Venomis had vlak na haar komst in het dorp al achterhaald waar Ferapyle woonde. Het was niet zo ver bij het dorpsplein vandaan, want hij moest direct kunnen optreden als er iets aan de hand was.
In de schaduwen wachtte ze op hem, want ze wilde niet dat hij door de anderen gezien werd. Satyr zou voorlopig nog wel bezig zijn met opruimen en ze had twee van zijn broers net al met een meisje zien meegaan.
‘Ariana? Wat doe jij hier?’
Ariana draaide zich om en keek de oude satyr speels aan. ‘Ik ben nog niet moe. Ik dacht dat we misschien… het feestje konden voortzetten.’
Ze zag hem ongemakkelijk om zich heen kijken, maar er was niemand in de buurt. Het lag in zijn aard om een vrouw te verleiden – in plaats van andersom – maar zijn vele jaren in de dorpsraad hadden die eigenschap min of meer verdreven en ze durfde te stellen dat hij niemand meer had gehad sinds zijn vrouw tussen haar kiezen was verdwenen.
‘U heeft toch wel een extraatje verdiend, na al uw inzet voor de stad?’
Ze stapte op hem af en streek even langs zijn wang. Daarna pakte ze zijn hand.
Ferapyle leek over zijn twijfels heen te stappen en trok haar mee naar binnen.
Tot Ariana’s opluchting was er niemand te bekennen. Zodra hij de deur dichtdeed, boog ze zich naar hem toe en kuste ze zijn lippen. Ze had geen zin om hier uren haar tijd te verdoen.
Toen ze zijn tong in zijn mond voelde, moest ze zich inhouden om hem niet van zich af te duwen. Ze had niet verwacht dat het een verschil zou maken met wie ze zoende, maar Rodey was een stuk prettiger.
Het duurde niet lang voordat de sater eindelijk van wanten wist. Hij had haar meegenomen naar zijn slaapkamer, waar Venomis hem had verteld dat hij op haar moest wachten, omdat ze een verrassing voor hem had. Terwijl de oude bok zich uitkleedde, sloop Venomis naar beneden, op zoek naar het keukenblok. Ze pakte een groot mes dat netjes aan de muur hing en klemde vingers eromheen. Een donkere glimlach speelde om haar lippen terwijl ze zich weer naar Ferapyle begaf. Ze verstopte het mes tussen haar jurk, die ze al gauw rond haar enkels liet vallen zodra ze weer binnen kwam. Ze keek hem uitdagend aan, maar hij leek verbijsterd bij het zien van haar jonge lichaam.
Venomis had eigenlijk geen idee wat hij verder van haar verwachtte. Ze moest er niet aan denken gemeenschap te hebben met zo’n verachtelijke wezen als hij en daarbij wist ze niet eens hoe dat moest of wat daar het nut van zou zijn, want nakomelingen konden ze godzijdank toch niet voortbrengen.
‘Doe je ogen dicht,’ fluisterde ze.
Ferapyle reageerde onmiddellijk en Venomis duwde hem achterover op het matras, terwijl ze bovenop hem ging zitten. Net toen hij zijn ogen wilde openen, duwde ze het mes tegen zijn keel.
‘Wat krijgen we nou?’ bracht hij verbijsterd uit.
‘Heerlijk om eindelijk de angst in je ogen weerspiegeld te zien.’
‘Ik – waarom doe je dit?’
Venomis snoof. ‘Je hebt geluk dat ik je zolang met rust heb gelaten.’
Hij wilde haar van zich afduwen, maar met een felle beweging sneed ze zijn oor eraf.
Zijn geschreeuw echode door het lege huis en ze kneep waarschuwend zijn strot dicht. ‘Geen woord, voordat er straks geen enkele sater meer is die dit huis verlaat.’
‘Wie ben je?’ bracht hij zacht snikkend uit.
‘Jouw nachtmerrie.’ Een maniakale grijns tekende haar lippen. ‘Net als die van je vrouw en dochter.’
‘Mijn vrouw? Wat – wat weet je van haar?’
Venomis boog zich over hem heen. Haar lippen waren slechts een centimeter van die van de zijne verwijderd.
‘Dat ze prima smaakte.’
Ze zag dat zijn gezicht opzwol van woede en ze duwde het mes nog wat dieper in zijn vel. ‘Tut-tut. Denk aan die lieve kindertjes.’
Zijn ogen knepen zich tot spleetjes. ‘Venomis.’
‘Heel goed, ja. Dat je mijn naam nog weet. Het is immers al zolang geleden…’
‘Je moet het begrijpen! Het was een zware keuze en -’
‘En wat?’ spotte ze. ‘Jullie moeten geen mensen van ons proberen te maken. Dat is de reden dat we bij ze vandaan zijn gegaan.’ Ze gleed even met haar hand over haar naakte lichaam. ‘En dit lichaam – dat heeft je zoon me gegeven. Slechts een kleine opgave toch, om zijn verdwaalde zusje terug te krijgen? Als ik haar niet gevonden had, was ze hier nooit meer teruggekomen.’ Ze boog zich naar hem toe. ‘En nu kan ik eindelijk wraak nemen voor al die jaren dat ik mijn eentje door de wildernis heb moeten zwerven, als klein kind dat niet wist wat ze fout had gedaan. Vind je me een monster, Ferapyle?’ Ze lachte haar witte tanden bloot. ‘Dat hebben jij en je maatjes van me gemaakt.’
Na die woorden sneed ze in één haal zijn keel door. De lakens raakten al snel besmeurd met zijn bloed en Venomis veegde het mes schoon, trok haar jurk weer aan en verliet het huis.
Every villain is a hero in his own mind.