• Het gaat over piraten ja, maar zelfs als je er bijna niks van weet kan je gewoon meedoen. Probeer het gewoon eens, ikzelf weet ook niks over die periodes, enkel dingen die ik toevallig heb gezien in POTC. (; En niemand zal je kwaad aankijken als je een klein foutje maakt door je personage bijv. een mobiel te laten pakken.
    Inspringen kan/mag altijd! We verzinnen er wel wat, geven je korte samenvatting en helpen je natuurlijk ook met in de RPG komen (;


    Lang geleden was er een kapitein, zo barbaars en zo harteloos, dat zelfs de stoerste mannen hem uit de weg gingen. Kapitein Olivier Dalton, hij had zijn eigen schip, de Medusa, en zijn eigen bemanning die hij als grof vuil behandelde, maar ze bleven, bang voor wat er zou gebeuren als ze vertrokken. Ze kregen bijna niks en als ze niet luisterden konden ze beter maken dat ze wegkwamen, want Olivier stond bekend om zijn gruwelijke straffen. Zweepslagen, kielhalen, laten vechten om leven en dood tegen een ander bemanningslid voor zijn vermaak, ze voor schut zetten door ze op te dragen vrouwenkleren aan te trekken en dergelijke. Cameron Sand, kapitein van de Posideon's Mermaid kon hem niet uitstaan, was ziedend van jaloezie en ze werden rivalen. Nooit gingen ze elkaar uit de weg, gingen juist altijd de strijd met elkaar aan, toch won er nooit iemand. Op een dag veranderde alles, Olivier zag wat hij aanrichtte met zijn harteloosheid. Huilende vrouwen die hun kleine kinderen probeerde te sussen, de stoerste mannen die hem smeekte om genade. Van de een op de andere dag zag hij het in, het achtervolgde hem in zijn slaap, maar hij dacht dat het wel weg zou gaan, het schuldgevoel. Het nare gevoel bleef, de nachtmerries gingen niet weg dus nam hij een noodzakelijk besluit. Hij stuurde zijn bemanning weg, vastberaden een nieuwe start te maken, hij liet zijn aartsrivaal achter. Er was één ding dat hij niet achter liet, hetgeen wat wel tegen zijn barbaarsheid kon en hem niet zou laten vallen, zijn schip de Medusa. Hij zocht een nieuwe bemanning en was milder dan ooit te voren, misschien zelfs té soft.

    Hij ontdekte dat een van zijn bemanningsleden geen man was, maar een vrouw. Hij liet haar blijven. Niet veel later werd hij verliefd op haar, maar het was niet wederzijds, toch bleef hij vriendelijk. De vrouw van zijn dromen werd verliefd op een ander, liet hem in de kou staan en vanaf dat moment kwamen zijn slechte kanten weer omhoog. Hij werd jaloers en verbande de man waar ze verliefd op was van het schip en het deed hem niks toen hij zag hoe stuk zij daar van was. Later kwam de man, door wat je een wonder kan noemen, toch weer aan boord. Olivier liet hem deze keer toch blijven, maar hij was niet meer zo aardig als hij geweest was. Zelfs tegen de vrouw waar hij verliefd op was geweest deed hij vreselijk, hij was weer net zoals vroeger. Snauwde zijn bemanning af, was weer een echte piraat en kende geen genade meer.

    Nu, met zijn nieuwe bemanning en weer zijn oude karakter terug, is hij op zoek naar een schat. Hij weet niet precies wat het is of hoe het eruit ziet, maar het blijkt geweldig te zijn en te liggen op een onbewoond, geheimzinnig eiland midden in de oceaan. Hij is vastberaden de schat te vinden, zijn aartsrivaal Cameron Sand voor te zijn. Toch zijn er kleine dingen die hij over het hoofd ziet.
    Hij gaat er namelijk niet vanuit dat er toch een volk blijkt te wonen op het eiland, verwacht niet dat er een verrader in zijn bemanning zit en dat zijn aartsrivaal het juiste moment om toe te slaan afwacht.


    De verhaallijn in het kort.
    Het gaat over de bemanningsleden en kapitein van de Medusa die op zoek zijn naar een schat. Eén van de bemanningsleden is een verrader (Tristan Wright) in dienst van aartsrivaal Cameron Sand, hij houdt zijn opdrachtgever op de hoogte met een postduif, stuurt hem berichten over de koers en informatie over wat er gaande is op de Medusa. Als ze eenmaal op het eiland aankomen, waarvan ze dachten dat het onbewoond zou zijn, blijkt hun een verrassing te wachten. Er woont een vreemd volk dat hun niet vertrouwd, de bemanningsleden moeten hun vertrouwen zien te winnen, maar hoe gaan ze dat doen als blijkt dat Cameron Sand, samen met zijn bemanning, al eerder op het eiland is aangekomen en het vreemde volk al helemaal voor zich gewonnen heeft?

    Lijstje
    Volledige naam:
    Leeftijd:
    Uiterlijk:
    Innerlijk:
    Rol+rang: (Bemanning Medusa, kok. Avaloniër, krijger etc.)
    Extra:
    (Je mag er zelf dingen bij verzinnen zoals verleden enzo)

    Persones (Als je vragen hebt hierover, stel ze dan gerust)
    Bemanning Medusa:
    Kapitein Medusa: Vluuv – Olivir Dalton – 24
    Endure – Abby (Abigail Rosaline Valence) – 19
    Leave - Genesis Elisabeth Thrown - 20 (ontvoerd door Ace)

    Sid - Natambu Mmba - 25
    C18 - Ace Franklin Johnson -24


    Bemanning Poseindon's Mermaid:
    Kapitein: C18 - Sygmund Yakov Engel - 28
    Verrader: Sid – Tristan Wright – 22
    Sid - Leopold Smiths - 24
    Vluuv - Bee - 19
    Nenuphar - Nerissa Dyce - 18


    De Aveloniërs:
    Stamhoofd:
    Zusje stamhoofd: Endure - Ayiana Kateri Chestio - 21
    Leave - Nivera Izil Mazi - 19
    Peyrac - Noémielle Dian Dewi - 19

    Goldenwing - Gavin Sloan Honiahaka - 22

    'Regels'
    Het zijn geen 'regels', meer dingen om jullie even aan te herinneren.

    - We verwachten geen posts van 800 woorden, maar doe liever wel je best om een redelijk stukje te plaatsen.
    - Wil je je personage kwijt of stoppen? Meld het dan, dan brengen we je personage wel om het leven of iets dergelijks.
    - Gelieve geen grote dingen voor andere personages te bepalen.
    - Je hoeft niet dagelijks te posten, maar het is prettig als je je personage niet verwaarloosd.
    - Probeer je een beetje in te leven en je een beetje aan de verhaallijn te houden. Je mag natuurlijk wel een beetje afwijken, maar liever niet te veel.
    - Don’t be scared. Stuur je personage gewoon op anderen af, bekijk desnoods de RPG Handleiding site voor tips. Weet je nog steeds niks? PB mij of een ander dan om te vragen waar zijn personage is en of die naar jouw personage kan gaan.
    - Verhaal kwijt? Vraag even om een korte samenvatting.
    - je mag gerust wat meer personages aanmaken, graag zelfs.

    [ bericht aangepast op 6 april 2012 - 15:00 ]


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Genesis
    Ik voel er niets voor om nog een minuut in het gezelschap van Dalton door te moeten brengen, en draai mezelf daarom om, richting de bomen waartussen Ace is verdwenen. Ik voel mijn bonzende hart, en loop daarom gefixeerd op het groen onder mijn voeten achter hem aan. Hij heeft John begraven. De harde realiteit van zijn dood. Ik voel mijn maag samentrekken als ik een verslagen Ace aantrek, en ga daarom zwijgzaam naast hem zitten. Nietszeggend sla ik mijn armen om hem heen. 'Je hoeft niets te zeggen, ik ben niet goed met woorden en.. Ik zeg vast en zeker het verkeerde. Het spijt me echt, Ace.' Prevel ik zachtjes. 'Ik hou van je.' Ik druk een kus op zijn slaap, en leg mijn hoofd dan op zijn schouder. De bladeren ritselen, versperren de zon zijn weg en zorgen voor ordening in mijn gebroken lichaam.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Abigail Rosaline Valence (Godsamme, typ elke keer Wright --'')
    Langzaam glijd mijn hand uit de zijne als Tristan naar voren stapt, wat is ie in godsnaam van plan? Wilt ie soms dat Oliver ook een kogel door zijn hoofd jaagt? Oliver zou daar best toe in staat zijn en dat idee maakt me ijskoud van binnen. Langzaam glijd mijn blik naar de zandloper. Ik wil niet nog iemand zien sterven, ik heb er al zoveel zien gaan. Ik was naïef en dwaas toen ik besloot me te voegen bij de bemanning. Tristan staat inmiddels weer naast me en niet snel daarna volgt het afschuwelijke geluid van een schot dat gelost wordt. Ik wend mijn blik af, aan het gemompel te horen is het geen prettig gezicht en ik kan het niet laten kort te gluren. Meteen wens ik vurig dat ik het niet gedaan het, het aanzicht van de dode John is alles behalve prettig en brengt een misselijk gevoel in mijn omhoog. Vanuit mijn ooghoeken zie ik Oliver staan. Uit frustratie bal ik mijn vuisten tot ik voel hoe mijn nagels in mijn huid priemen, de vuile klootzak.. Plots loopt Ace zwijgend naar John, tilt hem tot mijn verbazing op en verdwijnt dan het bos in. "Arme Ace," fluister ik tegen niemand in het bijzonder en ik meen het. Hij is zo slecht nog niet en verdiend dit niet, schuld is een vreselijk gevoel dat je van binnenuit lijkt op te vreten. Ik weet er alles van.
    "Nu over het plan. We trekken de bergen in, vermijden Engels mensen en de inboorlingen zoveel mogelijk, halen de schat en vertrekken. Vragen?" Alles gaat gewoon verder als het aan Oliver legt, maar ik heb er wat meer moeite mee om het van me af te zetten. Ik sla mijn armen over elkaar en vestig mijn blik op de grond. Gek genoeg verlang ik naar een bad, alsof ik daarmee alle narigheid van me af kan spoelen. Alleen zijn de enige bader hier waarschijnlijk meren en beekjes en alsof Oliver ons überhaupt zou laten stoppen voor zoiets 'onbenulligs'.


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Asilah Salomn - rechterhand Captain Oliver
    Er verschijnt een zandloper in Oliver zijn hand en ik kijk hoe het zand zachtjes naar beneden loopt. Ace heeft een minuut om te beslissen en het is doodstil in die minuut, zo stil dat ik mijn eigen hart kan horen kloppen - en die van velen anderen. "John," Komt er dan zachtjes uit zijn mond, en ik zucht diep, maar geen enkele emotie kwam er op mijn gezicht. Op het moment dat Oliver zijn schot loste op John, wenden velen hun gezicht af, maar ik blijf ernaar kijken en zie dat diegene die achter John staan bloedspetters op hun kleding krijgen. John stuiptrekt nog even na en gorgelt, maar daarna is het ook afgelopen.
    Ze zouden wel een bad willen om het eraf te wassen, en ik grijns op het moment dat Ace John optilt en het bos inloopt. Het meisje loopt hem achterna, werkelijk tragisch hoor, heel tragisch. Hoe heette ze ook alweer? Hoe hard ik het ook probeer, haar naam komt niet boven en ik zucht diep op dat moment. Dan niet. Ze was toch van geen enkel belang voor mij.

    "Nu over het plan. We trekken de bergen in, vermijden Engels mensen en de inboorlingen zoveel mogelijk, halen de schat en vertrekken. Vragen?" Hoor ik Dalton zeggen en ik kijk de groep rond, ze staan nog allemaal als bevroren en ik rol geïrriteerd met mijn ogen. Ik zet een stap naar voren en doe mijn armen over elkaar nadat ik mijn zwaard behendig weer terug heb gestopt. "Dames, als jullie geen vragen meer hebben, dan kunnen we gaan," Ik zei het woord 'dames' op een spottende, sarcastische manier en ik wist dat ze me nu nog minder zouden mogen, omdat ik hen dwing om gelijk door te gaan - als de Captain dat al niet deed, maar wat boeit mij het? "Trouwens, dood ga je toch wel een keer. Geen gezeur en het gewoon doen." Meldde ik hun daarna vlak erachter aan, dit zou een leuk reisje worden naar die schat.

    Mijn ogen gaan over elk bemanningslid, maar blijven dan even hangen bij Tristan. Hij zou samen met Ace nog wel een bedreiging kunnen worden, hij durfde namelijk als enigste wat te zeggen op het moment dat het doodstil was. Dan laat ik mijn ogen bij zijn vriendinnetje dwalen. Als Tristan in opstand komt, volgt zij ook. Uch, liefde.
    Ik trek een gezicht alsof ik iets vies gegeten heb, maar draai dan naar de kapitein en ga vlak bij hem staan, zodat niemand kan horen wat ik zeg of doe. "Kapitein, kan ik je even spreken over iets?" Ik kijk nog snel even in mijn ooghoeken naar de groep of ze geen domme dingen doen en blik dan weer op Oliver. "Is het goed als ik een extra oog in het zeil houdt op Ace en Tristan, en hun vriendinnetjes, aangezien ik denk dat ze nu nog meer in opstand willen komen," Ik likte even over mijn droge lippen en kuchtte even, keek weer uit mijn ooghoeken naar de bemanning en keek toen weer terug naar Oliver. "of heb je wat anders voor me in plan? Ik denk namelijk echt dat we extra op een paar mensen moeten letten van de bemanning," Ik wachtte zijn antwoord af en speelde met mijn kruisketting die om mijn hals lag. Blake....


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Ace - Piraat.

    Een paar armen om me heen halen me uit de andere wereld. Ik hoef me niet om te draaien om te weten wie het is. De kleine blanke handen en de lichaamsgeur zeggen genoeg.
    'Je hoeft niets te zeggen, ik ben niet goed met woorden en.. Ik zeg vast en zeker het verkeerde. Het spijt me echt, Ace.' Ik heb mezelf verboden te huilen, maar die traan glijdt dan toch naar beneden. Langzaam.
    'Ik hou van je.' Ik sluit mijn handen om de hare. Ik wil zeggen dat ik van haar hou, maar ik doe het niet. Op dit moment, in dit stadium verdien ik niet iemand die van me houdt. Ik verdien het niet om hierover na te denken. Schuld. Boete doen voor je zonden. Dat verdien ik.
    Ik kus de handen en kom overeind. Ik neem een hap adem en ik merk hoe mijn blik feller wordt. Ik weet dat ze mij zullen beschuldigen voor het maken van deze keuze. Ze zullen het me er niet gemakkelijker op maken. Even, heel even was er dat moment van victorie. En nu zal ik voor altijd het zwarte schaap zijn. Het kan me niks schelen.
    Ik wend me naar het graf van John en geef hem een knikje. Mijn ogen staan serieus.
    'Ik zorg ervoor dat je niet voor niks bent gestorven. Ik ga het waarmaken. De belofte van een piraat.' Ik fluister de woorden, zo zacht dat zelfs de wind ze niet zou kunnen horen en ze zo over kan dragen aan Dalton. Ik betwijfel of zelfs Genesis ze hoort. Vanaf vandaag gaan er veranderingen komen. Geen spelletjes meer en onhandigheden. De Medusa is mijn thuis geweest voor meer dan twaalf jaar, maar ik weet dat ik mijn heil anders moet gaan vinden. Ik kan het niet meer verkroppen dat ik nog langer gebukt ga onder het juk van een tiran. Die dagen zijn voorbij! En ik ga daarvoor zorgen! Ook al moet er mijn leven voor geven.
    Ik heb een plan nodig. Dus dat wordt geen drank vanavond.
    'Laten we terug gaan,' zeg ik en ga Genesis voor. Als ik het plan heb uitgedacht zal ik haar in veiligheid moeten brengen. En ik heb mensen nodig. Maar eerst, allereerst: het oordeel van de bemanning ontvangen.


    No growth of the heart is ever a waste

    Genesis
    Ik volg de traan die langzaam naar beneden glijd, en vervolgens zijn warme handen die de mijnen volledig bedekken. Na een tijdje kom ik overeind, en staar een paar seconden naar het graf van John. Ik bijt op mijn onderlip, voel de verse snee aan de binnenkant van mijn wang. Ik voel de steken aan de binnenkant van mijn handen, en het opgedroogde, lichtrode bloed. Er zijn geen wonden, enkel het overgebleven bloed. 'Laten we teruggaan,' zegt hij zacht, waarop ik tegen de brok in mijn keel slik, en kort rondkijk. 'Ik kom zo.' Prevel ik met een kleine glimlach, waarna ik me richting het graf wendt en mijn ogen zoekend rond laat gaan. Uiteindelijk pluk ik de roos uit mijn haren. Tijdens het baden had ik hem aan de oever gevonden. Het is een exotische bloem, en zeker een mooi afscheidscadeau. 'Ik weet niet of zeelui hier ook aan doen.. Maar als er bij ons thuis iemand dierbaar overleed, dan pakten we allemaal iets dat ons dierbaar was, om te geven. En.. Hoewel ik je niet lang kende, weet ik wat je voor me hebt betekend. Ik hoop dat je nu rust hebt, John. Ik hoop dat je vrij bent.' Ik druk een kus langs de bladeren van de roos, en leg hem vervolgens op het hoopje aarde. Het is het enigste dat ik kon doen om hem te bedanken. Een glijd een zucht over mijn lippen, als ik mijn ogen sluit tegen de opwellende tranen.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    @ Simone: No problem, trouwen gaan ze toch wel een keer (;

    Tristan Wright - Piraat, Medusa, verrader.
    'Arme Ace,' hoor ik Abby stilletjes zeggen. Ik trek haar een beetje dichter tegen me aan, om haar toch een beetje steun te geven. Met ogen vol medelijden zie ik Ace met John's lijk in het woud verdwijnen en wat later die Genesis erachter aan stormen. Kan ze nu nooit stoppen zich te moeien? Alsof hij op dit moment behoefte aan haar dankbare gejammer. Alsof ze hem nu zou kunnen troosten. Ik geef haar de schuld van wat er is gebeurd, al is dat misschien onterecht. Eigenlijk heb ik zin om achter haar aan te spurten en haar bij haar lange haren terug te slepen naar het strand, maar de energie ontbreekt me.
    Wanneer Asilah tegen ons begint te roepen, probeer ik niet naar haar te luisteren omdat ik weet dat ze enkel nog meer wil stoken. Het lukt haar desondanks toch om me nog kwader te maken, maar dat interesseert me niet meer. Ik voel dat Asilah naar me kijkt en kijk haar recht terug aan. Zonder oogcontact te verbreken, buig ik me naar Abby toe en fluister ik in haar oor: 'Muiterij. Doe je mee?'

    Oh, zeg, kunnen we het niet nacht laten worden voor ze naar de schat gaan zoeken? 's Nachts is alles zoveel spannender :')


    Home is now behind you. The world is ahead!

    Haha :A En nacht lijkt me idd spannender :Y) Lol, kunnen we ook klagende bemanning creëren; Maar het is al midden in de nacht! >3<
    -kort postje [:-


    Abigail Rosaline Valence
    Tristan trekt me dichter tegen zich aan en ik wil niet zwak overkomen, maar ik kan het niet eens opbrengen te doen alsof het me niks uitmaakt. Met de dag lijkt het wel erger te worden. Natuurlijk had ik geen vrolijk, lief wereldje verwacht toen ik me bij de bemanning voegde, maar toch... Oliver was toen nog goed voor zijn bemanning, zag ze werkelijk als mensen en nu.. Tsja, nu doet het hem niks meer, we zijn vuil voor hem. Als hij ons niet meer nodig heeft dumpt hij je. Hij doet enkel wat goed is voor hemzelf. De schat, mochten we die vinden, houdt hij vast ook voor zichzelf.
    Ik zie Asilah richting de kapitein gaan en aan hun houdingen te zien bespreken ze iets wat niet iedereen hoeft te weten. Ik vertrouw die Asilah niet, nooit gedaan ook. Ze zit helemaal onder de plak van Oliver, ik vraag me af of ze zelf niet inziet hoe verkeerd hij bezig is.. Of staat ze enkel achter hem om hem later een mes in zijn rug te steken? Misschien.. Maar of we dan beter af zouden zijn weet ik zo net nog niet.
    "Muiterij. Doe je mee?" fluistert Tristan plots en ik kijk hem even overrompeld door de vraag aan. Muiterij? Even kijk ik rond, hoeveel zouden er dan meedoen? Ace sowieso, maar of de rest het zou aandurven. De bemanning doet altijd stoer maar als het puntje bij het paaltje komt dan durven ze niet meer. Ik realiseer me best dat dat redelijk hypocriet is om te zeggen, maar het irriteert me als nog.
    Wat als de muiterij het mislukt? Ik denk aan Tristans rug en moet toegeven dat ik bang ben, bang om hem en anderen nog meer te laten lijden en bang om zelf nog meer te moeten lijden. Aan de andere kant, het wordt er toch niet beter op als ik niet meedoe en het zal waarschijnlijk mijn enige kans zijn om me te wreken. Iemand zoals Oliver verdient het niet kapitein te zijn. Ik kijk Tristan aan en glimlach kort.
    "Wat is het plan?" vraag ik met een veel betekende blik.

    Als het een film was moest er nu zo'n 'skip' moment komen :'D haha. -ja, zo zag ik dat voor me-


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Haha, ja, inderdaad. Dan zie je Abby dat met een twinkeling in haar ogen zeggen en dan is er ineens zo'n overgang naar een beeld van de bergen of natuur ofzo, en dan naar hoe de hele groep door de jungle ploetert :')

    Josephine Bellafonte
    Na een tijdje te hebben gelopen ga ik even op een steen zitten. Mijn voeten doen pijn en al wil ik het niet toegeven, ik heb volgens mij ergens een verkeerde afslag genomen. Ik bal mijn vuisten en klem mijn tanden op elkaar. Ik zal me niet laten kennen, dat plezier gun ik die zelfingenomen inboorling niet. Ik snap niet waarom ze het onredelijk vond dat ik privacy wilde, dat leek mij niet meer dan logisch. Met een vermoeide zucht kom ik weer overeind en trek meteen een pijnlijk gevoel als er weer druk op mijn voeten komt. Zelfs al zijn die laarzen ruim, ze hebben me nog steeds blaren bezorgt, ben ik bang. Ik besluit terug te lopen richting het meertje en tot mijn opluchting sta ik binnen een kwartiertje weer bij het heldere water. Omdat ik het alweer warm heb gekregen was ik snel mijn handen en gezicht en vervolg dan mijn weg naar het dorp. Deze keer let ik goed op waar ik heen loop, wat ik hoor en zie, en tot mijn verbazing duurt het niet lang voor ik de stemmen van inboorlingen en piraten hoor. Ik ben er weer. Triomfantelijk loop ik tussen de bomen door en betreed het dorp. Ha! Ik ben er weer, ik heb het zelf gevonden. Met opgeheven hoofd en een tevreden glimlach loop ik tussen de hutjes door. Ze zouden me thuis nooit geloven.. In mijn eentje de halve wereld over gereisd, piraten opgezocht, me gewassen in de open natuur en mijn weg door de jungle gevonden, helemaal in mijn eentje. De glimlach vervaagt even. Niet dat ik ooit de kans krijg om het de mensen thuis te vertellen... Maar daar gaat het niet om. Ik kan maar beter op zoek gaan naar Leopold, aangezien hij me zou begeleiden en ik geen idee heb wat ik nu moet doen. Hij is echter nergens te zien. Dan zie ik ineens Engel staan. Als vanzelf vernauwen mijn ogen zich als ik denk aan wat er net gebeurd is. Zal ik hem vragen waar Leopold zich bevindt? Ik zie er niet erg naar uit om nu gezellig met hem te gaan staan babbelen. Even twijfel ik, maar ik besef me dat ik niet voor altijd zal kunnen blijven ontwijken. Dan kan ik de confrontatie maar beter gewoon meteen aan gaan in plaats van tijd te rekken. Ik stap op hem af, maar houd nukkig mijn blik op de grond gericht. "Captain Engel? Ik vroeg me af of u misschien weet waar ik Leopold kan vinden."

    Captain Oliver Dalton - Captain Medusa
    Het blijft even stil na mijn korte uitleg, maar dan komt Ace in beweging en loopt naar John. Ik kijk het even aan en laat toe dat hij het lichaam het bos indraagt. Als het hier blijft liggen gaat het toch maar stinken. Zijn meisje volgt hem al snel en ik kan niet zeggen dat ik dat heel erg vind. Ik erger me aan haar gezeur en roekeloze gedrag, maar dat zal wel kenmerkend zijn voor dames uit hogere klassen. Abigail is immers ook zomaar van huis weggelopen en de dames die we uit dat reddingsbootje gevist hadden leken ook niet bepaald vies van wat avontuur. Ik kijk even op als Asilah begint te praten en frons. Ergens kan ik haar spottende, neerbuigende toon wel waarderen, maar het ergert me dat ze haar mond opentrekt zonder mijn toestemming. Ik blijf even nadenkend richting het bos staren, naar de plek waar Ace verdween, als ik Asilahs stem hoor. "Kapitein, kan ik je even spreken over iets?" Ik richt mijn blik op haar en knik. "Is het goed als ik een extra oog in het zeil houdt op Ace en Tristan, en hun vriendinnetjes, aangezien ik denk dat ze nu nog meer in opstand willen komen. Of heb je wat anders voor me in plan? Ik denk namelijk echt dat we extra op een paar mensen moeten letten van de bemanning." Ik zwijg even. Ze heeft gelijk. Natuurlijk heeft ze gelijk, maar zelfs zonder dat ik John nu had gedood zou het de bemanning vroeg of laat te veel zijn geworden. "Hm. Nee, laat maar. Ik ben benieuwd.." Ik zwijg weer even en merk het verschil op tussen de piraten. Sommige kijken angstig mijn kant op en krimpen in elkaar als ik ze aan kijk, anderen werpen me juist vuile blikken toe en trekken hun neus op wanneer mijn ogen die van hen ontmoeten. "Ik ben benieuwd wat ze zullen doen, dus laat ze maar."

    Jij snapt 'm Els :'D Das precies zoals ik 't in mijn hoofd had [x
    Lol.

    [ bericht aangepast op 9 feb 2012 - 20:43 ]


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Hehe, dat komt omdat dat ook altijd zo is in Pirates of the Caribean :'D

    Ik heb best wel een inspiratieblock (dus verwacht crappy zooi), maar ik ga het er toch op wagen, anders zit iedereen ook zo lang te wachten :'D.

    Sygmund - Kapitein PM.

    Het duurt niet lang voor de mannen de dieren tot op het bot toe gevild hebben. Even later zitten we met zijn allen van een stuk zwijn en hert te eten. We wachten op Ayiana, maar de laatste keer dat ik haar heb gezien, was in het bos. Wellicht zal ze wel belangrijke zaken te bespreken hebben met haar zieke broer. Hij is toch immers stamhoofd. Het vuur knettert in de open lucht. Goh, eten. Daar was ik aan toe. Ik heb nog steeds niks kunnen vinden om mijn huid te beschermen tegen de zon. Ik zal het Ayiana zo meteen wel weer vragen. Misschien kent ze wel een natuurlijk middel.
    Ineens komt Josephine Bellafonte weer opdagen. Schoon en wel. Ik wil haar groeten, tot ik me besef wat ik heb zo net bij haar heb gedaan. Ik verslik me bijna in een stuk vlees bij de gedachte, word ogenblikkelijk weer rood. Sygmund, raap jezelf bij elkaar! Met die woorden tegen mezelf lukt het me om weer enigszins tot mezelf te komen.
    "Captain Engel? Ik vroeg me af of u misschien weet waar ik Leopold kan vinden." Ik kijk haar aan, maar ik merk hoe ze haar blik strak op de grond richt.
    Hoe vaak moet ik zeggen dat het me spijt?! Ik hou de innerlijke woede en onmacht voor mezelf en neem een diepe hap adem en kijk in het rond. Leopold is nergens te bekennen.
    'Geef me even, ik ben zo terug.' Ik loop door de bemanning, tot ik een drietal piraten ergens achterin de linie vind, in de schaduw. Een van hen heeft duidelijk een zonnesteek. Ik hurk bij het groepje neer en haal mijn veldfles tevoorschijn. Gelukkig heeft Leopold de man al verkoeld.
    'Goed werk. Ik zal hem wat te eten brengen als hij weer op krachten is. Leopold, er is iemand op zoek naar je.' Ik sta op en zwaai, zodat juffrouw Bellafonte me kan zien.


    No growth of the heart is ever a waste

    De moordscene komt er aan zo gauw ze daar op het strand weer het bos in kunnen (:

    Leopold Smith - Scheepsarts, PM.
    119...120... 121... Ik laat de pols van de piraat los. Zijn polsslag is normaal, dat is al een begin, maar zijn lichaamstemperatuur is nog steeds te hoog. Veel meer dan de natte doeken die we over zijn lichaam hebben gelegd opnieuw in fris water dompelen en vervolgens terug over hem leggen kan ik helaas niet doen. Tenzij hopen en als ik wat geloviger was, bidden. Maar het is geen dodelijke zonnesteek, dus ik zie niet in waarom ik die twee laatste zou doen.
    Na een tijdje begin ik het gevoel te krijgen dat het ergste voorbij is en op dat moment komt de kapitein naar ons toe. Hij knielt neer naast de zieke en biedt zijn veldfles aan. Ik knik hem dankbaar toe en ondersteun het hoofd van de arme kerel terwijl hij drinkt. 'Meer,' vraag hij vervolgens.
    Ik vul de veldfles in de emmer waar we de doeken in drenken en breng hem opnieuw naar zijn lippen. 'Tegen vanavond is hij alweer een stuk opgeknapt, Engel,' zeg ik tegen Sygmund. Die zou zelf ook beter een paar natte doeken over zijn huid leggen, hij ziet pijnlijk rood.
    Ik help de piraat met nog een paar flessen water tot zich te nemen en vul de fles dan een laatste keer voor Engel. Met de dop er stevig op gedrukt, geef ik de fles terug. De patiënt is ondertussen in een lichte slaap gevallen en ik voel even aan de natte doeken. Ze kunnen er nog wel mee door.
    Goed werk. Ik zal hem wat te eten brengen als hij weer op krachten is.'
    'Bedankt,' antwoord ik. 'Iets lichtverteerbaar liefst, fruit en brood.' Het fruit dat hier op het eiland groeit zit vol vitaminen die de mannen en vooral deze in het bijzonder, goed kunnen gebruiken.
    Sygmund staat op en zegt dat er iemand naar me op zoek is. Eventjes ben ik verbaasd, maar wanneer ik achteruit leun en langs hem heen kijk, zie ik de andere blonde engel staan waarop ik moest letten, Josephine. Ik glimlach goedgezind naar Engel. 'Ik zal goed op haar letten, kapitein.'

    [ bericht aangepast op 11 feb 2012 - 17:40 ]


    Home is now behind you. The world is ahead!

    Chaluwen - Stamhoofd
    Ik pers mijn lippen op elkaar bij het nieuws over Phani. Mijn ogen vernauwen zich, waarna ik een slaak zucht. Phani was een goed joch, maar het ergste vind ik het nog wel voor zijn moeder.
    Ik kijk Aiyana even kort aan, en knik verder. "We kunnen het dorp niet zomaar ontruimen. Vele familie's hebben ouderen die niet meer vervoerd kunnen worden, en krijsende, jonge kinderen. We hebben ons hele dorp geweid aan de heilige grot, en aan de principes van onze voorvaderen. We moeten vechten voor ons eiland. Ik wil niet nog iemand verliezen." Ik voel het ijswater dat een moment door mijn aderen glijd, om me vervolgens op mijn jongere zusje te richten. "Alle mannen zullen moeten vechten. En de enkele vrouwelijke jagers zullen met vrouwen en kinderen de jungle intrekken voor zolang dat nodig is." Met het puntje van mijn tong strijk ik kort over mijn lippen. "Ik verwacht van jou dat je de blanken helpt voor zover dat lukt, en je daarna bij de vrouwen voegt." Ik weet dat Aiyana dit niet zomaar zal nemen, maar ik kan het niet riskeren iemand die me dierbaar is te verliezen. Het is misschien egoïstisch maar mijn besluit staat vast.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Dat gaat Aiyana niet leuk vinden :A Lol, even schrijven 8D


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Lol. Het is grappig om zo beleefd te praten :A Maar ik zie van die indianenvolkeren altijd voor me als mensen die vet veel respect hebben voor hun beteren enzo en daar vet beleefd en respectvol tegen praten ;'D

    Aiyana Kateri Chestio
    Hij had een punt, het was onmogelijk het hele dorp te ontruimen. Een onbegonnen taak. Daarnaast zouden de meesten niet eens willen vertrekken.
    "Alle mannen zullen moeten vechten. En de enkele vrouwelijke jagers zullen met vrouwen en kinderen de jungle intrekken voor zolang dat nodig is." Mijn wenkbrauwen schoten omhoog bij zijn woorden. De vrouwen en kinderen zouden meteen gevonden worden, daar was ik zeker van. De kinderen hadden echt wel door dat er iets aan de hand zou zijn en die zouden niet stil te krijgen zijn.
    "Broer, sta me toe, maar dat is dwaas! Die indringers zullen meteen achter de vrouwen en kinderen aangaan en die tegen de mannen in het dorp gebruiken, dat kunnen we niet laten gebeuren, dan kunnen we ons net zo goed meteen overgeven." Een andere optie schoot me helaas niet te binnen, maar dit mocht niet gebeuren. Ik moest het idee van het dorp ontruimen uit zijn hoofd praten. Plots richtte hij zich tot mij en zei me dat ik me moest voegen bij de vrouwen. Bij de vrouwen.. De woorden drongen langzaam tot me door en de woorden vervulde mijn mond met een bittere smaak. Hoe kon hij dat doen?! Ik wilde niet gaan afwachten terwijl de anderen vochten, ik wou mee vechten! Het was niet de juiste tijd om een ruzie te beginnen, maar toch liet ik mijn beleefdheid varen en besloot ik de discussie aan te gaan.
    "Wat?!" Uit pure frustratie verhief ik mijn stem en het kon me op dat moment geen zak schelen of er ook maar iemand was die het kon horen. Normaal gesproken wist ik mijn kalmte redelijk goed te bewaren, maar dit ging alles te boven.
    "Dat kan je me niet aan doen! Ik ben een van de beste schutters, je hebt me in het dorp nodig , Cha! Ik heb het recht om mee te vechten voor het dorp en mezelf te bewijzen, ontneem me die kans niet," zei ik hem verontwaardig en tevens beledigd. Ik balde mijn vuisten en keek mijn broer strak aan, hopelijk kon ik hem ervan overtuigen dat ik in het dorp mocht meevechten en anders.. Anders vreesde ik dat ik tegen zijn orders in zou moeten gaan.

    [ bericht aangepast op 12 feb 2012 - 14:28 ]


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.