• DIMENSION TRAVEL.


    ––––––––––––
    Eindelijk zijn er wetenschappers met het idee gekomen om een tijdmachine te gaan maken. Ze hebben deze klaar, maar hebben nog proefpersonen nodig..
    Zodra ze deze gevonden hadden komen ze erachter dat deze machine niet in de tijd reist, maar in verschillende dimensies..
    Met een (mislukte) tijdmachine zijn er 15 jongeren belandt in een echte horror wereld. Ze zitten vast en kunnen hier never meer uitkomen.. Tenminste, als het de wetenschappers niet meer lukt om ze er weer uit te halen. Dan moeten de jongeren hun draai in deze wereld vinden.
    Gelukkig hebben de wetenschappers een speciale horloge bij ze om gedaan waarmee ze contact kunnen houden. Als je deze kwijt raakt dan heb je een groot probleem..


    Rollentopic.
    Lees dit, zodat je weet hoe de dimensie eruit ziet.


    Wezens:
    Assassin - James.
    Nychta - Athan Romanescu
    Tortura | Hidan - Andrei Shade Vaughn / Lilith.

    Meisjes:
    Aurorea - Willow Nastya Reyes.
    Nychta - Amberlynn Lee Jefferson.
    Assassin - Sage Evangeline Clark
    Aurorea - Erin Naveen Lightwood

    Jongens:
    Exasperated - Jack Rush.
    Oromis - Damien Hunter.

    Wetenschappers:
    Tortura | Hidan. - Xavier Hush Gray.

    Regels RPG:
    • Ooc binnen de haakjes: (), [], {}.
    • 16 + teksten mag.
    • Geen perfecte rollen. Iedereen heeft wel wat minpuntjes.
    • Max. 2 Personage's p.p.
    • Schrijf meer dan 1 á 2 zinnetjes. Anders valt de Rpg dood en het is echt niet zo moeilijk.
    • Geen ruzie maken. Hou het gezellig! De personage's zelf mogen wel ruzie maken.
    • Geen andere dingen verzinnen van de verhaallijn of ervan afwijken. Hou je er gewoon aan.
    • Maak geen grote beslissingen in je eentje en je bestuurt de personage van de ander niet! Alleen die van jezelf.
    • Have fun! (:

    [ bericht aangepast op 23 dec 2012 - 16:52 ]


    Ik dácht dat James misschien nog wilde jagen, omdat hij die ene dude nog moet vermoorden, maar goed, dan zal ik zo wel een post voor Willow schrijven.


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Willow Nastya Reyes
    James schudt lichtjes zijn hoofd als hij ziet dat ik aan het prutsen ben met het verband en pakt het verband uit mijn handen. 'Laat mij maar,' mompelt hij zacht. James pakt mijn handen vast en begint zorgvuldig het verband er om heen te wikkelen. 'Zo. Morgen zal het wel veel beter aanvoelen'. Hij laat mijn handen los, waardoor die op mijn schoot vallen. 'Dank je voor het verbinden,' glimlach ik licht. 'Het spijt me dat het zover kwam, dat was niet mijn bedoeling,' zegt hij dan. Ik schud mijn hoofd. 'Het is niet jouw schuld. Ik was zelf zo onhandig om te vallen, daar kan jij niks aan doen,' vertel ik hem. 'Nou, ga lekker slapen,' murmelt hij, waarna hij naar me toe buigt en een kus op mijn voorhoofd drukt. Vervolgens staat hij snel op en doet hij het licht uit. Het is pikdonker in de grot. Ik vraag me af wat die kus te betekenen had, maar voordat ik daar goed over na kan denken vallen mijn ogen al dicht.

    Slaperig open ik mijn ogen. Het duurt een paar seconden voordat het tot me door dringt waar ik ben. In James' grot. Het lijkt lichter te zijn als gisteren, en nu kan ik de grot tenminste wat beter zien. Mijn blik blijft hangen op James die bij de ingang van de grot zit. Ik strek me even uit, waarbij mijn botten iets kraken, waarna ik het bed uit glij en richting James loop. 'Goedemorgen,' begroet ik hem wat hees, wat nog komt van het slapen. Ik hoop dat James niks heeft gemerkt van mijn nachtmerrie van vannacht.


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    James - wezen

    Achter me hoor ik de geluiden die er op duiden dat Willow eindelijk eens wakker is geworden. Het was een lange nacht, ik ben uiteindelijk ergens even in slaap gevallen maar wakker geworden door Willows onrustige geslaap. Ik heb tijden naast het bed gezeten om te kijken of er niets mis was, maar het leek allemaal in orde te zijn, gelukkig. Daarna ben ik er vandoor gegaan, om mijn gedachten te verzetten. Ik heb expres het kamp gemeden en ben de andere kant op gegaan. Uiteindelijk heb ik wat van de vruchten voor Willow mee genomen.
    Al snel hoor ik de trippelende blote voeten op de vloer richting mij komen. "Goedemorgen." hoor ik haar zeggen met een wat hese stem en mijn lippen krullen wat omhoog als ik mijn hoofd omdraai en opkijk naar haar. "Goedemorgen." Mijn ogen glijden even over haar blote benen en het shirt van mij waar ze in loopt. "Staat je nog goed ook. Ik hoop dat je honger hebt." Ik pak één van de oranje achtige vruchten beet en gooi hem haar richting op. "Je sliep trouwens wel erg onrustig vannacht." merk ik vervolgens op, omdat ik nieuwsgierig ben naar waarom.
    Hierna haal ik mijn blik van haar af en kijk ik uit over de bomen. Het is vandaag redelijk licht, maar de nevel die over de grond hangt, verpest het zich groot en deels. Ik denk dat de mensen er wel blij mee zullen zijn, maar ik hou van het donker, ik ben er aan gewend en heb mezelf er op aangepast. De lichtere dagen zijn vervelend, het duurt even voor ik er op ingesteld ben.

    Sage Evangeline Clark

    Ik heb nog een tijd met mijn tas door het aannemende duister gesleept, tot ik er uiteindelijk geen zin meer in had en tegen een boom aan ben gaan zitten. Ik ben dan wel langzaam aan in slaap gevallen, maar niet echt diep. Ik werd constant wakker omdat ik het koud had, maar ik had geen zin om het kamp terug te zoeken, een slaapzak te halen en weer weg te gaan. Ik heb genoeg van Damien en de rest. Er zat nog een vest in mijn tas die ik maar aangedaan heb.
    Uiteindelijk word ik dan weer wakker, mijn lichaam stijf en pijnlijk. Ik gaap kort en mijn mag rammelt luid. Verdomme, ik heb eten nodig. Chagrijnig sta ik op en begin ik mezelf traag voort te bewegen naar waar ik denk dat het kamp wel moet zijn. Ik weet niet eens meer precies waar ik vandaan kwam, maar mijn richtingsgevoel is nog redelijk goed, gelukkig. Als ik een tijdje gelopen heb, kom ik Xavier tegen. Nou, eerst de geur van alcohol en daarna pas Xavier, ik hoef alleen maar mijn neus te volgen.
    "Kopie koffie, schoonheid?" brom ik chagrijnig en ik zet de punt van mijn voet tegen zijn been aan om er tegenaan te duwen. "Dat is dus je nieuwe hobby geworden, jezelf laveloos drinken tegen een boom. Veel plezier." Hierna loop ik iets meer schuin, al weet ik dat ik op de goede weg zit omdat ik Xavier tegen kwam. Ergens moet toch wel het kamp te vinden zijn? Ik hou even halt om een sigaret uit mijn jasje te vissen en een aansteker, waarna ik mijn sigaret aansteek en verder begin te lopen.


    Your make-up is terrible

    Willow Nastya Reyes
    'Goedemorgen,' zegt James. Zijn blik glijdt even over mijn blote benen en zijn shirt, die ik draag. 'Staat je nog goed ook. Ik hoop dat je honger hebt.' Hij pakt een van de oranjekleurige vruchten, die hij blijkbaar vannacht heeft gehaald, en gooit die mijn kant op. 'Alle kleren staan mij goed,' grinnik ik quasi-arrogant. Als ik de vrucht heb gevangen ga ik naast James op de koude grond van de grot zitten. 'Je sliep trouwens wel erg onrustig vannacht,' merkt James op, net op het moment wanneer ik een hap van de vrucht neem waardoor ik me er bijna in verslik. 'Het is niks,' zeg ik snel. 'Ik slaap wel vaker onrustig, niks aan de hand,' vervolg ik waarna ik mijn gezicht van James afwendt, omdat het daaraan misschien wel te zien is dat ik lieg. Stilzwijgend eet ik de vrucht verder op.
    'Ik ga me maar eens aankleden,' mompel ik als ik de vrucht op heb. Hierna sta ik op en loop ik de grot in waar ik mijn stapeltje kleren van de grond pak en die op James' bed leg. Ik trek het te grote, donkere shirt over mijn hoofd, om die vervolgens gelijk op te vouwen en op het bed neer te leggen waarna ik mijn eigen kleren aan trek.


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Andrei / Lilith, wezen.
    Ze had wat sterker aan het mes getrokken, alsof ze bang was dat ik het echt zou doen. Ik moest in mijn rol blijven, zo kon ik misschien ook dichter bij die wetenschapper komen. Bovendien vroeg ik me af waarvoor James het witte rolletje nodig had, volgens mij heette het verband. Hierna was ik al snel op de grond gevallen. Het blonde meisje deed hetzelfde toen ik angstig om me heen keek, alsof er elk moment een wezen te voorschijn kon springen.
    “Je zal alles heus niet vergeten,” zegt ze sussend, terwijl ze vluchtig een blik op haar wonden werp, maar ik kijk haar alleen geschrokken en ietwat bang aan. “Wel, wel! J-je snapt het niet… H-hij…” Ik begon zachter te praten toen ze bij me neer knielde en kwam wat dichter bij haar toe, terwijl ze me omhoog probeerde te trekken. “Hij laat het me vergeten… A-alles…” fluisterde ik heel zachtjes, waardoor het bijna onhoorbaar werd.
    Ik steunde op haar en keek kort naar mijn wonden. “Kom, we gaan terug naar het kamp. Daar is vast wel wat verband waarmee ik je wonden kan verzorgen.” Huiverig bijt ik op mijn lip en strompel iets met haar mee. “Straks komt hij ook voor jullie… D-door mij.” Jammerde ik nog altijd zachtjes en keek haar aan alsof ze mijn grote heldin is geweest.

    Xavier Hush Gray, wetenschapper.
    Mijn ogen deed ik weer pijnlijk dicht, omdat de hoofdpijn anders weer overwon. Iets wat leek te werken toen ik het deed, alsof mijn hoofdpijn dan niet zo erg zou zijn. De ene fles was bijna leeg en dan zou ik aan de andere beginnen, hoewel ik dit niet had hoeven doen als Kayla er was. Kayla… Een paar slokken nam ik van de oudere fles, totdat deze leeg was en ik gooide deze weg. Het kwam terecht in één van de bosjes achter me. Ik wilde net een de andere fles tegen mijn lippen zetten, toen ik een geritsel hoorde en toen snel mijn ogen weer dichtdeed.
    “Koppie koffie, schoonheid?” bromde een vrouwelijke stem chagrijnig, welke ik herkende als Sage. Ze zette de punt van haar voet tegen mijn been aan om er tegenaan te duwen en grommend deed ik mijn ogen weer open. Er was een verwilderende blik in te zien toen ik vaagjes naar haar keek. “Dat is dus je nieuwe hobby geworden, jezelf laveloos drinken tegen een boom. Veel plezier.” Wauw, als ze dat maar niet tegen de andere gaat zeggen. Ach, ondanks dat ik mezelf had voor genomen dat niemand hierachter zou komen: erger dan dit kan het niet worden. Ik weet dat ik er een hekel aan heb wanneer iemand dat zegt, maar we zitten hier in een dimensie met allemaal wezens, dus ik denk dat ik het wel mag zeggen / denken.
    “Ja, graag,” murmelde ik zachtjes, niet meer woorden eraan verspillend, aangezien mijn hoofdpijn dat niet toeliet. Als ze al koffie had, al was het maar instantkoffie, ik betwijfelde het echter. Ze begint echter direct verder te lopen en ik kijk haar even achterna, waarna ik diep zucht en me weer tegen de boom aan laat vallen. “Great…” zei ik zachtjes. Sage moet me ook altijd op een prima tijd tegen komen.


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Nychta schreef:
    ( Mitchell, goed als ik btw gewoon iets in elkaar flans?)

    Doe maar iets, zolang we maar verder kunnen ;p


    I hope you drown in all the cum you fucking swallow, to get yourself to the top.

    James - wezen

    '"Alle kleren staan mij goed." grinnikt ze quasi-arrogant waardoor ik breed naar haar grijns en knik. Als ze de vrucht heeft gevangen gaat ze naast me op de koude grond van de grot zitten. Willow neemt net een hap van de vrucht als ik begin over haar onrustige geslaap en verslikt zich er bijna in. "Het is niks." zegt ze snel. "Ik slaap wel vaker onrustig, niks aan de hand." vervolgt ze. "Het leek anders niet niets..." murmel ik. "Je had het over 'niet doen'." zeg ik dan op een iets beschuldigende toon, als teken dat het toch erger is dan ze beweert.
    "Ik ga me maar eens aankleden." mompelt ze als ze de vrucht op heeft. Hierna staat ze op en loopt ze de grot in. Ik kijk haar even na en trek mijn hoofd dan weer recht naar het uitzicht om haar niet te bekijken. "Wat wil je doen op deze mooie dag, Willow?" vraag ik dan aan haar, terwijl ik nog altijd voor me uit kijk. "Het is behoorlijk licht vandaag." mompel ik er dan achteraan, iets wat best nutteloos voelt omdat ze het vast en zeker zelf al opgemerkt moet hebben.

    Sage Evangeline Clark

    Als ik met mijn voet tegen zijn been aan heb geduwt, opent hij grommend zijn ogen, waarin een verwilderde blik te zien is als hij vaagjes naar me kijkt. Hierop zeg ik iets over zijn nieuwe hobby en loop ik alweer verder terwijl ik een sigaret op steek. Begin de dag met een belediging, dan gaat de rest vast beter. Het geeft me vooral een goed gevoel omdat ik dan eens iemand af kan bekken in plaats van dat ik word afgebekt. Ik voel me er dan ook werkelijk beter door, hoe slecht dat ook is.
    "Ja, graag." hoor ik Xavier dan murmelen, waarschijnlijk op een aanbod van de koffie. Ik hoor hem zuchten en 'great' mompelen. Hierdoor houd ik even halt, moet ik luid lachen en kijk ik even achterom naar de man die hoogstwaarschijnlijk zijn kater weg probeert te drinken. "Krijg je toch niet. Als je het wilt, moet je maar eens aan de rotmachine werken, dan heb je daar tenminste nog kans op. Ik kijk wel toe met een lekkere kop koffie in mijn klauwen." bijt ik hem licht vermaakt toe.


    Your make-up is terrible

    Willow Nastya Reyes
    'Het leek anders niet niets...' murmelt James als ik zeg dat het niks is. 'Je had het over “niet doen”,' zegt hij vervolgens op een iets beschuldigende toon. Ik doe echter alsof ik hem niet hoor en eet rustig mijn vrucht verder op. Wanneer die eenmaal op is, meld ik James dat ik me ga aankleden en loop ik de grot in.
    'Wat wil je doen op deze mooie dag, Willow?' vraagt James terwijl ik me omkleed. 'Het is behoorlijk licht vandaag.' Ik haal mijn schouders op, ook al weet ik dat James het niet kan zien, hoop ik tenminste. 'Weet ik niet,' antwoord ik. 'Er is hier niet bepaald veel om te doen... Wat doe jij normaal gesproken als er geen mensen zijn op wie, eh je kan jagen?' vraag ik terwijl ik mijn schoenen aantrek. Hierna loop ik naar de ingang van de grot.
    'James,' begin ik op een wat aarzelende toon. 'Het is echt niks,' vervolg ik dan, op een zo overtuigend mogelijke toon. 'Ik droomde gewoon dat ik ontvoerd werd door een stel kerels en dat ze me wilden vermoorden, gewoon een simpele nachtmerrie,' verzin ik.

    Erin Naveen Lightwood
    'Wel, wel! J-je snapt het niet… H-hij…' stamelt ze. Als ik bij haar neer kniel en haar omhoog trek begint ze zachter te praten. 'Hij laat het me vergeten… A-alles…' fluistert ze zo zacht, dat ik het nog maar net horen. Ik schud mijn hoofd en begint haar richting het kamp te trekken. 'Dat gebeurt heus niet, maak je maar geen zorgen,' zeg ik op dezelfde sussende toon als net, waarna ik zeg dat ik haar naar het kamp breng. Vanuit mijn ooghoeken zie ik haar huiverig op haar lip bijten en strompelt ze mee. 'Straks komt hij ook voor jullie... D-door mij,' jammert ze zacht. Ik blijf haast gelijk aan terwijl het roodharige meisje mij aankijkt alsof ik één of andere held ben.
    Als er echt een monster achter haar aanzit, is het niet verstandig haar naar het kamp te brengen. Dan komt iedereen die daar momenteel is in de problemen. Aarzelend bijt ik op mijn onderlip. 'Denk je dat het monster naar het kamp gaat als ik jou daar naar toe ben?' vraag ik op een zachte toon aan het meisje.


    [Baah, korte reacties, ik zal proberen de volgende wat langer te maken]


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Xavier Hush Gray, wetenschapper.
    Sage steekt een sigaret op, waardoor ik me herinner dat ik ook wel weer trek heb in eentje. Misschien, als ik het heel lief en vooral murmelend vraag, krijg ik er wel één van Sage. Het zou nog aardiger zijn als ze deze voor me aan zou steken, maar dat zal wel weer niet. Sage heeft nogal genoeg van ons, merk ik op, but I can’t blame her. Van deze dimensie word ik een bezopen wetenschapper, in plaats van dat ik eens het goede voorbeeld geef. Dit is alleen een slecht moment om James en Willow gelijk te geven. Sure, ik ben een erg slechte wetenschapper met geen benul van de dingen die ik hoorde te weten, die bovendien seks had gehad met een wezen en nu laveloos ergens tegen een boom ligt. Maar hey, als je dat allemaal aan de kant zet, heb ik ook goede kanten. Het is alleen jammer dat niemand die blijkbaar kan zien.
    Het luide gelach van Sage laat me even haar kant op kijken. Ze hield halt en kijkt even achterom. “krijg je toch niet. Als je het wilt, moet je maar eens aan die rotmachine werken, dan heb je daar tenminste nog kans op. Ik kijk wel toe met een lekkere kop koffie in mijn klauwen.” Bijt ze me licht vermaakt toe, waarop ik haar dodelijk aankijk. “We hebben hier niet eens koffie, slimmerd.” Grauwde ik laag. Ik was nog net op het randje dat ik normaal kon praten, nog een paar slokken en ik was weer als gisteravond. Fijn, erg fijn. “Sage, ik wil je wat vragen. Ga even zitten, wil je?” Ik gebaarde vaagjes en lichtelijk bezopen naar een plek bij een boom dichtbij.

    Andrei / Lilith, wezen.
    Ze schudt haar hoofd op mijn woorden en begint me richting het kamp te trekken, terwijl ik nog altijd op haar steun om niet alweer in elkaar te zakken. Ik doe dan ook alsof ik al de gehele tijd niet gegeten heb. “Dat gebeurt heus niet, maak je maar geen zorgen,” zegt ze op dezelfde sussende toon als net, waarna ze zegt dat ze mij naar het kamp brengt. Het bloed is ondertussen in dunne streepjes over mijn armen aan het gaan, terwijl sommige opgedroogd zijn.
    Na mijn andere woorden blijft ze voor enkele seconden stil, waardoor ik een gegrinnik moet inhouden, wat nog goed lukt – al zeg ik het zelf. Aarzelend bijt ze dan op haar onderlip. “Denk je dat het monster naar het kamp gaat als ik jou daar naartoe breng?” vraagt ze op een zachte toon aan mij. Mijn onderlip begint iets te trillen toen ze ‘het monster’ zei en eventjes kijk ik weg, waarna ik wat verdrietig en angstig opkijk. Zonder iets te zeggen, knik ik langzaam en vooral heel lichtjes, waardoor het bijna niet te merken is. Hierna zucht ik diep en begin ik toch zachtjes te praten.
    “Je moet me niet helpen…” waarschuw ik haar dan. “H-hij heeft een vloek over me uit gesproken…” Precies op het moment dat ik dat gezegd heb, worden mijn ogen heel groot en val ik uit haar armen weer op de grond. Alsof ik een hele erge hoofdpijn heb, grijp ik met mijn handen in mijn haren en duik in elkaar. Na een minuut zo gezeten te hebben, ga ik recht zitten en kijk ik met een levenloze blik naar mijn wonden. Vlak erna verschijnt er een panikerende blik in mijn ogen. “Bloed! W-wat, wie? Hoe?” Dan merk ik de jonge vrouw op en kruip achteruit, tegen een boom aan.


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    James - wezen

    Willow negeert wat ik zeg en eet gewoon door, tot ze uiteindelijk op staat om zich om te kleden. Ik vraag me af waarom ze over zoveel dingen gewoon niet praat, waarom hebben mensen dat? Ik verander maar van onderwerp zodat de ongemakkelijke sfeer van haar kant erover niet blijft hangen, wat het voelt nogal onprettig aan voor mij en ik heb al een rare bui vanmorgen.
    "Weet ik niet." antwoord ze. "Er is hier niet bepaald veel om te doen... Wat doe jij normaal gesproken als er geen mensen zijn op wie, eh je kan jagen?" vraagt ze en even later haar hoor ik haat voetstappen weer naar mij toe komen. "Oh, gewoon." murmel ik. "Beetje nieuwe martelmethodes verzinnen of die gast die tegen planten praat irriteren. Kan best leuk zijn." antwoord ik wat verlegen, omdat ik niet weet hoe ze reageert.
    "James." begint ze dan op een wat aarzelende toon en ik kijk vragend op naar haar. "Het is echt niks. Ik droomde gewoon dat ik ontvoerd werd door een stel kerels en dat ze me wilden vermoorden, gewoon een simpele nachtmerrie." Ik haal hierop lichtjes mijn schouders op. "Oké. Ik maak je de volgende keer wel wakker want het duurde me wat te lang, die creeps." Ik grinnik eventjes om de ironie ervan en kom dan overeind. "Laten we maar naar buiten gaan."

    Sage Evangeline Clark

    Xavier werpt me een dodelijke blik toe na mijn opmerking over koffie, maar het doet mijn werkelijk niets meer. "We hebben hier niet eens koffie, slimmerd." grauwt hij laag. Ik grijns eventjes vals. "Jij niet nee, ik wel." vertel ik hem dan iets plagerig, maar op een gemene toon alsof ik het absoluut voor mezelf zal houden, wat ik waarschijnlijk ook zal doen als ik het ooit in mijn tas vind en het op weet te lossen in warm water. Ik hou wel van een goede kop koffie, maar kan best zonder. Normaal neem ik mijn medicijnen ermee in, maar aangezien ik die ook niet inneem, heb ik ook geen drang naar die koffie, denk ik. Gewoon een gewoonte.
    "Sage, ik wil je wat vragen. Ga even zitten, wil je?" vraagt hij en hij gebaart vaagjes en lichtelijk bezopen naar een plek bij een boom dichtbij. Ik frons, doe wel enkele stappen dichterbij maar ga mooi niet zitten. "Ja, zodat je me onder kan kotsen zeker. Mij niet gezien hoor. Je kan best iets vragen als ik sta, slimmerd." Het laatste zeg ik op hetzelfde toontje als waarop hij tegen mij begon over die koffie. Ik kijk wat neerbuigend op hem neer en krijg ergens een beetje medelijden met hem, maar laat dat niet merken. Misschien moet ik hem zo maar even naar het meertje helpen, want hij meurt echt verschrikkelijk en daardoor ga ik ook liever niet zitten. Dat frist hem vast en zeker wel een eind op.


    Your make-up is terrible

    Ik heb echt een pechdag vandaag, lolo.

    [ bericht aangepast op 25 dec 2012 - 0:13 ]


    Your make-up is terrible

    Ik ken het meid. Ik herken het. :Y) Lollol.


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Erin Naveen Lightwood
    De onderlip van het meisje begint iets te trillen, waarna ze even wegkijkt om vervolgens verdrietig en angstig op te kijken. Ze knikt haast onopmerkbaar. Ik zucht zacht. Haar naar het kamp brengen is dus geen optie.
    Ze zucht diep en begint dan te praten, op een zachte toon. 'Je moet me niet helpen…,' waarschuwt ze. 'H-hij heeft een vloek over me uit gesproken…' Voordat ik weer kan zeggen dat het wel goed komt worden haar ogen groot en valt ze op de grond. Met haar handen grijpt ze in haar rode lokken en duikt ze in elkaar. Het lijkt alsof ze ineens een migraine aanval heeft. Na ongeveer een minuut gaat ze recht op zitten en staart ze met een levenloze blik naar haar wonden, alsof ze zich niet kan herinneren wat er gebeurd is. Er verschijnt een paniekerige blik in haar ogen. 'Bloed! W-wat, wie? Hoe?' Als haar blik op mij valt kruipt ze naar achteren.
    Ik kijk haar onderzoekend aan. Volgens mij heeft ze er totaal geen weet meer van wat er net gebeurd is. Ik kniel bij haar neer en leg voorzichtig mijn hand op haar knie. 'Ik heb je geen pijn gedaan, en ik ga ook geen pijn doen,' vertel ik op een rustige en heldere toon. 'Ik ga naar het kamp toe om hulp voor je te halen, en terwijl ik weg ben blijf jij hier rustig zitten wachten tot ik weer terug kom, oké?' vraag ik waarna ik alvast op sta.


    Willow Nastya Reyes
    'Oh, gewoon,' murmelt James. 'Beetje nieuwe martelmethodes verzinnen of die gast die tegen planten praat irriteren. Kan best leuk zijn,' antwoordt hij iets verlegen. Ik bijt kort op mijn lip. Nieuwe martelmethodes verzinnen. Juist. Daar denk ik liever niet aan. Ik besluit dat ik maar beter niet op dat van martelmethodes kan reageren. 'Er is hier iemand die tegen planten en bomen praat?' vraag ik, met een zachte grinnik. 'Als het een wezen is, dan is die vast niet erg gevaarlijk, of wel?' vraag ik vervolgens. Iemand die tegen planten en bomen praat kan lijkt me niet erg gevaarlijk zijn.
    Als ik heb gelogen waar mijn droom over ging haalt James lichtjes zijn schouders op. 'Oké. Ik maak je de volgende keer wel wakker want het duurde me wat te lang, die creeps'. Hij grinnikt even. Ik kan er echter niet om lachen. 'Als ik weer onrustig doe in mijn slaap, dan wil ik echt dat je me waker maakt, James,' zeg ik serieus.
    Hij komt overeind. 'Laten we maar naar buiten gaan.' Ik knik. 'Waar gaan we heen?'


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Andrei / Lilith, wezen.
    Het blonde meisje zucht zacht, waarna ik begin te praten. Vlak erna was ik al in elkaar gedoken, mijn handen in mijn rode haren gestoken alsof ik een migraine aanval had en waarna ik tegen een boom aan was gekrabbeld. Onderzoekend keek het meisje naar me, hierdoor beet ik op mijn onderlip en keek met grote ogen terug, terwijl ik mijn hand op mijn wonden deed bij mijn arm.
    Toen ze bij mij neer knielde, ging ik direct wat achteruit, maar doordat ze haar hand voorzichtig op mijn knie, stopte ik even en keek haar nieuwsgierig aan. “Ik heb je geen pijn gedaan, en ik ga je ook geen pijn doen.” Vertelt ze op een rustige en heldere toon. “Ik ga naar het kamp toe om hulp voor je te halen en terwijl ik weg ben, blijf jij hier rustig zitten wachten tot ik weer terug kom, oké?” vraagt ze waarna ze alvast op staat.
    Ik pak alleen heel snel haar arm vast, zodat ze nog half staat, een soort gebukt. “Niet gaan!” smeek ik direct, waarbij ik haar bang aankijk. “Straks komt hij weer.” Ik heb haar zo krampachtig vast, dat ik denk dat ik haar handen er nog af trek, maar dan laat ik haar los en sla mijn armen strak over elkaar. Mijn benen opgetrokken en mijn gezicht naar de grond gericht. “Schiet op dan, snel, snel!” zeg ik haar, een haastige toon in mijn nogal jammerende stem.

    Xavier Hush Gray, wetenschapper.
    Sage grijnst eventjes vals over mijn opmerking van koffie. “Jij niet nee, ik wel.” Vertelt ze mij dan iets plagerig, maar op een gemene toon alsof ze het ook echt voor zichzelf zal houden, waar ik haar ook voor aanzie. “Ik heb het nodig, Sage. Ik ga dood aan de hoofdpijn.” Jammer ik nu, voor het eerst dat ik hier ben eigenlijk. Ik overdrijf niet vind ik, dus mag het best, mijn hoofdpijn is echt dodelijk en irritant vooral. De sigaret in haar hand trekt nog steeds mijn aandacht, maar ik probeer mijn blik er niet te veel op te vestigen. Straks gaat ze daar ook nog mee pesten.
    Hierna had ik haar al gevraagd of ze wilde zitten. Ze fronst, doet enkele stappen dichterbij, maar ging niet zitten. Ach, ik had zoiets kunnen verwachten bij haar, dus ik kijk er ook niet raar op. Ik zucht alleen diep en kijk haar nog met dezelfde wazige blik in mijn ogen aan. “Ja, zodat je me onder kan kotsen zeker. Mij niet gezien hoor. Je kan best iets vragen als ik sta, slimmerd.” Het laatste zegt ze op hetzelfde toontje als waarop ik tegen haar begon over de koffie. Ietwat neerbuigend kijkt ze op me neer en ik zou er wat op gezegd hebben als ik nu niet in deze situatie verkeerde. Waarom moet ze me altijd op zulke beschamende momenten meemaken? Verdomme, verdomme en nog eens verdomme.
    “Niet kotsen.” Meld ik kort, omdat ik geen zin heb om lange zinnen uit te murmelen tegen haar. Hierbij schud ik dan ook mijn hoofd vaagjes. “Ik heb twee vragen voor je,” Ik steek twee vingers met een zwakke hand op, terwijl ik wat heen en weer beweeg door de drank. “Heb je nog een sigaret voor me?” Stel ik als eerste de vraag en kijk even kort verlangend naar de sigaret, waarna ik mijn hoofd tegen de boomstam aan laat leunen, aangezien ik dacht dat ik weer om kon vallen, zelfs nu ik nog zat. Mijn armen liggen losjes naast me op de grond. Voordat ik de tweede vraag stelde was ik even stil, waarna ik toch diep zuchtte en vroeg: “Wat houd liefde in?” Ik sluit mijn ogen bij deze vraag.


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    James - wezen

    Zoals ik al had verwacht slaat dat gemartel niet echt aan bij Willow en bij ze op haar lip. "Er is hier iemand die tegen planten en bomen praat?" vraagt ze, met een zachte grinnik en ik knik bevestigend. "Als het een wezen is, dan is die vast niet erg gevaarlijk, of wel?" vraagt ze vervolgens en ik moet lachen. "Natuurlijk wel, we hebben allemaal onze eigen dingen, al zijn sommige van ons gewoon gek geworden." verklaar ik. "Ik duidelijk niet dus." zeg ik er serieus achter aan.
    "Als ik weer onrustig doe in mijn slaap, dan wil ik echt dat je me waker maakt, James." zegt ze serieus. Ik trek mijn gezicht weer in de plooi na het gelach van net en knik serieus. "Goed, daar kan je wel op rekenen." zeg ik vervolgens. Ik vraag me dan echt af hoe erg haar dromen zijn als ik haar moet wakker maken.
    Willow knikt als ik zeg dat we gaan. "Waar gaan we heen?" vraagt ze en ik kijk even bedenkelijk. "Ik heb honger, laten we iets te eten zoeken. Iets normaals." het laatste voeg ik er vooral voor de zekerheid snel aan toe. "Dieren of zo. Ik neem aan dat jij zulke dingen ook wel eet?" vraag ik en ik begin al aan de weg naar beneden. Met dit licht zal Willow het vast en zeker ook wel zelf kunnen, toch? Nou, ze moe thet ooit leren als ze hier wilt blijven.

    Sage Evangeline Clark

    "Ik heb het nodig, Sage. Ik ga dood aan de hoofdpijn." jammert hij nu maar ik geef niet in. "Nee, had je jezelf maar niet naar de hel moeten drinken, oetlul." foeter ik hem uit. Zorgen voor iemand die dronken is, is eigenlijk helemaal niet leuk en ik weet ook wel dat hij de zorg helemaal niet bij mij ligt, maar toch voelt het wel zo voor mij. Het gaat automatisch, de zoveelste keer. Het zorgt ervoor dat ik kort ril door de herinnering, maar Xavier lijkt me geen persoon om agressief dronken te zijn, hij lijkt me eerder ingestort en hulpbehoevend. Zijn wazige blik zegt voor mij dan ook wel meer dan genoeg.
    "Niet kotsen." meld hij kort, waardoor ik me afvraag of hij nog wel in staat is om hele zinnen te vormen nu. Hij lijkt gewoon zo ver heen te zijn. Hierbij schud hij dan ook zijn hoofd vaagjes. "Ik heb twee vragen voor je." Hij steekt twee vingers met een zwakke hand op, terwijl hij wat heen en weer beweegt door de drank. Ik zucht ongeduldig maar blijf wel staan om naar hem te luisteren. "Heb je nog een sigaret voor me?" stelt hij als eerste de vraag en kijkt even kort verlangend naar de sigaret, waarna hij zijn hoofd tegen de boomstam aan laat leunen. Ik frons even, volgens mij rookt hij helemaal niet. Ik pak mijn sigaret beet, die al voor de helft op is, buig voorover en leg deze tussen zijn lippen. Alsof hij nu in staat is om daarover te klagen. Het is nog heel wat dat ik hem wat geef want net zoals met de koffie ben ik niet zo goedgezind om dingen weg te gaan geven.
    Hierna blijft het stil, waardoor ik me afvraag of er wel een tweede vraag is of dat hij die soms alweer vergeten is. Uiteindelijk zucht hij diep en stelt hij toch zijn vraag. "Wat houd liefde in?" Hij sluit zijn ogen bij deze vraag. Ik maak wat afkeurende geluidje. "Silly Xavier." mompel ik. "Jij bent echt te ver heen. Je weet op jouw leeftijd toch ondertussen wel dat liefde een sprookje is, bedacht door ongelukkige mensen?" Ik schud wat met mijn hoofd en kniel dan bij Xavier neer. God, wat ziet hij er slecht uit, ik zou bijna mijn koffie over zijn idiote kop heen gieten, maar het is ook een beetje zijn eigen schuld, al weet ik niet precies wat hem ertoe gebracht heeft om zich zo lam te zuipen.
    "Kom, ouwe. Ik denk dat je je beter even in het meertje kan gaan wassen. Je meurt als een vieze zwerver. Misschien voel je je erna toch iets beter." Ik sjor mijn eigen arm onder zijn arm door en probeer hem met mijn kippenkracht omhoog te trekken. "Help eens mee, joh." zucht ik, ook al weet ik dat hij dat waarschijnlijk niet eens meer kan. Ik hoop maar dat het meertje niet te ver lopen is, anders krijg ik het nog te verduren. "Het is voor de verandering eens helder buiten, dus mag jij ook wel even helder worden, goed?"


    Your make-up is terrible