Lauren Cara Michels
Ik glimlachte even en zag hoe Astrid al begon met het opzetten van tenten. Mijn broertje hing aan mijn nek, vragend om eten. Luivarken dat het was. Hij zat met zijn zware gewicht op mijn rug. Iets dat extreem zwaar was voor mijn fragiele lichaampje.
'Jona,' sprak ik kortaf. 'Je bent dan wel jonger, maar je bent veel zwaarder en groter als mij. Kan je alsjeblieft van mijn rug afgaan, voordat ik gebroken in het ziekenhuis lig.' Ik probeerde hem aan te kijken, wat een mislukte poging was. Mijn blik gleed naar een heel bekend gezicht.
'Felice,' juichtte ik. Eindelijk hulp. Ze had drankjes mee en de enveloppen waar de informatie nog zwart op wit stond. Ik duwde mijn broer van me af en pakte de enveloppen. Ik bekeek ze allemaal en zag dat ze van alle gasten waren. Ik pakte die van One Direction en andere mensen die er nog niet waren van de stapel. 'Kan jij die stapel even uitdelen? Ze zijn hier allemaal. Dan kan je je gelijk even voorstellen en de drankjes uitdelen? Dan ren ik terug voor het geval dat One Direction aankomt. En misschien kan je mijn broer zo ver krijgen Astrid te helpen met haar tent. Of Alex. O en kan je ze ook vertellen over de talentenjacht?' Vragend keek ik het meisje aan en glimlachte even. ''En neem wat drinken en maak kennis met iedereen. Dat zijn Levi en Ivy uit Nieuw- Zeeland, ze komen hier al heel lang. Dat is Alex, die is hier ook al vaker geweest en dat is Astrid, die is hier voor het eerst,' ging ik iedereen vlug langs. Ik bekeek de enveloppen nog even snel, zwaaide en rende terug naar de incheckbalie. Mijn vader was druk bezig met de financiële zaken, daar had ik af en toe iets mee te maken. Maar niet vaak, gelukkig. Mijn vader had vaak stress, daarom probeerde ik zoveel mogelijk te doen. Ik was altijd bezig, al was het met twintig keer hetzelfde stukje bar schoonpoetsen. Zolang ik bezig bleef, dacht ik niet aan mijn moeder. Daarom drumde ik ook en zong ik wel eens. Niemand, behalve mijn broer en vader wist dat ik van drummen hield. Het drumstel stond trouw in mijn kamer. Met talentenjacht werd mijn drumstel altijd gebruikt. Wel wisten veel mensen dat ik ook piano kon spelen, maar drummen trok me meer. Mijn stem hield ik voor mezelf. Ik durfde niet te zingen in het bijzijn van mensen, ook al scheen mijn stem redelijk goed te zijn. Het was iets van mij, iets waar ik mijn emoties in los liet.
Mijn broertje had last van nachtmerries en ik wilde er voor hem zijn, maar hoe kon ik er voor hem zijn als ik het zelf niet eens kon accepteren? Nee, mijn vader was het sterkste. Hij runde een camping, wist met iedereen op te schieten, kon Jona en mij aan en ging goed om met het verlies van mama. Ik was trots op mijn vader, hij was mijn held en zou dat altijd blijven. Ik wilde hem zo graag helpen op de gebieden dat het kon, maar soms weigerde hij mijn hulp. Omdat ik dan moest rusten, plezier maken. Ik was nog maar een 'kind' Ook al was het zo, zo voelde ik me allang niet meer. Ik moest zoveel dingen doen. Ik zorgde voor Jona, ik had veel verantwoordelijkheid hier op de camping. En het was prima, ik was er trots op dat ik me zo overeind kon houden, maar ik verlangde naar mijn moeder die me complimentjes gaf, die mijn kleding keurde, die met mij wilde winkelen en die mijn haar vlocht. Ik wilde haar troostende armen om me heen en haar mening over een jongen. Ik wilde met haar praten over dingen die ik niet met mijn vader kon. Het was moeilijk en hij probeerde het soms, maar ik zou het nooit met hem over jongens kunnen hebben. Hij was een man en ik was een bijna volwassen vrouw. Hij begreep mij op sommige momenten gewoon niet. En op die momenten mistte ik mijn moeder het meest.
De reden dat ik iedereen aan Felice had overgedragen, was omdat ik even een moment rust wilde. Even een momentje voor mezelf. Ja, ik moest wachten op One Direction, maar ik verwachtte ze pas over een uur. Met een zucht liep ik de bar in, dat was voor ons ook de woonkamer. Hier ontbeet ik in de vroege morgen, om daarna te helpen in het restaurant bij het zwembad. Dit was mijn 'woonkamer.' Boven waren de slaapkamers en onze douche. Ook mijn vaderskantoor vond daar plaats, verder hadden we niks nodig. Een piano stond op het podium in de disco. Daar vonden namelijk ook de talentenjachten plaats. Soms traden mensen op als evenement in de disco en anders was er gewoon harde muziek en genoeg ruimte om te dansen. Ik genoot van de camping. Ik had alles. Mensen om te leren kennen, gezelligheid, een zwembad, muziekinstrumenten, genoeg keuzes in eten, genoeg ruimte, genoeg sportactiviteiten. Ik mistte één ding, dat was mijn moeder. Haar mistte ik. Elke dag, elke seconde, elk moment, elk uur. Ik mistte haar nu. Ze was weg, maar nooit echt weg. Ze was overal. Ik hoorde haar stem in mijn hoofd, ik zag haar bruine ogen als ik mezelf aankeek in de spiegel, ik herkende haar in bruinharige vrouwen. Ze liet me niet met rust. Dat frustreerde me en kwetste me. Het verlies brak me niet. Het was het hopen dat ze ooit terugkwam dat me brak. En het weten dat ze nooit terug zou komen, maakte me somber. En toch moest ik vrolijk zijn. Omdat ik een taak had. En deze zomer had ik een taak die erg belangrijk was. Voor mijn vader. Ik moest het One Direction naar hun zin krijgen, ik moest ze een leuke vakantie laten hebben. Maar hoe?
Embrace your weirdness - Cara Delevingne