• Het is het jaar 2063 en de opwarming van de aarde eist zijn tol. In de vorm van allesverzengende droogseizoenen en extreme monsoenmaanden, neemt moeder Aarde wraak op degenen die haar zo hebben aangetast. Bovendien blijft de wereldbevolking door gaan met pieken, maar het voedsel en water raakt op. Te midden van deze chaos, ziet de regering geen andere uitweg dan de bevolkingsgroei af te kappen door enkele metropolissen te bombarderen.

    Waar er eigenlijk niets dan puin over hoorde te blijven, lijken enkele mensen de ramp te hebben overleefd. Afgesloten van de rest van de wereld, zonder bereik en zonder benzine, raken deze overlevenden onder de impressie dat zij de laatste overblijvende mensen op aarde zijn. Gefrustreerd en wanhopig raken ze vast in een cirkel van chaos en plunderingen, die misschien nog meer levens eisen. Wanneer ook enkele gestrande vakantiegangers in de ruines van de stad belanden, staat de boel helemaal op stelten.

    Written by Cumberbatch



    Meedoen?
    Invullijstje voor Rol:
    Soort Rol: (Overlever uit Redmon, of persoon die er strandt.)
    Volledige Naam:
    Geslacht:
    Leeftijd: (Liefst geen kinderen van 7, tenzij er om gevraagd wordt, dat het bijvoorbeeld iemands zusje is.)
    Uiterlijk: (Foto is leuk, niet verplicht)
    Karakter:
    Extra:

    Personages (kort):
    Overlever uit Redmond.
    Eli Honeychurch - 21 - Vluuv
    Katherine (Kat/Kath/Katy) Misha Carter - 22 -Progeny
    Ayame Natsumi Kaede - 17 - Randomness
    Deanna June Goodheart - 20 -RainBowDay

    Cole halliwel - 20 - kiara2
    Laurence Suffolk - 25 - Sid
    Aiden Sicks - 24 - Inkheart
    Jim Fisher - 19 - Bear
    Ethan Joseph Sicks - Progeny
    Joel ‘Joe’ Marcus Hayes - 22 - Cumberbatch
    Jack Alexander Hayes - 26 - Cumberbatch


    Gestrand persoon.
    Anna-May Parker - 17 - Maitresse
    Janine 'Jainy' Amély Fride - 17 - Pariah

    Naam - Leeftijd - Speler


    Gestorven Personages
    Janice Esther Parsen - 18 - xJennii
    Emily June Cruz - 21 - Endure


    De story!


    Archief

    Part 1

    [ bericht aangepast op 4 maart 2012 - 14:23 ]

    Janine 'Jainy' Amély Fride

    'Ik heb geen idee.' Mijn stem was slechts een zachte fluistering, terwijl ik nadacht over wat Ethan net zei. Het duurde een tijdje voordat ik de juiste woorden had gevonden, en zelfs toen was het moeilijk om te beschrijven waarom ik eigenlijk bleef.
    'Het is gewoon, ik heb het idee dat jij en Aiden iemand nodig hebben. Jullie zijn beiden ziek, en ik dacht dat jullie het.. prettig zouden vinden als er iemand is om voor jullie te zorgen. En daarnast wíl ik blijven. Ik weet niet waarom.. Maar als jullie willen dat ik wegga, dan ga ik wel. Ik zou het vervelend vinden om me op te dringen.'
    Ik wist niet precies waar Ethan naartoe wilde met deze vraag. Misschien was het een hint, dat hij me weg wilde? Of was hij gewoon oprecht nieuwsgierig, en begreep hij echt niet waarom ik bleef.


    It is better to reign in hell than to serve in heaven.

    Oké, ik heb al heel lang niet gereageerd, maar hier ben ik weer :')
    Ik wachtte nog op Simone, maar die heeft besloten dat ze niet meer verder wil met Chaos dus ik heb toestemming haar personage te laten sterven c:
    In ieder geval, ik heb Janine, Ethan en Aiden wel een beetje gevolgd, maar niet heel precies. Ze zijn nog steeds in die supermarkt, toch?


    Eli Honeychurch - Survivor
    Geschrokken blijf ik tegen de muur van het gebouw staan. De zon begint op te komen en haar stralen vullen de lucht met roze en oranje kleuren. Door de tranen die mijn zicht vertroebelen zie ik er echter niet veel van. Ik merk dat ik tril, over mijn hele lichaam, en langzaam laat ik me zakken tot ik tegen de muur aan zit. Ik probeer te slikken en voel langzaam het pistool uit mijn hand glijden. Er rolt een warme traan over mijn wang en bibberig verberg ik mijn hoofd in mijn handen. Zo blijf ik een tijdje zitten, tot de zon warmer begint te voelen en ik me verplicht voel weer overeind te komen. Langzaam duw ik mezelf van de grond af en kijk naar wat ik heb aangericht. Emily ligt dood op de grond met een plas bloed om zich heen. De wolf die haar aanviel ligt naast haar. Met mijn blik op de twee lichamen gericht laat ik me door mijn knieën zakken en pak mijn pistool weer op. Mijn hart klopt harder dan ooit en ik voel het in mijn keel, mijn hoofd en zelfs in mijn vingertoppen. Mijn ogen voelen opgezwollen en mijn keel voelt droog aan. “Emily..?” hoor ik mezelf zeggen, maar afgezien van het ruisen van een licht briesje door de bomen blijft het compleet stil. Ze is dood. Ik loop op haar af en leg tegen beter weten in mijn wijsvinger en middelvinger tegen haar hals. Niets te voelen. “Sorry.” fluister ik zacht. Even begint mijn lip weer te trillen maar snel wend ik mijn hoofd af en begin te lopen. Ik heb het geprobeerd, het is niet gelukt, en dat is niet mijn schuld. Nu is het tijd om verder te gaan. Ik knipper even met mijn ogen en sleep dan Emily’s lichaam richting de puinstukken van een van de gebouwen. Voorzichtig leg ik brokstukken op haar lichaam om het te bedekken. Als ik klaar ben haal ik de vacht van de enige wolf die ik heb gevild uit mijn tas. Ik kijk er even naar, besluit dat ik hem niet nodig heb, en spreid hem dan uit over Emily’s graf. “Het spijt me.” zeg ik en ik merk dat de brok ik mijn keel weer terug komt. Vlug draai ik me om en begin te lopen. ’s Nachts ben ik in slaap gevallen terwijl ik wacht moest houden. Daarom heb ik maar een vacht afgekregen. Gelukkig brandde het brandvuur dat ik en Emily aan hadden gelegd door en daarom durfden de wolven en andere dieren niet dichterbij te komen. Toen het ochtend werd hebben we onze spullen gepakt, het vuur uitgemaakt en zijn we vertrokken. Het schemerde nog een beetje en er hing wat mist in de lucht. Misschien dat ik hem daarom niet aan heb zien komen.. Waarschijnlijk kwam het gewoon omdat ik niet goed genoeg oplette. Hoe dan ook, we werden van achteren aangevallen door een wolf, die zich eerst op Emily stortte. Ik wilde hem door zijn kop schieten maar net op dat moment probeerde Emily hem van zich af te schudden, waardoor ik haar raakte. Dwars door haar hoofd. Waarschijnlijk was ze toen meteen dood. Niet dat ik echt veel om haar gaf, maar.. Maar ze is nu dood, en dat is mijn schuld. Dat is me nog nooit gebeurd. Ik heb nog nooit een fout gemaakt wat wapens betreft. Het was altijd het enige waar ik op kon rekenen; mezelf en mijn wapens. En nu weet ik dat ik zelfs daar niet op kan bouwen. Ik sluit mijn ogen en frons. Nee, het is nu niet de tijd om mezelf te bekritiseren. Ik moet overleven. En ik zal overleven. Hoe dan ook.

    Jup, daar zijn ze nog steeds. :'3


    It is better to reign in hell than to serve in heaven.

    volgens mij waren ze officieel in de kledingwinkel (aangezien ze op kleren slapen en geen eten ofzo hebben) :8 ofja dat was in het begin mijn idee om ze in een kleren winkel te laten zijn en daar is Janine bij gekomen.

    en natuurlijk welkom terug_O_

    [ bericht aangepast op 19 feb 2012 - 20:51 ]

    Ethan Joseph Sicks
    'Nee nee,' ik leg mijn hand op Janine's arm en draai mijn hoofd naar haar toe. 'Niet gaan. We zijn je juist enorm dankbaar. Het was geen hint dat je moest gaan, ik begreep het gewoon echt niet. Maar je hebt wel gelijk, we hebben je ook nodig. Maar ik kan je natuurlijk niet dwingen bij Aiden te blijven als ik er, nou ja, niet meer ben.'
    Ik sluit mijn ogen en ga weer terug op mijn rug liggen. Genoeg gepraat voor nu, ik heb er geen kracht meer voor. Ik hoor mijn eigen ademhaling en het gepiep dat erbij hoort. Make it stop.


    Sorry dat kort is, maar ik moet weg.:3


    everything, in time

    Aiden
    Ethan zegt gelijk dat Janine niet weg moet gaan. Alleen zou ik helemaal niet kunnen overleven nu, en straks ook niet. Al mijn emoties hadden ervoor gezorgd dat ik nu zo moe was. Half slaperig keek ik naar Ethan die op zijn rug ging liggen, ik moest en zou bij hem blijven. Hij zou me niet weg krijgen, ook al smeekte hij het op zijn knieën. De piepende ademhaling sneed als een mes door me heen. Hij had gelijk toen hij zei dat hij niet meer kon. Maar hoe kon ik hem nou zo achterlaten. Hij verdiende dit niet! De koorts nam het langzaam weer van me over en ik rilde een keer. Ik trok een groot vest dicht over me heen in een poging het nog warm te krijgen. Ik nam plaats langs Ethan en sloot mijn ogen. 'Sorry Janine, ik ben dood op,' verontschuldigde ik me dat ik erbij ging liggen. Voorzichtig ging ik met een paar vingers langs Ethans arm. Hij had rust nodig en ik zou op hem moeten letten, helaas kon ik niet meer. Die verrekte koorts verhinderde mijn bewegelijkheid. Ik bleef het maar koud hebben. Ik hoestte nog een keer en lette weet op Ethan. Ik wou hem gewoon niet kwijt.

    Hoe oud is Ethan eigenlijk? :o
    En ik zeg maar even dat het een supermarkt is x)

    Eli Honeychurch - Survivor
    Rusteloos loop ik door de verwoeste straten. Moet ik in de stad blijven en naar andere overlevenden zoeken? Maar ik heb nooit de intentie gehad anderen te redden. Waarom zou ik? Ik moet eerst mezelf maar eens zien te redden. Zal ik dan de stad uitgaan? Maar was als het buiten in de wildernis nog erger is dan hier? Er zullen vast en zeker meer wolven zitten. Ondanks mijn twijfels stap ik stevig door en kijk om me heen of ik nog huizen of winkels zie die enigszins heel zijn gebleven. Vrijwel alles is echter grotendeels of geheel ingestort. Hier en daar brand of smeult er nog wat, ook al is het meeste gedoofd door de regen van gisteren. Dan doemt er achter alle puin ineens een groot, en wonder boven wonder heel gebouw op. Een supermarkt. Daar moeten gewoon wel bruikbare spullen liggen. Dat kan niet anders. Haastig loop ik er heen en stap door de gebroken ruiten. Binnen is het een flinke zooi, maar het gebouw is nog heel en er zijn geen wolven. Ten minste, dat hoop ik. Ik spits mijn oren en wil al doorlopen als ik niets hoor, maar merk dan toch een zwak geluid op. Een ademhaling. Een rasperige, piepende ademhaling die klinkt alsof er iemand op sterven ligt. Ik vernauw mijn ogen en tuur de winkel rond, maar zie niemand. Voorzichtig pak ik mijn pistool, voor het geval dat. "Hallo, is daar iemand?"

    volgens mij is hij 22 of zoiets heb ik mijn hoofd

    Aiden
    Er rollen nog een paar eenzame tranen over mijn wangen. Voorzichtig veeg ik ze weg en probeer weer op Ethan te letten. Zijn piepende ademhaling snijd door mijn hart. Ik ging hem kwijt raken en ik kon er niks aan doen.
    "Hallo, is daar iemand?" hoor ik na een tijdje. Een hoestbui verstoort mijn poging om te reageren. 'Hier een stukje verder,' weet ik tussen het hoesten door uit te brengen. Ik probeerde het vest nog verder over me heen te trekken, maar ik bleef het koud hebben. Gelukkig was Janine er en kon zij onze gast ontvangen, aangezien wij daar niet echt tot in staat waren. Ik rol me tegen Ethan, in een poging om hem nog zolang mogelijk bij me te houden. Waarom kon het niet iemand anders over komen? En nu was ik ook nog ziek en kon dus niks. Fijn geregeld! Ik kreeg de nijging om naar buiten te lopen en gewoon te schreeuwen. Waarom kregen wij al het pech, god wist toch dat we niks fout hadden gedaan?

    Janine 'Jainy' Amély Fride

    'Hallo, is daar iemand?' hoorde ik vanuit het begin van het huis. Aiden riep iets schors terug. Zelf sprong ik snel op en liep ik naar de plek waar de stem vandaan kwam. Daar stond een jonge vrouw, maar ik lette niet op hoe ze er uitzag. Ze had namelijk een pistool vast, en daar hield ik mijn ogen behoedzaam opgericht.
    'Wil je even binnenkomen?' vroeg ik aan haar zonder mijn ogen van het pistool weg te halen. Ik draaide me onzeker om, eigenlijk wilde ik niet met mijn rug naar het pistool weglopen. Misschien zou ze me wel in mijn rug schieten.
    Desondanks draaide ik me om en liep ik terug naar Ethan en Aiden. Ik verwachte dat de onbekende vrouw achter me aan zou lopen.
    Het leek me dat de jongens beide sliepen, maar desondanks wilde ik Ethan even vertellen dat er iemand was. Aiden had dat allang gemerkt.
    'Ethan? Er is iemand. Ik dacht dat je dat wel wilde weten.'


    It is better to reign in hell than to serve in heaven.

    Eli Honeychurch - Survivor
    Ik hoor een schor geroep en zet een paar stappen in de richting van het geluid, nog steeds met mijn pistool omhoog. Je kan nooit voorzichtig genoeg zijn. "Hallo?" roep ik nog een keer, maar dan zie ik ineens een meisje tevoorschijn komen. Jonger dan ikzelf, maar al duidelijk geen kind meer. Ik zie haar achterdochtig naar mijn pistool kijken en laat het vlug zakken want zelfs als ze me aanvalt kan ik het zo weer tevoorschijn trekken. En eerlijk gezegd ziet dit meisje er niet erg gevaarlijk uit. Ze kijkt een beetje moe en terneergeslagen uit haar ogen, en dat is gezien de omstandigheden niet heel vreemd. Ik volg haar en steek al lopende mijn pistool terug in zijn holster. Ze stopt en knielt neer bij een hoop kleren. Ik vernauw mijn ogen en zie dan dat er een magere jongeman tussen de kleren ligt. Even verderop ligt nog een jongen. De jongens, vooral degene waar het meisje bij zit, zien er allebei afgepeigerd uit. Ik slik en blijf ongemakkelijk staan. "Mijn naam is Eli." zeg ik dan. "Sorry van dat pistool, je kan nu niet voorzichtig genoeg zijn. Hoe heten jullie?"

    Janine 'Jainy' Amély Fride

    'Hallo Eli,' zei ik met een glimlach. 'Ik ben Janine, en dit zijn Aiden en Ethan.' Ik wees ze beide aan. 'Ik heb jou niet gezien in de bus die gecrasht is. Dat betekent dat jij uit dit dorp komt. En dat je weet of er ergens nog meer eten te vinden is.' Ik was misschien een beetje direct, maar ik dacht aan mijn eigen gezondheid, en die van Ethan en Aiden. Het enige wat wij hadden was een schaarse voorraad repen, en die zou snel opraken. We hadden zelfs bijna geen schoon water meer. Ik gokte dat de leidingen overal gesprongen waren. Want wat er ook gebeurd was in dit dorpje, het had vrijwel alles onherstelbaar beschadigd. Sommige pandjes waren bewoond gebleven, en ik gokte dat in vrijwel ieder huisje wel iemand zat.


    It is better to reign in hell than to serve in heaven.

    Eli Honeychurch - Survivor
    Ik glimlach voorzichtig en kijk even naar de jongens. Ze lijken te slapen, of misschien hebben ze wel geen zin om zich te laten zien. Als ze maar niet altijd zo moe en futloos zijn: ik heb geen behoefte aan zwakkelingen om me heen nu. Wat zal mijn volgende stap zijn? Blijf ik bij ze of ga ik weer weg? Ze hebben het alle drie duidelijk zwaar, maar moet ik het als mijn taak zien ze te helpen? Ik zie er absoluut niet naar uit me als een soort babysitter te gaan gedragen. Aan de andere kant, beiden jongens lijken ouder, of in ieder geval even oud als ikzelf. Waarom zouden ze een babysitter nodig hebben? Ze kunnen prima voor zichzelf zorgen, waarschijnlijk. Het feit dat ik meer van wapens weet dan de meeste mensen om me heen betekent niet dat ik boven ze sta, dat wil ik nog wel eens vergeten. Hoe dan ook, waarschijnlijk is het nu het veiligst om hier te blijven. Ik kan me altijd nog bedenken. "Ik heb jou niet gezien in de bus die gecrasht is. Dat betekent dat jij uit dit dorp komt. En dat je weet of er ergens nog meer eten te vinden is." Ik wend mijn blik af van de jongens en kijk Janine aan. "Veel eten is er niet meer te vinden. Ik ben al veel winkels langs geweest maar vrijwel alles is ingestort. Vooral groentes zijn schaars. Aan vlees valt wel te komen, als je snel genoeg bent." Ik werp een blik over mijn schouder, naar de schappen van de supermarkt. "Weet je zeker dat hier niets eetbaars meer is te vinden?"

    Ethan Joseph Sicks
    Ik hoor allerlei geluiden en ik begrijp dat er zojuist nog iemand is binnengekomen. Fijn om te weten dat er toch nog meer levenden zijn. Het meisje, of de vrouw, en Janine praten wat en Janine laat me even weten dat er nog iemand is, de schat. Ik wil mijn ogen openen om de nieuwe persoon te zien, maar mijn ogen hebben andere plannen, zij blijven lieer dicht en dus steek ik alleen mijn hand slapjes op.
    Dan krijgen ze het over eten en ik voel mijn maag meteen omdraaien. Praat me niet over eten, bah, dat is wel het laatste waar ik zin in heb. Na doodgaan natuurlijk. Ik kreun zachtjes van de misselijkheid en dwing mijn lichaam overeind te komen, gelukkig staat er een balk achter me waar ik zittend tegenaan kan leunen. Ik wrijf door mijn ogen en eindelijk lukt het me ze te openen, waardoor ik het nieuwe meisje zie.
    'Wat zei je dat haar naam was?' vraag ik met een zachte, hese stem aan Janine. Ik kan me niet meer herinneren of ze de naam al wel of nog niet had gezegd dus vragen kan vast geen kwaad.
    'En zou dat gesprek over eten misschien ergens anders mogen?' de nieuweling vindt me nu vast een verwende snotaap of een irritant ventje, dat niet eens over eten kan praten omdat het te verleidelijk is. Ze moest eens weten.


    everything, in time

    Aiden
    Schijnbaar was ik ondertussen in een lichte slaap gedoezeld. Mijn lichaam had rust nodig, maar helaas kwam het er niet van. Het maakte me niet uit wat andere ervan dachten, ik was nu eenmaal ziek en kon er niks aan doen. Als ik wakker was deed het pijn om Ethan te zien, ik zou hem snel kwijt raken. Te snel als je het mij vraagt. En als ik sliep kwam er wel een of andere nachtmerrie die me niet met rust liet totdat ik weer wakker was. Dit was gewoon killing, voor mij. Ik kon het niet aan wat er met Ethan gebeurde en om dan mezelf er bij te krijgen is niet echt prettig. Ik zie dat Ethan is gaan zitten en volg zijn voorbeeld. Versuft kijk ik het meisje, of eerder vrouw aan. Het kon me niet schelen wat ze dacht. Niet veel later raakte ik verstrikt in een hevige hoestbui, het galmde verschrikkelijk door het pand en leek niet te stoppen. Gelukkig kwam er wel een einde, maar helaas was ik daardoor niet veel verbeterd. 'Sorry,' verontschuldig ik me schor en ging weer liggen. Ik probeerde me zo goed mogelijk in de kleren te draaien om mijn lichaam warm te houden. Ik was moe, verschrikkelijk moe.

    Eli Honeychurch - Survivor
    Verbaasd kijk ik op als een van de jongens zich naar me omdraait en me aankijkt. Zijn ogen staan glazig en dof, hij lijkt moe. Mijn instinct vertelt me echter dat er meer aan de hand is. De manier waarop hij praat, hoe hij er uit ziet.. Wat hij ook onder de leden heeft, ik hoop dat het niet besmettelijk is. "Wat zei je dat haar naam was?" Ik trek een wenkbrauw op, waarom vraagt hij het niet direct aan mij? Ik bijt toch zeker niet. "En zou dat gesprek over eten misschien ergens anders mogen?" Door de nasale klank van mijn stem klinkt hij wat zeurderig, maar ik houd me in en zeg niets. Voor hetzelfde geld hebben deze mensen al dagen niets te eten gehad, dan kan ik me ook voorstellen dat het niet prettig is continu aan je honger herinnerd te worden. "Mijn naam is Eli." antwoord ik voordat het meisje dat voor mij kan doen. Nu komt ook de andere jongen overeind en kijkt me verdwaasd aan. Ik glimlach grimmig en wil vragen of ze honger hebben als de jongen ineens begint te hoesten. Het klinkt alsof hij zijn longen haast naar buiten rochelt en opgelaten wacht ik tot zijn rasperige ademhaling weer iets is gestabiliseerd. "Gezondheid.." zeg ik zo vriendelijk mogelijk. Ik weet niet wat er aan de hand is met deze mensen, maar er is iets goed mis. Ze zijn niet gewoon terneergeslagen zoals Emily was, en zoals ik ben; ze lijken de drang om te leven haast te zijn verloren. Die drang is het enige waar ik me in deze tijden aan vast klamp. Ik blijf even zwijgend staan en richt me dan tot het hoopje mens op de grond. "Hebben jullie honger? Als er in deze winkel niets eetbaars was.. Ik kan wel wat klaarmaken, eventueel?"