Goed, ik heb het eventjes gelezen. (Ook al hou ik niet van Bieberstories)
Maar ik heb dus een paar puntjes waarop je kunt letten.
In een gesproken zin doe je aan het einde van die zin een punt of een komma. Daar zit verschil in, kijk maar:
'Hoi Sanne,' zei Justin.
Als er dus nog iets achter komt, zoals 'antwoordt zij', 'zei zij', 'lachte ze', etc.
Met een punt achter de gesproken zin komt er een nieuwe handeling.
'Hoi Sanne.' Sanne draaide zich om en keek in het gezicht van Justin.
Zie je? (:
Waar je ook goed op moet letten: Begin een gesproken zin op een nieuwe regel, en een dialoog moet ook onder elkaar;
'Alles goed?' vroeg Justin.
'Met mij is het prima. En met jou?' vroeg Sanne.
'Niet erg goed...'
Nou ja, je snapt m'n punt wel, hoop ik.
Pas ook op voor het d- en t- gebruik.
Ik word, jij wordt, hij wordt, wij worden.
Word ik, word jij(hier staat je/jij ACHTER de persoonsvorm en wordt het dus een stam-vorm!), wordt hij/zij/het etc.
Met voltooid deelwoorden moet je het Kofschip gedoe in de gaten houden.
'Ik heb geblusT' Dit wordt een T, omdat de laatste letter een S is die in het Kofschip staat. Het kofschip telt voor de T's.
'GeblusT, gebranD, geschaatsT, geschilderD etc etc. Als je het niet zeker weet; woordenboek online. (;
En weet je wat ook fijn is? Alinea's maken.
Dit doe je door heel simpel [.tab] vóór de zin te zetten! Je moet het wel ZONDER punt typen, anders gebeurt er niks.
Zo. Hier kun je vast wel wat mee, denk ik.
Veel succes!
"Well, well. Look who we've got here!"