• Oorspronkelijk is dit verhaal begonnen op Hyves, maar omdat die er helaas mee gaat stoppen, willen we hier graag verder gaan.
    Iedereen is natuurlijk vrij om mee te doen, maar we zitten dankzij Hyves' faillissement dus wel midden in het verhaal! Hopelijk hebben jullie hier begrip voor.


    Het is zeven jaar na het begin van het eerste verhaal. Nadat ze het Instituut hebben verlaten, wonen Kato, Cordelia, Emily, Wyatt en Rodey op het eiland waar Kato is opgegroeid.
    Inmiddels hebben Cordelia en Emily een kind gebaard.
    De vulkaan op het eiland Montserrat begint weer actief te worden. Uit angst dat hij gaat uitbarsten, verhuisd iedereen met de kindertjes naar Hawaii, plus enkelen van Kato's familieleden die dieper in het bos wonen en hem geloven.
    Omdat ze allemaal zo verschillend leven en de luxe van het Instituut gewend zijn, zijn ze altijd afhankelijk gebleven van de mensen aan het vaste land van de Verenigde Staten.
    Op Hawaii blijkt een hele nederzetting te zijn van vreemde wezens die niet in de mensenwereld kunnen wonen en om welke reden dan ook, hebben besloten om niet bij hun soortgenoten te zijn.
    Er is maar een kleine groep van die wezens die hen durft te vertrouwen. De zeemeerminnen en Rodey worden wel toegelaten, maar voor de halfwolven blijven ze vrezen. Ze zijn bang dat ze andere wezens opeten.
    Zij worden geacht om in de bossen, buiten het dorp te leven, tussen de andere, gevaarlijkere wezens. Daarom verlaat ook niemand het dorp. Behalve voor het water.
    Het dorp wordt bestuurd door een stel wijzen, die bepalen wat ze allemaal moeten doen wanneer er iets gebeurd.

    Meer uitleg en het inschrijf topic vindt je hier: http://www.quizlet.nl/forum/topic.php?tid=157054

    Personages

    Bethany 'Beth' - 21 - tijgermens q]Marjannee[/q
    Enaid - 97 - ederos q]Hohenheim[/q
    Ferapyle - ? - sater q]Ensiferum[/q
    Leona - 27 - trol q]Ensiferum[/q
    Meller Wartons - 14 - mensee q]Marjannee[/q
    Michelle L'Oreal - 22 - vervloekt mens q]Ensiferum[/q
    Minkabh - +/- 47 - papegaaienotter q]Hohenheim[/q
    Peikka - 31/32/33 - follet q]Hohenheim[/q
    Russel Wartons - 22 - mensee q]Marjannee[/q
    Satyr - 21 - sater q]Ensiferum[/q
    Stimpy - 1 - eekhoorn q]RosanneB[/q
    Tari - 19 - elf q]Marjannee[/q
    Venomis - 24 - dracaena q]Ensiferum[/q
    Weather - 20 - Treeture q]Marjannee[/q

    Nieuwkomers
    Allie - 22 - zeemeermin q]Hohenheim[/q
    Athiabbe Duskfury - 20 - halfwolf q]Hohenheim[/q
    Baiel - 22 - nereïde q]Marjannee[/q
    Cordelia Duskfury-Grecia - 21 - zeemeermin q]RosanneB[/q
    Emily Grecia - 22 - zeemeermin q]Marjannee[/q
    Glaie - ? - nereïde q]Marjannee[/q
    Gyab Duskfury - 19 - halfwolf q]Hohenheim[/q
    Javelin Ash - 21 - halfwolf q]Marjannee[/q
    John ? - ? - mens q]Marjannee[/q
    Kato Duskfury - 22 - halfwolf q]Hohenheim[/q
    Limany Redfinder - 22 - halfwolf q]Hohenheim[/q
    Maerle - 0 - zeemeermin/nereïde q]Marjannee[/q
    Nykin Duskfury - 0 - halfwolf/meermin q]Hohenheim[/q]/[q]RosanneB[/q
    Oliver May - 24 - mendax q]Marjannee[/q
    Pagelino Duskfury - 12 - halfwolf q]Hohenheim[/q
    Patja Duskfury - 9 - halfwolf q]Hohenheim[/q
    Prahi - 29 - Syrene q]Hohenheim[/q
    Qako Duskfury - 26 - halfwolf q]Hohenheim[/q
    Rodey Diablo - 21 - bosduivel q]Hohenheim[/q
    Wyatt - 23 - waternimf q]Hohenheim[/q
    Yati Stormghost - 22 - halfwolf q]Hohenheim[/q
    Zipp +/- 4- bosduivel q]Hohenheim[/q

    Overig
    Jill - 22 - mendax q]RosanneB[/q

    [ bericht aangepast op 11 nov 2013 - 20:47 ]


    You were born with wings. Why prefer to crawl through life?

    'Wat is daar? Moet ik daarheen?' vroeg John, die het lastig vond om Kato als wolf te begrijpen.


    If you want the rainbow, you gotta put up with the rain

    Kato knikte en zwaaide met zijn staart heen en weer om hem duidelijk te ,Aken dat het goed was.


    Zaldrizes buzdari iksos daor. Maester > Zaldrizes

    Het was al weer enige tijd geleden dat Wyatt Cordelia echt had gesproken of zo voelde het tenminste. Hij zag Kato in wolvengedaante door het dorp lopen en ging er van uit dat die moest werken. Hij wilde graag weten hoe zij en het ei het maakten en besloot hen even op te zoeken voordat Athiabbe klaar was met werken.


    Zaldrizes buzdari iksos daor. Maester > Zaldrizes

    Cordelia was heel blij om Wyatt te zien.
    'Wat een verrassing!' zei ze blij. Door Wyatt vergat ze heel even alle zorgen aan haar hoofd over John en Rodey. Ze liet hem binnen na hem even geknuffeld te hebben. 'Hoe gaat het met je? Ik vind het echt heel fijn om je te zien. Sorry dat ik niet eerder langs ben gekomen bij je.' Ze keek hem schuldig aan.


    You were born with wings. Why prefer to crawl through life?

    Wyatt grinnikte om haar bezorgde reactie. Ze was net een dag thuis.
    'Ik voel me prima, maar ik kwam eigenlijk voor jou en je kleine. Is het ei al uitgekomen?'


    Zaldrizes buzdari iksos daor. Maester > Zaldrizes

    Cordelia schudde haar hoofd. 'Nee, nog niet. Het ligt warm in de wieg. Ik kan niet wachten tot het komt,' zei ze glimlachend.


    You were born with wings. Why prefer to crawl through life?

    John liep naar het huisje en klopte aan.


    If you want the rainbow, you gotta put up with the rain

    Cordelia stond op toen er op de deur geklopt werd. Ze verwachtte eigenlijk geen bezoek, en Kato was vast nog niet terug.
    'John!' zei ze verbaasd. Ze voelde zich ineens een beetje schuldig omdat ze hem achter hadden gelaten. 'Kom binnen,' zei ze gauw. De uitdrukking op Wyatts gezicht was een en al verbazing.
    'Het spijt me dat Kato en ik zomaar weg zijn gegaan,' zei ze oprecht. 'Dat was erg ongepast van ons. Zal ik even iets te eten voor je maken? Je ziet er echt... je hebt voedsel nodig,' zei ze bezorgd. 'Als je wilt kun je je wel even wassen? Dan kun je zolang een gewaad van Kato aan,' ratelde ze. Ze vond het nooit zo prettig om andere mensen zonder kleren te zien. Bij Kato maakte het haar niet zo veel uit, want hij was tenslotte haar man.


    You were born with wings. Why prefer to crawl through life?

    'Ik hoef niets te eten, bedankt,' antwoordde John. Hij had zichzelf al volgepropt en merkte dat hij er buikpijn van had gekregen. Zijn maag moest nog aan het eten wennen. 'Maar ik zou me graag even willen wassen.' Hij glimlachte dankbaar.


    If you want the rainbow, you gotta put up with the rain

    Cordelia ging hem voor naar de badkamer en gaf hem een schone handdoek en legde een gewaad van Kato neer.
    'Neem je tijd,' zei ze. 'Als je iets nodig hebt roep je maar.'


    You were born with wings. Why prefer to crawl through life?

    John genoot er intens van toen hij het water om zijn lijf voelde. Hij voelde zich nog steeds niet helemaal schoon, maar het water weekte wel de meeste viezigheid van zijn lichaam en ook zijn haren klitten iets minder aan elkaar toen hij een lang bad had genomen. Hij besefte dat het lang zou duren voordat hij weer net zo fris zou zijn als voorheen, maar dat kon hem bar weinig schelen. Hij was blij dat hij nog leefde en dat hij Glaie weer zou zien, al zou het langer duren nu ze terug was naar de nereīdegrot. Hij was er zelf, als mens, nooit geweest, maar hij wist dat het geen korte reis was en hij kon de waterwezens niet zomaar dwingen om haar op te halen.
    Hij realiseerde zich maar al te goed dat hij zomaar van dit eiland verbannen zou kunnen worden als hij hier te lang bleef. Momenteel leek Venomis geen intenties te hebben om hem te laten oppakken, maar hij was bang dat ze hem vroeg of laat als een bedreiging zou gaan zien omdat hij als een van de weinigen de waarheid wist en daarom was het beter als hij niet al te lang meer zou blijven. Hij was nu echter te zwak en te moe om al een reis te maken. Bovendien zou hij dan zijn werk in de mensenwereld weer moeten oppakken, want hij herinnerde zich dat je zonder werk weinig in de samenleving kon. Ook daar was hij nog niet aan toe.
    Tegelijk zou het moeilijk worden om weer tussen de mensen te leven. Hij was erachter gekomen dat mensen geen goede wezens waren en gemakkelijk beïnvloed konden worden door macht en rijkdom. Het zou niet gemakkelijk zijn om zijn soortgenoten weer te zien met de blik waarmee hij altijd naar hen had gekeken voordat hij Glaie en alle andere wezens had leren kennen.
    Toch waren niet alleen mensen verkeerde wezens. Hij had gedacht dat Rodey een vriend was, iemand die bij de "familie" hoorde. Dat was hem behoorlijk tegengevallen. John verachtte hem nog meer dan Venomis, omdat Rodey zich had voorgedaan als een vriend. Hij had John gemakkelijk mee kunnen nemen, want John had hem vertrouwd. Hij was een vriend.
    Het bleek wel weer hoe erg men er soms naast kon zitten. Over Venomis' mensengedaante kon John niets zeggen; hij wilde het risico niet nemen dat ze zijn vrienden iets aandeed. Over Rodey had ze echter niets gezegd en John wilde daarom niets anders dan wraak nemen voordat hij wegging. Rodey verdiende geen vrienden die hem vertrouwden, want hij was niet te vertrouwen. John zou er alles aan doen om hem zwart te maken.
    Uiteibdelijk droogde hij zich af en deed hij het gewaad van Kato aan. Hij voelde zich een dtuk frisser en was Cordelia dankbaar voor haar gastvrijheid. Dat zei hij dan ook toen hij weer de woonkamer binnen liep. 'Hoe gaat het nu, met alles en iedereen?' vroeg hij toen hij onderuit gezakt was op de bank, moe van alle intensieve dingen die hij alweer had gedaan. Hij tilde zijn voeten omhoog en masseerde de onderkant met zijn handen. Hij was helemaal niets meer gewend.


    If you want the rainbow, you gotta put up with the rain

    Wyatt wilde veel liever weten hoe het met John was gegaan, maar was niet van plan er naar te vragen. Hij was hier waarschijnlijk niet om over zijn gevangenschap te praten, al had Wyatt geen idee hoe lang hij al weer op vrije voeten was.


    Zaldrizes buzdari iksos daor. Maester > Zaldrizes

    Kato wist dat hij Rodey nooit zou kunnen vinden als hij zich in de bomen bevond. Kato kende het terrein nog niet goed genoeg om alle bomen te herkennen op hun vorm en geur en daarom zou hij Rodeys vermomming nooit doorzien. Het was dus hopen dat Rodey gewoon in het gras zou zitten of ergens zou rondwandelen, waar Kato hem kon zien of ruiken.
    Het was eigenlijk nog te druk op straat om Rodey goed te kunnen zoeken. Kato wist dat hij ook ’s nachts vaak op was en dat hij dus wel dagen zou kunnen zoeken, maar hij had het er voor over. Rodey was zijn vriend geweest, zijn beste vriend op het Instituut nadat Minh overleed en Kato was niet van plan om zomaar iedere beschuldiging over zijn vriend voor waar aan te nemen. Misschien had het allemaal wel niets met elkaar te maken.
    Iedereen was zo’n beetje klaar met werken. Vele lieden bevonden zich daarom nu buiten, op weg naar huis, het café of waar ze zich ’s avonds dan ook op wilden houden. Kato slenterde een beetje tussen hen door, zich afvragend of hij er goed aan deed om Rodey zo open en bloot te zoeken. Als hij Kato had gezien, zou hij zich vast uit de voeten maken als hij niet gevonden wilde worden.
    Het werd langzaam donkerder toen Kato het dorp verliet door een geheime gang die Qako bij toeval eens had ontdekt en liep een paar rondjes om de muur. De maan en de sterren verschaften hem licht, maar zijn ogen deden het meeste werk. Hij speurde de omgeving af op eigenaardigheden. Voetsporen, vreemde geuren, afgekloven takken en bladeren, geritsel. Een of twee keer bleef hij stokstijf staan, omdat hij dacht Rodey te hebben gevonden, maar het bleek een vergroeide boomwortel te zijn en de tweede keer was het alleen de schaduw van een struik.
    Kato snoof door zijn neus en draaide zich om toen hij opnieuw een zacht geruis hoorde. Hij wist dat Rodey niet veel geluid maakte in de bomen. Dat zou zijn positie in zijn thuisland hebben verraden tijdens al die oorlogen waarin hij was grootgebracht. Met zijn neus voelde Kato dat het niet waaide en dat er een levend iets was dat zich tussen de bomen verschool. Zou het naar hem kijken? Kato wist bijna zeker van wel en daarom veranderde hij in een mens, zodat hij soepeler in de bomen kon klimmen en de takken zijn gewicht zouden kunnen dragen.
    Hij zei niets terwijl hij in een boom klom. Het kostte hem verrassend weinig moeite, al had hij al jaren niet meer in bomen geklommen. Niet zonder behulp van zijn sterke nagels en tanden. Kato hees zich op een tak en keek nog eens rond. In zijn mensenvorm zag hij niets meer en hij wist dat Rodey nu ontzettend in het voordeel was. Op de tast klom hij verder, zodat hij bij het licht van de maan om zich heen kon kijken en luisterde opnieuw of hij iets hoorde.
    Het was stil, maar dat betekende niet dat Rodey op dezelfde plek was blijven zitten. Misschien had Kato hem tijdens het klimmen niet gehoord. Hij bewoog even met zijn arm, om de pijn in zijn schouder kwijt te kunnen, maar dat lukte niet echt. Kato negeerde het.
    Hij strekte zijn arm uit naar een tak van een andere boom en wachtte met overspringen tot hij zeker wist dat hij stevig genoeg was. Kato zwaaide zichzelf naar een andere boom, maar doordat hij daardoor een meter lager kwam te hangen, werd het weer donker en suisde hij op de stam af. Hij wist dat hij de controle over zijn vaart kwijt was, maar kon er niets tegen doen, behalve loslaten. Daar wilde hij het echter niet op wagen op zes meter boven de grond en wist een smak tegen de boomstam te voorkomen door zijn voeten uit te steken.
    Door de klap, schoten zijn handen los en hij slaakte een kreet van schrik toen hij zeker twee meter naar beneden viel tot iets zijn val brak. Blijkbaar had iets dat in de boom zat, zijn armen uitgestoken en Kato onder zijn oksels op gevangen.
    Kato bleef een paar tellen hangen, hoewel het voor hem wel op minuten leken. Hij staarde met het zwart voor zijn ogen naar de diepte onder zich, zonder die te zien en slaakte een zucht van opluchting.
    Hij voelde hoe hij op een tak werd gezet en dat deze trilde zodra de persoon die erop gezeten had, was opgesprongen.
    ‘Wacht!’ riep hij. Hij luisterde en hoorde het ruisen nog enige tijd boven hem aanhouden. Ze zaten dus in dezelfde boom.
    Ondanks de pijn in zijn ledematen doordat zijn huid door verschillende takken was bekrast en hij niet erg zachtzinnig was opgevangen, klom hij weer omhoog.
    ‘Blijf daar.’ De stem klonk gejaagd en hield abrupt op met praten toen hij besefte dat Kato hem zo zou herkennen.
    ‘Rodey!’ Kato klom omhoog. ‘Waar ben je?’
    Het werd stil. Hij bewoog niet, maar Kato wel.
    Hij wist niet of Rodey het liet gebeuren of dat hij niet doorhad hoever Kato al was, maar zijn hand sloot zich om het gevorkte puntje van Rodeys staart en trok eraan.
    ‘Au!’ Rodey liet zich van de tak glijden en kwam op gelijke hoogte met Kato. Hij hoorde hem ademhalen. Jachtig en ongerust, zo klonk het.
    Kato wist dat hij Rodey zou moeten bedanken, omdat hij waarschijnlijk zijn leven had gered, maar deed het niet. Hij was er vrij zeker van dat Rodey hem enige tijd geleden juist had aangevallen en wilde eerst weten waar dat op sloeg voor hij zijn dankbaarheid zou uiten.
    ‘Cordelia vraagt naar je,’ zei Kato, omdat hij niet wilde toegeven dat hij zich vaak had afgevraagd waar zijn vriend uithing.
    ‘O.’
    Kato wist nu zeker dat het Rodey was.
    ‘Hoe gaat het met haar?’
    ‘Prima. Ze maakt het nu weer goed. ‘
    ‘Hoe bedoel je? Had ze complicaties tijdens de zwangersch-‘
    Kato kon het niet laten om hem een klap te verkopen. Rodey verdiende het. Kato wist gewoon dat hij loog en dat John de waarheid sprak. Rodey had hem een dreun op zijn hoofd gegeven en Rodey had John naar Venomis gelokt. Rodey wist dat Venomis het ei had en had er niets aan gedaan om het aan Kato en Cordelia terug te geven.
    Er gebeurde niets. Kato hoorde geen kreet en dacht even dat Rodey zich niet eens had verroerd toen hij een klap in zijn maag kreeg en van de tak afviel.

    [Ik ga later verder]


    Zaldrizes buzdari iksos daor. Maester > Zaldrizes

    Oehh lange stukjes! En arme Kato en John!


    'Het gaat wel goed,'antwoorddeCordelia behoedzaam. 'Ik wil je nogmaals bedanken, dat je je over ons kind hebt ontfermd.' Ze vlocht haar vingers in elkaar. 'Hoe gaat het met jou, John? Hoe ben je vrijngekomen?' vroeg ze zacht.


    You were born with wings. Why prefer to crawl through life?

    Stomme Rodey! Ooit vond ik hem xo leuk en nu ineens... :(

    'Venomis had me niet meer nodig,' zei John, die zijn woorden goed overdacht. Hij kon niets over "Ariana" zeggen, dus moest hij goed oppassen dat hij zich niet per ongeluk versprak.


    If you want the rainbow, you gotta put up with the rain