• Topic 1


    Deze RPG is gebaseerd op het boek 'De gave van Katsa'.
    De omgeving en het verhaal er rond is zelf verzonnen, maar het idee van de gaven heb ik uit het boek.

    In een ver rijk heerste er eens grote welvaart. Dat veranderde op de dag dat de koning stierf. Zijn drie zonen, Roberto, Rover en Jonas geraakten er niet over eens wie het koninkrijk moest leiden. Uiteindelijk kozen ze ervoor het land in drie te splitsen. Zo ontstond er:
    Elak, waar Roberto -die ook wel de slechte werd genoemd- de leiding had.
    Aslkat, waar Rover -ook wel de goede genoemd- heerste
    en Gallardia het rijk van Jonas -de dappere-.
    Al deze koninkrijken hadden 1 ding gemeen. Er werden speciale mensen geboren. Mensen met een gave.
    Gaven kunnen verschillende vormen hebben. Het kan gaan over dansen, zingen, koken, borduren, vechten....
    De bijnamen van de koningen zijn wel duidelijk denk ik. Roberto probeert steeds land, geld,... af te pakken van zijn broers. Hij zit niet verlegen om een oorlog te ontketenen.
    Rover probeert hem bij zinnen te brengen, tevergeefs.
    Jonas heeft het beste leger. Hij is niet bang om mee te vechten en vindt dat zijn broer het zelf gezocht heeft. Ook al wil Rover Roberto wel nieuwe kansen blijven geven. Volgens Jonas verdient hij die niet meer.
    Zo leeft het land al 15 jaar in tweestrijd. Zelfs Rover ziet zich soms genoodzaakt om zich te verdedigen. De begaafden spelen een grote rol in deze strijd. Door hun gaven kunnen ze hun koning dienen. De begaafden hebben twee verschillende ogen.
    Vanaf dat er een baby geboren wordt met twee kleuren ogen, moeten de ouders die naar hun koning brengen. Zodat de begaafde op het paleis kan opgroeien en zijn gave kan leren gebruiken in dienst van zijn koning.

    Zo jullie kennen nu het verhaal. Pik maar in!

    -Elak:
    Zoey Carroll (Pijn bezorgen)
    Erik Marshall (vuur)
    Liam Oliver Sanz (tijd bepalen)
    Dean Robin Marias (waanbeelden opwekken)
    Esther Bradley (van uiterlijk veranderen)
    Jack Starbright

    -Alskat:
    Chase Young (beïnvloeden)
    Alice Redbird (gedachten lezen)
    Shireen Lily Homers. (hypnotiseren)
    Loren Redcliff (natuur)

    -Gallardia:
    Damian Green
    Amy Jackson (vechten)

    [ bericht aangepast op 29 feb 2012 - 19:58 ]


    "Ignite, my love. Ignite."

    Loren Redcliff
    Ik lette niet op haar kille houding.
    "Er is iets mis." zei ik wanhopig. Zoey zat in de hoek van haar cel, ze zat met haar hoofd tussen haar knieën en kreunde.
    "Let jij op haar, ik ga toestemming vragen om haar hier weg te halen." ik lette niet op haar reactie. Ze zou niet blij zijn, dat wist ik, maar ik moest nu naar de koning.


    “To live will be an awfully big adventure.”

    Shireen Homers
    Ik knikte naar Loren ten teken dat hij weg kon gaan. Daarna keek ik naar Zoey. Ik had echt medelijden met haar. Ik stond op, glipte de cel in en ging op mijn knieën voor haar zitten.
    'Ik ben Shireen,' stelde ik mezelf zacht voor. 'Het gaat echt niet he? Het komt door deze plek.' Ik dacht even na over wat ik nog meer kon zeggen. 'Is er iets wat ik kan doen om de pijn iets minder te laten worden?'


    "Ignite, my love. Ignite."

    Zoey Carroll
    "Laat ze ophouden." smeekte ik. Ik wist dat ze er niets aan kon doen en ze al helemaal niet kon doen stoppen, maar het was verschrikkelijk. Ze waren bezig met twee mensen te martelen, terwijl er anderen lagen te creperen in hun cel, herstellende van vorige martelingen.


    “To live will be an awfully big adventure.”

    Shireen Homers
    Ik dacht diep na. 'Weet je waar ze zijn?' vroeg ik zacht. Deze plek gaf me de rillingen en het meisje hier tegen over me had verschrikkelijk veel pijn. Er was een manier om ze op te laten houden. Misschien kreeg ik er problemen mee...


    "Ignite, my love. Ignite."

    Zoey Carroll
    Ik herkende mezelf niet. Ik stond mezelf nooit een teken van zwakte toe en ik aanvaarde al zeker geen hulp, maar ik zou alles doen om van deze pijn af te komen.
    "Het einde van de gang." kreunde ik, met een vaag gebaar naar rechts.


    “To live will be an awfully big adventure.”

    Shireen Homers
    'Oké,' zei ik. Ik stond op en sloot de cel achter me dicht. Zo snel als ik kon liep ik naar het einde toe en toen ik het voorval zag ging ik bijna over mijn nek. Het was verschrikkelijk om te zien.
    'Stop,' beveelde ik. De martelaars keken me vreemd aan maar gingen gewoon door.
    'Ik zei stoppen,' mijn stem klonk kil, zo kil had het nog nooit geklonken.


    "Ignite, my love. Ignite."

    Zoey Carroll
    De kwellingen stopten. Natuurlijk bleef de pijn van de wonden, maar er kwamen geen nieuwe meer bij. Opgelucht haalde ik weer regelmatiger adem. Natuurlijk voelde ik nog steeds de pijn van tientallen mensen die gemarteld waren, maar nu er geen nieuwe meer bijkwamen leeg het draaglijker. Minder overweldigend.

    Loren Redcliff
    Ik kwam beneden weer aan.
    "De koning stuurt soldaten om haar hier weg te halen." zei ik toen ik aankwam, maar ik had tegen de lucht staan praten.
    "Shireen?" vroeg ik verward.


    “To live will be an awfully big adventure.”

    Shireen Homers
    Ik hoorde Loren mijn stem roepen en snoof. Ergens voelde ik afkeer tegen die jongen maar toch kon ik hem niet haten. Niet nadat hij zijn leven had gewaagd om mijn leven te redden.
    'Ik ben er al,' bromde ik en ik liep naar hem toe. Ik wierp hem een van mijn arrogante blikken waar ik de laatste paar jaren best goed in was geworden.


    "Ignite, my love. Ignite."

    Loren Redcliff
    "Euh... de koning stuurt soldaten om haar hier weg te halen." mompelde ik zenuwachtig. Ik wist niet goed hoe ik me moest gedragen onder haar blik.


    “To live will be an awfully big adventure.”

    Shireen Homers
    'Dat is mooi,' zei ik met een sarcastische glimlach. 'Dan heb je mij ook niet meer nodig als bewaking.' Ik sloeg mijn armen over elkaar en keek Loren serieus aan. 'Dus met andere woorden, ik mag gaan.' Toch liep ik niet gelijk weg, gewoon omdat ik nieuwsgierig was naar wat Loren ging zeggen. Je kon duidelijk merken dat hij een arrogante blik niet gewend was.

    [ bericht aangepast op 6 april 2012 - 20:44 ]


    "Ignite, my love. Ignite."

    Loren Redcliff
    "Je mág gaan ja, maar het moet niet. Je kan ook blijven, al zou ik het begrijpen als je dat niet deed. Het is hier nu ook niet meteen de plezierigste omgeving." ik keek haar niet aan en kon daardoor doen alsof ze me niet op die manier aankijk. Het was makkelijk om gewoon mezelf te blijven.


    “To live will be an awfully big adventure.”

    Shireen Homers
    'Mooi dat je inziet dat ik hier geen seconde langer wil blijven,' zei ik met een kille ondertoon. Ik draaide me om en liep de gang uit, naar buiten toe. Onderweg besloot ik dat ik nooit meer een vriendschap zou aangaan. Alleen zijn was toch beter.


    "Ignite, my love. Ignite."

    Loren Redcliff
    Ik keek haar verdrietig na. Wat had ik nu verkeerd gedaan? Ik haalde mijn schouders op en ging zitten wachten. Als de soldaten er na een halfuur nog niet waren, ging ik voor Zoey's cel staan.
    "Kom, ik haal je hier weg. Vergeet het maar dat ik ga wachten op die soldaten." Ik deed de deur open en liep op haar toe.
    "Weet dat ik nu een risico neem. Ik riskeer veel door niet op de soldaten te wachten. Ik verwacht dus dat jij je gedraagt."
    Ze zat met een doodse blik voor zich uit te staren, maar ik dacht wel dat ze me begrepen had. Ik hielp haar recht staan en ze klampte zich aan me vast.


    “To live will be an awfully big adventure.”

    Shireen Homers
    Eindelijk was ik thuis. Eenzaam maar thuis. Ik ging voor de spiegel staan en keek me aan.
    'Wat is er mis met me,' mompelde ik. 'Ik ben een gemeen, arrogant kreng.' Met die woorden liep ik bij mijn spiegel vandaan. Ik keek naar mijn tekening van een bloem. Ik ging aan mijn tafel zitten en ging verder met tekenen.


    "Ignite, my love. Ignite."

    Loren Redcliff
    Ik nam haar uiteindelijk in mijn armen. De pijn leek wel verdwenen te zijn, maar ze was doodmoe. Ze had al moe geleken tijdens de reis hiernaartoe en gezien de gebeurtenissen... Kortom, het verwonderde me niet dat ze bijna omver viel. Ik nam haar in mijn armen en stelde haar gerust.
    "Het komt goed. Weet je wat, ik neem je mee naar mijn huis. Nou, huisje. Het is niet groot, maar je bent er veilig." Ik bleef tegen haar babbelen, ook al lag ze al in slaap.


    “To live will be an awfully big adventure.”