Avery Violet Stone.
Hij praat nog altijd niet, waardoor er een stille, rare sfeer tussen ons is. Of ben ik de enige die het zo voelt, zo ongemakkelijk? Zijn blik gaat naar het raam, waar deze een hele tijd op rust. Toen ik begon te praten, liet hij zijn spieren iets losser en ontspant wat meer, hoewel zijn kaken niet mee werken. Deze zijn op elkaar geklemd en ik vraag me af of hij zich nog aan me irriteert. Het zou kunnen dat het de reden was. Ietwat gespannen draai ik nog altijd aan het kettinkje, welke ik eerder voor de grap aan Zane wilde geven. Echt vaag hoe snel de sfeer kan veranderen in zo’n korte tijd.
Toen ik mijn poelen van hem af wendde, was er een lichtelijk beduusde blik in mijn donkere ogen verschenen. Hij was wel duidelijk veranderd, zoveel spraakzamer was hij niet bepaald geworden, wat wel duidelijk te merken was. Ik had geen idee of ik was veranderd, al had ik wel het gevoel meer volwassener, in bepaalde opzichten, te zijn geworden. Zane zucht eens en blijft, net zoals ik, voor een moment stil. Donkere haarlokken zorgden voor gordijnen voor de zijkanten van mijn gezicht, eveneens voor mijn ogen. Zo zag ik niet hoe zijn blik eindelijk van het raam liet en naar mij keek, hoewel hij dan niets kon zien van mijn blik.
“Ik vertel het niet alleen niet tegen jou, niemand weet het.” Vertelt hij mij met een zucht en ook een ietwat toegeeflijke toon in zijn stem. Waarom voel ik me dan nog slecht? “Al zou jij wel degene zijn die alles het beste zou begrijpen.” Mompelt hij verder. Het kettinkje laat ik voor wat het is, waarna mijn vingers zich in mijn handpalmen drukken en ik deze op mijn schoot leg. Voor luttele seconden waren mijn kaken nog op elkaar geklemd, toen hield ik op en keek naar hem. Precies op het moment dat hij met zijn ellenbogen op de tafel steunt en zijn hoofd in zijn handen laat zakken, die hij even door laat glijden tot zijn vingers door zijn haar gaan. Voor een moment blijft hij zitten, het had iets deprimerend over zich heen. Verdomme, het was dus klaar tussen hen, en het was wel duidelijk dat hij er nog steeds mee zat. Goede zet Ava, dacht ik sarcastisch, maar tegen mij was ze nu eenmaal een bitch. Ik deed niet eens iets verkeerd, behalve dan dat ik telkens bijnaampjes voor Zane verzon. Gewoonweg omdat het kon en het grappig was, niet voor een andere reden, wat zij vast zou denken.
Mijn hand aarzelde duidelijk in lucht, toen ik op weg was naar zijn rug om hier over heen te strelen. Toch liet ik mijn hand kalm op zijn rug belanden en streelde troostend hier over heen. Voor een klein moment was het weer stil, waarna ik vervolgens toch ging praten. “Oké, dan zal ik over mijn avonturen in New York vertellen,” grinnikte ik kort. “Hoewel ik eerst beroemd wilde worden, werd ik bijna door elke beroemde winkel eruit getrapt, waarna ik in de straten van New York kwam. Het waren dan wel gelukkig geen echte bendes, toch waren het behoorlijke types die je niet ’s nachts op straat tegen wilt komen,” vertelde ik hem. “Geen zorgen, ik heb me prima kunnen redden,” grinnikte ik, terwijl ik toch weer aan een gehavende jongen dacht die er ook bij zat. Och, die jongen… “Alleen nu heb ik me voor genomen om tatoeëerder te worden. Oh, en ik heb wel degelijk wat voor je mee genomen,” zeg ik hem dan, “Alleen dat ligt nog in het motel waar ik overnachtte. Al mijn spullen moeten nog opgehaald worden,” verzuchtte ik toen, om zo zijn gedachten maar van Violet af te brengen.
†