• In een heel ver verleden, een tijd die iedereen alweer vergeten is, bestond deze planeet naast de mensheid nog vol met magie en diens magische wezens, wat we nu allemaal afdoen als mythes en legendes.

    Maar de mensheid is een jaloerse soort.
    Ze werden jaloers op de magische wezens die wel allemaal een magische gaven hadden waar de mensen alleen maar over konden dromen.
    Blind van jaloezie zochten de mensen uiteindelijk naar sprankeltjes overige magie, duistere magie.
    In combinatie met vooruitstrevende technologie creëerden de mensen mechanische monsters, die bezeten door duistere krachten de jacht opende op alle magie.

    Maar de magische wezens versloegen de duistere mechanismen uiteindelijk en een korte tijd van vrede en rust keerde terug op deze planeet, jammer genoeg niet voor lang.
    Nog kwader dan voorheen bonden de mensen hun verworven duistere magie bij elkaar en ontwikkelden zo een vloekgolf die alle andere magie weg zou vagen.
    Van Engelen tot Demonen, van Kabouters tot Draken, ieder voelde de dreiging van deze vloek en vielen ze één voor één ten prooi.
    De vloek was zo sterk dat het niet alleen de wezens wegvaagde, maar ook alle energiebronnen van magie die zich tot diep in de wortelen van de aarde had gegraven.

    De mythische wezens probeerden te vluchten, maar uiteindelijk redde maar een aantal soorten het tot een uithoek waar ze voorlopig veilig dachten te zijn.
    Hier hielden ze een besluit, een besluit om hun eigen zielen en de essentie van hun wezen te verplaatsen in een aantal edelstenen en mineralen,de zogenaamde zielstenen om zo verborgen te blijven voor de duistere mensen met hun vloek en bezeten mechanismen.
    En zo verdwenen ze, samen met hen het laatste beetje magie meenemend.
    En tot de dag van vandaag liggen de zielstenen nog steeds op diens plek, geen enkel dier of verdwaald mens heeft hen ooit van diens plek weten te krijgen, vanuit een oude, vervallen kapelruïne.

    Deze tijd in Noorwegen :
    Een groepje natuuractivisten en ontdekkers hadden via globale satellieten iets vreemd opgepikt.
    Iets wat er nog niet eerder was maakte opeens diens opmars aan het aardoppervlakte.
    Zo kwamen ze uit op de plek die allang vergeten was, onkruid had de ruïne overwoekerd en nog erger te doen laten vervallen.
    Maar de edelstenen waren nog steeds daar.
    Na een aantal testen ter plekke kwamen ze erachter dat ze nog nooit zoiets mee hadden gemaakt als dit, het was een totaal andere stof dan voor ons mensen bekend was.
    Maar naarmate ze dichterbij kwamen voor meer onderzoek gebeurde er iets.
    Één voor één begonnen de stenen te gloeien en voor de wetenschappers iets konden doen schoten de stenen los met een krachtige pulserende explosie, waarna ze, ieder diens eigen weg ging de wereld rond.
    Wetenschappers schreven het naar de buitenwereld om als een buitensporige verschijning van de Aurora Borealis, maar onder hen was een Aloude en die wist wel beter.
    Die wist dat de stenen op zoek gingen.
    Ieder op zoek naar de juiste persoon.
    De persoon die diens magie zou ontketenen en weer terug zou brengen op aarde.

    En die werden gevonden, mensen verspreid over de gehele wereld werden begaafd met de eigenschappen van een mythisch dier, het dier dat zij moeten bevrijden.
    Om zo weer over de aarde rond te kunnen dwalen.
    Maar ze moeten oppassen, want de mensen van aloud komen in opmars en hun onsterfelijke en sterfelijke volgelingen zouden alles op alles doen om de mensen met de zielstenen te stoppen, voor de magie weer in diens geheel terug zou keren naar aarde.
    Lukt het de uitverkorenen voor de zielstenen om de magie op tijd te ontketenen ?


    Verdere informatie

    Waar begint de RPG ?
    Deze RPG begint eigenlijk overal ter wereld, maar wanneer de persoon in aanraking komt met de steen worden ze allemaal naar de kapelruïne geteleporteerd waar de stenen voor lange tijd verborgen waren gebleven.

    Is er een vaststaande verhaallijn voor deze RPG ?
    Ja, ik ben naast mijn eigen Soulstone ook de leider van de alouden die mee doen, die krijgen af en toe via een privé bericht hun orders door.
    Daarnaast moeten de steenbezitters een manier gaan zoeken om de essentie van hun stenen waarin de ziel van de magische wezens gevangen zitten te bevrijden.

    Hoe zien de stenen eruit ?
    De stenen zien eruit zoals kenmerkend is voor hun soort en ze passen mooi in het midden van je handpalm zonder de vingers mee te rekenen.
    De stenen kunnen tevens niet kapot geslagen worden of gebroken worden, ze zijn geheel onschadelijk zolang de drager leeft en zich aan de regels houd.
    Tevens zijn ze 100% helder.
    En niemand heeft dezelfde steen, dit is ook niet mogelijk aangezien er van elke maar één bestaat en elke persoon kan ook maar één steen gebruiken.

    Hoe veranderd de steen me ?
    Dit kan in meerdere opzichten, de veranderingen hoeven nog niet direct op te treden, dit kan ook later gebeuren en de manier waarop dit gebeurd is ook totaal verschillend van elkaar; gaat het bijv. snel en pijnloos of lang en kwellend ?
    Daarbij krijg je altijd sowieso één verandering van de essentie van het wezen dat zich in je steen schuil houdt.


    Hoe moet je de steen bij je dragen ?
    Zodra je geteleporteerd bent naar de oude ruïne liggen daar speciale handschoenen, waar jij je steen aan vast maakt bovenop, waar die ook niet uit kan vallen.
    De handschoenen zijn van leer, maar het mechanisme waarmee de steen vastzit is van zilver of van goud gemaakt.
    De handschoen eenmaal aan kan die niet meer af tot de opgesloten ziel van de steen eruit is.
    Verder mag je zelf weten hoe ze er verder uit zien, lange handschoenen, korte handschoentjes, extra riempjes, de kleur, etc.

    Verdere vragen kunnen altijd gesteld worden.



    HEEL ERG BELANGRIJK > HIER HET OVERZICHT VAN DE SOULSTONES EN DE INFORMATIE EROVER !

    Soulstones

    Mannen :

    * Weerwolf ~ Aaron Pierce Cleveland ~ Kodaline
    * Draak ~ Alex Lucas Salvatore ~ Mitovi
    * Centaur ~ Hayden Bran Brooks ~ Delahaye
    * Demon ~ Nicolas Matthew Mc.Down Fleeko
    * Eenhoorn ~ Gereserveerd voor Roww



    Vrouwen :

    * Fee ~ Allyssee Aphrodite Grimm ~ DreamerN
    * Elf ~ Hera Noëmi Langley ~ Hylla
    * Meermin ~ Hailey Alice Morgan ~ Merrow
    * Feniks ~ Hedwig Ivy Sol ~Lake
    * Heks ~ Caritate Mansue May ~ Traitor
    * Engel ~ Violet Aurora Smith ~ VladiFerr



    Alouden

    mannen :

    * Belial Lucius Constantine ~ DreamerN (leider)
    * Helio Frederick Moreau ~ Hylla


    Vrouwen :

    * Addelynn Rae Hastings ~ Maniae
    * Gereserveerd voor Merrow





    Regels

    • Geen oneliners, minimaal 6 zinnen.
    • 16+ is toegestaan, evenals vloeken (Maar hou het zelfs dan nog wel netjes ;])
    • OCC aangeven met [] {} Of met een andere kleur.
    • Max. 2 personages per speler
    • Ernstig verwond/ vermoord niet andermans personage zonder met die te overleggen in een PB
    • Graag de naam van de Personage waarop het stukje slaat erboven, zodat het makkelijk te zien is vanuit welk personage het geschreven word.
    • Ben je even afwezig voor een bepaalde tijd (langer dan 2 dagen) ? Meld het dan !
    • Alleen ik maak nieuwe topics aan, tenzij ik iemand het recht geef om er eentje voor me aan te maken.


    Rollentopic
    Speeltopic 1
    Rollenstory

    [ bericht aangepast op 12 juli 2013 - 16:32 ]


    Credendo Vides

    Rydel schreef:
    (...)

    [Ik wacht nog op Cheryl en Lene. :/]


    Ik ga proberen dit weekend te reageren. (:


    kindness is never a burden.

    Cuthalion schreef:
    Hayden Bran Brooks

    Het bruinharige meisje dat binnenkomt kijkt voorzichtig mijn richting op. Ja, ik weet het, ik zie er nu vreemd uit en ik weet ook echt niet hoe het komt. Ook ik kijk haar verbaasd aan, want ik had eigenlijk niet verwacht dat hier nog iemand zou opduiken. Zou zij ook op een vreemde wijze hier opeens terecht zijn gekomen?
    Maar voordat ik iets kan doen naar dat meisje, komt er een ander meisje binnengelopen, alleen was zij blond. Ze leek ons niet meteen door te hebben, maar toen ze ons zag, kwam ze met stevige stappen op mij af.
    'Hallo?' zei ze. 'Kan iemand me vertellen waar ik ben? Ik ben Violet Smith,' zei ze gelijk daarna. 'En jij bent?' Ze stak haar hand naar mij uit.
    Ik bleef even aarzelend voor haar staan, voordat ik haar hand aannam. Nog iemand hier, die ook niet leek te weten waar we waren. Gosh, kregen we nog een keer te weten wat we hier deden?
    'Ik ben Hayden,' zei ik. Het meisje gaf me een indruk dat ik haar zou moeten kennen, maar ik zou eerlijk gezegd echt niet weten, waar ik haar dan van zou moeten kennen.
    'En ik heb ook echt geen flauw idee wat we hier doen. Wie ben jij trouwens?' vroeg ik daarna aan het bruinharige meisje.


    Caritate Mansue May
    Er kwam nog een meisje, of eigenlijk al vrouw, binnen. Ze was blond en ik kreeg de indruk dat ik haar ergens van kende.
    Whenever, toen de tweetal begon te praten liep ik naar de tafel toe. De tafel lag bezaaid met handschoenen. Alle soorten en maten.
    Maar een ding hadden ze gemeen. Elk handschoen had een metalen houdertje. Precies groot genoeg voor mijn steen.
    Ik liep rond de tafel en bestudeerde de handschoenen. Ik kon nog net opvangen dat de meisje/vrouw Violet Smith heette.
    Dus daar kende ik haar van! Ze was die actrice en presentatrice. De man bleek Hayden te heten.
    Opeens hoorde ik dat Hayden zich naar mij wendde.
    'Wie ben jij trouwens?' vroeg Hayden
    'Caritate May,' stelde ik me voor 'Maar je mag me Cari noemen.'
    Ik legde mijn helm op de grond en pakte een handschoen op.

    [DreamerN, zou de steen ook kunnen splitsen en dat de kleine steentjes op de handschoen worden bevestigd? Zoals hier.]


    The future belongs to those who believe in the beauty of their dreams.

    Ik ga dit weekend, en anders maandag, eens echt een start maken met Ava. Ik ben al veel te lang inactief geweest :'D


    “If you can smile when things go wrong, you have someone in mind to blame.”

    Traitor schreef:
    (...)

    [DreamerN, zou de steen ook kunnen splitsen en dat de kleine steentjes op de handschoen worden bevestigd? Zoals hier.]


    {Hoe zien de stenen eruit ?
    De stenen zien eruit zoals kenmerkend is voor hun soort en ze passen mooi in het midden van je handpalm zonder de vingers mee te rekenen.
    De stenen kunnen tevens niet kapot geslagen worden of gebroken worden, ze zijn geheel onschadelijk zolang de drager leeft en zich aan de regels houd.
    Tevens zijn ze 100% helder.
    En niemand heeft dezelfde steen, dit is ook niet mogelijk aangezien er van elke maar één bestaat en elke persoon kan ook maar één steen gebruiken.

    Het staat gewoon bij de informatie peoples ;) }


    Credendo Vides

    [Lake --> Paynez.

    I'm so sorry.]


    Reality's overrated.

    {DreamerN, zou je misschien de het juiste rollentopic in de begin post willen plaatsen?
    Helpt wel als je even naar een rol wilt kijken. Anders moet je je rot zoeken naar het rollentopic.}


    Stenenlikker

    Hayden Bran Brooks

    De andere vrouw, want ja zo kon je beide vrouwen toch beter noemen, gezien ze niet echt meisjes meer waren, was ondertussen naar de tafel gelopen. Geboeid stond ze naar de handschoenen op de tafel te kijken en de steen in een van haar handen. Toen ik haar vroeg hoe ze heette, draaide ze zich naar mij om.
    'Caritate May,' stelde ze zichzelf voor 'Maar je mag me Cari noemen.'
    'Hoi Cari. Ik heet trouwens Hayden voor het geval je dat nog niet gehoord had. Hayden Brooks, een doodnormale Kiwi.'
    Ondertussen legde Cari haar helm op de grond en ze pakte een handschoen van de tafel. Ik vroeg me eigenlijk af, waarom ze die helm bij zich had. Totdat ik besefte dat ze een handschoen pakte.
    'Ik zou dat niet doen als ik jou was,' begon ik. Wie weet dat er ook wat vreemds met haar gebeurde, liever wilde ik haar dat besparen. Ik voelde voorzichtig aan mijn oor. Ik bleef het echt zeer vreemd vinden dat die opeens veranderd was.
    'Want het doet geloof ik vreemde dingen met je,' maakte ik mijn waarschuwing af.


    Stenenlikker

    Violet Aurora Smith.

    'Ik zou dat niet doen als ik jouw was' zegt Hayden. Ik kijk met opgetrokken wenkbrauwen naar de vrouw genaamd Caritate.
    Ze had een handschoen in haar hand. Die leken me nu pas optevallen.
    'Want het doet geloof ik vreemde dingen met je' zegt Hayden. Ik krijg een kleine glimlach op mijn gezicht. Wat kon ren handschoen nou weer voor vreemde dingen met je doen?
    Ik wil dat net gaan vragen als ik zijn hand naar zijn oor zie gaan. Ik kijk voor een paar seconden naar het paardachtige oor dat achter zijn lange bruine haren zat verscholen. Ik slaak een gil en doe een grote stap naar achter. Met een puntige vinger wijs ik naar zijn paardenoor.
    'Holy shit!' snauw ik. 'Wat is er in hemelsnaam met je oor!?'
    Ik doe weer een stap naar voren en sta nu recht voor hem. Ik duw zijn haar aan de kant en zie het rare oor.
    'Oh my gosh!' zeg ik zacht. Ik laat zijn haar weer los en loop dan naar de handschoenen. Ik passeer handschoen, na handschoen. Maar bij de allerlaatste blijf ik staan. Gebiologeerd kijk ik naar de witte handschoen met lichtpaarse patronen erop. Het was een kleine handschoen. Tot aan mijn pols. Ik vergeet totaal wat ik net bij Hayden had gezien en pak voorzichtig de handschoen. Ik draai het om en zie een soort van houder in de handpalm. Ik pakte de diamant. Voorzichtig doe ik de handschoen aan en doe ik de diamant im het houdertje. Er gaat een lichte glans over de steen. Verbaasd en toch geïnteresseerd kijk ik ernaar. Plots voel ik een helse pijn in mijn rug. Ik gil het uit als ik het gevoel krijg dat mijn rug openbarst. Ik word even de lucht ingetild en val dan met een harde klap op de grond. Gapend naar adem kom ik overeind. Ik voel iets raars op mijn rug. Ik draai mijn hoofd zo ver mogelijk. Op mijn rug zaten twee prachtige violet kleurige vleugels. Mijn haar was asblond. Ik val op mijn knieën en laat mijn hoofd in mijn hand vallen.
    'Wat gebeurd er met me en wat is dit voor plek!?' roep ik.


    "Rebellion's are build on hope"

    Aaron Pierce Cleveland - 21 - Weerwolf - Ruïne, Noorwegen.
    Hera haalde haar schouders op toen Aaron haar vroeg of alles goed was. Ze keek ietwat treurig en Aaron vertraagde zijn pas zodat ze naast elkaar liepen. Hij keek even naar het gezicht van de vrouw en dacht toen na. "Morgen kunnen we opzoek gaan naar de dichtstbijzijnde stad of het dichtstbijzijnd dorp. Ik vrees dat we vanavond onder de blote hemel zullen moeten slapen."
    Aaron merkte dat hij beter in het donker kon zien dan vroeger, wat hem verbaasde. Veel zocht hij er niet achter, want het was wel handig. De man stelde nooit veel vragen bij handige zaken. Zo had hij al snel het vuurtje opgespoord. Hij keek naar Hera en grijnsde, maar zij zag er wat gestrest uit. Naar mate ze dichter kwamen werd het vuur duidelijker zichtbaar en Aaron voelde de warmte ervan al toen hij zich achter een boom verstopte, zodat hij kon kijken of daar een vriend of vijand zat. Aaron herkende Hailey onmiddellijk en hij kwam vanachter de boom vandaan.
    "Hailey!" riep de man verrast en lachte. Het duurde even voor de vrouw zich omdraaide en naar Aaron keek. Maar wanneer ze dat deed verscheen er meteen een brede glimlach om haar lippen.
    "Aaron!" Ze sprong overeind en vloog hem om de nek. Net toen hij aanstalten maakte om wat te zeggen drukte Hailey een vluchtige kus op zijn mond. Aaron kon niet ontkennen dat hij verrast was, maar lang om erover na te denken kreeg hij niet want Hailey sprak meteen: "Je wilt niet weten hoe blij ik ben om je te zien."
    Aaron lachte en sloeg zijn armen ook om haar heen. "Ik was je kwijt! Je weet niet hoe bezorgt ik was!" zei Aaron op zijn beurt en wierp toen een blik op Hera, die wat onwennig van hen afstond. Ook Hailey leek Hera op te merken en ze lachte zacht. Even viel er een ongemakkelijke stilte waarna Hailey opnieuw, "Echt waar, ik ben zo blij je te zien," zei.
    "Dit is Hera," stelde Aaron Hera glimlachend voor toen bleek dat ze zelf niet al te veel zei. Hij besloot niks over het vreemde voorval met het bloed te zeggen tegen Hailey. "We uh-" Aaron zocht naar de juiste woorden om te omschrijven hoe ze elkaar hadden ontmoet. Hij wilde in geen geval vertellen dat hij op Hera was gevallen. "We kwamen elkaar tegen boven op de heuvel bij de ruïne en toen zagen we je vuur.," besloot hij dan maar en knikte in de richting van de ruïne. Vervolgens haalde de man zijn schouders op. "Het is nogal frisjes daarboven."
    Haileys blik gleed naar het vuur. "Kom erbij zitten. De warmte zal jullie deugde doen." Aaron glimlachte en haalde zijn armen toen van Hailey's rug, aangezien hij de vrouw nog steeds vast had.
    "Graag." Aaron liep al naar het vuur en wenkte Hera toen. Hij besefte dat hij Hailey nog niet aan Hera had voorgesteld dus voegde daar nog snel, "Oh, dit is trouwens Hailey," aan toe. Niet wetend wat er verder nog te zeggen viel over de blonde vrouw ging Aaron bij het vuur zitten en wreef met zijn handen in elkaar om ze vervolgens voor het vuur te houden.

    |Urg, ik heb in eeuwen niet meer geschreven. Het spijt me zo! D': |


    kindness is never a burden.

    {Arianna is vrij voor gesprek}

    Arianna Amarante Lira Jones || Pegasus
    Ik haal trillerig adem. De pijnscheuten in mijn rug blijven doorgaan, en waar de vleugels uit mijn rug komen, blijft een branderig gevoel ontstaan. Gelukkig is het niet meer zo aanwezig en is het makkelijker te negeren. Ik schud mijn hoofd, en blijf even kijken om de verschillende silhouetten in me op te nemen. Ik ben niet de enige die een verandering in zijn uiterlijk heeft doorgaan, dat zie ik meteen. Mensen met vleugels van vlinders en vlammende ogen zijn niet uit de lucht. Ik ril, al heb ik het vaak niet snel koud. Dit is niet het warme Brazilië waar ik vandaan kwam, en mijn korte broekje en korte t-shirt bedekken niet veel. Dan besef ik ineens iets. Waar is mijn rugzak? Ik begin om me heen te zoeken, ook deels omdat het mijn gedachten van dit alles afschermt. Uiteindelijk vind ik hem. Vlak bij een uitstekende rots, zeker weggeslingerd toen ik hier plotseling heen kwam. Het is een mooie rugzak voor backpackers en reizigers, maar ik kan hem niet meer omdoen door mijn vleugels. Ik graai erin, en pak mijn fototoestel eruit. Gelukkig, een van mijn meest waardevolle bezittingen heeft het overleefd. Ik hang hem om mijn schouders, en mijn rugzak hou ik in mijn hand.
    Erg blij met de hereniging van mijn dierbare fototoestel, blijf ik op de rots zitten waar mijn rugzak bij lag. Ik knijp in mijn arm, maar wakker wordt ik niet. Verderop zie ik een vuurtje. Ik twijfel, maar loop erop af, en zie silhouetten afsteken tegen de donkere lucht. Ik loop er met een vastberaden pas heen, de knoop in mijn maag negerend. "Hoi," zeg ik, en ik steek onwennig een hand op. "Goed volk." Zeg ik voor de gein, om de lading die in de lucht hangt wat af te zwakken. "Weet een van jullie, nou ja, misschien waar we zijn?" Vraag ik, en ik kijk afwachtend naar de mensen op.


    Tijd voor koffie.

    Adelynn “Addie” Rae Hastings
    Frederick, de klootzak, zucht overdreven. 'Kan je niet gewoon je mond houden? Wat is het nut van drie uur in een auto te zitten om naar een ziekenhuis te gaan, waar je dan hoogstwaarschijnlijk nog eens zes uur zal mogen wachten vooraleer ze het willen behandelen, als vlak voor je neus een dude hebt zitten die vijf jaar geneeskunde heeft gestudeerd?'
    'Misschien het feit dat ik jou voor geen meter vertrouw,' bijt ik hem toen. 'En vijf jaar lang geneeskunde gestudeerd te hebben maakt je nog dokter.'
    Niet veel later knapt er iets in me. Ik vloek luid en pak in een vlag van woede het lampje van het nachtkastje en smijt die tegen de muur. Frederick negeert natuurlijk alles.
    Hij legt een handdoek om mijn voet heen, om vervolgens een pincet uit de doos pakt en daarmee de glassplinters uit mijn voet haalt.
    'Kijk, hechtingen ondergaan zonder verdoving valt echt wel nog mee. Er bestaan ergere dingen in de wereld. Oké, het doet pijn, maar dat doet het nog meer als het begint de ontsteken.' Ik kijk hem alleen maar woedend aan en reageer voor de rest niet op wat hij zegt. Hij trekt nog enkele glassplinters uit mijn voet en ontsmet daarna de wond. Voor ik nog kan protesteren begint hij mijn voet te hechten. Het is ontzettend verleidelijk om hem een trap tegen zijn kop te geven, maar dan doet mijn voet waarschijnlijk meer pijn. De pijn is nu al zo erg dat ik zo hard op mijn lip bijt, dat die begint te bloeden en er prikken tranen in mijn ogen.
    Zodra hij klaar is duw ik hem bij mij vandaan en pak ik mijn koffer. No way dat ik hier nog langer ga blijven. Ik stop de weinige spullen die ik uit mijn koffer had gehaald, er weer in. Terwijl ik met één hand schone sokken en sneakers aan trek, zoek ik op mijn mobiel naar het nummer van de dichtstbijzijnde taxicentrale. Ik werp Frederick nog een laatste woedende blik toe, waarna ik mijn koffer en handtas pak en de kamer uitloop.
    Beneden aangekomen begin ik de taxicentrale te bellen, terwijl ik mijn jas aantrek. 'Ik wil graag een taxi hebben naar het vliegveld,' zeg ik in Engels.
    'Wat is uw adres?'
    'Eh.' Ik pijnig mijn hersens even, waarna ik toch op het adres kom en die doorgeef.
    'Hmm, normaal gesproken zou het een tijdje duren voor een taxi om daar heen te rijden, maar er is nu een taxi ongeveer een uur van u verwijdert.'
    'Oh, dat is geweldig.' Hoe eerder die taxi hier is, hoe eerder ik hier weg ben.
    We ronden het gesprek af, waarna ik op hang. Ik besluit buiten te gaan wachten. Het is misschien wel ijskoud, maar dat is beter dan nog langer in dit huis te moeten zijn met die eikel.


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    { Hoe is de stand van zaken met de persoontjes die bij Allyssee staan ? :P
    Een post met Belial komt binnenkort, wellicht vanavond, als ik mijn oppaskinderen in bed heb gelegd XD }


    Credendo Vides

    DreamerN schreef:
    { Hoe is de stand van zaken met de persoontjes die bij Allyssee staan ? :P
    Een post met Belial komt binnenkort, wellicht vanavond, als ik mijn oppaskinderen in bed heb gelegd XD }


    [Omg, dat wordt nog wat xd.
    Komt Belial straks bij dat huis aan, ziet hij Addie buiten in de kou zitten :')

    Edit: Oh, misschien zou hij in die taxi kunnen zitten waar Addie op wacht. Al vind ik Belial niet het taxi-type a.]

    [ bericht aangepast op 30 juni 2013 - 0:39 ]


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    {Ik ben weg voor een week. Maandag weg Vrijdag terug.
    Ik ga op schoolkamp =) }


    The future belongs to those who believe in the beauty of their dreams.

    { Haha, Belial is inderdaad helemaal geen taxitype, daar ergert hij zich alleen maar aan. (; }

    Belial Lucius Constantine ~ Leeftijdloos ~ Leider van de Alouden ~In zijn privéjet

    Op mijn gemak zat ik in de jet die bestuurd werd door een loper van mij die ik erg vertrouwde.
    Hij was onsterfelijk en had me al een heel groot gedeelte van zijn leven mij gediend, misschien al wel vanaf het begin
    Hij had nog nooit geklaagd en dat is maar goed ook, want het zou moeilijk worden om een vervanger voor hem te vinden.
    Hij was zeg maar mijn nummer één handyman, iemand die alles voor me doet en bijna alles op kan lossen wat ik hem vraag.
    Naast me had mijn mechanische vriend op diens eigen plekje een lekkere positie gevonden om in te liggen en zijn snorren klonk als een heerlijke geoliede motor, waarmee hij het geluid van de jet overstemde, wat me meer op mijn gemak stelde dan welk ander geluid hier dan ook.
    Ik keek uit het raam en ontdekte dat we Denemarken net achter ons gelaten hadden.
    “Nog even en dan zijn we in Noorwegen.” Mompelde ik voor me uit tegen niemand in het belangrijk.
    Zuchtend pakte ik een krant en scande op het nieuws van de afgelopen tijd.
    Niets bijzonders, weer een of andere terroristen groep dacht dat die alles kon bezoedelen en een aanslag kon plegen op een fabriek, waar natuurlijk heel veel gewonden bij waren gevallen.
    Natuurlijk is het sneu, maar verder boeit het me niet echt.
    Ik heb momenteel andere dingen om me druk over te maken.
    Over waarom ik nog geen bericht gekregen had over de stand van zaken van de uitverkorenen.
    Maar je zult het altijd zien, het vuile werk moet je altijd zelf opknappen, ook al heb je honderden mensen onder je staan.
    Één of andere politici die het weer nodig vond om een aantal sommen geld achterover te schuiven en een sportteam die een bijzondere prestatie had geleverd.
    Nog iets over derde wereld kinderen en ik legde de krant al snel naast me neer.
    Waarna ik tot mijn genoegen erachter kwam dat de landing al ingezet werd.
    Fijn, nu zouden we heerlijk landen op mijn privé landingsbaan naast mijn huis hier, waar ik mezelf eerst weer bekend zou maken met het huis, oftewel, ik zou een aantal huishoudsters aan het werk zetten die waarschijnlijk niets anders deden dan roddelen in plaats van schoonmaken en onderhouden, voor ik naar een aantal aloude zou stappen die hier ook in de buurt zaten om polshoogte te nemen.
    Terwijl ik uitstapte keek ik naar het grote huis dat voor me opdoemde.
    Het zag er goed uit, precies zoals een landhuis eruit hoort te zien.
    Een aantal van het personeel stonden me buiten al op te wachten en sommigen vluchtten zich al naar me toe om mijn bagage uit de jet te halen.
    Binnen was het schoner dan ik verwacht had, aangezien ik nog meer kortgeleden had laten weten dat ik kwam.
    Één van de meisjes was nog bezig met poetsen en ik kon aan haar uiterlijk al zien dat ze niet ouder was dan achttien, vast één van de dochters van mijn vaste huishoudsters.
    Het landhuis was bijna precies zo ingericht en opgebouwd als mijn landhuis in de buitenkring van London, dus ik voelde me al snel op mijn gemak, voor zover dat kon.
    “Nu is het tijd om antwoorden te gaan halen.” En ik gebaarde naar mijn nummer één butler.
    “Rij een auto voor, ik moet ergens op bezoek.” Waarna hij boog en ging doen wat ik hem had opgedragen te doen, wat een heerlijk gevoel achterliet, macht.

    De auto die buiten op me wachtte was een zwarte Bentley die ik eerlijk gezegd best gemist had, natuurlijk had ik in London ook wel auto’s, maar deze was toch best speciaal voor me.
    Het interieur had ik naar mijn eigen hand aangepast en er was een computersysteem in gebouwd waarop ik van alles kon volgen.
    Beveiligingscamera’s, radars, schema’s en alle informatie over de uitverkorenen die we tot nu toe hadden, wat tegen mijn smaak in veel te weinig was.
    “Bruce, doe er nog maar een schepje bovenop.” Zelden sprak ik mijn butler aan bij diens naam, maar ik wist dat het meer vruchten af wierp als jij je onderdanen af en toe bij diens naam noemde, dat schiep een soort vertrouwen bij hen, aangezien ze dan dachten dat ze belangrijk waren omdat ik hun naam had onthouden.
    Nog geen vijf minuten daarna draaiden we en oprit op en hield de auto met gierende banden stil voor een huis.
    Ik had mijn bestemming bereikt.
    Bruce deed de autodeur voor me open en ik stapte naar buiten, niet lettend op de ondergaande zon die recht in mijn ogen scheen op dit tijdstip.
    Bij de deur zag ik een jonge vrouw zitten die ik herkende van één van de foto’s die ik door gescrold had samen met de dossiers in de Bentley, dit moest Addelynn Rae Hastings zijn.
    Ik besloot het haar maar direct te vragen, hadden we dat ook weer gehad.
    “Waarom heb ik niets ontvangen over de stand van zaken en waar denk je heen te gaan ?”

    [ bericht aangepast op 30 juni 2013 - 14:47 ]


    Credendo Vides