Regina Mills 'The Evil Queen'
“The Evil Queen is inside me, always trying to get out”
"Dat we hier samen zitten en The Dark One bestrijden betekent niet gelijk dat ik je weer volop als moeder zie." riep Quinn boos door de tralies. "Hendrick is misschien wel zo dom geweest, maar ik ben slimmer dan hij." Mijn ogen schoten even naar de tralies, die opmerking deed pijn. Ik dacht dat we op de goede weg waren, Quinn en ik. Maar nu was ik degene die naiëf was, ik kon ook niet verwachten dat het nu in één keer goed zou zijn tussen ons. Ze liet mij eigenlijk sprakeloos, ik wist niet goed hoe ik hierop moest reageren. Snel vestigde ik mijn aandacht weer op Graham die knipperde met zijn ogen. Nu die wakker was leek hij direct weer pijn te hebben. "Die vraag vraag ik mezelf ook af, sinds de eerste seconden dat ik hier weer terug ben in Storybrooke." gaf hij als antwoord. "Maar zover het lijkt, lijk ik nog te leven." Ik glimlachte kort. Hij kwam iets verder overeind. Hij kreunde even en kneep zijn ogen even dicht. "Rustig aan doen jij," Ik probeerde hem lichtjes te ondersteunen. Toen hij zijn ogen opende keek hij mij en Emma om de beurt aan. "En al een plan?" vroeg hij met een zwak glimlachje. Ik knikte, "We hebben iets geprobeert en wachten nu af of het werkt." Ik keek Emma even aan en merkte dat er iets aan de hand was. 'Er is hier net magie gebruikt.' mompelde ze zachtjes. 'En het was geen Dark Magic.' voegde ze eraan toe. Ik kom overeind en ga naast haar staan. Nu voel ik het ook, het signaal is heel zwakjes. Vol verwondering kijk ik naar de vrouw naast mij. Haar magie lijkt steeds sterker te worden, dat ze al in staat is om zo'n zwak signaal op te vangen. Het kost mij zelfs moeite. 'We worden gered!' schreeuwde ze vervolgens. 'Help!' schreeuwde ze met haar mond net tussen de tralies. "Emma, rustig. We willen niet de verkeerde mensen aantrekken." Ik greep haar bij de tralies weg. "Ze vinden ons wel, ze zijn dichtbij.
Elsa 'Queen of Arendelle'
“The Cold Never Bothered Me Anyway”.
'Opsplitsen lijkt me beter.' Hook liep vast naar de trap. 'Ik ga boven kijken misschien kunnen we ook wat bruikbaars vinden om de oude Rumplestiltskin terug te halen.'' Hij liep een paar treden omhoog en keek naar boven daarna weer naar mij. 'Want geloof me ik heb liever de oude Rumplestitlskin dan deze.' Ik knikte, "Ja ik ook." Een glimlach verscheen op zijn gezicht en hij liep weer even naar mij toe. 'Zoek naar aparte, vreemde dingen, iets wat een doorgang zou kunnen vormen naar een of andere ruimte die hij verborgen wilt houden, we weten allemaal hoe hij is en hoe goed hij dingen verborgen kan houden. Vervolgens liep hij weer naar de trap om naar boven te gaan. "Komt goed, we gaan ze vinden." zei ik vastberaden. Ik liep de trap af naar beneden. Deze kwam uit in een lange gang. Er waren enkele deuren die naar kleine kamertjes leidden, maar waar niets te vinden was. Ik tilde alles op en voelde aan alles wat los en vast zat. De schilderijtjes draaide ik om en ik trok aan alle kandelaars. Plotseling verscheen er een deur, waardoor ik van schrik achteruit sprong. Ik voelde dat de deur met magie beveiligd was. Ik dacht lang na, één verkeerde spreuk en ik zou er geweest zijn. Ik herinnerde mij een oude spreuk uit de bibliotheek van Arrendelle. Ik had hem nog nooit uitgevoerd, maar het was het enige dat ik kon proberen. Ik sprak de woorden uit en vuurde mijn magie af op de deur. Snel sprong ik aan de kant, mocht er iets misgaan. Maar tot mijn verbazing zwaaide de deur langzaam open. Nieuwsgierig keek ik naar binnen, er was een half met een trap naar beneden. Ik twijfelde of ik Hook moest roepen, maar die was toch ergens boven. Ik kon het beter eerst zelf inspecteren. Behoedzaam liep ik door de donkere gang, de trap af. Ook hier waren verschillende deuren, ik begon bij de eerste deur recht, waar helaas niets te vinden was. Vervolgens koos ik voor de deur er tegenover. Verstijfd bleef ik staan, ik hoorde een luid geschreeuw, 'Help!' klonk het vanachter de deur. Ik trok de deur open en kwam in een gang met verschillende hokjes met tralies er voor. Ik besefte mij dat dit Rumplestiltskin's kerker moest zijn. "Emma? Quinn? Zijn jullie hier?" Ik snelde mij naar de eerste tralies, waar ik een zwartharig meisje zag staan. "Ohh Quinn, ik heb je gevonden." riep ik uit. Er viel een last van mijn schouders af en ik voelde hoe er tranen over mijn wangen liepen. Maar dat maakte mij niet uit. Ik was zo bang geweest dat Rumplestiltskin hen iets had aangedaan. Ik rende naar de andere cel waar Emma, maar tot mijn verbazing ook Regina en Graham zich bevonden. "Jullie zijn er ook!" riep ik opgewonden uit. Ik rende snel terug naar de cel van Quinn, omdat zij daar in haar eentje zat.
When you believe your dreams come true