor, denk ik zo.” Spuug ik zowat uit, terwijl mijn ogen een giftige blik krijgen. “Wacht eens…” begin ik dan vermakelijk, waardoor mijn lippen zich aangenaam omkrullen en ik hem nog een keer bekijk. Bruin haar, lichte kleur ogen, ongeveer 1,85 lang… Bovendien, de manier waarop hij over Avery praat. “Zane.” Zeg ik dan, groot onheilspellend grijnzend, het is duidelijk te zien dat ik me nu echt vermaak. “Ah, ja! Nu zie ik het, ze heeft nogal wat dingen over je verteld..” daag ik hem dan uit.


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    [ze moeten wel erger zijn dan vrouwen...]

    Zane Blade Reynolds

    Hij haalt arrogant zijn wenkbrauw op als ik begin te applaudiseren. "Nee, dat weet ik niet." gromt hij aanvallend op mijn retorische vraag, wat hapt hij makkelijk zeg. "Anders had ik het toch niet gevraagd?" Natuurlijk geef ik hier geen reactie op, dat word al helemaal zinloos, gok ik zomaar, waardoor ik gewoon verder praat en zeg wat ik van plan was om te zeggen. Daar balt hij zijn vuisten op en stuurt mij een dodelijk blik, die ik even hard beantwoord, al zit er nog een geamuseerd spoortje in bij mij.
    "Godver zeg, vertel het dan." valt hij tegen me uit, wat mij alleen nog maar meer plezier in deze discussie schenkt. Als je het al een discussie kan noemen. Het lijkt me steeds meer een wedstijd wie-de-grootste-heeft, in dit geval draait het om Avery. "En alsof jij een geweldige vriend bent… Jij kunt haar ook gewoon in huis nemen, kun je gelijk haar problemen oplossen die ze telkens maakt. Daar heeft ze een bepaalde aantrekkingskracht voor, denk ik zo." spuugt hij zowat uit, terwijl zijn ogen een giftige blik krijgen. Hierdoor strakt mijn kaak en trekken mijn mondhoeken naar beneden. Hij heeft geen idee wat hij nu zegt. "Als ik de kans had om haar dat eerder aan te bieden, had ik dat gedaan." zeg ik met een kille stem tegen hem. Het geamuseerde toontje is gelijk verdwenen. Als Violet er niet was geweest... Het was onze zaak toen niet, volgens haar. "Ik heb het haar aangeboden, vandaag. Voor als ze niet bij jou terecht kon." vervolg ik. Het maakt me weinig uit als hij straks denkt dat ze bij mij is.
    "Wacht eens…" begint hij dan vermakelijk, waardoor zijn lippen zich aangenaam omkrullen en hij me nog een keer bekijkt. Een onheilspellend gevoel kruipt naar boven. Het zal toch niet... "Zane." zegt hij dan, groot onheilspellend grijnzend, het is duidelijk te zien dat hij zich nu echt vermaakt. Ja, het zal dus wel. Verdomme, Avery. Soms kan ik je wel wurgen. Mijn blik verschiet gelijk. "Ah, ja! Nu zie ik het, ze heeft nogal wat dingen over je verteld..." daagt hij me dan uit, waardoor ik eigenlijk nieuwsgierig word. Wat zou ze over mij vertellen en vooral, waarom? Godver, waarom heeft ze hem nou nooit genoemd? Het is altijd geheimzinnig gebleven bij haar, ik weet van niemand echt iets met wie zij omgaat buiten de Coven om. In mijn hoofd doe ik zijn stem na op een kinderachtige manier. 'Zane.' Ik sla mijn armen losjes over elkaar heen. "Goed, nu jij weet wie ik ben, mag jij je ook best eens voorstellen." zeg ik daarna, al iets minder vijandelijk.


    Your make-up is terrible