• In een heel ver verleden, een tijd die iedereen alweer vergeten is, bestond deze planeet naast de mensheid nog vol met magie en diens magische wezens, wat we nu allemaal afdoen als mythes en legendes.

    Maar de mensheid is een jaloerse soort.
    Ze werden jaloers op de magische wezens die wel allemaal een magische gaven hadden waar de mensen alleen maar over konden dromen.
    Blind van jaloezie zochten de mensen uiteindelijk naar sprankeltjes overige magie, duistere magie.
    In combinatie met vooruitstrevende technologie creëerden de mensen mechanische monsters, die bezeten door duistere krachten de jacht opende op alle magie.

    Maar de magische wezens versloegen de duistere mechanismen uiteindelijk en een korte tijd van vrede en rust keerde terug op deze planeet, jammer genoeg niet voor lang.
    Nog kwader dan voorheen bonden de mensen hun verworven duistere magie bij elkaar en ontwikkelden zo een vloekgolf die alle andere magie weg zou vagen.
    Van Engelen tot Demonen, van Kabouters tot Draken, ieder voelde de dreiging van deze vloek en vielen ze één voor één ten prooi.
    De vloek was zo sterk dat het niet alleen de wezens wegvaagde, maar ook alle energiebronnen van magie die zich tot diep in de wortelen van de aarde had gegraven.

    De mythische wezens probeerden te vluchten, maar uiteindelijk redde maar een aantal soorten het tot een uithoek waar ze voorlopig veilig dachten te zijn.
    Hier hielden ze een besluit, een besluit om hun eigen zielen en de essentie van hun wezen te verplaatsen in een aantal edelstenen en mineralen,de zogenaamde zielstenen om zo verborgen te blijven voor de duistere mensen met hun vloek en bezeten mechanismen.
    En zo verdwenen ze, samen met hen het laatste beetje magie meenemend.
    En tot de dag van vandaag liggen de zielstenen nog steeds op diens plek, geen enkel dier of verdwaald mens heeft hen ooit van diens plek weten te krijgen, vanuit een oude, vervallen kapelruïne.

    Deze tijd in Noorwegen :
    Een groepje natuuractivisten en ontdekkers hadden via globale satellieten iets vreemd opgepikt.
    Iets wat er nog niet eerder was maakte opeens diens opmars aan het aardoppervlakte.
    Zo kwamen ze uit op de plek die allang vergeten was, onkruid had de ruïne overwoekerd en nog erger te doen laten vervallen.
    Maar de edelstenen waren nog steeds daar.
    Na een aantal testen ter plekke kwamen ze erachter dat ze nog nooit zoiets mee hadden gemaakt als dit, het was een totaal andere stof dan voor ons mensen bekend was.
    Maar naarmate ze dichterbij kwamen voor meer onderzoek gebeurde er iets.
    Één voor één begonnen de stenen te gloeien en voor de wetenschappers iets konden doen schoten de stenen los met een krachtige pulserende explosie, waarna ze, ieder diens eigen weg ging de wereld rond.
    Wetenschappers schreven het naar de buitenwereld om als een buitensporige verschijning van de Aurora Borealis, maar onder hen was een Aloude en die wist wel beter.
    Die wist dat de stenen op zoek gingen.
    Ieder op zoek naar de juiste persoon.
    De persoon die diens magie zou ontketenen en weer terug zou brengen op aarde.

    En die werden gevonden, mensen verspreid over de gehele wereld werden begaafd met de eigenschappen van een mythisch dier, het dier dat zij moeten bevrijden.
    Om zo weer over de aarde rond te kunnen dwalen.
    Maar ze moeten oppassen, want de mensen van aloud komen in opmars en hun onsterfelijke en sterfelijke volgelingen zouden alles op alles doen om de mensen met de zielstenen te stoppen, voor de magie weer in diens geheel terug zou keren naar aarde.
    Lukt het de uitverkorenen voor de zielstenen om de magie op tijd te ontketenen ?


    Verdere informatie

    Waar begint de RPG ?
    Deze RPG begint eigenlijk overal ter wereld, maar wanneer de persoon in aanraking komt met de steen worden ze allemaal naar de kapelruïne geteleporteerd waar de stenen voor lange tijd verborgen waren gebleven.

    Is er een vaststaande verhaallijn voor deze RPG ?
    Ja, ik ben naast mijn eigen Soulstone ook de leider van de alouden die mee doen, die krijgen af en toe via een privé bericht hun orders door.
    Daarnaast moeten de steenbezitters een manier gaan zoeken om de essentie van hun stenen waarin de ziel van de magische wezens gevangen zitten te bevrijden.

    Hoe zien de stenen eruit ?
    De stenen zien eruit zoals kenmerkend is voor hun soort en ze passen mooi in het midden van je handpalm zonder de vingers mee te rekenen.
    De stenen kunnen tevens niet kapot geslagen worden of gebroken worden, ze zijn geheel onschadelijk zolang de drager leeft en zich aan de regels houd.
    Tevens zijn ze 100% helder.
    En niemand heeft dezelfde steen, dit is ook niet mogelijk aangezien er van elke maar één bestaat en elke persoon kan ook maar één steen gebruiken.

    Hoe veranderd de steen me ?
    Dit kan in meerdere opzichten, de veranderingen hoeven nog niet direct op te treden, dit kan ook later gebeuren en de manier waarop dit gebeurd is ook totaal verschillend van elkaar; gaat het bijv. snel en pijnloos of lang en kwellend ?
    Daarbij krijg je altijd sowieso één verandering van de essentie van het wezen dat zich in je steen schuil houdt.


    Hoe moet je de steen bij je dragen ?
    Zodra je geteleporteerd bent naar de oude ruïne liggen daar speciale handschoenen, waar jij je steen aan vast maakt bovenop, waar die ook niet uit kan vallen.
    De handschoenen zijn van leer, maar het mechanisme waarmee de steen vastzit is van zilver of van goud gemaakt.
    De handschoen eenmaal aan kan die niet meer af tot de opgesloten ziel van de steen eruit is.
    Verder mag je zelf weten hoe ze er verder uit zien, lange handschoenen, korte handschoentjes, extra riempjes, de kleur, etc.

    Verdere vragen kunnen altijd gesteld worden.



    HEEL ERG BELANGRIJK > HIER HET OVERZICHT VAN DE SOULSTONES EN DE INFORMATIE EROVER !

    Soulstones

    * Feniks ~ Hedwig Ivy Sol ~ Caleo
    * Draak ~ Graciela María Castillo ~ Shadowhunter
    * Fee ~ Allyssee Aphrodite Grimm ~ DreamerN
    * Elf ~ Hera Noëmi Langley ~ Graymark
    * Pegasus ~ Arianna Amarante Lira Jones ~ Kwijt
    * Vampier ~ Niara Alayne Black ~ Morfling
    * Zeemeermin ~ Hailey Alice Morgan ~ Merrow
    * Engel ~ Alan Christopher Rhodes Shadowhunter
    * Duivel ~ Damian Chamberlain~ Lexlover
    * Eenhoorn ~ Galon Gyfer Hud ~ Vegangirl
    * Centaur ~ Stan Medley Crown ~ Wafelijzer
    * Weerwolf ~ Aaron Pierce Cleveland ~ Bonacieux
    * Geest ~ Pippa Destry Livingstone ~ LexLover
    * Minotaurus ~ Ayla Dorice Marbles ~ Sicam


    Alouden

    * Helio Frederick Moreau ~ Graymark
    * Adelynn “Addie” Rae Hastings ~Gamgee
    * Antonio "Tony" Hunter Daniels ~ Bonacieux
    * Belial Lucius Constantine ~ DreamerN
    * Septimus Gary Cowell ~ Sicam




    Regels

    • Geen oneliners, minimaal 6 zinnen.
    • 16+ is toegestaan, evenals vloeken (Maar hou het zelfs dan nog wel netjes ;])
    • OCC aangeven met [] {} Of met een andere kleur.
    • Max. 2 personages per speler
    • Ernstig verwond/ vermoord niet andermans personage zonder met die te overleggen in een PB
    • Graag de naam van de Personage waarop het stukje slaat erboven, zodat het makkelijk te zien is vanuit welk personage het geschreven word.
    • Ben je even afwezig voor een bepaalde tijd (langer dan 2 dagen) ? Meld het dan !
    • Alleen ik maak nieuwe topics aan, tenzij ik iemand het recht geef om er eentje voor me aan te maken.


    Rollentopic

    [ bericht aangepast op 16 maart 2013 - 11:56 ]


    Credendo Vides

    Helio Frederick Moreau || Aloude || Frankrijk, Parijs
    "Kom op, Frederick," zei Adelynn zuchtend. Frederick zuchtte minstens zo zwaar en rolde met zijn ogen. "Laat me op z'n minst Anaïs en Christian een berichtje sturen dat alles goed gaat."
    Frederick keek Addie ongelovig aan. Hij trok deels verachtend, deels ontgoocheld een wenkbrauw op en staarde Adelynn aan.
    "Ik wil niet dat ze ongerust zijn," zei Adelynn.
    "Hoe achterlijk denk je dat ik ben?" zei Frederick, elk woord nadrukkelijk uitsprekend. Hij zocht even naar zijn sleutel, die zich in zijn broekzak bevond en stak hem in het contact. Hij keek Adelynn even aan.
    "Er zit een spin op je schouder," zei hij dan, terwijl hij de sleutel omdraaide en de straat uit reed. Vanuit zijn ooghoeken zag hij hoe Adelynns ogen zich verwijdden. Hij kon zo zelfs zien dat ze bang was.
    "Ach, is onze kleine Addie bang voor spinnen?" vroeg hij op een spottende toon, maar de spot dreef hij bewust weg uit zijn ogen wanneer Adelynn haar ogen stijf dichtkneep. "
    "Haal het weg, alsjeblieft," zei het meisje zachtjes. Frederick haalde even adem.
    "Maak je maar geen zorgen, ze doet niks," zei Frederick zachtjes. Het klonk haast... Troostend? Geruststellend? Hij vertraagde een beetje en stak een hand uit naar Adelynns schouder, die hij amper beroerde. De Zwarte Weduwe kroop over op zijn hand en kroop via zijn schouder naar de achterbank, waar ze tussen twee zetels in verdween, vermoedelijk de koffer in. Misschien kroop ze wel in Adelynns rugzak. Frederick was zo wijs om die opmerking voor zich te houden.
    Het bleef even stil. De radio speelde niet en Frederick besefte dat Adelynn nog steeds zijn laptop had. Hij maakte van de gelegenheid gebruik om het ding op de achterbank te leggen, zodat ze er niets stoms mee zou doen.
    Ergens was Frederick een beetje schuldbewust. Hij herkende die uitdrukking op Adelynns gezicht. Het deed hem denken aan iemand die hij heel lang geleden had gekend.
    Frederick probeerde de gedachte te verdrijven en klemde zijn handen om het stuur terwijl hij de autosnelweg op reed. Hij wreef even over zijn ontblote onderarm, die vol stond van de littekens. In alle soorten en maten, dunne littekens, kleine littekens maar ook littekens waarvan Frederick liever niet meer dacht aan de oorsprong, zoals een brandwonde die over zijn rug liep. De herinnering eraan was niet plezierig.
    "Luister," begon Frederick weer. "Je hoeft niet... Bang voor me te zijn... Of zo." Zijn stem klonk zachtjes en een beetje hakkelend. "Ik ga je heus niet vermoorden of verkrachten of weet ik veel wat." Frederick trok even een gezicht. Hij vond verkrachting het ergste wat je kon doen. Als je die zonde op je geweten had, dan had je geen geweten meer. "Je zit hier net om de tegenovergestelde reden," vervolgde de jongeman. "Ik kon je niet zomaar achterlaten in Montmartre, als ik dat wel zou doen en er overkomt je iets - wat bijna honderd procent zeker zou gebeuren - dan is dat mijn schuld, begrijp je?" Natuurlijk begreep ze dat niet. Niemand begreep er een snars van. Dat was ook omdat hij er nooit iets over vertelde. Hij bedacht even hoe belachelijk die gedachte was. Wat wilde hij ermee bereiken, door Adelynn te beschermen? Dat de doden weer tot leven zouden komen?
    Fredericks gedachten dwaalden af naar Belial, de leider van de Alouden. Waar hij nu aan dacht, was al vaker in hem opgekomen, maar zoals gewoonlijk sloot hij dat onderwerp meteen weer af. Hij kon de doden niet terugbrengen. Niet zoals ze vroeger waren. Dat kon niemand.


    help

    Aaron Pierce Cleveland - 21- Weerwolf - 60 mijl van Las Vegas, de Mojavewoestijn, Nevada, Verenigde Staten.
    De felle zon weerkaatste zijn licht op het golvende asfalt van het wegdek. Aarons zonnebril hield het licht gelukkig tegen, anders zou hij geen steek voor ogen zien. De zon brandde op de blote huid van Aarons arm en toen zijn blik daaroverheen gleed merkte hij dat hij verbrandde, ook al had hij zich nog maar net ingesmeerd met zonnecrème.
    De aftandse moto, die Aaron voor een prikje had kunnen kopen, raasde over de weg met volle snelheid. De wind woei door zijn haren, aangezien Aaron nog geen tien minuten geleden de helm had afgezet, door het tekort aan zuurstof.
    Hij was op weg naar Las Vegas, waar Aaron een afspraak had met zijn oom, Dale. Hij was al bijna één uur op de baan toen Aaron een liftster tegenkwam langs de baan, niet ver Logandale. Het bleek een jonge vrouw te zijn, die bijna omvergereden werd door een chique wagen die afsloeg. Aaron ging naast haar rijden en stopte toen hij zo'n meter van de vrouw verwijderd was. Ze had blond haar en leek niet ouder dan twintig. Over haar schouder ging een rugzak.
    "Heb je een lift nodig?" vroeg Aaron en deed zijn zonnebril af. "Ik moet naar Las Vegas, dus ik kan je tot daar brengen." Hij glimlachte charmant naar de vrouw en wees even naar de motor, waarna hij zijn beide handen vragend ophield.


    kindness is never a burden.

    [Is er al iemand in Noorwegen (voor Ayla)?]


    These rings that I'm breaking are making you a personal debt.

    [Ik zou Hera wel willen sturen, maar Romy moet nog reageren. :/]


    help

    Damian Chamberlain || Duivel || Somewhere
    Vloekend stop ik met lopen. Mijn voeten beginnen nu echt pijn te doen van al het lopen. Ik heb echt geen idee waar ik ben, nadat ik de deur van mijn huis had dichtgeslagen, is alles één grote waas. Niet dat ik gedronken had, na wat ik met mijn vader heb meegemaakt, raak ik geen druppel alcohol aan. Nee, daar lag het niet aan, ik was gewoon zo woedend geweest, dat ik het me gewoon niet meer kan herinneren. Daar baal ik nu best wel van, ik heb geen idee hoe ik ben gelopen, of wat ik heb gezien. Ik weet niet waar ik heen ga, ik weet niet waar ik ben, en mijn voeten doen echt verschrikkelijk pijn. Ik heb zin om het ergens, en het liefst op iemand, af te reageren . Het maakt me niet uit dat hij, zij of het lijdt, zolang ik mijn woede maar kwijt kan. Maar dat zou waarschijnlijk toch niet gebeuren.

    [Iemand zin om Damian te redden van deze onbekende plek:Y)]


    "Let's say I meet an alien, who, lucky enough, could speak English" - Vsauce, Youtube

    [Iemand zin om Damian te redden van deze onbekende plek:Y)]


    ['k zou zeggen, er zit in noorwegen een redelijk chagerijnig en bitchy Minotaurus-meisje te wachten tot iemand haar lastig komt vallen :Y)]

    [ bericht aangepast op 10 feb 2013 - 20:09 ]


    These rings that I'm breaking are making you a personal debt.

    Sicam schreef:
    (...)

    ['k zou zeggen, er zit in noorwegen een redelijk chagerijnig en bitchy Minotaurus-meisje te wachten tot iemand haar lastig komt vallen :Y)]


    [Haha, daar gaat leuk worden. Iemand die alleen maar aan zichzelf denkt en een chagerijnige bitch,. Maar Damian komt eraan : )]

    [ bericht aangepast op 10 feb 2013 - 20:14 ]


    "Let's say I meet an alien, who, lucky enough, could speak English" - Vsauce, Youtube

    Septimus Gary Cowell × Leeftijdloos × Aloude × Jakarta, Java
    Ik concentreerde me op de mensen, opzoek naar een van hun zielen. Maar ik had pech vandaag, er was niks te vinden. Of niemand, kon ik beter zeggen. Ach, eigenlijk was het gewoon nutteloos dat ik het überhaupt geprobeerd had. Ze waren al eeuwen zoek, zelfs al waren de stenen gevonden. Misschien waren het de "echte" stenen wel niet. Gewoon een stel glinsterende edelstenen. Ik gaf een trap tegen het bankje waar ik op had gezeten, waar ik meteen spijt van had. Toen ik een bekende ziel aan voelde komen, sperde ik mijn ogen wijd open. Ik zag haar gezicht opdoemen, en ik glimlachte vriendelijk. 'Dit moest ik aan u geven.' en even snel was ze verdwenen. Maar ze had me wel deze envelop gegeven. Ik wist niet hoe snel ik hem open moest maken, maar ik wist ook dat ik mijn magie niet in het openbaar mocht gebruiken. Dus toen ik hem eindelijk open had, gleden mijn ogen razendsnel over het papier. Ik wist het, het waren wel de stenen van de magische wezens. Ook wist ik dat ik nu op de slechtste plek ter wereld zat. Noorwegen, godsamme. De andere kant van de wereld. Hoe ging ik daar komen? Ik vervloekte mezelf, en de kwade alouden. Nu kon ik mijn tijd-magie goed gebruiken, mocht het niet. Mokkend ging ik weer op het bankje zitten.


    These rings that I'm breaking are making you a personal debt.

    [Waar kan ik inspringen?]


    It finally happened - I'm slightly mad! ~ Queen

    [Er is niet echt iets gebeurd in het geheel, denk ik. Het meeste is door Cheryl en ik gepost.]


    help

    Ayla Dorice Marbles × 17 × Minotaurus × Kapelruïne, Noorwegen
    Na een tijdje rondgelopen te hebben besloot ik toch maar om de enge ruïne in te gaan. Zodra ik binnenliep zag ik een prachtig paar leren handschoenen liggen, waarvan ik het niet kon laten ze op te pakken. Hierdoor moest ik wel de bloemen op de grond leggen. De handschoentjes waren van bruin, soepel leer, met bij de polsen simpele riempjes om ze strakker en losser mee te maken. Ik zag in de rechter een soort gouden, glimmende deuk zitten. Mijn lichaam legde automatisch de steen er in, en hij paste perfect. Ik kon het niet laten om ze aan te trekken, waar ik meteen spijt van had. Ze zaten als gegoten, maar ik kreeg ze niet meer uit. Hoe hard ik ook trok, het hielp voor geen meter. Ze zaten muurvast. 'Verdomme.' mompelde ik chagrijnig. Wat een kutdag. Ik bewoog met mijn vingers, waar een soort tinteling doorheen trok. Deze leek door te stromen naar mijn hoofd. Ik vertrouwde het niet. En inderdaad, nog geen seconde daarna had ik pijnscheuten in mijn hoofd. Ik greep ernaar met mijn handen, en mijn hoofd voelde alsof de huid openscheurde. Wat ik niet wist was dat dat eigenlijk ook zo was. Met mijn gehandschoende handen voelde ik hoe kleine, scherpe bultjes ontstonden onder mijn haar. Even later besefte ik dat het hoorntjes moesten zijn. Zoals die van een koe. Ik pakte snel mijn mobiel en keek in de vage reflectie van het donkere scherm. Kleine, puntige hoorntjes. Nogmaals probeerde ik ruw de handschoenen uit te trekken. 'Het komt allemaal door die stomme steen!' schreeuwde ik gefrustreerd.


    These rings that I'm breaking are making you a personal debt.

    Damian Chamberlain || Duivel || Somewhere 》Noorwegen
    Ik besluit mezelf een beetje rust te geven en plof zuchtend tegen de eerste de beste boom aan. Vloekend schiet ik weer overeind. Het kan niet beter, was ik bovenop een scherpe steen gaan zitten! 't Is echt een topdag vandaag voor mij, denk ik sarcastisch. Gefrustreerd geef ik een schop tegen de boom, waarna ik hem uitscheld. Mijn voeten werden er niet beter op. Ik besluit maar wat nuttigs te gaan doen en val op mijn knieën om de steen te verwijderen. Ik weiger nog één stap te zetten. Mijn vingers wroeten in de aarde en ik haal er een kleine, zwarte steen uit. Ik zucht even, en wil de steen over mijn schouder gooien. Dan voel ik opeens een ijskoude windvlaag. Te koud. Sprakeloos sta ik op en kijk om me heen. Bijna overal zie ik sneeuw, en anders liggen er kale rotsen. Ik voel woede in me opkomen . 'FUCK!'


    "Let's say I meet an alien, who, lucky enough, could speak English" - Vsauce, Youtube

    Aaron Pierce Cleveland - 21- Weerwolf - 60 mijl van Las Vegas, de Mojavewoestijn, Nevada, Verenigde Staten.
    De felle zon weerkaatste zijn licht op het golvende asfalt van het wegdek. Aarons zonnebril hield het licht gelukkig tegen, anders zou hij geen steek voor ogen zien. De zon brandde op de blote huid van Aarons arm en toen zijn blik daaroverheen gleed merkte hij dat hij verbrandde, ook al had hij zich nog maar net ingesmeerd met zonnecrème.
    De aftandse moto, die Aaron voor een prikje had kunnen kopen, raasde over de weg met volle snelheid. De wind woei door zijn haren, aangezien Aaron nog geen tien minuten geleden de helm had afgezet, door het tekort aan zuurstof.
    Hij was op weg naar Las Vegas, waar Aaron een afspraak had met zijn oom, Dale. Hij was al bijna één uur op de baan toen Aaron een liftster tegenkwam langs de baan, niet ver Logandale. Het bleek een jonge vrouw te zijn, die bijna omvergereden werd door een chique wagen die afsloeg. Aaron ging naast haar rijden en stopte toen hij zo'n meter van de vrouw verwijderd was. Ze had blond haar en leek niet ouder dan twintig. Over haar schouder ging een rugzak.
    "Heb je een lift nodig?" vroeg Aaron en deed zijn zonnebril af. "Ik moet naar Las Vegas, dus ik kan je tot daar brengen." Hij glimlachte charmant naar de vrouw en wees even naar de motor, waarna hij zijn beide handen vragend ophield.



    Hailey Alice Morgan II 20 II Zeemeermin II Middle of nowhere
    Er volgden nog een aantal grove vervloekingen aan het adres van de bestuurder die haar zojuist bijna had geraakt, toen er opeens een motor tot stilstand kwam. Blijkbaar had de jongen nog net gezien hoe ze haar duim omhoog had gehouden, nog voordat de arrogante klootzak met zijn auto gepasseerd was.
    Hailey glimlachte dan ook toen de jongeman vroeg of ze een lift nodig had. Hij deed zijn zonnebril af en zijn ogen kruisten haar helderblauwe blik doordat ze hem aankeek, terwijl ze de afstand van een honderd meter verkleinde door op hem af te lopen.
    ‘Ik moet naar Las Vegas, dus ik kan je tot daar brengen,’ voegde hij eraan toe. Hij glimlachte charmant, liet zijn blik voor een tel op zijn motor rusten, om vervolgens zijn handen in een vragend gebaar omhoog te houden.
    ‘Als het niet teveel moeite is, graag,’ antwoordde Hailey ingetogen. Ze had haast een vreugdedansje gedaan, maar wist dit te beperken tot een verrukte glunder die zich schuilhield in het heldere blauw van haar irissen en in een vergenoegde trek rond haar mondhoeken.
    ‘Ik ben Hailey,’ stelde ze zich vervolgens voor.
    Non-galant zette ze zich achter de jongeman op de motor en sloeg losjes haar handen rond zijn middel van zodra hij gas gaf. Ze had niet bepaald plannen om naar Las Vegas te gaan, maar anderzijds moest ze toegeven dat ze feitelijk helemaal geen plannen had gemaakt. Ze was simpelweg vertrokken, zonder verder te bedenken waar ze heen wilde. Daarbij, zo slecht was het idee om naar Las Vegas te gaan nog niet, zeker niet met een knap gezelfschap als deze jongen. Al bij al had ze het zeker slechter kunnen treffen.

    [ bericht aangepast op 10 feb 2013 - 20:48 ]


    “If you can smile when things go wrong, you have someone in mind to blame.”

    Adelynn “Addie” Rae Hastings - Aloude -Frankrijk, Parijs, Aéroport de Roissy-Charles De Gaulle
    'Ach, is onze kleine Addie bang voor spinnen?' vraagt Frederick spottend. Normaal gesproken zou ik een bijtende opmerking maken, maar nu knijp ik alleen maar mijn ogen stijf dicht en vraag ik op een iets zachte toon of hij de spin weg wilt halen. 'Maak je maar geen zorgen, ze doet niks,' zegt Frederick zacht. Ja, vast, denk ik sarcastisch. Deze spin is juist gevaarlijk. Een beet van zo'n spin doet ontzettend pijn en kan soms zelfs fataal zijn. Ik zucht opgelucht als ik voel dat de spin van mijn schouder afkruipt. Gelijk kijk ik recht voor me uit, zodat ik de spin niet meer zie en trek ik mijn voeten iets van het tapijt van de auto, bang dat 'ie daar straks ineens omhoog kruipt.
    Het is wat ongemakkelijk stil in de auto omdat de radio uitstaat. Frederick pakt zijn laptop van mijn schoot en legt die op de achterbank. Ik heb het nauwelijks door omdat ik met mijn gedachten nog steeds bij die spin zit.
    'Luister,' begint Frederick dan. 'Je hoeft niet... Bang voor me te zijn... Of zo.' Het gaat wat hakkelend en zijn stem klinkt zacht. 'Ik ga je heus niet vermoorden of verkrachten of weet ik veel wat.' Zijn gezicht betrekt. 'Je zit hier net om de tegenovergestelde reden. Ik kon je niet zomaar achterlaten in Montmartre, als ik dat wel zou doen en er overkomt je iets - wat bijna honderd procent zeker zou gebeuren - dan is dat mijn schuld, begrijp je?' Ik schud mijn hoofd. 'Ik snap niet waarom jij denkt dat je op mij zou moeten letten. Mijn ouders zouden zoiets echt niet aan jou vragen.' Het laatste komt wat aarzelend over mijn lippen. 'Er overkomt me heus niks. Ik ben negentien. Ik kan heus wel voor mezelf zorgen.' Als iemand me lastig valt kan ik hem, of haar, gewoon een flinke schok geven. Dan ben ik heus wel van hem/haar af. 'Ik heb niks te zoeken in Noorwegen, ga gewoon met iemand anders en laat mij alsjeblieft met rust.' Ik weet nog steeds zeker dat Frederick geen aloude kan zijn.
    Iets langer als kwartier later zijn we bij het vliegveld aangekomen.

    [ bericht aangepast op 10 feb 2013 - 21:12 ]


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Helio Frederick Moreau | Aloude | Frankrijk, Parijs.
    Adelynn schudde haar hoofd. "Ik snap niet waarom jij denkt dat je op mij zou moeten letten. Mijn ouders zouden zoiets nooit aan jou vragen." Frederick hoorde dat Addie twijfelde.
    "Tja, er zijn dan ook niet echt veel Alouden die met elkaar communiceren," mompelde hij amper hoorbaar.
    Adelynn ging onverstoorbaar verder: "Ik ben negentien. Ik kan heus wel voor mezelf zorgen." Frederick vroeg zich af of ze überhaupt al een Aloude was tegengekomen, laat staan dat ze ooit al eens met Belial had gesproken. De man had niet bepaald wat je noemt... Geduld. En hij tolereerde meestal ook niet echt dat Alouden niet op instructies ingingen. Frederick had geen zin om het uit te leggen.
    "Ik heb niks te zoeken in Noorwegen, ga gewoon met iemand anders en laat mij met rust." Frederick was zijn geduld verloren.
    "Denk je godverdomme nog steeds dat dit een plezierreisje is?" siste hij kwaad. "Doe niet zo egocentrisch door te denken dat je het enige meisje ter wereld bent dat mij wat kan interesseren, want voor mijn part mag je gewoon in Parijs blijven en doodvallen. Het enige probleem is dat ik dat niet kan." Hij had een belofte afgelegd... Dit was er eentje die hij niet kon verbreken. Frederick duwde kwaad het gaspedaal verder in. Zijn vorige vriendin zou een beroerte hebben gekregen als ze naast hem zat. Het was dan ook een huilerig kind geweest dat van het minste een drama maakte.
    Na minder dan een kwartier kwamen ze aan op het vliegveld. Frederick parkeerde zijn auto op de parkeerplaats en keek even op zijn horloge.

    [ bericht aangepast op 10 feb 2013 - 21:44 ]


    help