• Het plot


    Met moed, samenwerking en wilskracht is het de bewoners van de villa gelukt de grens te doen breken. Er zijn bijzondere vriendschappen ontstaan in moeilijke tijden. Maar dat betekent niet dat de groep nu veilig is. Een duistere vampier, Fjodor, uit het verleden van Odile besluit om terug te keren en hetgeen terug te nemen wat hij het zijne acht: Odiles leven en haar vrijheid, in de vorm van een huwelijk. Opnieuw wordt de groep in een onmogelijke positie geduwd om zich hun zojuist herwonnen vrijheid terug te krijgen, aangezien Fjodor hen gebruikt om Odile te manipuleren. Zal het ze lukken te ontsnappen, voor de eeuwige verbintenis wordt afgesloten?

    Rollen


    Huidige rollen

    - Quinten, mens
    - Yue, goede vampier
    - Savoy, soort van goede, maar eigenlijk ook slechte vampier Alternatieve versie van Savoy
    - Odile, goede vampier
    - Lewis, goede vampier
    - Jonah, egoïstisch stuk vreten. Ook een fanger.

    All drawing credit goes to C18. Alternate Savoy belongs to Vluuv

    Kerkhof

    - Dewi, mens -> ontsnapt
    - Aimée, mens -> ontsnapt
    - Candy, Timothy, Jamie -> dode mensen
    - Elif ,Gawyn -> dode vampiers
    - Damiën (Ash), Chase (James) -> weggegaan (vampierjagers)

    Joinen ?

    Kijk hier voor meer informatie over RPG's!

    Inspringen is altijd mogelijk. Vraag maar een samenvatting en ik we helpen je wel met inspringen (;

    Rollen die je kan aannemen

    - Fjodor zelf (if you dare... Mail dan naar C18, die de basis voor dit personage al heeft gelegd c: )
    - clanleden van Fjodor
    - Voedsel voor Fjodors clan. Mensen dus.
    - Goede vampiers kunnen we er ook altijd nog in droppen.
    - Andere gevangenen van Fjodor. We fixen wel wat om je er in te krijgen

    Lijstje for join - mag je gewoon in het topic droppen

    - Volledige naam:
    - Leeftijd (ev in vampierjaren):
    - Uiterlijk (beschreven):
    - Foto (hoeft niet):
    - Karakter:
    - Verleden:
    - Gave(voor vampiers):
    - Extra:

    Weetjes over vampiers


    - Kunnen in het daglicht, maar niet lang. Zonlicht op lange termijn is dodelijk.
    - Een vampier kan verder door vuur gedood worden
    - Een mens wordt een vampier enkel als de vampier die hem bijt hem gif inspuit
    - Als een vampier een mens veranderd, wordt die vampier een mentor
    - Vampiers zijn sneller en sterker dan mensen en al hun zintuigen zijn ook sterk ontwikkeld.
    - Vampiers hebben geen eten/drinken nodig, ookal kunnen ze het wel eten.
    - Elke vampier heeft een soort kleine gave. Overdrijf ook niet hiermee.

    Regels


    - Lange posts!! (hoeven geen 1000 woorden te zijn, gewoon niet dat je twee zinnetjes zet en dat het dan gefixt is...)
    - 16+ scenes zijn hier toegelaten (zowel seks als gore), u bent dus gewaarschuwd (A)
    - Spelling en grammatica, guys. Kleine foutjes vinden we niet erg, maar niet dat er om de twee woorden een klopper van een spelfout staat.
    - Geen godmoding (= met de personages van anderen spelen) en powerplay (= je personage zo ontzettend sterk en prachtig maken dat de rest er niet tegenop kan), keep it real!
    - Ruzies leg je bij, buiten dit RPG. Er wordt ook niet geruziet over bepaalde wendingen die het RPG maakt. Als je wat te zeggen hebt, moet je dat vriendelijk en beleefd doen.

    HAVE FUN :'D


    Frankly my dear, I don't give a damn.

    Odile - Goede vampier.

    'Ik durf niet eerlijk tegen je te zijn. Zelfs niet na al die tijd. Ik wil je geen pijn doen.' Ik zie haar naar me kijken, maar haar blik is niet beschuldigend. Ik zie haar naar me wijzen, maar de manier waarop is niet verwijtend.
    'Ik zie je hart, Odile. God zal je niet vergeven wat je hebt gedaan. Je hebt de wetten overtreden.' Ik kijk haar geschokt aan.
    'G-god? Is er een.. god?' Ze knikt en legt een hand op mijn schouder.
    'Ja. En er is een duivel. Ik heb gesmeekt om hem je mee te laten nemen, maar je straf op aarde is nog niet voorbij. Het spijt me.. Odile..' Ze huilt. Ik kijk naar mijn beide handen, doordrenkt van bloed.
    'Je mag eerlijk tegen me zijn nu. Nu niemand toekijkt.' Ik kijk om me heen. Ik bevind me in een grijze ruimte. Desolate plaatsen, dit is hoe ik me werkelijk voel, deze wereld heb ik gemaakt.
    'Deze plaats, deze droom, jij, papa.. allemaal zijn ze uitwegen. Maar ik kom niet meer terug. Ik wil niet verder meer leven, niet op deze manier. Ik wil dat iemand me meeneemt, of het nu god of de duivel is.' Haar ogen worden vochtig, ze neemt me in mijn armen. Wat is ze groot en warm.
    'Zeg zulke dingen niet, denk ze niet eens.'
    'Waarom? Waarom?! Als ik moet lijden, dan maakt de plaats godverdomme niks meer uit!' Ze neemt mijn hoofd tussen haar handen. Mijn ogen zijn vochtig.
    'Zelfs god is overtuigd van je verdorven karakter. Mensen - wezens - met een karakter waarin de duivel al zolang is geen huizen zijn niet meer te redden. Het enige wat je nu nog kan doen is handelen uit goedheid. Misschien.. misschien zal hij genade voor je tonen. Maar ik beloof niks.' Ik neem afstand van haar.
    'Handelen.. uit.. goedheid? Maar wat is.. goedheid?'
    'Alle dingen die niet uit eigen belang worden gedaan, maar voor een ander.'
    'Ik heb bloed, bloed aan mijn handen. Hoe kan ik...' Ze pakt een doek en veegt mijn handen af. De grijze mist wordt langzaam lichter. Ik meen zelfs een straal van de zon te zien.
    'Je moet niet meer doden. Alleen god heeft het recht levens te nemen.'
    'Mama... vind je me een.. monster?'
    De woorden lossen langzaam op in de lucht. Ik zie haar me aankijken. De stilte is oorverdovend. Seconden worden minuten. Haar oordeel kan alles breken.
    'Nee. Als je een monster was, zou ik je tranen niet hebben gezien.'


    No growth of the heart is ever a waste

    Wow, mooi geschreven :o
    Die dromen van Odile zijn altijd echt heavy.. Heel mooi geschreven!

    Vluuv schreef:
    Wow, mooi geschreven :o
    Die dromen van Odile zijn altijd echt heavy.. Heel mooi geschreven!

    je neemt me de woorden uit mijn mond.

    Ohlol, ik dacht dat mensen 't crappy zouden vinden, but glad that you liked it! ^^'.


    No growth of the heart is ever a waste

    Niet zo onzeker zijn, jouw posts zijn altijd echt prachtig ;D
    Trouwens, ik had het er met Sioux over, en ik was helemaal vergeten dat Yue ook nog een gave heeft.. Ik had er nooit wat mee gedaan en wachtte eigenlijk steeds op een goed moment om hem te introduceren ;o Maar die heeft ze dus wel, ze kon namelijk gedachten lezen, dus als ze ineens dingen begint te horen snappen jullie waardoor dat komt, hehe, dan laat ik haar gave langzaamaan ontwikkelen c:

    Savoy
    "Als je me dan niet alleen wil laten, zorg ik zelf wel dat ik niet bij jou in de kamer hoef te zijn." Ik voel hoe de haren in mijn nek overeind gaan staan en bal mijn vuisten. Vies klein mensje, ik krijg je wel. Zodra hij zijn eerste stap buiten de deur zet sta ik al bij hem. Zonder iets te zeggen pak ik hem met een hand bij zijn nek en smijt hem met brute kracht terug de kamer in, het bed op. Ik stap weer binnen, doe de deur dicht en lik over mijn lippen, die droog aanvoelen. Lang genoeg gespeeld nu. Als hij zich niet vrijwillig aanbiedt help ik hem met alle liefde een handje mee. Ik pak hem weer bij de keel en duw hem ruw tegen de muur aan. Door zijn gezicht mijn kant uit te draaien dwing ik hem in mijn ogen te kijken. "Luister eens," begin ik op kalme, maar geïrriteerde toon. "Ik heb genoeg gehad van deze schijnvertoning." Ik gebruik mijn gave weer en nu ik de bevelen uit kan spreken en hem in de ogen kan kijken merk ik dat het makkelijker gaat. "Open je ogen, Quinten, kijk me aan. Kijk me aan, kijk in mijn ogen. Goedzo. Ogen open houden, blijven kijken. Ja, braaf zo, heel mooi. Luister naar me, Quinten. Ik ga je bloed drinken nu, en je houdt je stil. Duidelijk?" Ik lik weer langs mijn lippen en voel mijn hoektanden groeien en in mijn tong prikken. "Ik hoop van harte voor je dat ik duidelijk ben geweest, want ik ben niet in een opperbest humeur vandaag, en ik heb geen zin in geschreeuw. Dus houd je je bek, of ik smijt je zo hard tegen die muur daar dat je miezerige nekje breekt en je nooit meer kunt lopen. Capice?" Ik grijns en kijk in de ogen van mijn prooi. "Mooizo. Nu, dit prikt misschien eventjes.." Mijn tanden prikken door zijn dunne, bleke velletje heen en meteen komt zijn bloed omhoog wellen. Oh, zalige, zalige verlossing. Ik drink niet snel, ik geniet van elke druppel en koester het gevoel van zacht, levend, warm, pulserend mensenvlees onder mijn tanden. Het bloed laat een tintelend gevoel achter in mijn mond en keel en ik voel hoe ik enigszins licht word in mijn hoofd, al is het niet op een onprettige manier. Ik ben niet van plan hem te vermoorden, zeker niet. Maar zijn gezeur en geblaat werd begon op mijn zenuwen te werken en bovendien had ik dorst.. Een slokje mensenbloed op z'n tijd kan nooit kwaad.

    Quinten
    Nog voor ik ook maar een stap buiten de kamer kon zetten, was Savoy al bij me. Hij greep me bij mijn nek en smeet me door de kamer. Ik voelde dat ik tegen iets hards aankwam, maar zakte daarna op het bed. Dat was dus een muur die ik met een grote kracht geraakt had. Een kreun verliet mijn mond toen Savoy me weer bij mijn nek pakte en tegen de muur drukte. Ik probeerde nog weg te kijken, maar hij had mijn hoofd naar zich toe gedraaid. Mijn laatste hoop was mijn ogen sluiten, maar iets leek me weer over te nemen. Ik kon alleen maar in zijn ogen kijken en luisteren naar wat hij zij. Hij leek nog zo rustig. Snel knikte ik gehoorzaam door zijn bevelen. Ik beet op mijn lip toen hij zijn tanden in mijn nek zette. Hoe kon ik stil zijn als hij me zoveel pijn deed? Mijn ogen had ik nu gesloten en wachtte af tot hij eindelijk zou stoppen. Een pijnlijk trekkend gevoel zat op te plek waar zijn tanden zaten. Helse pijn ging door mijn lichaam en ik moest mijn uiterste best doen om niks te laten horen. Al mijn spieren had ik gespannen in de hoop dat, dat me zou aflijden, maar helaas. De pijn bleef komen en leek zelfs steeds erger te worden. Ik kon het niet meer laten om zacht te kreunen toen een nieuwe pijnscheut zich een weg door mijn lichaam baande. Hoe lang dacht hij te kunnen drinken? En hoeveel dronk hij eigenlijk? Ik had geen enkel besef van de hoeveelheid bloed dat in mijn lichaam zat, maar Savoy leek dat duidelijk wel te hebben. Mijn lichaam leek zijn energie langzaam te verliezen. Mijn spieren ontspande zich en ik had niks meer als mogelijke afleiding. Ik voelde me slap en pijnlijk. ‘Savoy?’ mompelde ik in de hoop dat hij zou merken dat hij moest stoppen. Doden zou hij me toch niet, of dat hoopte ik dan. Ook hoopte ik dat de klap tegen de muur niet teveel schade had achter gelaten. Savoy kon hard gooien als hij wou, dat had ik net ervaren.

    Yue
    Het groene heuvel landschap dat zich voor me uitstrekt heeft een vreemde, warme gloed over zich heen liggen. De grassprietjes voelen als dons onder mijn voeten en gelukzalig loop ik rond, zonder gedachten of doel, alleen maar genietend van dit moment. Dan zie ik een vrouw staan, en een jongen, en nog meer mensen. Ze hebben een picknick-kleed bij zich waar allerlei overvolle schalen en karaffen op staan. Ik eet met ze mee, en lach en dans en geniet. Dan hoor ik een stem en verbaasd open ik mijn ogen.
    Meteen ontglipt mijn droom me, en terwijl ik net nog precies wist waar hij over ging blijf ik nu alleen met een soort warm, veilig gevoel zitten. Ik kijk de kamer rond en vraag me af waarom ik al wakker ben. Is het zo laat? Het is donker en rustig in de kelder, dus daardoor kan ik toch niet wakker zijn geworden? Stilletjes blijf ik liggen en probeer de slaap weer te vatten, als ik heel ver weg ineens een vaag stemmetje hoor. Hoeveel heeft hij al gedronken? En dan, iets duidelijker, een zachte fluistering. "Savoy?" Fronsend kom ik overeind en spits mijn oren. Ik hoor het vage stemmetje weer, maar even zacht als net. ..Hard gooien.. Net ervaren.. En dan is het weer weg. Het is weer precies zo stil als eerder, maar het lukt me niet meer om rustig terug in mijn bed te gaan liggen. Ik gooi de dekens van me af en sta op, als ik ineens een vage bloedgeur ruik. Als in een reflex lik ik langs mijn lippen, maar dan besef ik me plots wat dit best eens kan betekenen. Is Quinten in gevaar? Heeft Savoy hem aangevallen? Aarzelend open ik de deur van mijn kamer en stap de gezamenlijke ruimte in, die ook in duisternis is gehuld. De geur wordt iets sterker en onzeker wat te doen schuifel ik stilletjes naar de kamer waar Odile en Lew slapen. Ik klop op de deur. "Odile?" fluister ik, zo zacht mogelijk. "Odile, Lew, slapen jullie?"

    Guys, donderdag vertrek ik voor 10 dagen, dus dan horen jullie waarschijnlijk niet van mij. Mijn excuses voor mijn afwezigheid btw; mijn leerkrachten zijn slavendrijvers...


    Frankly my dear, I don't give a damn.

    Lol, Tinne is gone en nu ga jij en dan ga ik :'D


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Maakt niet uit, I understand ;].

    Odile - Goede vampier.

    Ik hoor een klop op de deur. Mijn moeder verdwijnt en ik open een oog. Langzaam, voorzichtig. Nog steeds in semi-slaaptoestand kruip ik uit bed en doe de deur open. Mijn ogen kruisen die van Yue. Ik haal een hand door mijn haar - dat, zoals gebruikelijk een grote ragebol is.
    'Wat is er? Iemand dood? Fjodor hier?' Gedachteloos loop ik langs haar heen de woonkamer in.
    Ineens sperren mijn ogen zich open.
    'Ruik jij-' Ik staak mijn zin en slik het slijm in mijn mondholte weg. Zo zalig, zo verschrikkelijk zalig..
    Ik zet een paar stappen in de ruimte, weet de geur nu beter te traceren. Verdomme. Net wat ik dacht. De vuile miezerige straathond! Gedecideerd loop ik naar de keuken, haal een slagersmes tevoorschijn en been naar de kamer van Quinten. Zonder aarzeling smijt ik de deur open. Ik ben niet geamuseerd door wat ik zie. Met een vlugge beweging gooi ik het mes richting het tweetal, waardoor Savoy gedwongen is afstand te nemen eer hij niet wil dat zijn kop geraakt wordt.
    'Dit.. is slecht voor mijn humeur.' Ik leg de armen over elkaar, loop op Savoy af en trek hem met een chagrijnig hoofd van het bed af.
    'Luister eens goed naar me, miezerig stuk vampier. Nog maar even en je bent weer op vrije voeten. Dan kun je genieten van elk stukje mensenvlees dat er in je bereik komt. Voor nu blijf je van hem af!' Mijn blik kruist die van Quinten.
    Verdomme, hij heeft z'n gave op hem gebruikt. En ik ben vergeten een lap stof mee te nemen. Ik scheur een stuk van mijn shirt af en bind het om Quintens hals. Ik peil zijn polsslag. Hij is verzwakt. Ineens voel ik hoe een stroompje warm bloed op mijn vingers sijpelt. Gedachteloos breng ik ze naar mijn mond en lik ze af. Mijn ogen verwijden zich. Als bevroren stop ik waar ik mee bezig ben.
    'Quinten..' zeg ik zacht, dromerig, omdat ik weet dat ik de controle verlies. Ik moet nu handelen.
    'Wegwezen. Nu. NU! Yue! Hou me tegen!'


    No growth of the heart is ever a waste

    Savoy
    Net als ik besluit dat het genoeg geweest is gaat de deur open en aangezien ik Odile langer dan vandaag ken weet ik wat ze van plan is. Ik zet snel een stap weg bij Quinten, waardoor het keukenmes dat ze mijn richting op heeft geworpen me op een haar mist. 'Dit.. is slecht voor mijn humeur.' Stil en met mijn armen humeurig over elkaar geslagen luister ik naar haar gebrabbel. 'Hm, ik kan er ook niets aan doen. Breng dan ook eens wat beters dan die derderangs bloedzakken van je blonde..-' Ik stop abrupt met praten en kijk geamuseerd toe als ik Odile een druppel bloed zie op likken. Dat was geen slimme zet. Haar reactie vertelt me genoeg; Zij heeft net zolang als ik geen vers bloed meer gedronken. Ze snakt er naar, net als wij allemaal. Ik grinnik en kijk toe hoe ze langzaam de controle verliest. Arme, kleine Odile. Altijd maar vechten tegen haar ware aard. Ze weet het zelf net zo goed als ik: wij zijn de roofdieren, Quinten is de prooi. Het is onnatuurlijk om hem te beschermen, al helemaal in een situatie als deze. De jongen heeft geen familie, geen toekomst, hij heeft niets. We doen hem meer een plezier door hem te vermoorden.
    Hoe ironisch zou het zijn als Odile na het geven van die preek nu de jongen zelf af maakt? Ik lik de laatste restjes bloed van mijn lippen af en veeg met mijn duim mijn mondhoeken schoon. Quinten zit nog steeds versuft op het bed, nog enigszins onder de invloed van mijn gave. Ik grijns naar hem en wacht dan af of ze zich in zal kunnen houden. Vast niet. Niets kan een dorstige vampier tegen houden, ook zelfbeheersing niet.

    Yue
    De opluchting die ik voelde toen Odile me kwam helpen verdwijnt meteen als ik haar een druppel bloed op zie likken. Ik heb al de hele tijd mijn handen voor mijn neus en mond geslagen tegen de bloed geur, en toch voel ik mijn hoektanden prikken. Als ik nu vers bloed zou proeven zou ik zeker weten de controle verliezen. En volgens mij is dat precies wat er nu met Odile gebeurt. 'Yue! Hou me tegen!' roept ze nog net, voordat ze zich als een hongerige tijger op Quinten stort. Terwijl ik gil spring ik voor Quinten, net op tijd, en ik voel hoe Odile bovenop me land en in een reflex haar tanden al in mijn vlees zet. Ze heeft echter meteen door dat het geen mensenvlees is en laat me vrijwel onmiddellijk weer los. Omdat ik op Quinten terecht ben gekomen toen Odile tegen me aan sprong sta ik vlug op, zodat ik hem niet verstik, en ik leg een hand over de plek waar Odile me gebeten heeft. Nu de ergste schrik voorbij is voel ik pas hoe erg het brandt en er springen tranen in mijn ogen. Ik bijt op mijn lip en probeer Odiles blik te peilen. Heeft ze de controle weer over zich zelf? Is het weer goed? 'Odile?' zeg ik zacht, terwijl ik voel er druppels bloed op wellen uit de wondjes in mijn schouder en tussen mijn vingers door kruipen. Lang duurt het echter niet; Ik voel de huid genezen en dicht trekken en al snel is er niet van de wondjes over dat een plakkerig laagje bloed dat aan mijn vingers en schouders kleeft. 'Gaat het weer?' vraag ik voor de zekerheid en bestudeer Odiles gezicht. Als het nodig is werp ik me weer voor Quinten, maar ik weet niet of ze zich nog een keer door mij zal laten tegen houden.

    Quinten - mens
    Eindelijk laat Savoy los. Met een zachte plof kom ik weer op het bed terecht. Mijn hand druk ik snel tegen de plek waar Savoy’s tanden zonet net nog hebben gezeten. Als er iets is dat ik geleerd heb is het wel dat je bij zo’n wonden er altijd druk op moet oefenen. De stem Odile hoor ik dichterbij komen. Iemand heeft haar dus gewaarschuwd, maar ik heb niks gedaan. Wat er allemaal om me heen gebeurt vind ik niet meer interessant, terwijl ik een dag geleden nog heb gehoopt om het voor één keertje eens mee te mogen krijgen. Mijn hand voelt nu al warm en plakkerig. Versuft kijk ik voor me uit en zie dat Odile naar me toe komt. Ze heeft een stuk stof vast en ik begrijp dat dat voor mijn nek is bedoeld. Voorzichtig haal ik mijn hand daar weg en ze doet het stof eromheen. Snel werp ik een blik op mijn hand en zie, voor zover dat kan in deze verduisterde kamer, dat deze rood is. Zonder er echt over na te denken druk ik mijn hand weer tegen de doek. Het volgende deel krijg ik maar wazig mee. Odile hoor ik iets zeggen wat ik niet versta, niet veel later klinkt er een gil en voel ik iemand op me terecht komen. Gelukkig is het gewicht snel weer weg. Eerst moet ik mijn gedachten maar eens op een rijtje krijgen. Ik zit hier, bloedend, in een kamer vol hongerige vampiers. Ergens zou een belletje moeten rinkelen, maar mijn lichaam is daar te moe voor. Wat zei Odile nu?! Ik probeer me te concentreren en terug te denken. Mijn gevoel zegt me dat het iets met “weg” en “tegen houden” is, maar meer krijg ik niet voor mijn geest. Dat eerste geeft me genoeg aanzet om te bewegen. Voorzichtig probeer ik van het bed af te komen. Wat Savoy ook allemaal gedaan heeft, het laat duidelijke sporen na. Niks zeggen, geen geluid, dat was de opdracht. Als ik eenmaal overeind ben, zie ik het voor mijn ogen duizelen en grijp me vast aan de muur. Bij elke stap die ik zet voel ik een steek in mijn rug en krijg ik het gevoel dat in omval. Toch klem ik mijn kaken stevig op elkaar om geen geluid te maken. Uiteindelijk, met veel moeite en pijn, weet ik de badkamer te bereiken. Snel knip ik het licht aan en sluit ik de deur. Vervolgens strompel naar de wasbak. Daar steun ik met één hand op en kijk in de spiegel. Het rood van de doek lijkt nog roder afgeschilderd door mijn bleke huid. Mijn ogen staan moe en het is duidelijk dat ik nog maar weinig kracht over heb. De witte Tl-lichten, tegels werken ook niet echt mee. Alles draait om me heen en mijn benen bezwijken bijna onder mijn gewicht. Met een van de laatste beetjes kracht laat ik me tegen de muur langs de wasbak, zakken. De kou straalt door mijn lichaam terwijl ik mijn achterhoofd tegen de muur leg. Mijn hand drukt nog steeds tegen de doek. Met mijn vrije hand probeer ik de handdoek van het rek te pakken. Als dat eenmaal gelukt is, haal ik de vorige doek eraf om die te vervangen door de handdoek. Alles draait nog steeds voor mijn ogen en mijn rug laat merken wat het resultaat is van de klap tegen de muur. Mijn ademhaling is zwaar en mijn beeld nog steeds wazig. Hoe lang zal het eigenlijk duren totdat dit voorbij is? Langzaam neemt het bevel van Savoy in mijn hoofd af. ‘Auw.’

    Odile - Goede vampier.

    Ik heb mezelf niet meer kunnen beheersen. In een waas van misschien wel de sterkste dorst die ik heb gevoeld grijp ik mijn slachtoffer en land samen met hem op de grond. Te laat. Te laat, Quinten! Ik zet mijn tanden in het vlees, om er vervolgens tot mijn verbijstering achter te komen dat het een vampier is die ik nu probeer leeg te zuigen. Totaal uit het veld geslagen laat ik de vampier los.
    'Yue.. Yue!' Geschokt neem ik afstand.
    'Odile?' vraagt ze.
    'Het.. het spijt me. Ik had.. mezelf niet meer onder controle.'
    'Gaat het weer?' vraagt ze. Ik knik.
    'Ja, alles in orde. Waar is hij?' Mijn ogen flitsen door de ruimte, blijven vervolgens op Savoy hangen. Hij is nog steeds hier. En dan, ineens, vliegen mijn ogen naar de badkamerdeur. Daar is hij!
    'Ik ga hem opzoeken. Geen zorgen, ik kan mezelf nu wel.. inhouden.' Ik loop op de badkamerdeur af en doe hem open. Quinten zit tegen de muur geleund, zijn lichaam is verzwakt. Ik heb die blik eerder gezien bij Johannes, de man die tegenover Savoy en mij stond in de ring. Hij heeft zijn gave op hem gebruikt, het kan niet anders nu.
    'Het spijt me, ik verloor mezelf. Maar het is goed nu. Ik denk dat het 't beste is als je bij ons op de kamer slaapt. Het klinkt misschien vreemd na alles wat er nu gebeurd is, maar zodra ik niet rechtstreeks met je bloed in aanraking kom is het in orde.'


    No growth of the heart is ever a waste

    Quinten
    Nadat ik mijn ogen heb gesloten hoor ik de deur open gaan. Mijn ogen open ik weer en zie dat Odile binnen is gekomen. Ze zit gehurkt en iets van me af. Meteen krijg ik een verontschuldiging en uitleg. Nog steeds zwaar ademend kijk ik haar aan.
    ‘Het geeft niet, je kon er ook weinig aan doen,’ mompel ik. Waarom blijven ze me beschermen? Terug kan ik niet en als ik dood ben merkt ook niemand dat.
    ‘Ik heb het deels aan mezelf te danken. Hij maakte me gewoon gek waardoor ik niet echt meer nadacht over de gevolgen.’ De enigste die nog niet bij me betrokken is, is Lewis. Met hem heb ik ook al eens een aanvaring gehad, maar niet zoals deze. Wat zal hij er eigenlijk van vinden? Vooral als ik Odile’s aanbod aanneem en zij hun kamer niet meer voor hun alleen hebben. Het lijkt me niet leuk om hun privacy te verstoren, vooral niet in deze staat.
    ‘Als je het niet erg vind blijf ik liever even zitten. De smak die ik tegen de muur heb gemaakt, was niet bepaald goed voor me. En ik heb nu gewoon geen kracht om op te staan.’ Misschien is het wel beter als ik gewoon even uit de buurt van wezens blijf. Nog een keer zou ik niet overleven.

    Odile - Goede vampier.

    'Het geeft niet, je kon er weinig aan doen,' zegt hij zacht. Ik glimlach voorzichtig.
    'Ik had mezelf.. beter moeten beheersen.' Ik zeg het net zo zacht als hij. Ik vraag me af of Lewis al wakker is geworden door alle tumult. Hoe dan ook ben ik niet van plan om deze kamer te verlaten als Quinten het ook niet doet.
    ‘Ik heb het deels aan mezelf te danken. Hij maakte me gewoon gek waardoor ik niet echt meer nadacht over de gevolgen,’ gaat hij verder. Ik trek een wenkbrauw op van verbazing, om hem vervolgens weer te laten zakken.
    'Het is moeilijk.. om zijn gave te weerstaan als je niet op je hoede bent. Een verraste geest is een kwetsbare geest. Ik neem het je niet kwalijk, je kon het niet weten. Savoy heeft een heel sterke gave. Ik ken vampiers die in staat zijn dieren hun wil op te leggen, maar mensen - met zo'n complexe manier van denken...' Ik trek een mondhoek omhoog.
    'Stond hij maar aan onze kant.' Ik leun tegen de muur en maak het me gemakkelijk.
    'Al goed. Als jij van plan bent te blijven, dan doe ik dat ook. Al is het maar om te voorkomen dat iemand je leegzuigt.'
    Ik wend de ogen van hem af en kijk nu voor me. Al gauw ben ik weer in gedachten verzonken. En die gedachten zijn gevuld met pijn. Nog even. Nog even en alles is afhankelijk van Jonah. Mij zal hij niet redden, dat heeft hij me zelf gezegd. Maar de anderen. Voor hen moet er tenminste een uitweg zijn! Een toekomst! Ook al.. ook al is de mijne tegen die tijd weggenomen.


    No growth of the heart is ever a waste