Ryder Jason Fuller.
Kaithlyn had zich omgedraaid wanneer ik haar had verteld dat ze mooi was, ik had de foto gezien waar ze ietwat verlegen op lachte. Hoewel ik niet zeker wist of ze erop wilde antwoordde, had ze al geen tijd meer gehad, want vlak op dat punt gaf ik haar mijn verontschuldigingen. Mijn armen deed ik achter mijn rug, iets wat ik wel vaker deed en meegenomen had in de tijd. Toen ik mijn blik haar kant op richtte, glimlachte zij enkel, al wist ik niet precies hoe ik het op moest vatten.
Haar ogen volgde zich naar het plaatje in de lijst, waar zij verlegen glimlachend opstond, zich proberend af te weren tegen degene die de foto maakte. Het moet vast een gezellig, fijn moment zijn geweest, zo zag ze er tenminste wel uit. Ondanks dat het soms ieder moment veranderd kan zijn, dat is namelijk ook nog een optie in het leven. Wanneer mijn groene, fonkelende ogen zich weer over de foto’s dwaalden, merkte ik op hoe dat de enige foto was waar ze glimlachend op stond. Ik vroeg me gelijk af waarom dit de enige foto was en wie degene was die deze foto had gemaakt, hierdoor kon ik het niet laten en liet de top van mijn wijsvinger over het randje van de lijst strelen.
Abrupt schudde Kaithlyn haar hoofd, waar door ik dacht dat ze niet wilde dat ik er aan kwam en dus liet ik mijn hand terug naast me hangen, echter vervolgde deze zijn weg daarna direct naar mijn rug. De jonge vrouwe antwoordde er niet op, maar ging in tegenstelling daarop verder met het snijden van de taart en bood me toen thee aan, hierop koos ik haastig een theezakje terwijl ik me ondertussen al terug in de stoel liet zakken. Gelukkig deed Kaithlyn wat ik haar gezegd had, dat ze niet zoveel moeite hoefde te doen, en liet zij zichzelf ook op de bank zakken.
‘Het is geen enkele moeite, Meneer, echt niet. Ik doe het graag,’ antwoordde zij met een vriendelijke glimlach. Even bestudeerde ik haar gelaatsuitrekking, maar liet mijn blik toen onberoerd afzakken naar de taart, het vorkje dat er naast lag en het theezakje die ik al in het hete water had gehangen. Deze kreeg na enkele seconde de kleur die ik ervan wilde, dus haalde ik het theezakje aan het touwtje eruit om vervolgens deze, samen met het zakje dat eromheen zat, op een bordje te leggen. Zomaar op tafel leggen was onbeschoft, gaf vlekken in de tafel en sowieso zag het er niet hygiënisch uit. Het paste dan ook niet bepaald bij me wanneer ik dit zou doen.
Kaithlyn had haar blik verlegen afgewend, welke ik kort in mijn ooghoeken gevolgd had, maar omdat de blosjes op haar wangen mijn aandacht trokken, liet ik me er toch aan over. ‘In tegendeel tot u ben ik niet zo’n zoetekauw,’ Vragend trok ik een wenkbrauw op. Is dat zo? De vraag die hierbij mijn gedachten in kwam liet mijn honger even aan flakkeren, aangezien ik aan haar zoete bloed dacht. Niet aan denken Ryder, als ze weet wat je bent, schrikt ze al direct af. H oud je in, je hoort je als een gentleman te gedragen, sprak ik mezelf toe in gedachten. ‘Ieder zo zijn of haar eigen smaak.’ Vertelde ik haar, een nonchalant half glimlachje op mijn lippen, welke iets voller waren dan elk ander man.
Al snel keek ze me echter weer aan, hoewel het leek alsof ze zich eerst ergens anders op richtte, om vervolgens haar ogen toch in die van mij te dringen. Ze waren mooi, haar ogen. Poelen met duizenden vragen erin, antwoorden waarvan zij het enkel wist. Ondanks dat ik erg sadistisch kon zijn, lokte haar ogen me telkens uit om haar aan te blijven kijken. In elk geval zou ik ook niet ergens anders naartoe kijken, niet zoals sommige onsterfelijken zouden doen, op geld of seks belust. Nee, ik richtte me op de uniekheid van een persoon, degene trok dan mijn aandacht en dat zou op het moment mijn prooi worden.
‘Mijn vriendin heeft de taart meegebracht, zelf zou ik zoiets niet meebrengen. Maar nu komt het goed uit, anders had ik u niets aan kunnen bieden op een stukje fruit na.’ Haar vriendin de taart mee gebracht? Ik bestudeerde de taart terwijl ik het bordje optilde en over mijn lippen likte. Was ze jarig geweest? Ik dacht zoiets te kunnen zien aan een letter die net te voorschijn kwam en half doorgesneden was. Waarom zou ze anders taart in huis hebben als ze het niet lust? Ja, haar vriendin had het mee gebracht, maar toch wel met een reden? ‘Het spijt mij dat ik u niets anders kan aanbieden, om heel eerlijk te zijn had ik niet gerekend op visite, meneer,’ zei ze en zette weer een lieflijke glimlach op. Hierna boog zij voorover om het theezakje uit haar thee te halen, deze in een leeg bakje te leggen en vervolgens terug rechtop te zitten. Dit echter wel met het kopje in haar hand, waarna ze haar schoenen uit schopte en vervolgens haar benen op de bank trok. Ik fronste kort doordat ze deze vlak erna op de grond zette, alsof ze zich iets anders had bedacht, dat het niet net zou zijn. Eerlijk gezegd deerde het mij niet veel hoe ze ging zitten, dit was haar thuis. Ik zou me nu bijna ongemakkelijk voelen.
Over ongemakkelijk gesproken, nu herinner ik me weer de boeken in de kast. Allemaal boeken over Moonlight Falls. Verdomme, straks ziet ze mijn naam erin verschijnen! Vroeger, toen ik net veranderd was, kon ik namelijk er sadistisch zijn en was ik in elk geval heel anders dan dat ik nu ben. Een klein moment trok mijn gezicht bij de herinnering aan de boeken wit weg, maar om dit te verbloemen, dronk ik wat van de thee en at ik wat van de taart. Nog steeds was ik van mening dat ze iets van een feestje had gehad en daardoor deze taart van haar vriendin had gekregen. ‘Alstublieft, Kaithlyn, laat u zich niet ongemakkelijk door mij voelen, u kunt heus wel zitten of doen zoals u dat wilt.’ Sprak ik vervolgens tegen haar, het bordje alweer terug gezet en nu enkel het kopje hete thee in mijn handen. De hitte was ik gewend en eerlijk gezegd, vond ik het een prettig gevoel.
Mijn blik bestudeerde nu niet alleen haar gezicht, echter ook de rest van haar gestalte, waardoor ik opmerkte dat ze dunner was dan andere vrouwen. Dit was me ook wel eerder opgevallen, maar nu keek ik er pas echt goed naar. Een klein slokje van de hete thee en ik liet mijn blik tergend langzaam naar haar arm afdwalen. De arm waarmee ze het theekopje vast had. Littekens, tengere, witte en kleine littekens. Mijn blik bleef er even op gefocust, waarbij ik slikte en me nog een keer bedacht hoe haar bloed moest smaken. Onverwachts kreeg ik dan ook een stekende hoofdpijn, welke al snel oversprong in gebonk en een vage waas voor mijn groene ogen liet. Hel, dat kwam eraan doordat ik me nog niet gevoed had. Toch duwde ik het voor zover ik kon terug en liet een charmant glimlachje op mijn lippen, terwijl mijn fonkelende groene ogen zich in die van haar drongen.
‘Kaithlyn,’ Haar naam sprak ik uit met een zekere verleidelijke toon. ‘Is er iets of iemand die u dat liet doen?’ Een klein knikje richting haar arm en de littekens, terwijl mijn ogen nog steeds in haar ogen boorde. Weer een slokje van de thee, kalm en rustig, zoals mijn gestalte de gehele tijd was geweest. Door die littekens was zij nu mijn prooi, die littekens en de dunheid van haar profiel maakte mij een onsterfelijk monster en haar mijn zoete, lieflijke prinses.
Quiet the mind, and the soul will speak.