• Phobia


    Net wanneer ze in grote geldproblemen zitten, krijgen (beroemde) mensen over de hele wereld een onschuldig ogende brief toegestuurd. Zodra ze de brief openen, zien ze hoe hen wordt aangeboden zeer veel geld te verdienen, als ze alleen maar gedurende twee weken in een huis in de Alpen gaan samenwonen. Volgens de brief gaat het over een project om te onderzoeken hoe mensen reageren, wanneer ze moeten samenleven met vreemden, anderstaligen en misschien aparte karkaters. Alleen om daar twee weken te gaan overnachten zouden ze elk 250 000 euro krijgen.
    Degenen die besluiten om ervoor te gaan, moeten de brief ondertekent terugsturen. Nog geen week later krijgen ze opnieuw een brief in de brievenbus. Ze moeten onmiddellijk vertrekken naar het vliegveld. Voor iedereen zijn vliegtickets betaald en bij de brief gestoken. Veel tijd om te twijfelen is er niet, want over enkele uren vertrekken de vliegtuigen al. Wie de vlucht mist, krijgt geen 250 000 euro. Daar aangekomen worden ze verder via helikopter naar het huisje gebracht, er leidt immers geen weg heen.
    Zodra iedereen het zich knus heeft gemaakt in zijn kamer, gaan plots alle deuren op slot.

    Vanaf dat moment hebben ze door dat er iets niet pluis is. De dagen daarna ondergaan
    ze zware psychologische martelingen. Soms samen, soms alleen. Ze zien nooit
    iemand anders, dan de mensen die net als hen gevangen zitten. Het enige teken
    van verder leven is de stem die soms door het huis heen schalt en hen bevelen geeft.
    Uiteindelijk zal iedereen breken. Of dat het eindpunt is of niet, hangt af van je karakter.
    Sommigen zullen breken en nooit meer de oude worden. Anderen zullen breken en…
    Verder op weg gaan in een andere wereld. In die wereld vinden ze alleen degenen terug
    die net als hen sterk genoeg waren om te overleven. En ook daar hebben ze een opdracht…
    Pas zodra die voltooit is, zullen ze weer vrijgelaten worden en kunnen terugkeren naar huis,
    naar hun geliefden. Maar wat zal het hen kosten om zover te geraken?
    Wie zal afvallen en wie houdt vol?


    Wat is de bedoeling van deze RPG?
    Het zal zich in twee delen afspelen. In het eerste delen komt iedereen aan in het huisje. Jullie gaan naar jullie kamer en gaan slapen. Midden in de nacht worden alle deuren plots op slot gedaan. Vanaf dat moment zullen zich psychologische martelingen zich opvolgen. Het kan hier gaan over zorgen dat iemand niet meer kan slapen door luide muziek tot Russische roulette. Tijdens dit deel kunnen mensen afvallen door bijvoorbeeld zelfmoord, omdat ze helemaal krankzinnig werden.
    In het tweede deel gaat het verder met de mensen die het eerste deel hebben overleefd en doorstaan. Zij bevinden zich net op hun breekpunt, maar zijn nog sterk genoeg om te overleven. Ze bevinden zich dan plots in een soort droomwereld, alleen wel allemaal tegelijk in dezelfde. Daar zullen ze moeten samenwerken om te kunnen overleven. Opdrachten in verband met hun grootste angsten zullen gegeven worden en pas zodra ze alle angsten verslagen hebben, kunnen ze terug naar hun lichaam en terug naar huis.


    Regels:
    *Er is geen maximum aantal personages (dat is omdat je een van je personages natuurlijk mag laten afvallen gedurende het eerste deel of het tweede deel)
    *16+ is toegestaan, maar onder spoiler en met waarschuwing bij (zo hoeven de mensen die het niet willen lezen, dat ook niet)
    *Alleen Illwill of Stannis maak de topics aan.
    *Ik geef geen minimum aan woorden. Kies voor jezelf wanneer je je reactie waard vindt om te posten.
    *Naamsveranderingen doorgeven (en ook even waarschuwen als het met hoofdletter I ipv. L is)
    *Geweld en schelden mag IC maar niet OOC.
    *Je personage mag zowel een beroemd persoon zijn als een zelfverzonnen personage.
    *Niet iemand zijn personage besturen zonder toestemming.
    *Niet iemand zijn personage doden of verwonden zonder toestemming.
    *Minstens 1 keer per week reageren (tenzij goede reden)
    *Geen perfecte personages.
    *Heb respect voor elkaar.
    *OOC tussen [ * ( { #.


    Wat moet ik weten?
    Naam:
    Leeftijd: (min. 18)
    Beroep:
    Innerlijk:
    Uiterlijk:
    Angst/fobie: (liefst 2)
    Extra: (misschien reden geldtekort)

    Als er mensen zijn, die graag een personage maken, dat het eerste deel van de RPG niet zal overleven, dan zou dat heel handig zijn. Ik zou graag een paar mensen hebben die afvallen door zelfmoord of die gewoon stoppen met eten of iets zoals dat. Hoe hij/zij sterft mogen jullie natuurlijk zelf bedenken. Laat de creativiteit maar stromen!
    Als je een tweede character aanmaakt, maar hier niet veel mee reageert, is dat dus niet erg. (zolang het ooit maar sterft, *sadistisch lachje*) Ik dacht dat het gewoon wat meer drama en actie zou geven als er ook wat afvallers zijn. Dit personage moet ook niet zo uitgebreid en gedetailleerd aangemaakt worden, als je dat niet wil.
    Verder is het in het tweede deel ook mogelijk je personage te laten sterven, maar dat wordt later duidelijker. (:


    Hoe ziet het huis eruit:
    Het huis
    De slaapkamers
    De badkamer
    De eetzaal
    De ramen zijn van gepantserd glas (onbreekbaar) en de deuren kunnen automatisch worden gesloten (kan je niet open wrikken met een speldje dus)


    Personages:
    Meisjes:
    *Aimee Isabella Lee ~ Caelestis |5|
    *Cora Keegan ~ Hartnett |4|
    *Grace Soldra ~ Dreamlight |6|
    *Janel Meilani Parrish ~ Hartnett |7|
    *Megan Scott ~ Apofylliet |7|
    *Rebecca Amy Somers ~ Illwill |6|
    *Ruby Ann Monroe ~ Amourable |2|
    *Venya Bjornson ~ Illwill |1|

    Jongens:
    *Alexander Finnegan Vazwinsky ~ Mascot |5|
    *Alfie Dilaurentis ~ Flensjex |6|
    *Campbell Saunders ~ Leora |5|
    *Clint Keith Rogers ~ Mascot |2|
    *Jonah Hale ~ Eichen |1|
    *Samuel 'Sam' George Claflin ~ Hartnett |4|
    *Sebastian Vettel ~ Stannis |3|


    Kamerindeling:
    1e verdieping:
    -Kamer 1: Alecia Beth Moore
    -Kamer 2: Grace Soldra
    -Kamer 3: Megan Scott
    -Kamer 4: Ruby Ann Monroe
    -Kamer 5: Venya Bjornson
    -Kamer 6: Alexander Finnegan Vazwinsky
    -Kamer 7: Campbell Saunders
    -Kamer 8: Jonah Hale
    -Kamer 9: Sebastian Vettel

    2e verdieping:
    -Kamer 1: Aimee Isabella Lee
    -Kamer 2: Cora Keegan
    -Kamer 3: Janel Meilani Parrish
    -Kamer 4: Rebecca Amy Somers
    -Kamer 5: Spencer Taylor Brooks
    -Kamer 6: Alfie Dilaurentis
    -Kamer 7: Clint Keith Rogers
    -Kamer 8: Samuel 'Sam' George Claflin
    -Kamer 9: Norah Savannah-Grace Chantelle Lynn

    Story
    Lijst martelingen
    Rollentopic
    Praattopic

    We beginnen, wanneer iedereen in het huis aankomt. De helicopter is dus net geland op het terrein vlak voor de deur van de villa. Er is geen ontvangstcommitie, er is alleen een blad papier zichtbaar opgehangen. Daarop staat dat er voor het slagen van het onderzoek niemand zal zijn die hen helpt of de weg wijst. De kamerindeling is ook aangegeven op het blad. Iedereen slaapt alleen op de kamer. Aan jullie dus de keus of jullie meteen jullie kamers opzoeken of eerst nog even kennis maken met iedereen.

    [ bericht aangepast op 16 juni 2014 - 18:59 ]


    “To live will be an awfully big adventure.”

    Jonah Hale       Outfit
    Janel opende de deur en liep naar binnen. Ik volgde haar en ging tegen een kastje aanleunen. De kamer was mooi en luxe, precies wat ik had gehoopt. Ik had het waarschijnlijk niet twee weken vol kunnen houden als onze kamers uit antieke meubels bestonden.
    'We hebben tweepersoonsbedden,' grinnikte Janel. Ik lachte ook, verrassend genoeg voelde ik me op mijn gemak in haar gezelschap. Toch deed ik hard mijn best om goed over te komen; over te komen als een man. 'Dus, delen we jouw kamer, of de mijne?'
    'Hm,' begon ik, waarna ik deed alsof ik hard aan het nadenken was. 'Laten we eerst mijn kamer maar checken, die is vast een heel stuk mooier dan dit zootje.' Mijn blik gleed door de ruimte en opeens voelde ik de vermoeidheid weer terug komen. Als ik niet snel in een bed zou liggen, dan ging viel ik ter plekke neer. Als ik Janel wilde laten zien dat ik geen watje was, dan moest ik alles doen behalve op de grond vallen van vermoeidheid.
    Ik was al naar de deuropening gelopen en zette mijn hand tegen de deurpost. 'Ga je mee?'

    | Kort stukje, sorry. |

    Venya Bjornson

    Met een zucht stap ik uit de helicopter. Doorgaans heb ik niet zo'n last van het reizen door de lucht, maar dit was wel de eerste keer dat ik in een helicopter zat. Een beetje onvast op mijn benen loop ik naar voren. Eigenlijk had ik helemaal geen zin in dit stomme onderzoek, maar dit kon mijn studies betalen en dat is wel even het belangrijkste. Ik kan m'n ouders niet blijven teleur stellen door maar wat rond te struinen en niets te maken van mijn leven.
    Met mijn rugzak over mijn schouders gehesen, loop ik richting de deur van het grote huis. Ik neem niet de tijd om het te bewonderen, daar is het nu te koud voor. Snel loop ik op de voordeur af en blijf alleen even staan om naar het blad papier te kijken. Eigenlijk had ik niet verwacht dat we het hier echt volledig op ons eentje moesten redden, maar het klinkt me ook wel weer logisch in de oren. Ik zocht nog even snel in welke kamer ik zou moeten slapen en liep toen snel naar binnen.
    "Eerste verdieping, kamer 5" zei ik luidop, in de hoop dat ik het zo zou kunnen onthouden. Vervolgens kijk ik nieuwschierig de ruimte rond. Het ziet er een beetje uit zoals je verwacht van een huis in de bergen. Houterig en knus. Glimlachend kijk ik toe hoe de anderen al in groepjes staan te praten.


    “To live will be an awfully big adventure.”

    Rebecca Amy Somers

    Zonder nog achterom te kijken, spring ik de helicopter uit. Met energieke stappen begin ik me richting het huis te begeven. Daar staan ondertussen al redelijk wat mensen. Vluchtig lees ik wat het blad op de deur me te zeggen heeft, maar besteed er eigenlijk niet zoveel aandacht aan. Zodra ik de kamer in ben gelopen, ben ik alweer vergeten welke kamer ik voor een paar weekjes als de mijne mocht beschouwen. Ik bots even tegen een meisje op dat vlak aan de deuropening staat.
    "Oh, sorry" mompel ik zacht. Glimlachend mompelt ze dat het niet erg is. Ik loop verder de ruimte in, ondertussen nieuwschierig om me heen kijkend. Meteen vind ik de weg richting de keuken. Grijnzend open ik de koelkast en steel er een blikje cola uit. Me al helemaal thuis voelend, schop ik de koelkast dicht met mijn voet, terwijl ik het blikje cola open en richting de comfortabel uitziende zetels loop.


    “To live will be an awfully big adventure.”

    Janel ParrishKleding

    Jonah lachte en ik keek hem glimlachend aan. Zijn lach klonk fijntjes. Het was een oprechte lach en je kon de ondertoon van een jongeman horen, maar toch was het een fijne lach. Een zuivere, heldere lach die volgens mij aanstekelijk zou kunnen zijn. Zijn mannelijke en rechte houding liet hij echter niet varen, maar ik voelde dat hij zich op zijn gemak voelde. Ik was erg gericht op iemands mentale toestand, aangezien ik op het fysieke vlak nog geen rooie cent waard was. Daarom lette ik graag op iemands mentale kracht. Ik zocht naar de sterkste plekken, maar ook naar de zwakste raakpunten. Als iemand me namelijk zou dwarsbomen in dit huis, zou ik gebruik maken hiervan. Geheimen zouden niet meer veilig zijn en ik zou toeslaan op het juiste moment. Zodra je iemand mentaal had afgebroken, zou de fysieke toestand snel volgen.
    Ik beet zachtjes op mijn onderlip en deed mijn best op mijn wrede en bovenal negatieve gedachten uit mijn hoofd te bannen, waarna ik weer naar Jonah luisterde. Hij stelde voor om eerst zijn kamer te gaan bekijken en ik knikte, terwijl ik mijn best deed om niet te laten blijken hoe afwezig ik wel niet was. Mijn concentratieniveau was tot een nulpunt gezakt na een lange reis met een helikopter en ik kon wel een opkikker gebruiken. Een kop koffie en eventueel sterke alcohol zouden me goed doen.
    "Ik kom al, maar ik loop dadelijk niet meer terug naar boven," waarschuwde ik hem, waarna ik besloot om mijn koffer gewoon te laten staan. Ik zou later in de avond toch weer naar boven gaan, en daarbij had ik op dit moment niets nodig.
    Ik dook onder Jonah's arm door, aangezien hij zijn hand tegen de deurpost had aangezet, en draaide me met een verwachtingsvolle blik om. "Kom dan."


    "Her heart was a secret garden, and the walls were very high."

    -

    [ bericht aangepast op 7 april 2014 - 21:59 ]


    "Live simply, so others can simply live." - Matthew Espinosa

    Norah Savannah-Grace Chantelle Lynn |•| Outfit

    Één van de twee meisjes leek een beetje geschrokken door mijn spontane actie. Ik wilde zeggen dat het me speet, vragen of ik kon helpen. Ik hield er niet van als mensen verdrietig waren, ook had ik een extreme hekel aan enge dingen. Mijn hoofd begint al te tollen als ik denk aan zo'n enge, starende, nietsziende horrorpop, met kraaloogjes en… Norah, stoppen. sprak ik mezelf toe. Alles in dit huis deed me denken aan mijn fobieën. Omdat ik ooit krijsend ben weggerend van een poppenkast, heeft mijn moeder me naar de dokter gebracht, die constateerde dat ik gewoon een extreme fobie voor horror had. Voor ik het meisje dat zo schrok mijn hulp kon aanbieden, zei ze: 'Ik ga mijn kamer zoeken. Excuseer me.' waarna ze wegvluchtte. Dat leek mij ook best handig, mijn kamer zoeken. 'Ik ga ook mijn kamer zoeken.' vertelde ik licht schuldig. Ik wilde weg, vooral omdat ik iemand had weggejaagd met mijn enthousiasme. Ik glimlachte even naar het andere meisje en liep weg, naar een papier dat op de muur was geprikt. Mijn kamer lag op de tweede verdieping. Leuk, vroeger vond ik het altijd al geweldig om hoog te zijn. Bijvoorbeeld om boven te liggen in een stapelbed. Zometeen ga ik mijn kamer checken, eerst wat anderen ontmoeten.

    [Iemand voor Norah?]


    "Live simply, so others can simply live." - Matthew Espinosa

    Jonah Hale       Outfit
    'Ik kom al, maar ik loop dadelijk niet meer terug naar boven,' zei Janel waarna ik begrijpend knikte. De trappen waren flink vermoeiend en ik ging er vanuit dat iedereen moe was van de reis hier naar toe. Ik vroeg me echter wel af of ze die nacht écht niet meer naar boven zou gaan, of dat ze bedoelde dat ze alleen de komende uren beneden zou blijven, om later naar haar eigen kamer te vertrekken.
    'Ben je echt zo verschrikkelijk lui?' grapte ik, waarna ik lachte om mijn eigen grap, te moe om te beseffen dat het helemaal niet zo grappig was.
    Plotseling dook Janel onder mijn arm - die ik tegen de deurpost had gezet - door. Ik draaide me om en keek in haar ogen. 'Kom dan,' zei ze en ik lachte weer hardop.
    Mijn hoofd deed pijn van de vermoeidheid maar ik was vastbesloten om wakker te blijven; ik mocht sowieso niet eerder gaan slapen dan Janel. Dat zou alleen maar bewijzen dat ik te zwak was om lang op te blijven. Daarbij durfde ik eerlijk gezegd niet te gaan slapen - de laatste tijd had ik erg last van nachtmerries. Pas toen ik me mijn nachtmerries herinnerde, begon ik te twijfelen of het wel zo slim was geweest om grappen te maken over het samen slapen. Wat als we uiteindelijk echt samen in dezelfde kamer belandden? Dan zou ze weten dat ik last had van nachtmerries en heel misschien kreeg ik wel weer een psychose.
    Toen we de eerste verdieping bereikten liepen ik rechtstreeks naar kamer acht. De slaapkamer was identiek aan die van Janel. Ergens vond ik het niet eerlijk dat iedereen dezelfde slaapkamer zou hebben - het was voor mij al duidelijk dat een aantal mensen de grootste kneuzen op aarde waren.
    Omdat ik eigenlijk niet verder durfde te gaan met de grap ging ik wat stilletjes op mijn bed zitten. 'Dus,' begon ik, maar meer dan dat zei ik niet waardoor ik me opeens extreem ongemakkelijk voelde. Ik faal, herhaalde ik in mezelf. Ik voelde mijn wangen rood worden en schaamde me nog erger. God, wat moest ze wel niet van me denken?

    | Ik hoop dat je er iets mee kunt :') |

    Janel ParrishKleding

    "Ben je echt zo verschrikkelijk lui?" hoorde ik Jonah vragen, hoewel zijn stem een plagende ondertoon bevatte. Hij draaide zich om en keek in mijn hazelbruine ogen, waardoor ik terugkeek om vervolgens mijn blik als eerste af te wenden. Ik was nooit goed geweest in een directe confrontatie. Het benauwde me een beetje, hoewel ik er veel beter tegenkon als ik boos was op iemand.
    Jonah lachte om zijn grap, hoewel hij met de seconde vermoeider begon te klinken. Ik besloot om hem eventjes met rust te laten en hem niet uit zijn tent te lokken. We liepen samen de trappen af en zodra we voor kamerdeur acht stonden, opende ik de deur en liet ik Jonah als eerste naar binnen stappen - het was immers zijn slaapkamer.
    Zodra ik naar binnen liep, merkte ik dat elke kamer er precies hetzelfde uitzag. Een tikkeltje saai naar mijn weten, omdat ik wel van afwisseling hield, maar blijkbaar wilde men ons verblijf zo eerlijk mogelijk houden. Ikzelf vond het niet eerlijk dat ik met een groepje zielige mensen in een huis werd geplaatst - op een paar uitzonderingen na. Ik had nog niet iedereen ontmoet, gelukkig.
    "Dus," hoorde ik Jonah zeggen, wie inmiddels op het tweepersoonsbed was gaan zitten. Ik merkte op dat het schaamrood op zijn kaken was gekropen en ik trok één van mijn wenkbrauwen vragend op. Blijkbaar had ik iets gemist. Ik begreep niet waarom hij zich ineens zo ongemakkelijk leek te voelen. Had ik iets verkeerd gedaan?
    "Wil je dat ik wegga?" vroeg ik, terwijl ik mijn gezicht weer in de plooi trok en mezelf voornam om net te doen alsof ik zijn blosjes niet had opgemerkt. Ik had namelijk al lang begrepen dat Jonah zich zo mannelijk mogelijk wilde opstellen - en rode wangetjes hoorden daar in ieder geval niet bij. "Of wil je misschien iets over jezelf vertellen? Desnoods voer ik het woord wel." Ik was geen praatgraag, maar voor Jonah zou ik dat wel over hebben. Ik had me immers voorgenomen om bevriend met hem te raken - en vrienden lieten elkaar niet in de steek. Vooral niet op momenten zoals deze.

    [Ik kan overal wel iets mee. Mijn excuses voor mijn overdreven hoeveelheid reacties. :')]


    "Her heart was a secret garden, and the walls were very high."

    Grace Soldra
    'Dat is oké, en vooral ook begrijpelijk. Ik ben
    trouwens Alfie, Alfie Dilaurentis.' Ik glimlach na zijn woorden, ze spreken me moed in. Moed om in dit huis te overleven. Ik heb me er een hele tijd op voorbereid om twee weken lang in dit huis te zijn met mensen waarvan ik wist dat ze me aan zouden kijken en behandelen als een klein kind dat niets kan, maar stel nou dat er één iemand is die dat niet zou doen. Zou dat niet alles veranderen? Als er iemand is die me begrijpt? Al is het maar één persoon, zou dat niet werkelijk fantastisch zijn? Snel probeer ik iets te verzinnen om terug te zeggen, ik wil deze ene persoon uiteraard wel te vriend houden.
    'Ik ben Grace Soldra, leuk je te ontmoeten.' Hij zou niet kunnen beseffen hoe waar mijn woorden zijn. Ik steek mijn hand uit in de richting waar hij staat, of waar ik in elk geval denk dat hij staat. Voor hetzelfde geld ben ik helemaal in de verkeerde richting.
    'Ik kan jou niet zien, zoals je waarschijnlik al hebt gemerkt, dus ik denk dat jij mijn hand maar moet schudden.


    "Happiness can be found, even in the darkest of times.. if one only remembers.. to turn on the light." —Albus Dumbledo

    Campbell Saunders

    Een meisje liep langs mij met een blikje cola in haar hand ik knipperde verward mijn ogen en het leek net of ik Amy zag. Diezelfde kleur haar en ogen. Ik merkte dat ik naar haar staarde en ongemakkelijk wreef ik over mijn nek. Het was haast precies haar. De vrolijke Amy die ik me herinnerde toen ze nog niet ziek was. Ik liep op het meisje af en stak mijn hand naar haar uit. ‘Campbell Saunders.’ Zei ik met een glimlach naar haar. Ik kon niks anders. Waarschijnlijk had ze toch al gemerkt dat ik haar aangestaard had. Maar dat was alleen omdat ze zo veel op haar leek dat ik haast dacht dat ze leefde. Ik keek weer naar het meisje en het geen wat ik eerst als vrolijk had ervaren rond haar heen leek juist triest. Alsof ze onder iets leed en de oude beschermende gevoel kwam weer naar boven die ik probeerde weg te drukken. Ze was Amy niet en ik kon haar niet terug krijgen.


    When I taste Tequila, Baby, I still see ya

    Rebecca Amy Somers

    Ik lette niet echt op mijn omgeving en schrok dus een beetje, wanneer er plots een jongen op me af kwam lopen. Vriendelijk stak hij zijn hand naar me uit en stelde zich voor. Even liet ik mijn blik over hem heen glijden. Niet slecht..
    Met een glimlach, die vast wat verlegen oogt, neem ik zijn hand aan. Even denk ik er echt over na om terug mijn eerste naam te gebruiken en opnieuw te starten. Maar zodra ik mijn mond open komt er toch opnieuw mijn tweede naam over mijn lippen. "Amy Somers." antwoord ik glimlachend en ik ben ergens wel opgelucht dat ik niet Rebecca had gezegd. Die naam roept teveel herinneringen op en die kan ik nu niet aan. Niet nu ik ook nog eens zo ver weg ben van mijn enige familie. Ik weet niet meteen wat ik nog moet zeggen, het is immers al een tijdje geleden dat ik echt nog met iemand had gesproken. Aarzelend steek ik mijn cola naar hem uit.
    "Ook een slokje?" vraag ik dan een beetje blozend. Volgens mij was dat niet iets dat je meteen aan een onbekende voorstelde. Verlegen haal ik mijn schouders op.


    “To live will be an awfully big adventure.”

    {Story

    Als je op het sterretje voor een personage klikt, kom je nu ook terecht op de pagina in de story waar alles over dat personage staat.}

    [ bericht aangepast op 8 april 2014 - 16:19 ]


    “To live will be an awfully big adventure.”

    Ruby Ann Monroe
    Nadat de jongen, die zich later als Alfie Dilaurentis had voorgesteld, Grace omhoog had gelopen deed ik enkele passen naar achter. Ergens wist ik wel dat mijn hulp niet geweigerd werd, maar gewoon niet nodig was geweest. Mijn gevoelens waren des al niet te min gekrenkt. Om mij heen waren de meeste mensen al vriendschappen aan het aagaan en ik stond hier nog steeds in mijn eentje. Achter mij waren nog enkele jongeren van ongeveer mijn leeftijd binnen gekomen en ik stond duidelijk in de weg. Ik schonk nog snel een glimlach in de richting van zowel Grace en Alfie die het duidelijk gezellig hadden en draaide me daarna richting mijn koffer die ik met moeite richting de trap sleurden. Mijn blonden haren hingen voor mijn ogen en na de zoveelste poging ze uit mijn gezicht te blazen stopte ik halverwegen de trap om ze in een losse staart te binden. Terwijl mijn handen druk bezig waren met het vastknopen van het elastiekje zag ik vanuit mijn ooghoeken een jongen tegen de muur aanleunen met zijn koffer niet ver voor zich uit geschoven. Toen pas drong het tot me door dat ik midden op de trap met mijn handen in mijn haar naar hem aan het staren was. Snel sloeg ik mijn ogen neer en probeerde opnieuw onhandig mijn koffer een trede omhoog te krijgen.

    [ bericht aangepast op 8 april 2014 - 20:40 ]


    “Do what I do. Hold tight and pretend it’s a plan!” - The Doctor

    Samuel ClaflinKleding

    Terwijl ik de ruimte in me opnam en toekeek hoe een aantal mensen de trappen beklommen, realiseerde ik me dat niemand me hier leek op te merken. Het deed me stiekem grinniken, totdat ik de aanwezigheid van iemand begon te voelen. Zodra ik mijn hoofd richting de trap draaide, merkte ik het pas. Halverwege op de trap stond een bloedmooie blondine die haar lokken bijeen probeerde te binden, terwijl ze mij leek te bekijken. Na enkele, luttele seconden sloeg ze opeens haar ogen neer en probeerde ze haar koffer omhoog te zeulen, iets waar ze blijkbaar nogal wat moeite mee bleek te hebben.
    Ik rechtte mijn rug en duwde mezelf overeind, waarna ik richting de trap liep en een glimlach rondom mijn lippen krulde. Ik nam enkele passen naar voren, waardoor ik tegenover het meisje kwam te staan, en pakte het koffer voorzichtig uit haar handen. "Laat me je helpen."
    Ik schonk de jongedame een welgemeende grijns, waarna ik het koffer omhoog trok totdat ik weer bovenaan de trap stond. Ik zette het koffer naast de mijne en keek vervolgens weer naar het blonde meisje. "Dat is beter, niet? Mijn naam is Sam, Sam Claflin. En hoe heet jij, schoonheid?" Ik meende wat ik zei, het meisje was de schoonheid zelve. Haar blonde lokken vielen als gouddraad langs haar rozige wangen en haar grijsblauwe ogen waren omlijst met een stel volle wimpers. Ze had een piercing door haar rechterneusvleugel, maar aangezien het enkel een onopvallend steentje was, stoorde het me niet. Vooral niet omdat haar smalle, maar rozige lippen mijn aandacht trokken. Als ik niet beter wist, was ik als een blok voor haar gevallen. Maar ik was geen losbandige tiener meer. Nu ik een volwassen man was, deed ik mijn best om geïnteresseerd over te komen, maar ik zou me niet direct laten meeslepen. Toch kon ik niet ontkennen dat dit meisje mijn hart een slag sneller liet slaan - hoewel er meerdere vrouwen waren, die dat voor elkaar konden krijgen.

    [ bericht aangepast op 8 april 2014 - 21:19 ]


    "Her heart was a secret garden, and the walls were very high."

    Ruby Ann Monroe
    Met mijn rechterhand greep ik de trapleuning vast om meer grip te krijgen en mijn koffer zo sneller naar boven te krijgen. Enkele trede boven mij hoorde ik hoe de jongen zich een weg naar beneden baande. Voordat ik het goed en wel door had keken er twee prachtige groenblauwe ogen recht in de mijne. Ik voelde mijn wangen nog roder worden dan ze al waren verkleurd en zijn speelse glimlach maakte het er niet beter op. "Laat me je helpen." Zijn stem klonk zacht als een zomersbriesje maar had een lichte ondertoon die ik plaatste als zelfingenomen. Ik liet hem mijn koffer voorzichting overpakken en liep met gepaste afstand achter hem aan terwijl ik op alle mogelijke manieren mijn rode wangen probeerden te verbergen. "Dat is beter, niet? Mijn naam is Sam, Sam Claflin. En hoe heet jij, schoonheid?" Vroeg de jongen, die blijkbaar Sam heette zodra hij mijn koffer naast de zijne had gezet. Ik moest lachen om zijn opmerking. Natuurlijk was ik wel gewend aan alle aandacht vanwege mijn werk, maar deze aandacht was oprecht, niet alleen omdat ik bekend was en het voelde prettig. "Ik heet Ruby Ann Monroe." Stelde ik mezelf voor terwijl ik mijn hand naar hem uitstak. "Maar je mag me ook gewoon schoonheid blijven noemen hoor." Voegde ik er speels nog aan toe. Terwijl ik langzaam de ruimte waar we ons bevonden in me op nam voelde ik Sam's ogen op mijn huid branden. Ik had er altijd al een hekel aan gehad als mensen mijn lichaam scande, de mening die mensen dan over iemand vormde was ongegrond en in mijn geval vaak niet positief, of daar ga ik van uit.
    Met mijn handen spelend keek ik wat verlegen naar de beeldschone jongen boven me. "Dus, Sam." Ik stopte even om boven aan de trap naast hem plaats te nemen. "Bestaat er enige kans dat jij me later misschien naar mijn slaapkamer kunt begeleiden?" Ik wist dat dit door sommige jongens als een hint werd opgepakt daarom zette ik mijn meest onschuldige ogen op en leunde nonchalant tegen mijn koffer aan.


    “Do what I do. Hold tight and pretend it’s a plan!” - The Doctor