Dan had je niet overal moeten neerzetten dat je dat tegenover jezelf wil bewijzen.
Dan had je moeten zeggen dat je dat aan de ziel wilde vragen, en omdat jou ziel helemaal niet ban jou is, maar gewoon in het lichaam waarin jij je nu bevind huist. Het lichaam is een omhulsel vd ziel, en jij bestaat niet, maar dat is een combi van de ziel en je lichaam.
Maar dat is mijn visie, like, hoe kan ik nou weten wie jij bent als ik niet weet wie ik zelf ben.
Like, de waarheid zit ín je, maar je kan er niet bij, omdat die ziel niet van jou is. En daarom ben jij er niet.
Vaaghoofdig, maar het is wel zo.
Bezit bestaat ook niet(A) Alles is tijdelijk in bruikleen
Ja of nee of misschien of wat anders. Who knows?