Na haar vrije dag had Yenthe iedere week gewerkt, maar nu was het alleen aan haar om 's avonds bij de receptie te zitten en dus had ze de rest van de dag vrij. Ze vond het helemaal niet erg om 's avonds te werken, want dan was het rustig. De jongeren die eventueel arriveerden, waren vaak moe van de lange reis en wilden zo snel mogelijk naar hun plekje toe, dus hele gesprekken hoefde ze ook niet aan te gaan. Het nadeel was dat ze zich overdag vaak verveelde. Nu had ze echter wel weer tijd om te werken aan haar korte verhalen.
Met het verhaal van Johan was ze niet verder gegaan. Het voelde gek om over hem te schrijven nu hij wist dat ze dat wilde doen - als een soort schending van zijn privacy. Bovendien was zijn verhaal minder interessant geworden nu ze wist wat hem werkelijk dwars zat. In haar ogen waren er te veel verhalen over de liefde tussen een man en een vrouw. Er waren zoveel meer interessante onderwerpen om over te schrijven.
Toch had ze het Word-bestand van hem ervoor. De foto die ze had gemaakt, had ze nog niet verwijderd, omdat hij haar toch ergens had geïntrigeerd. Hij was vriendelijk geweest. Ze had zich zeker niet op haar gemak gevoeld bij hem, maar hij had haar niet veroordeeld om wat ze deed, terwijl ze er toch vanuit ging dat de meeste mensen dat wel zouden doen. Ze wist het niet zeker - eigenlijk wist niemand dat ze zo van schrijven hield.
Ze was Johan de afgelopen week niet tegengekomen - dat wilde zeggen, het vermijdingen was succesvol geweest. Ze wist niet of ze hem moest begroeten of niet als ze hem tegen zou komen en wist ook niet of ze hem wel wilde begroeten, want ze voelde zich toch nog beschaamd voor de foto die ze had gemaakt.
Toen ze zijn bestand wegklikte en verder ging met de beschrijving van een personage dat ze Nina noemde (een luidruchtige jongedame die haar onzekerheid verborg met een grote mond), was ze volledig in gedachten. Haar hart sloeg dan ook een slag over toen ze ineens een stem achter haar hoorde. 'Hé!'
Verward draaide ze zich om en keek ze recht in het gezicht van - jawel, ze had het kunnen weten. Johan keek haar met een grijns aan; schuin achter hem stond een wat jongere jongen, die een jaar of 18 moest zijn en die dezelfde blik in zijn ogen had als - hoogstwaarschijnlijk - zijn oudere broer.
'Hoi...' stamelde Yenthe. Ze klapte vlug haar laptop dicht en voelde hoe haar wangen enorm begonnen te gloeien.
'Was je weer aan het schrijven?' Johan sprong lenig over de rugleuning van het parkbankje heen en plofte naast haar neer. 'Ik stoor je nu, hè?'
Yenthe knikte enkel. Ze wist niet zo goed wat ze moest reageren. Johan zag er vrolijker uit dan de vorige keer en leek zich op zijn gemak te voelen, in tegenstelling tot Yenthe, die het liefst door de grond zakte. Letterlijk.
'Was het weer over mij?' zei Johan met een knipoog.
Ze schudde haar hoofd. Weer een stilte.
'Hmm. Jammer, ik was wel nieuwsgierig wat je verzonnen had.' Hij grinnikte en ze voelde een soort verontwaardigd gevoel opborrelen, want hij deed net alsof alles één grote grap was. Niet dat ze dat gevoel ooit zou uitspreken of in enige vorm zou laten merken; dat zou ze nooit durven.
'Hé Jo, ik ga vast naar het water, oké?' zei het jongere broertje plotseling. Yenthe volgde zijn blik, die niet op Johan gericht was, maar op twee meiden die nu ook richting het strand liepen. De één had een ietwat alternatief uiterlijk, met roodgekleurd haar, en het andere meisje had een lang, vol bos bruin haar.
'Ja, prima. Ik om er zo aan!' was Johans reactie. Terwijl de jonge jongen wegliep, richtte Johan zijn aandacht weer op Yenthe. 'Wil je mee naar het strand? We gaan met een paar vrienden zwemmen.'
Ze slikte. Heel kort keek ze hem aan, maar daarna wendde ze haar blik weer af. Waarom zou hij haar meevragen? Ze wist niet eens zeker of ze het vertrouwde. Misschien zat Racquel hier wel achter; die was wel in staat om haar te laten denken dat iemand haar mocht, om vervolgens in haar gezicht duidelijk te maken dat dat zeker niet het geval was. 'Nee, hoor, ik blijf liever hier.'
'Alleen? Op een bankje?' Er klonk een klein beetje medelijden door zijn opmerking.
'Met mijn laptop,' zei Yenthe, die voorzichtig glimlachte, al was ze eigenlijk opnieuw beledigd.
'En al je verzonnen personages.'
'Wat wil je daarmee zeggen?' Het was eruit voor ze er erg in had. In haar hoofd had ze het veel verontwaardigder bedoeld, want het kwam er vooral verdedigend uit.
Hij haalde zijn schouders op en wendde zijn blik af. 'Ik veroordeel niet, hoor. Maar ik ben je nu al twee keer in je eentje hier tegengekomen. Ik dacht dat mensen naar deze camping kwamen om gezellig te doen met hun vrienden, dat is alles.'
'Oh.' Ze sloeg haar ogen neer. 'Ik woon hier. Mijn vader runt deze camping. Dus... Nou ja, vandaar dus.'
Hij draaide schichtig zijn hoofd om. 'Je vader runt deze camping?' herhaalde hij. 'Hoe bedoel je?'
Ze fronste haar wenkbrauwen. Was dat niet heel erg voor zichzelf sprekend? 'Dat hij de baas is hier. De oprichter.'
'Maar dat zou betekenen dat je het zusje van Racquel bent..?' Hij klonk enorm verbaasd, maar Yenthe begreep nu wel zijn verbazing beter. Ze zuchtte. Natúúrlijk kende hij Racquel.
'Halfzusje,' verbeterde ze hem. 'Vandaar het verschil in uiterlijk.' Ze had nu al helemaal geen behoefte meer om met hem te praten; als hij Racquel kende, zou hij binnen de kortste keren te horen krijgen dat Yenthe sociaal gestoord was en wat hij nu van haar meegekregen had, zou dat alleen maar bevestigen.
Hij lachte, al was het een klein beetje vreugdeloos. 'Wauw. Jullie zijn echt compleet verschillend.'
'Hmm.'
'Racquel is het meisje dat me afgewezen heeft.'
'Oh.' Yenthe haalde even adem. 'Ja, dat eh - dat is wel iets voor haar.'
'Hoe bedoel je?'
Haar hele lichaam begon te zweten en ze begon met haar vingers aan haar laptop te pulken - in het hoekje was hij kapot en dat had ze met tape vastgemaakt - toen ze zei: 'Nou eh - ze vindt mannen wel leuk.' Toen hij niet reageerde, wist ze dat hij niet genoegen nam met dat antwoord en overwoog ze haar volgende woorden. 'Ik bedoel - mannen, meervoud. Dus het is niks persoonlijks.' Er volgde nog steeds geen reactie. 'Sorry,' mompelde ze.
Een beetje lucht ontsnapte uit zijn mond. 'Jij hoeft je excuses echt niet aan te bieden, hoor. Het is haar manier van doen. Niet de jouwe.' Hij glimlachte vaag naar haar. 'Ik heb niet het idee dat jij ook zo bent.'
Ze schudde haar hoofd. 'We kunnen niet veel meer verschillen,' zei ze zacht.
'Nee, zo'n vermoeden had ik al. Te beginnen met jullie uiterlijk.' Uiteraard. Want Racquel was heel mooi - een echte Italiaanse schoonheid - en daar kon zij met haar rode haren, haar sproeten en haar veel te bleke huid natuurlijk nooit aan tippen. 'Hebben jullie een goede band?'
Yenthe schudde haar hoofd. 'We hebben eigenlijk niet echt een band.' Ze spraken elkaar ten slotte vrijwel nooit. 'Lang verhaal.'
Hij grinnikte. 'Misschien moet je nu je eigen verhaal uit gaan typen. Ik denk dat jij een veel interessanter persoon bent om over te schrijven dan ik.' Hij stond op. 'Tenzij je alsnog zin hebt om mee te gaan naar het strand. Mijn aanbod staat nog steeds.'
Ze aarzelde. 'Ik houd niet zo van zwemmen,' mompelde ze met neergeslagen ogen. Of halfnaakt rondlopen met niets anders aan dan een bikini, dacht ze erachteraan.
'Dan ga je mee om te schrijven.' Hij grijnsde. 'Mijn vrienden zijn hartstikke interessant. Allemaal malloten met een achtergrondverhaal.'
Ze twijfelde nog steeds, maar nu ze wist dat hij het oprecht meende en ze zich - gek genoeg - iets meer op haar gemak voelde bij hem, overwoog ze het toch echt. Ze wilde echter haar laptop niet meenemen naar het strand, omdat er dan misschien zand tussen de toetsen zou komen, en sloeg het aanbod daarom toch af.
'Zelf weten. Je bent welkom. En anders zie ik je binnenkort vast wel weer ergens rondlopen.' Hij gaf haar een vriendelijk klopje op haar schouder en liep toen weg. Ze keek hem lang na, een beetje beduusd van wat haar overkomen was. Misschien was het toch mogelijk om hier vrienden te maken - het leek erop dat hij Racquel's mening niet zou meenemen in zijn oordeel over Yenthe.
If you want the rainbow, you gotta put up with the rain