• Het plot


    Met moed, samenwerking en wilskracht is het de bewoners van de villa gelukt de grens te doen breken. Er zijn bijzondere vriendschappen ontstaan in moeilijke tijden. Maar dat betekent niet dat de groep nu veilig is. Een duistere vampier, Fjodor, uit het verleden van Odile besluit om terug te keren en hetgeen terug te nemen wat hij het zijne acht: Odiles leven en haar vrijheid, in de vorm van een huwelijk. Opnieuw wordt de groep in een onmogelijke positie geduwd om zich hun zojuist herwonnen vrijheid terug te krijgen, aangezien Fjodor hen gebruikt om Odile te manipuleren. Zal het ze lukken te ontsnappen, voor de eeuwige verbintenis wordt afgesloten?

    Rollen


    Huidige rollen

    - Quinten, mens
    - Yue, goede vampier
    - Savoy, soort van goede, maar eigenlijk ook slechte vampier Alternatieve versie van Savoy
    - Odile, goede vampier
    - Lewis, goede vampier
    - Jonah, egoïstisch stuk vreten. Ook een fanger.

    All drawing credit goes to C18. Alternate Savoy belongs to Vluuv

    Kerkhof

    - Dewi, mens -> ontsnapt
    - Aimée, mens -> ontsnapt
    - Candy, Timothy, Jamie -> dode mensen
    - Elif ,Gawyn -> dode vampiers
    - Damiën (Ash), Chase (James) -> weggegaan (vampierjagers)

    Joinen ?

    Kijk hier voor meer informatie over RPG's!

    Inspringen is altijd mogelijk. Vraag maar een samenvatting en ik we helpen je wel met inspringen (;

    Rollen die je kan aannemen

    - Fjodor zelf (if you dare... Mail dan naar C18, die de basis voor dit personage al heeft gelegd c: )
    - clanleden van Fjodor
    - Voedsel voor Fjodors clan. Mensen dus.
    - Goede vampiers kunnen we er ook altijd nog in droppen.
    - Andere gevangenen van Fjodor. We fixen wel wat om je er in te krijgen

    Lijstje for join - mag je gewoon in het topic droppen

    - Volledige naam:
    - Leeftijd (ev in vampierjaren):
    - Uiterlijk (beschreven):
    - Foto (hoeft niet):
    - Karakter:
    - Verleden:
    - Gave(voor vampiers):
    - Extra:

    Weetjes over vampiers


    - Kunnen in het daglicht, maar niet lang. Zonlicht op lange termijn is dodelijk.
    - Een vampier kan verder door vuur gedood worden
    - Een mens wordt een vampier enkel als de vampier die hem bijt hem gif inspuit
    - Als een vampier een mens veranderd, wordt die vampier een mentor
    - Vampiers zijn sneller en sterker dan mensen en al hun zintuigen zijn ook sterk ontwikkeld.
    - Vampiers hebben geen eten/drinken nodig, ookal kunnen ze het wel eten.
    - Elke vampier heeft een soort kleine gave. Overdrijf ook niet hiermee.

    Regels


    - Lange posts!! (hoeven geen 1000 woorden te zijn, gewoon niet dat je twee zinnetjes zet en dat het dan gefixt is...)
    - 16+ scenes zijn hier toegelaten (zowel seks als gore), u bent dus gewaarschuwd (A)
    - Spelling en grammatica, guys. Kleine foutjes vinden we niet erg, maar niet dat er om de twee woorden een klopper van een spelfout staat.
    - Geen godmoding (= met de personages van anderen spelen) en powerplay (= je personage zo ontzettend sterk en prachtig maken dat de rest er niet tegenop kan), keep it real!
    - Ruzies leg je bij, buiten dit RPG. Er wordt ook niet geruziet over bepaalde wendingen die het RPG maakt. Als je wat te zeggen hebt, moet je dat vriendelijk en beleefd doen.

    HAVE FUN :'D


    Frankly my dear, I don't give a damn.

    -Quinten-
    Langzaam begon ik moe te worden. Zelf had ik, als uitzondering op de andere, nog niet geslapen of ook maar een poging gedaan tot. Half luisterde ik naar wat Odile zei over Savoy, ze wist niet hoe het gegaan was en dacht klaarblijkelijk dat Savoy gelijk bevelen uitgedeeld had. 
    'Hij heeft me het niet direct gedwongen,' zei ik toen ze me niet meer aankeek. 'ik lag rustig op bed te tekenen toen hij binnenkwam. Hij knoopte een praatje aan en ik ging met hem mee om hem niet meteen uit te kafferen. Steeds meer leken zijn praatjes op de praatjes die ik vroeger genoeg heb aangehoord en die dus niet leuk zijn. Daar werd ik gek van dus ben opgestaan, direct leek ik weer helder te kunnen nadenken. Zo heb ik hem nog een keer uitgedaagd waarna er nog wat slijmpraatjes kwamen. Onderhand had ik genoeg van zijn aanwezigheid en dat hij niet wou vertrekken dus besloot ik zelf maar te gaan.' ik slikte even. Waarom ik dit aan Odile vertelde was mezelf nog niet helemaal duidelijk. Ze had het recht te weten dat ik ook fout heb gezeten, misschien minder dan Savoy in haar ogen maar wel fout. Na een korte stilte ging ik verder. 'nog voor ik de deur uit was gelopen stond hij al bij me. Bruut greep hij me bij mijn nek en ik werd tegen de muur gesmeten om vervolgens op het bed terecht te komen.' onbewust ging ik iets anders zitten in de hoop dat dat beter voor mijn rug was. 'verder zul je het verhaal wel weten. Hij gebruikt concreet zijn gave, hij bijt en jij komt binnen.' de handdoek drukte ik nog steeds tegen mijn hals. Waarom ik nog steeds beschermt werd bleef voor mij een raadsel. Waarschijnlijk zou ik nooit meer zo'n gesprek me Odile kunnen voeren, dus ik probeerde er maar het beste van te maken. 'waarom beschermen jullie me nog steeds? Terwijl het de situatie voor jullie alleen maar moeilijker maakt,' vroeg ik met een lichte aarzeling. 'en wat is eigenlijk jou redding straks? Ik weet dat er iets gaat gebeuren, maar verder is het langs me heen gegaan,' voegde ik daar zacht aan toe.

    Odile - Goede vampier.

    'Hij heeft me het niet direct gedwongen,' zegt hij dan, waardoor de stilte tussen ons twee gebroken wordt. Ik kijk op en gluur naar hem vanachter een lok haar.
    'Ik lag rustig op bed te tekenen toen hij binnenkwam. Hij knoopte een praatje aan en ik ging met hem mee om hem niet meteen uit te kafferen. Steeds meer leken zijn praatjes op de praatjes die ik vroeger genoeg heb aangehoord en die dus niet leuk zijn. Daar werd ik gek van dus ben opgestaan, direct leek ik weer helder te kunnen nadenken. Zo heb ik hem nog een keer uitgedaagd waarna er nog wat slijmpraatjes kwamen. Onderhand had ik genoeg van zijn aanwezigheid en dat hij niet wou vertrekken dus besloot ik zelf maar te gaan.' Ik knik. That sounds like Savoy alright. Manipulatief tot op het bot. In tegenstelling tot hem ben ik louter een simpele gevechtsmachine. Ik ben niet van de psychologische spelletjes, al zou ik weten hoe ik ze toe moet passen. Dat, helaas, is Fjodor's afdeling. Verdomme.
    'Nog voor ik de deur uit was gelopen stond hij al bij me. Bruut greep hij me bij mijn nek en ik werd tegen de muur gesmeten om vervolgens op het bed terecht te komen.'
    'Ja, that's Savoy alright,' zeg ik met een wrange grijns.
    'Alhoewel ik moet zeggen dat zijn stijl wat cleaner is dan de mijne is geweest. Afijn. Dat is verleden tijd.'
    'Derder zul je het verhaal wel weten. Hij gebruikt concreet zijn gave, hij bijt en jij komt binnen,' vervolgt Quinten zijn gave. Ik trek de knieen naar me toe en vouw mijn armen er overheen. Net zoals Quinten zit ik ook tegen de muur, alleen ben ik opgekruld.
    'Deze clan.. is decadent geworden. Maar hun bloed laat nog wat te wensen over. Zelfs Savoy was niet tevreden, vandaar dat hij jou aanviel. En het scheelde weinig of ik..' Ik slik even als ik naar zijn hals kijk.
    'Of ik had hetzelfde gedaan. Ik heb me een keer eerder laten gaan, bij Dewi. Het is moeilijk voor een vampier om zijn bloedlust onder controle te houden.'
    'Waarom beschermen jullie me nog steeds? Terwijl het de situatie voor jullie alleen maar moeilijker maakt,' vraagt hij dan. Ik recht nu mijn rug. Kijk in zijn ogen. Wat zie ik?
    'Is de wil verdwenen? Wil je niet meer.. leven?' vraag ik.
    'Ik heb tegen mezelf gezegd dat er geen onschuldigen meer door toedoen van mijn handen mogen sterven. Niet meer. Het zal nooit het leed dat ik heb veroorzaakt goed maken, maar hier ligt de grens. Er is maar een iemand die ik zal doden als ik ooit de kans krijg,' zeg ik vastberaden. Ik bal de vuisten van woede.
    'En wat is eigenlijk jouw redding straks? Ik weet dat er iets gaat gebeuren, maar verder is het langs me heen gegaan,' zegt Quinten, alsof hij mijn gedachten kan lezen. Ik laat het hoofd op mijn knieen zakken en staar voor me uit. Mijn redding..? Jonah verschijnt in mijn gedachten. Meteen zakt mijn humeur naar het vriespunt. Hij zal me niet komen redden tijdens het huwelijk. En zodra Fjodor en de zijnen erachter komen dat de groep hier weg is, zullen ze me nog strenger in de gaten houden. Zachar is misschien een idioot, maar ik ben zeker dat Fjodor nog meer troeven achter handen heeft. En ik sta al machteloos tegen Zachar of Elias.
    En dan is er nog.. ik word al onpasselijk als ik eraan denk. Dan is er nog de huwelijksnacht. Ik mag wel een wereldwonder zijn wil ik me daaruit redden. Misschien moet ik Zachar zo uitdagen dat hij me in een woedeaanval bewusteloos slaat. Dat klinkt aanlokkelijk, nu ik erover nadenk.
    'Om eerlijk te zijn.. ik weet het niet. Ik heb enkel Jonah's woord. En da is.. niet veel meer dan lucht.'


    No growth of the heart is ever a waste

    Quinten
    Odile bevestigd dat dat Savoy’s stijl is. Iedereen heeft dus een eigen manier van handelen. Savoy, hij is meer van de sluwe spelletjes, de gedachtes van zijn prooi manipuleren en dan zinderend hard toeslaan. Daarentegen Odile lijkt op dat gebied strijdlustiger, harder in haar aanpak. Zoals ze zelf al aangeeft is Savoy’s methode “cleaner” dan die van haar. Van de rest hier zal ik het misschien wel nooit te weten komen hoe hun het aan pakken, maar nu ik het van twee weet, weet ik al meer dan eerst. Even haal ik de doek van mijn nek, hij lijkt nog steeds roder te worden. De tijd dat ik hem van de wond af gehaald heb, lijkt mijn duizeligheid toe te nemen. Snel druk ik de doek weer tegen mijn nek, ook sluit ik voor een klein moment mijn ogen terwijl ik naar Odile blijf luisteren. Als ik mijn ogen toch weer open, merk ik dat de duizeligheid zeker niet weg is. Nee in tegendeel, nu zie ik er een paar zwarte vlekjes tussendoor.
    'Is de wil verdwenen? Wil je niet meer.. leven?' Heeft Odile gevraagd. Eigenlijk heeft ze ook nog gelijk ook. Wat heeft het nou voor zin om te leven, terwijl je niets hebt als motivatie. In werkelijkheid ben ik nu dood aan het gaan, zeker als ik nog meer bloed verlies. En wat dan áls ze me redden. Dan is het nog maar de vraag hoelang ik het volhoud en of ik nog vrij kom.
    ‘Odile, je weet dat ik geen thuis heb en hier een beetje dood lig te gaan,’ mompel ik door de duizeligheid heen. De duizeligheid begint me te irriteren, maar wat ik ook probeer, hij wil niet weg gaan. Ik vestig nog een laatste blik op Odile en kijk daarna naar de wasbak naast me. Als ik op zou kunnen staan zou ik wat water kunnen drinken en even mijn gezicht kunnen spoelen. Ach zelfs in deze toestand is dat het proberen waard. Mijn vrije hand pakt de rand vast. Voorzichtig trek ik mezelf aan die hand overeind, maar merk al snel dat mijn arm trilt van de inspanning en ik ben nog geen tien centimeter van de grond. Helaas, ik ben te verzwakt om echt iets te kunnen doen. Verder protesteert mijn rug hevig. Als klap op de vuurpijl voel ik me steeds slechter. Ik kan gewoon niet meer. Met een zachte zucht laat ik me weer tegen de muur zakken.
    ‘Odile,’ opper ik. Mijn stem klinkt als niet meer dan een fluistering, terwijl ik tegen de zwarte vlekken vecht.
    ‘Ik ben duizelig,’ mompel ik er wanhopig achteraan. Eigenlijk ben ik meer dan duizelig, richting het misselijk zijn. Na een laatste wanhopige blik naar Odile kan ik het niet meer tegenhouden. Rustig leg ik mijn hoofd tegen de muur en sluit mijn ogen. En als laatste zak ik langzaam tegen de koude muur.

    Odile - Goede vampier.

    ‘Odile, je weet dat ik geen thuis heb en hier een beetje dood lig te gaan,’ zegt Quinten. Geen thuis... ik heb er niet echt meer bij stilgestaan. Ik merk hoe zijn ogen naar de wasbak schieten. Hij probeert zich overeind te helpen, maar ver komt hij niet. Wat moet ik doen? Zou hij werkelijk.. dood beter af zijn? Het bloedverlies maakt de situatie er niet veel beter op. Ik had gelijk. Hij heeft inderdaad geen wil meer om te blijven leven. Is het niet veel praktischer om hem hier en nu af te maken? vraagt een stem in mijn hoofd. Normaliter zou ik er niet over hebben geaarzeld. Maar nu.. ik zou het niet over mijn hart kunnen krijgen om hem af te maken. Niet als er nog zo veel andere opties voor hem open liggen.
    'Odile..' zegt hij dan zwak.
    'Ik ben duizelig.'
    'Wacht, ik-' Dan zakt hij ineen, nog voor ik wat heb kunnen doen. Mijn ogen worden groot.
    'Quinten..' Er komt geen reactie, hij is bewusteloos geworden. Ik aarzel geen seconde en neem hem in de armen. Met Quinten verlaat ik de kamer zonder Savoy nog een blik waardig te hebben gegund en open de deur naar mijn kamer.
    'Lewis, niet aanvallen, het is Quinten. Savoy heeft hem te pakken gekregen.' Ik maak plaats op het bed en leg hem naast Lewis neer. Even twijfel ik, maar dan pak ik de doek en bind hem om Quintens nek. Ik hou mijn adem in om te voorkomen dat de penetrante bloedgeur weer het ergste in me wakker maakt.
    Zwijgend kijk ik naar de bewusteloze jongen. Wat moet er van hem terecht komen? Ik weet het niet. Zijn lot is onzekerder dan het mijne; ik weet tenminste wat de toekomst me brengt. En wat het me brengt gaat niet bepaald over rozen.


    No growth of the heart is ever a waste

    Lewis Triggs

    Lew staarde leeg naar de achterkant van zijn oogleden Hij bevond zich in een vreemd vagevuur tussen realiteit en droom, waarin zijn zintuigen afgestompt leken te zijn en zijn brein mededogen toonde door zijn bewustzijn te beperken tot het nu. Geen verleden, geen toekomst, maar wel rust. Maar die rust bracht een gevoelloosheid met zich mee die hem lichtelijk enerveerde. Hij mocht dan wel intens verdriet kennen, hij mocht gespannen staat van frustratie en machteloosheid, maar hij wist ook dat hij ontzettend veel van Odile hield en dat gevoel wilde hij voor geen geld van de wereld missen.
    Door een hoop gerommel in de aangrenzende kamers, ontwaakte de Amerikaan uit zijn halfslaap. Het was nog steeds aardedonker in de kamer, maar dat deerde hem niet. Peinzend staarde hij naar het plafond, niet eens stilstaand bij wat zijn ontwaking had kunnen veroorzaken. Zijn zintuigen sliepen nog en registreerden noch de kenmerkende geur van bloed, noch de verontrustende geluiden die hem normaliter meteen gealarmeerd zouden hebben.
    Pas toen er ongeveer een kwartiertje later iemand binnenviel, veerde hij razendsnel overeind. De stem van Odile kalmeerde hem. 'Lewis, niet aanvallen, het is Quinten. Savoy heeft hem te pakken gekregen.' Lew wist een zucht net te onderdrukken. ‘Ik vond dat het nog lang heeft geduurd,’ zei hij monotoon. ‘Is hij dood?’ De vraag was ietwat overbodig, aangezien Odile geen dode in hun bed zou leggen en zijn nek niet zou verzorgen tegen het uitlekkende bloed. Lew wipte uit bed en knipte het licht aan. ‘Dus… Wat doe ik? Geef ik Savoy een rammeling, of hang ik de bezorgde vader uit bij dat joch?’ vroeg hij bitter terwijl hij zijn shirt aantrok.


    Frankly my dear, I don't give a damn.

    Yue
    Ik voel me een beetje duizelig door de prikkende pijn in mijn nek en zak neer op het bed. Quinten en Odile druipen af naar de badkamer en ik voel me een aansteller dat ik van alleen die beet in mijn nek al zoveel last heb. In de badkamer hoor ik Quinten en Odile zachtjes met elkaar praten en ik besluit me afzijdig te houden, al werkt de sterke bloedgeur me op mijn zenuwen. Het voelt alsof er nog steeds wat ergs staat te gebeuren, terwijl ik weet dat het juist voorbij is. Opgelucht merk ik dat het bloeden al wat gestopt is en ik sta weer op. Net op dat moment hoor ik de badkamer deur opengaan en ik zie Odile, met een bewusteloze Quinten in haar armen, naar buiten komen. Geschrokken open ik mijn mond om wat te zeggen en kijk paniekerig toe hoe Odile zonder wat te zeggen de kamer uit snelt. Even blijf ik besluiteloos staan, dan loop ik vlug achter haar aan. In de deuropening van de kamer die ze met Lew deelt blijf ik staan en kijk toe hoe ze hem op bed legt. Ik bijt op mijn lip als ik Lews barse opmerking hoor en twijfel of ik iets moet zeggen. 'Kan ik helpen?' vraag ik uiteindelijk haast fluisterend en kijk van Odile naar Lew naar Quinten en weer terug.

    Savoy
    Geamuseerd kijk ik toe hoe Odile per ongeluk Yue aan valt, maar daarna begint het hele gebeuren me wat te vervelen en ik loop de kamer uit richting de keuken, op zoek naar wat te drinken. Ik pak een glas, schenk wat water in en gooi het achterover. Nadat ik mijn mond heb gespoeld leun ik met het halfvolle glas nog in mijn hand tegen het aanrecht. Het zal niet lang meer duren voordat we hier uit kunnen. Hoe ga ik dan verder? Lew, Odile, Yue en Quinten waren amusant voor zo lang als het duurde, maar ik ben eigenlijk wel wat op ze uitgekeken. Zal ik dan, na zo lang, mijn eigen weg weer gaan? Ergens ben ik wel gehecht geraakt aan mijn kleine vrienden. Ik grinnik in mezelf en neem nog een slok water. Tja, gehecht aan ze zoals een klein kind gehecht is aan zijn hamster. Zodra het beestje sterft is hij een weekje verdrietig, en dan is er weer een nieuwe hamster, cavia of muis om de leegte op te vullen.
    Ik draai het glas wat rond en kijk naar het kolkende water. Een nieuwe omgeving en wat nieuwe mensen en vampiers zouden me vast goed doen. Ik zou richting Afrika kunnen gaan, het is lang geleden dat ik daar voor het laatst was. Of Oceanië.. Ik vraag me af of de vampieren die ik daar een aantal decennia geleden heb ontmoet nog leven. Wie weet zijn ze verhuisd, verbrand.. Terwijl ik het laatste van mijn water op drink besluit ik dat ik wel wat zal improviseren. Teveel vooruit denken en plannen maakt het toch maar saai. Wie weet komt er onverwacht nog iets interessants op mijn pad hier.

    Is Jonah nog van plan tot leven te komen? [:
    Wilde niet te veel zeuren, maar het is nu wel erg lang geleden
    en vraag me af of hij vergeten is? :P


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Ja ik had geen tijd en ik ben hem wat uit 't oog verloren. Ik ga waarschijnlijk morgen wat voor hem typen.


    Frankly my dear, I don't give a damn.

    Sioux -> Aotearoa

    Moran schreef:
    Ja ik had geen tijd en ik ben hem wat uit 't oog verloren. Ik ga waarschijnlijk morgen wat voor hem typen.


    Zoiets dacht ik al, maar das niet erg ;p


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    -Quinten-

    Er was geen tijd om te beseffen wat er allemaal was gebeurt. Mijn grip op de omgeving was binnen minder dan tien seconde geheel verdwenen. Alle zintuigen in mijn lichaam leken geblokkeerd en ik kon geen mogelijkheid vinden om nog iets mee te krijgen. Het laatste wat ik me herinnerde was de verwarde blik van Odile. Wat ze met me gedaan had, bleef voor mij een raadsel. Misschien had ze me wel gewoon laten zitten en was ze weg gegaan, tegen de andere vertellen dat ze geen last meer van mij zouden hebben. Dan zou ik langzaam doodbloeden en sterven. Ook al zou Odile me redden, dan nog had ik weinig hoop om te blijven leven. Mijn gedachten over het hier en nu leken te vervagen. De wereld om me heen was anders, anders dan de grauwe kelder waarin ik me zonet nog bevond. Het was groener en rook fris. Eindelijk kon ik weer écht helder denken. Zoiets lukte in dat smerige gat voor geen meter. Als je stervende was, zag je toch dingen die je wilde zien? Was dit hier ook een voorbeeld van? De bomen waartussen ik liep, het gras dat vochtig voelde onder mijn blote voeten. Het leek inderdaad meer op een droom dan op de werkelijkheid. De frisse lucht die ik inademde gaf me nieuwe hoop. Het leek wel alsof mijn lichaam nog steeds lag te vechten voor mijn leven en niet op wilde geven. Ik ademde nog, dat wist ik zeker. Misschien maar heel licht, maar ik ademde nog. Het enige dat ik nog moest doen, was uit deze wereld komen. Alleen maar wakker worden uit deze droom, die nu eerder een nachtmerrie leek. Ik bleef maar rennen, maar kwam geen meter vooruit. Het hele bos leek hetzelfde. Ik zat vast in de wereld die mijn hoofd gecreëerd had. De wereld van de bewusteloosheid.

    Odile - Goede vampier.

    Lewis wordt wakker, zij het met tegenzin. Ik heb hem wel eens in een beter humeur meegemaakt. Afijn, ik ben er al blij mee dat hij Quinten niet aangevallen heeft in een reflex.
    ‘Dus… Wat doe ik? Geef ik Savoy een rammeling, of hang ik de bezorgde vader uit bij dat joch?’ vraagt deze.
    'Geen van beide,' zeg ik, alsof ik zijn ergernis helemaal niet heb gehoord.
    '.. maar ik zou het waarderen als je de deur in de gaten houdt, al is het maar om te zorgen dat die idioot hem niet nog een keer te pakken krijgt. Ik weet niet hoe kritiek zijn toestand is, maar bij een volgende aanval is hij dood.'
    Dan komt er nog iemand in de deuropening staan. In een reflex draai ik me om, maar slaak dan bijna letterlijk een zucht van opluchting als het Yue blijkt te zijn.
    'Kan ik helpen?' vraagt ze.
    'Eh.. zou je..' Ik gebaar naar de doek om Quintens nek.
    'Dat misschien willen verschonen? Ik weet niet of ik, uh..' Ik hol gauw naar de keuken en haal een schone doek op.
    'Ik weet niet of het goed gaat als ik het doe,' zeg ik en geef haar de schone doek in handen. Mijn toestand is overduidelijk een stuk verslechterd. Is het niet aan het bloedtekort te wijten, dan wel door de immense hoeveelheid stress. En in zo'n geval moet ik extra oppassen om niet in de verleiding te komen om Quinten aan te vallen. Het is al zwaar genoeg om tegen mijn eigen vermoeidheid te vechten, laat staan nog tegen mijn lust.


    No growth of the heart is ever a waste

    Jonah Kingston

    Even wipte mijn wenkbrauw omhoog, toen ze snel terug krabbelde nadat ze er bijna iets had uitgeflapt, maar ik reageerde verder niet. Hun privéleven uitpluizen was niet echt mijn dada. Bovendien had ik wel anderen die dat voor me deden en als er iets alarmerends of iets interessants bij zat, dan kreeg ik het wel te horen. ‘Hmm,’ zei ik ongeïnteresseerd. ‘Gewoon toeval.’ Of ze meden haar… Misschien was ze dan toch de dochter van de Kingsley’s. Bijna grinnikte ik. De ironie ook. Had ik de dochter van die vervelende vliegen op visite, wie had dat ooit gedacht ? Traag stond ik op en begaf me naar een prachtig afgewerkte, houten bar in de hoek van de ruimte en opende het mini-koelkastje. Met een keurende blik koos ik uiteindelijk voor een B negatief en voorzag mezelf van een glas om weer een nuttige dag mee te beginnen. ‘Dus… wanneer ben je van plan om te beginnen met mijn opleiding,’ vroeg het meisje dan, waarop mijn ogen kort verwijdden en ik mijn adem uitblies om mijn onbeslistheid daarover uit te drukken. ‘Gut, gut. Ik heb vandaag teveel dingen te doen en bovendien heb je je loyaliteit aan mij nog niet bewezen. Wat dacht je? Dat ik je zonder enige vorm van contract van mijn faciliteiten ging laten genieten?’ Ik grijnsde ietwat boosaardig en stapte met een vaste tred naar de deur. ‘Ik dacht dat je slimmer was dan dat,’ loog ik terwijl ik de deur opende en een lichtelijk verraste Anders toonde. ‘Je bent erg luidruchtig,’ merkte ik ietwat misprijzend op. De grote blonde vampier boog kort zijn hoofd. ‘Mijn excuses, heer,’
    ‘Hmm. Kom binnen,’ De vampier deed wat er van hem gevraagd werd, al nam hij de uitnodiging niet aan als vriendelijk en informeel en liet zijn ietwat militaristische houding niet varen. ‘Ik heb wat u heeft gevraagd, heer,’ deelde hij cryptische mee, met een wantrouwend oog op Yasmin. Mijn lippen krulden zich om in een lijzige glimlach. ‘In dat geval kunnen we juffrouw Lavossa gauw van haar angsten verlossen, is het niet, mijn beste?’


    Frankly my dear, I don't give a damn.

    Yue
    'Eh.. zou je..' Ik knik al voor Odile haar vraag heeft afgemaakt en loop op haar en Quinten af. Ze snelt weg en komt al snel terug met een schone doek, die ik vlug aanneem en tegen Quintens wonden duw. Als we het bloed weten te stelpen redt hij het misschien nog.. Zodra de geur van zijn bloed mijn neus weer binnen komt bijt ik op mijn lip en probeer uit alle macht aan iets anders te denken. Het helpt niet tegen mijn hoektanden, die al flink gegroeid zijn, maar toch helpt het me om kalm te blijven. Ik vraag me af hoe het kan dat Odile er meer moeite mee heeft zich in te houden dan ik. Zij is immers ouder, dus zou ze er niet juist beter mee om moeten kunnen gaan? Aan de andere kant, voor zover ik weet heeft ze haar hele leven mensenbloed gedronken, toen ik in de villa kwam was dat zelfs nog zo. Misschien dat ze het daarom moeilijker vind het bij dierenbloed te houden, aangezien dat dat toch wel beduidend minder smaakt en ze mensenbloed gewend is. Ik werp een blik op Quinten, die nog steeds slap op het bed ligt en herinner me ineens iets dat ik ooit eens heb geleerd. Als iemand bewusteloos is kan het gebeuren dat zijn tong verslapt en zijn keel verstopt waardoor hij stikt. Om dit te voorkomen rol ik Quinten voorzichtig op zijn zij, de doek nog altijd stevig tegen zijn hals aan gedrukt.
    ‘Odile?’ vraag ik zacht, na een korte stilte. ‘Denk je dat hij dit gaat overleven? En als hij het overleeft, overleeft hij het dan wel bij Jonah? Zal hij hier ooit nog uitkomen, denk je?’

    -Quinten-
    Gelukkig leek het erop dat deze wereld wegvaagde. Alles begon voor mijn ogen te tollen en ik viel in het hoge gras. Langzaam veranderde het gras in een bed. Ik voelde weer iets en iemand drukte wat tegen mijn nek. Nog steeds had k geen kracht om zelf iets te doen en kon het er ook niet vanaf halen. Mijn ademhaling was zacht en moeizaam. Beetje bij beetje wist ik steeds meer over wat er gebeurd was. Odiel had me dus verplaatst en ik lag nu in een bed. Iemand haalde de doek van mijn nek en begon er niet veel later met nieuwe kracht op te drukken. Ik wist niet wie het was of met welke bedoeling diegene drukte, maar het gaf met een gevoel van leven. Ik werd bij mijn bovenarms gegrepen en er ging zo'n pijn door mijn rug dat ik ervan moest kreunen. Moeizaam opende ik mijn ogen. Gelukkig ben ik met mijn gezicht naar de kamer toe gedraaid. Zo te zien, lig ik niet in mijn eigen bed. Misschien in de kamer van Odile en Lewis, zoals Odile gezegd had? Gelijkelijk verdween het wazige zicht en kon ik de kamer rond kijken. Yue stond bij me en op de achtergrond zag ik Odile en Lewis staan. Hoelang was ik dan wel niet bewusteloos geweest? Voor mijn gevoel was ik een minuut geleden nog in de badkamer, maar dat kon nooit. 
    'Denk je dat hij dit gaat overleven? En als hij het overleeft, overleeft hij het dan wel bij Jonah? Zal hij hier ooit nog uitkomen, denk je?’ hoor ik Yue vragen. Vermoeid knipper ik even. Zelfs zij wisten dus niet of het goed zou gaan.
    'Yue,' mompelde ik zacht. 'ik ben wakker.' meer kon ik niet melden. Dat gaf genoeg teken dat ik nog leefde en ze misschien actie moesten ondernemen, of weet ik het wat. Ik had hier geen verstand van.