• Moonlight Falls
    Het stadje Moonlight Falls werd gecreëerd gedurende de eerste wereldoorlog en werd gevestigd in de verre bossen van Virginia. Het stadje werd een zwarte bladzijde uit de geschiedenis gezien de vele, onopgeloste moorden en vermisten die door de stad zijn opgegeven. Moonlight Falls wist zich echter te herpakken en een nieuwe plek in de samenleving te veroveren. Nu, jaren later, begint alles echter opnieuw. Onopgeloste moorden, verdwijningen, ontvoeringen en een dood spoor.

    Uitleg
    Zoals te verwachten viel zijn het niet zomaar 'mensen' die achter dit alles zitten. Het zijn een soort 'onsterfelijken'. Geen vampiers, zoals je zou vermoeden. De meesten zijn gebeten, anderen zijn zo geboren. Onsterfelijken groeien tot een bepaalde leeftijd waarna ze steeds vaker en meer naar bloed beginnen te snakken. Na een periode is dat alles waarmee ze zich nog kunnen voeden, en merken ze hun verandering pas echt op. Velen zijn sneller, sterker, knapper, intelligenter en noem zo maar op. Ze hoeven echter niet oorspronkelijke Moonlight Falls'ers te zijn. Vaak verhuizen zij pas na hun verandering naar Moonlight Falls omdat het stadje iets vertrouwds heeft voor hen. Naast dat de meeste onsterfelijken zo geboren worden, kun je ook een onsterfelijke worden doormiddel van een beet. Een onsterfelijke heeft een soort gif dat een roes met zich meebrengt. Als de roes lang genoeg duurt, verspreid het gif zich door het lichaam en zet dat uiteindelijk de stofwisseling stil. In die periode ontwikkelen zich dan uiteraard ook de andere kenmerken. Onsterfelijken zijn te herkennen aan hun bloeddorst, aparte oogkleuren en hun vorm van leven. Ze zijn te doden met vuur, een staak door hun hart en onthoofding. Je kunt ze echter ook enorm verwonden met heilige voorwerpen.

    Regels
    Ik wil geen Mary Sue's, of mensen die zich overal uit redden. Zelfs onsterfelijken zijn niet perfect. Daarnaast zoek ik mensen die meer dan vijftien regels per post typen en niet te vaak off-topic gaan. Ervaren rpg'ers die weten hoe ze in teamverband moeten spelen in plaats van enkel 'jongen x meisje'.
    Onthoud dat mensen naast quizlet een leven hebben en niet 24/7 reacties schrijven. Post dan ook niet te veel, dat is vervelend voor de mensen die niet zo vaak op de computer kunnen. Verdere regels lijken me duidelijk, niet?



    Rollen
    Onsterfelijken:
    Chyra Amycah Mansley - Leave
    Rose Annabeth Clifford Gipsy
    Jade 'Icy' Mearon - Noxious

    Max Noah Hunter - Bagoly
    Ryder Jason Fuller - Tortura
    Louis Vorigan Xavier Wallister - Flitwick
    Jayy Kilian Von Monroe - Lamebrain


    Kenner van de onsterfelijken (kan zowel jager als iemand die er één wil worden zijn. Wees creatief.)
    Finn Oliver Parks - Realist
    Matt Graham - Gipsy

    Cristina Evangelina Melendez - Daemon
    Patience Cassia Phillips - Tortura


    Overige mensen:
    Hennah Oliva Skyse - Realist
    Kaitlyn Maria Reid - Bagoly

    [ bericht aangepast op 28 okt 2012 - 14:46 ]


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    [Waar is ze?]


    "It's funnier in Enochian." ~ Castiel

    [Ze wilt net weglopen van Matt op het plein. Alleen ik wacht nog op een reactie van Gipsy, ik weet niet wat ze nu wil.]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    {Dan wacht ik daar ook nog even op}


    "It's funnier in Enochian." ~ Castiel

    Matt Graham

    "Patience." Hoorde ik haar zeggen en kreeg het gevoel dat ik echt niet gewenst was. "Houdt je nu op met zoveel vragen te stellen over het onderwerp?"
    Iemand was hier slecht gehumeurd.
    "Als je maar weet dat ik ten allen tijden beschikbaar ben moest je me nodig hebben." Zei ik en legde mijn hand in mijn nek. "Je kan me altijd aan de rand van het bos vinden."
    Zonder nog een woord te zeggen, draaide ik me om en wandelde weg, het had niet veel zin om nog langer bij deze vrouw te blijven.
    Ze was niet bepaald op mijn kennis over onsterfelijken gesteld, dus zag ik het nut niet in.
    Als ze zich zou bedenken, kon ze me nog altijd opzoeken, hoewel ik er erg aan twijfelde of ze dat daadwerkelijk zou doen.
    "Kom Snow," Glimlachte ik wanneer ik achterom keek en zag hoe de witte wolfshond vrolijk achter me aan dartelde.
    Met mijn handen diep in mijn zakken, wandelde ik met opgeheven hoofd weg van de vrouw.
    Waar ik naartoe zou gaan, wist ik nog niet maar zou er wel snel genoeg achter komen.
    Wanneer ik een hoekje omsloeg, begon ik vrolijk een liedje te fluiten om de stilte die er speelde in de straat te verbreken.
    De straat was vrijwel verlaten, op hier en daar wat mensen na die bezig waren met de dagelijkse dingen zoals winkelen.
    Zelf wandelde ik een klein boekenwinkeltje binnen en liet mijn ogen even door de ruimte gaan.
    De man achter de toonbanken kende me wel, hier kocht ik elke week een nieuw boek die hij speciaal liet komen vanuit Engeland.
    De boeken die ik hier altijd kocht, waren wel wat duurder als de gemiddelde boeken, maar dat kon me niets schelen.
    "Hey Arthur," Glimlachte ik. "Is mijn pakje binnengekomen?"
    De man achter de toonbank schudde zijn hoofd waardoor ik even zuchtte. "Sorry Matt, het is er nog steeds niet."
    Ik wachtte nu al 5 dagen op een speciale editie over onsterfelijken, maar nog steeds had ik het boek niet in handen terwijl ik er wel een fortuin voor had betaald.
    "Ik kom morgen nog eens terug," Zei ik en wandelde de winkel weer uit.


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    Exasperated schreef:
    Jade 'Icy' Mearon.
    Een paar stappen was ik verwijderd van de nooduitgang en op het moment dat ik er naartoe wilde lopen hoorde ik een mannenstem achter me zeggen: 'Hey, jij daar!' Mijn ogen werden rood en mijn dorst moest nu echt gelest worden. 'Hier hoor jij niet te zijn, jongedame.'
    Ik rolde mijn ogen en draaide me om met een sadistische glimlach op mijn gezicht en ik likte verleidelijk over mijn lippen. Er was nu niemand en gosh.. wat had ik toch een honger. Ik zei niets en ik zag het gezicht van de jongeman veranderen naar een wat uitnodigende blik. Hij dacht waarschijnlijk dat hij wat kon krijgen, maar dat echt niet. Dat mannen zo oppervlakkig kunnen zijn, zeg.
    Ik grinnikte wat geheimzinnig waarna de jongeman zijn mond opende: 'Wat ben je van plan, mooie dame?'
    Op een zelfverzekerde, gracieuze manier liep ik naar hem toe en was ik een paar centimeter van hem verwijderd. Mijn tanden had ik gereed en mijn dorst zou bijna gelest worden.
    Ik wou toeslaan, maar met een ruwe klap werd ik weggeduwd. Of was ik niet weggeduwd? Met een lichte knal klapte ik tegen de muur aan en zo snel als mijn stemming kon veranderen werd dit veranderd naar een chagrijnig en felle blik. Deze richt ik op de dader.
    'Oh, het spijt me, ik-' Een meisje met lang, krullend blond haar was de dader. Hmm, had gedacht dat het een man zou zijn. Aangezien hun al zeker een stel aanstellers zijn. Ze had haar zin even afgekapt waarna ze mij aankeek. Was er wat te zien? Ze kijkt alsof ze nog nooit een vrouw heeft gezien. Ik rolde mijn ogen geïrriteerd.
    '… Had je niet gezien.' Ging ze verder. Koop een bril.
    Ze had haar ogen vernauwd en ik sloeg mijn armen over elkaar, terwijl zij dit deed. Wat was er nou weer? Gjeez. Dit was echt mijn dag niet.
    “Wat is er nou?” Vroeg ik een beetje geïrriteerd en ik reageerde niet op wat ze zonet zei. Mede doordat ik nog steeds mijn tanden niet in iemand had kunnen zetten! Verdomme. Wat had iedereen toch vandaag met mij?


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    Ryder Jason Fuller.
    Kaithlyn had zich omgedraaid wanneer ik haar had verteld dat ze mooi was, ik had de foto gezien waar ze ietwat verlegen op lachte. Hoewel ik niet zeker wist of ze erop wilde antwoordde, had ze al geen tijd meer gehad, want vlak op dat punt gaf ik haar mijn verontschuldigingen. Mijn armen deed ik achter mijn rug, iets wat ik wel vaker deed en meegenomen had in de tijd. Toen ik mijn blik haar kant op richtte, glimlachte zij enkel, al wist ik niet precies hoe ik het op moest vatten.
    Haar ogen volgde zich naar het plaatje in de lijst, waar zij verlegen glimlachend opstond, zich proberend af te weren tegen degene die de foto maakte. Het moet vast een gezellig, fijn moment zijn geweest, zo zag ze er tenminste wel uit. Ondanks dat het soms ieder moment veranderd kan zijn, dat is namelijk ook nog een optie in het leven. Wanneer mijn groene, fonkelende ogen zich weer over de foto’s dwaalden, merkte ik op hoe dat de enige foto was waar ze glimlachend op stond. Ik vroeg me gelijk af waarom dit de enige foto was en wie degene was die deze foto had gemaakt, hierdoor kon ik het niet laten en liet de top van mijn wijsvinger over het randje van de lijst strelen.
    Abrupt schudde Kaithlyn haar hoofd, waar door ik dacht dat ze niet wilde dat ik er aan kwam en dus liet ik mijn hand terug naast me hangen, echter vervolgde deze zijn weg daarna direct naar mijn rug. De jonge vrouwe antwoordde er niet op, maar ging in tegenstelling daarop verder met het snijden van de taart en bood me toen thee aan, hierop koos ik haastig een theezakje terwijl ik me ondertussen al terug in de stoel liet zakken. Gelukkig deed Kaithlyn wat ik haar gezegd had, dat ze niet zoveel moeite hoefde te doen, en liet zij zichzelf ook op de bank zakken.
    ‘Het is geen enkele moeite, Meneer, echt niet. Ik doe het graag,’ antwoordde zij met een vriendelijke glimlach. Even bestudeerde ik haar gelaatsuitrekking, maar liet mijn blik toen onberoerd afzakken naar de taart, het vorkje dat er naast lag en het theezakje die ik al in het hete water had gehangen. Deze kreeg na enkele seconde de kleur die ik ervan wilde, dus haalde ik het theezakje aan het touwtje eruit om vervolgens deze, samen met het zakje dat eromheen zat, op een bordje te leggen. Zomaar op tafel leggen was onbeschoft, gaf vlekken in de tafel en sowieso zag het er niet hygiënisch uit. Het paste dan ook niet bepaald bij me wanneer ik dit zou doen.
    Kaithlyn had haar blik verlegen afgewend, welke ik kort in mijn ooghoeken gevolgd had, maar omdat de blosjes op haar wangen mijn aandacht trokken, liet ik me er toch aan over. ‘In tegendeel tot u ben ik niet zo’n zoetekauw,’ Vragend trok ik een wenkbrauw op. Is dat zo? De vraag die hierbij mijn gedachten in kwam liet mijn honger even aan flakkeren, aangezien ik aan haar zoete bloed dacht. Niet aan denken Ryder, als ze weet wat je bent, schrikt ze al direct af. H oud je in, je hoort je als een gentleman te gedragen, sprak ik mezelf toe in gedachten. ‘Ieder zo zijn of haar eigen smaak.’ Vertelde ik haar, een nonchalant half glimlachje op mijn lippen, welke iets voller waren dan elk ander man.
    Al snel keek ze me echter weer aan, hoewel het leek alsof ze zich eerst ergens anders op richtte, om vervolgens haar ogen toch in die van mij te dringen. Ze waren mooi, haar ogen. Poelen met duizenden vragen erin, antwoorden waarvan zij het enkel wist. Ondanks dat ik erg sadistisch kon zijn, lokte haar ogen me telkens uit om haar aan te blijven kijken. In elk geval zou ik ook niet ergens anders naartoe kijken, niet zoals sommige onsterfelijken zouden doen, op geld of seks belust. Nee, ik richtte me op de uniekheid van een persoon, degene trok dan mijn aandacht en dat zou op het moment mijn prooi worden.
    ‘Mijn vriendin heeft de taart meegebracht, zelf zou ik zoiets niet meebrengen. Maar nu komt het goed uit, anders had ik u niets aan kunnen bieden op een stukje fruit na.’ Haar vriendin de taart mee gebracht? Ik bestudeerde de taart terwijl ik het bordje optilde en over mijn lippen likte. Was ze jarig geweest? Ik dacht zoiets te kunnen zien aan een letter die net te voorschijn kwam en half doorgesneden was. Waarom zou ze anders taart in huis hebben als ze het niet lust? Ja, haar vriendin had het mee gebracht, maar toch wel met een reden? ‘Het spijt mij dat ik u niets anders kan aanbieden, om heel eerlijk te zijn had ik niet gerekend op visite, meneer,’ zei ze en zette weer een lieflijke glimlach op. Hierna boog zij voorover om het theezakje uit haar thee te halen, deze in een leeg bakje te leggen en vervolgens terug rechtop te zitten. Dit echter wel met het kopje in haar hand, waarna ze haar schoenen uit schopte en vervolgens haar benen op de bank trok. Ik fronste kort doordat ze deze vlak erna op de grond zette, alsof ze zich iets anders had bedacht, dat het niet net zou zijn. Eerlijk gezegd deerde het mij niet veel hoe ze ging zitten, dit was haar thuis. Ik zou me nu bijna ongemakkelijk voelen.
    Over ongemakkelijk gesproken, nu herinner ik me weer de boeken in de kast. Allemaal boeken over Moonlight Falls. Verdomme, straks ziet ze mijn naam erin verschijnen! Vroeger, toen ik net veranderd was, kon ik namelijk er sadistisch zijn en was ik in elk geval heel anders dan dat ik nu ben. Een klein moment trok mijn gezicht bij de herinnering aan de boeken wit weg, maar om dit te verbloemen, dronk ik wat van de thee en at ik wat van de taart. Nog steeds was ik van mening dat ze iets van een feestje had gehad en daardoor deze taart van haar vriendin had gekregen. ‘Alstublieft, Kaithlyn, laat u zich niet ongemakkelijk door mij voelen, u kunt heus wel zitten of doen zoals u dat wilt.’ Sprak ik vervolgens tegen haar, het bordje alweer terug gezet en nu enkel het kopje hete thee in mijn handen. De hitte was ik gewend en eerlijk gezegd, vond ik het een prettig gevoel.
    Mijn blik bestudeerde nu niet alleen haar gezicht, echter ook de rest van haar gestalte, waardoor ik opmerkte dat ze dunner was dan andere vrouwen. Dit was me ook wel eerder opgevallen, maar nu keek ik er pas echt goed naar. Een klein slokje van de hete thee en ik liet mijn blik tergend langzaam naar haar arm afdwalen. De arm waarmee ze het theekopje vast had. Littekens, tengere, witte en kleine littekens. Mijn blik bleef er even op gefocust, waarbij ik slikte en me nog een keer bedacht hoe haar bloed moest smaken. Onverwachts kreeg ik dan ook een stekende hoofdpijn, welke al snel oversprong in gebonk en een vage waas voor mijn groene ogen liet. Hel, dat kwam eraan doordat ik me nog niet gevoed had. Toch duwde ik het voor zover ik kon terug en liet een charmant glimlachje op mijn lippen, terwijl mijn fonkelende groene ogen zich in die van haar drongen.
    ‘Kaithlyn,’ Haar naam sprak ik uit met een zekere verleidelijke toon. ‘Is er iets of iemand die u dat liet doen?’ Een klein knikje richting haar arm en de littekens, terwijl mijn ogen nog steeds in haar ogen boorde. Weer een slokje van de thee, kalm en rustig, zoals mijn gestalte de gehele tijd was geweest. Door die littekens was zij nu mijn prooi, die littekens en de dunheid van haar profiel maakte mij een onsterfelijk monster en haar mijn zoete, lieflijke prinses.


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Rose Annabeth Clifford

    “Wat is er nou?” Hoorde ik haar vragen en kwam met een schok uit mijn gedachten.
    "Niets," Zei ik en fronste even. "Had je alleen niet gezien."
    Het verbaasde me dat ze niet doorhad dat ik net zoals zij was, ik dacht dat het wel duidelijk zou zijn.
    Blijkbaar niet, wat wel eens in mijn voordeel kon spelen.
    "Heb ik je pijn gedaan?" Vroeg ik om de schijn wat hoog te houden en beet hierbij onbewust even op mijn onderlip.
    Eigenlijk kon het me vrijwel niets schelen of ze pijn had of niet, ergens had ik zo het vermoeden dat ze geen pijn had.
    Hoewel het wel een harde klap was geweest.
    Ongemakkelijk haalde ik een hand door mijn blonde lokken en bekeek haar gezicht nog een keer.
    Ik was absoluut zeker dat ik deze vrouw nog nooit had gezien, maar ik vroeg me hierdoor wel af of er nog van onze soort waren.
    Als dat het geval was, was het al een wonder dat de normale mensen uit het dorpje nog niets gemerkt hadden.
    Vroeger, toen ik hier al eerder was, waren er ook wel onsterfelijken maar ik dacht dat ze allemaal uitgestorven waren.
    Al die tijd verkeerd gedacht, ging er grimmig door me heen.
    Om eerlijk te zijn had ik een hekel aan het leven van een onsterfelijke.
    Je kon mensen niet zeggen wat je was, aangezien ze je anders gek zouden verklaren of proberen te doden.
    Ik had het allemaal al meegemaakt en voelde me daarom redelijk eenzaam.
    In de 120 jaar van mijn bestaan, had ik nog nooit iemand getransformeerd en dat zou ik niet eens willen.
    Ik wenste niemand dit leven toe.


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    Jade 'Icy' Mearon.
    'Niets,' had de vrouw gezegd. Ze fronste haar wenkbrauwen even. 'Had je alleen niet gezien.'
    Wat een geweldige smoes. Je zou toch denken dat je eigen 'soort' je niet stoort als je op jacht bent? Maar dat is niet zo en dat maakte me nog meer gefrustreerd. "Ja, ja. Dat zal vast." Had ik haar gezegd en ik wuifde het met mijn hand weg. Het maakte me niet zozeer uit of ze me nou gezien had of niet. Ik was alleen geïrriteerd genoeg om op alles af te rekenen. Het zou niets uitmaken wat het was.
    'Heb ik je pijn gedaan?' Vroeg ze. Ach, wat boeit het haar als ik pijn heb. Ik had geen pijn gekregen door het duwtje. Zo hard was het toch niet?
    Ik rolde ongezien mijn ogen en kuchte even kort. Het was een rokershoestje geweest. En al zeggen ze dat het roken je fataal is, bij mij heeft dat geen schijn van kans, dus ben ik ook niet van plan om te stoppen.
    Mijn prooi was al weggelopen, dus deze kon ik niet meer afmaken. Ik was eigenlijk van plan om dit te doen, zelfs met haar erbij, maar hij was nu weg en ik zuchtte hoorbaar. "Serieus, wat zijn mensen toch moeilijk deze tijd." Mompelde ik zachtjes tegen mezelf.
    Ik haalde het mutsje van mijn hoofd af en deed mijn haar snel goed door er een paar keer met mijn slanke vingers door te gaan. Vanuit mijn ooghoeken zag ik een spiegel aan de muur hangen en ik liep er naartoe. Mijn slanke vingers volgden de contouren in de lijst van de spiegel en ik keek toen in de spiegel. De rode ogen waren nu duidelijk te zien samen met mijn scherpe tanden.
    Ik slikte mijn dorst weg, maar dit werkte deels. Ik hunkerde er nog steeds aan.
    Net zoals een sigaret en de koffie die kapot viel op de grond daarnet.
    Ik deed mijn grijze muts weer goed op mijn hoofd en wilde mijn make-up bijwerken toen de vrouw weer in mijn gedachten kwam. Ik grinnikte geheimzinnig en haalde vervolgens de zwarte eyeliner tevoorschijn waarna ik de bovenkant van mijn oog hiermee versierde.
    "Dus, hoelang ben jij het al?" Begon ik met geheimzinnige, maar geïnteresseerde toon.

    [ bericht aangepast op 22 nov 2012 - 22:29 ]


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    Rose Annabeth Clifford

    "120 Jaar," Zei ik kalm en keek toe hoe ze haar make-up bijwerkte. "Ik ben zo geboren."
    Het kwam er niet echt vrolijk uit.
    Om eerlijk te zijn, haatte ik het vreselijk hard.
    Het voelde aan alsof ik nergens hoorde, dat ik een freak was.
    "En jij?" Ze had mijn nieuwsgierigheid aangewakkerd. "Getransformeerd of zo geboren?"
    Ergens hoopte ik op geboren aangezien dat minder erg was dan getransformeerd.
    Als iemand me had gebeten,zou ik wraak willen nemen omdat dit niet het leven was waar ik voor zou kiezen.
    Ik verrachtte het.
    Mijn blik ging weer over haar gezicht en bleven hangen bij haar bloedrode ogen.
    Ze had honge,r dat stond vast.


    [Sorry voor het korte stukje, had niet veel inspiratie en zit op mijn mobieltje.]

    [ bericht aangepast op 23 nov 2012 - 9:45 ]


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    Kaitlyn Maria Reid
    Ryder had zijn wenkbrauw vragend opgetrokken toen ik hem vertelde dat ik niet zo’n zoetekauw was. Ik begreep niet wat er zo verbazingwekkend aan was. Voor zover ik wist was het geen schande voor een vrouw om geen zoetekauw te zijn. Toch vroeg ik er niet naar. Misschien was iedereen in zijn omgeving wel een zoetekauw. Persoonlijk gaf ik er nu eenmaal niet zoveel om. In mijn ogen viel er niets te winnen aan zoete dingen. Toegegeven, sommige dingen vond ik wel degelijk lekker, maar de ongezonde ingrediënten hielden me dan toch tegen. Ik kende ook zat lekkere dingen die toevallig ook gezond waren.
    ‘Ieder zo zijn of haar eigen smaakt,’ vertelt hij me en ik knik instemmend, waarna ik mijn blik na enige twijfel weer op hem had gericht en verder ging met mijn verhaal. Bij ieder woord had ik het gevoel dat het niet interessant was wat ik hem vertelde, maar Ryder bleef stil en luisterde aandachtig. Misschien deed hij het puur uit beleefdheid, maar hij deed het wel.
    Terwijl ik verder praatte leek hij na te denken waarbij hij even met zijn tong over zijn lippen streelde. Ik volgde deze beweging aandachtig en probeerde het me niet af te laten leiden van mijn verhaal, hoe moeilijk dat ook was.
    Ik stuntelde met mijn voeten en toen ik ze net weer op de grond had gezet keek ik op en zag Ryder fronzen. Hier maakte ik uit op dat hij het inderdaad niet netjes vond als ik met mijn voeten op de bank plaats zou nemen. Ik wil me excuseren, wanneer ik de uitdrukking op zijn gezicht zie veranderen. Direct begon ik me druk te maken. Had ik soms iets fout gedaan? In een rap tempo keek ik mijn huis door voor zover dat kon vanaf mijn bank, maar ik zou niet weten wat een reactie uit zou kunnen lokken. Wat voor een dan ook.
    ‘Alstublieft, Kaitlyn.’ Terug bij het gesprek. Het was me niet eens opgevallen dat hij al iets van zijn taart gegeten had. Ik kon alleen maar hopen dat deze nog goed smaakte.
    ‘Laat u zich niet ongemakkelijk door mij voelen, u kunt heus wel zitten of doen zoals u dat wilt.’ Mijn subtiele bewegingen tijdens mijn zoektocht naar een comfortabele zitpositie waren dus toch niet zo subtiel geweest. Ik glimlach kleintjes, leg mijn benen dan toch naast me op de bank en steun met mijn arm op de zitleuning. Eigenlijk deed ik dat alleen maar omdat ik me nu min of meer verplicht voelde te laten zien dat ik inderdaad wel zou gaan zitten zoals ik dat wilde, nu ik zijn toestemming had. Ik had zijn toestemming natuurlijk helemaal niet nodig. Het was mijn huis, mijn regels.
    Ryder zette zijn bordje terug op de tafel waardoor ik nu echt begon te twijfelen of de taart wel goed was en onbewust op de binnenkant van mijn wang beet. Buiten de zachte tik die het bordje maakte op mijn houten salontafel was het weer stil. Het was me niet onopgevallen gebleven dat Ryder me bekeek en het deed me dan ook erg ongemakkelijk voelen. Ik wilde met een gespreksonderwerp komen, maar wist werkelijk waar niets. Nu was ik sowieso niet zo’n prater, maar als het moest had ik normaal wel wat te vertellen. Ditmaal was ik een slechte gastvrouw, maar het gaf me de perfecte gelegenheid om hem ook te bekijken. Hij zag er gezond en goed getraind uit. Hij had een strakke kaaklijn waar kleine stoppeltjes op te vinden waren en zijn haar zat warrig. Warrig op een heerlijke manier weliswaar. Haar dat je bijna zou horen roepen om er met je handen doorheen te gaan. Hij was in ieder geval niet lelijk. Zou hij een vriendin hebben?
    Ik schrok van mijn eigen gedachten en wilde mijn kaken op elkaar zetten. Omdat ik echter nog op mijn wang aan het bijten was, zat de huid ertussen. Het was een zeer pijnlijk gevoel, maar ik wist me te vermannen en likte snel en zo onopvallend mogelijk langs de binnenkant van mijn wang om het bloed er vanaf te halen en dit vervolgens door te slikken.
    ‘Kaitlyn.’ Zijn blik ving de mijne op en ik voelde de welbekende rilling alweer over mijn rug glijden. Eigenlijk had ik hem moeten vragen of hij mijn naam niet meer zou willen uitspreken, maar ik had hem ook al verboden om me miss Reid te noemen, dus het leek me toch niet zo’n strak plan meer.
    ‘Hm?’ vroeg ik ietwat afwezig en probeerde mijn gedachten te ordenen. Ondertussen nam ik een slokje van mijn thee en zette, met het hete water nog in mijn mond, het kopje terug op tafel waarnaar ik in mijn oude positie ging zitten. ‘Is er iets of iemand die u dat liet doen?’ vroeg hij toen met een klein knikje richting mijn arm zodat ik zou begrijpen waar hij het over had. Ik wilde mijn thee net doorslikken waardoor ik me verslikte. Na een aantal keer hoesten wist ik mezelf te herpakken. Ter bescherming trok ik gelijk mijn mouwen op en hield ze tussen mijn handpalm en mijn vingers vast. Daarna veegde ik met de mouwen onder mijn ogen om de tranen, die waren ontstaan door mijn gekuch, weg te vegen. Ten slotte schraapte ik mijn keel en toverde weer een glimlach op mijn gezicht.
    ‘Zo zou u het kunnen noemen,’ antwoordde ik zacht, maar duidelijk. Het was geen onderwerp waar ik graag over sprak en ook nu had ik het graag willen vermijden, maar de blik van de man tegenover me was zo penetrerend, dat het de waarheid bijna letterlijk uit me trok.
    ‘Maar uiteindelijk komt het erop neer dat ik het toch zelf heb gedaan,’ vervolgde ik. ‘Het is geen onderwerp waar ik graag over spreek, meneer.’ Deze laatste worden klonken nog duidelijker dan de eerste en ik keek hem recht aan, deze keer zonder glimlach om hem duidelijk te maken dat het er niet over wilde hebben.
    ‘Het was een duistere periode vol pijn en ik vecht nog altijd aan mijn weg terug, maar dat wat achter me ligt moet daar blijven en ik zou het allemaal het liefst willen vergeten. Al had ik de pijn zeker verdiend.’
    Tja, wat had ik hem anders moeten zeggen? Dat ik het deed om mezelf te straffen wanneer ik iets gegeten had? Het was een foute keuze geweest, dat begreep ik ook wel, maar de littekens bleven langer dan ik had verwacht.
    Snel, ik moest zijn gedachten ergens anders op brengen. Mijn ogen vielen op de kleine vioolkoffer naast hem.
    ‘Kunt u toevallig ook de soundtrack van Schindler’s List spelen? Dat is een prachtig nummer. Ook een prachtige film, maar vooral de muziek is zo prachtig.’ Daar had ik mezelf even mooi uit gered. Ryder was een vreemde voor me, hij had het recht niet me naar zulke persoonlijke dingen te vragen. De herinneringen alleen al zorgden ervoor dat ik stilletjes in een hoekje wilde kruipen, maar dat kon ik natuurlijk niet maken tegenover mijn visite. Daarnaast wilde ik eigenlijk ook niets missen van Ryders aparte verschijning. Apart, ja, want mannen zoals hij kwam ik echt niet iedere dag tegen en hoewel ik geen mensenmens was, was ik nog steeds een vrouw en ik voelde me daarom ook vereerd met het gezelschap van een man als hij.


    everything, in time

    Ryder Jason Fuller
    Kaitlyn glimlacht kleintjes, waarna ze haar benen dan toch naast zich op de bank legt en met haar arm op de zitleuning steunt. Ik had de beweging even onopvallend gevolgd met mijn ogen, om er zeker van te zijn dat ze ook ging zitten zoals ze eerder zat. Dat had ze namelijk met een reden gedaan, anders zou ze ook niet zo haastig weer rechtop ging zitten, toch? Toegegeven is dan ook dat mijn blik kalmer werd wanneer ze weer precies zo zat, niet meer zo dwingend en streng.
          Hierna had ik beheerst het bordje met nog enkel een half stukje taart erop, op de tafel terug gezet. Zag ik nu een twijfeling in haar ogen? Volgens mij ging er te veel om in haar hoofd, gedachtegang, maakte ze zich zorgen over onbelangrijke zaken. Een paar kleine slokjes nam ik van de thee, waar ik liever ook geen suiker in wilde, totdat ik abrupt een verrukkelijke geur rook. Was het de thee waarvan ik net een slok wilde nemen? Nee. Was het misschien de zoete lichaamsgeur van Miss Reid? Nee, al rook ze inderdaad hemels…
          Mijn ademhaling stokte voor een enkele seconde en direct wist ik wat er aan de hand was. Ik herinner me al te goed wat dit voor reuk was. Bloed. Had ze op haar lip gebeten? Voorzichtig blikte ik mijn ogen op haar, terwijl ik me afvroeg of mijn ogen al donkerder waren geworden. Nee, geen spoor van het bloed op haar lip, het moet binnen haar mond zijn gebeurd. O duivel, u martelt me, de aanlokkelijke geur van de rode vloeistof begint me te roepen, lokken dat ik het moet drinken. Haastig wend ik mijn blik weer af van haar en vergeet abrupt alle dingen die ik nog moest vragen of waar ik me in interesseerde.
          Ik kon enkel nog haar naam uitspreken, haar blik opvangen en de vraag stellen, voordat ik abrupt opstond en me naar de boeken begaf. Vaag hoorde ik hoe ze het theekopje terug op tafel zette, vlak erna verslikte zij zich. Mijn rug was richting haar gekeerd, zodat ze niet kon zien wat er met mijn gezicht gebeurde. Hoewel ik wel had willen omdraaien om te kijken of alles goed met haar was, echter mocht ze de verandering van mijn gezicht niet opmerken. Zo merkte ik hoe mijn ogen donkerder werden, mijn eens zo fonkelende groene ogen veranderden in zwarte poelen zonder hoop, terwijl mijn hoektanden langer werden. Ik voelde hoe het prikte tegen mijn onderlip, maar na een enkele lik met mijn tong traag over mijn tanden heen, merkte ik hoe het terug veranderde naar voor de verandering. De kleur ogen verdween echter niet zo snel, wat ik verdomde en ik net deed alsof ik de ruggen van de boeken in de kast las door er met mijn slanke vingers over heen te gaan.
    ‘Zo zou u het kunnen noemen,’ antwoordde ze zacht, maar duidelijk. In elk geval genoeg voor mij om al aan de toon te merken dat ze er liever niet over had. Toch bleef ik nog eventjes richting de boeken gekeerd staan, totdat ik zeker wist dat alles weer onder controle was. Kort knipperde ik ook enkele keren met mijn ogen, zodat ik me weer als vanouds voelde en de fonkelende, groene blik terug kwam. ‘Maar uiteindelijk komt het erop neer dat ik het toch zelf heb gedaan,’ vervolgde zij. ‘Het is geen onderwerp waar ik graag over spreek, meneer.’ Het deed me goed te horen dat ze me meneer noemde, op de één of andere manier vond ik het gewoonweg niet prettig als iemand me bij mijn voornaam noemde, tenzij ik degene toestemming had gegeven. Maar voor Kaitlyn maakte ik een uitzondering, een hele grote, ik wilde dit absoluut niet verpesten!
          Ondertussen had ik me al omgedraaid, handen beleefd op de rug, waardoor ik haar blik weer kon ontmoeten. Mijn hele gestalte was emotieloos, echter hing er een bepaalde bekommerde blik in mijn ogen, welke ik daarna ook weer weg knipperde alsof deze er niet was geweest. Er lag geen glimlach op haar gezicht, haar woorden klonken duidelijk door me heen. ‘Het was een duistere periode vol pijn en ik vecht nog altijd aan mijn weg terug, maar dat wat achter me ligt moet daar blijven en ik zou het allemaal het liefst willen vergeten. Al had ik de pijn zeker verdiend.’ Kort knik ik er op, bevestigend dat ik het begreep, terwijl ik terug liep naar de stoel en me hierin liet zakken. Al kon ik het niet laten even te kuchen, hand voor de mond, om aan te geven dat ik er nog iets op wilde zeggen of vragen voordat we ermee zouden stoppen. Ik had al in de gaten dat ze het snel wilde veranderen. ‘Wederom mijn excuses, schone dame, ik hoop dat ik niet te vrijpostig ben geweest met deze vraag. Gaat het nu wel?’ vroeg ik haar peilend, een hoffelijke ondertoon erin verworven, waarbij ik haar kort weer bekeek. Het viel me dan ook direct op dat ze haar mouwen tussen haar handpalm en vingers vasthield, zodat ik het niet meer kon zien.
          Haar ogen vielen hierna op de kleine vioolkoffer naast mij, ik zag haar ogen er naartoe dwalen. Het was ook werkelijk een schoonheid, dit keer de viool, al wilde ik natuurlijk nog altijd mijn tanden in haar mooie, slanke nek zetten. Hard beet ik vervolgens even mijn tanden op elkaar, ik moest me nog steeds inhouden, want de bloedgeur kon ik ruiken. Dat kwam, als ik het eenmaal had geroken, moest ik het hebben. Daarom moest ik zo maar eens gaan, tenzij ze abrupt aangevallen wilde worden? ‘Kunt u toevallig ook de soundtrack van Schindler’s List spelen? Dat is een prachtig nummer. Ook een prachtige film, maar vooral de muziek is zo prachtig.’ Dat kan natuurlijk ook altijd nog, ze haalt de ideeën uit mijn mond. Onbewust liet ik een halve, wel erg charmante grijns zien, zelfs voor mijn doen. ‘Dat kan ik inderdaad, Kaitlyn, wilt u het misschien horen?’ Zonder haar antwoord echter af te wachten, stond ik al op om de vioolkist open te doen en mijn viool eruit te halen. Het was een geweldig idee om zo ook tot rust te komen, van alles waar ik nu op moest letten.
          Voorzichtig bracht ik het naar mijn kin voor ondersteuning, pakte het stevig, maar toch beheerst beet en liet hierna de strijkstok over de snaren van de viool spelen. Een prachtige melodie van Schindler’s List kwam ten oren en hierbij sloot ik automatisch mijn groene ogen. Een bepaalde melancholie straalde er over mij heen wanneer ik het bespeelde, echter was mijn gehele gestalte en gezichtsuitdrukking kalm als zowel bedaard. Naarmate het lied eindigde, begon ik steeds zachter te spelen, aangezien het eind naderde. Toen dit het geval was, bleef ik kort als een standbeeld staan voordat ik mijn ogen abrupt opende en deze met een verleidelijk glimlachje op mijn lippen richtte op Kaitlyn. Een elegante, hoffelijke buiging volgde, waarna ik het terug in de vioolkist deed en weer ging zitten op de stoel. ‘Welke instrumenten vindt u mooi, Kaitlyn?’ vroeg ik haar toen, een lichte nieuwsgierigheid.


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Iemand voor Patience?
    Anders schrijf ik een post dat ze terug naar huis loopt. Dit topic gaat al dood na zeven pagina's, helemaal geen goed teken, want daar is het een te gaaf topic voor.


    Gipsy schreef:
    Rose Annabeth Clifford

    "120 Jaar," Zei ik kalm en keek toe hoe ze haar make-up bijwerkte. "Ik ben zo geboren."
    Het kwam er niet echt vrolijk uit.
    Om eerlijk te zijn, haatte ik het vreselijk hard.
    Het voelde aan alsof ik nergens hoorde, dat ik een freak was.
    "En jij?" Ze had mijn nieuwsgierigheid aangewakkerd. "Getransformeerd of zo geboren?"
    Ergens hoopte ik op geboren aangezien dat minder erg was dan getransformeerd.
    Als iemand me had gebeten,zou ik wraak willen nemen omdat dit niet het leven was waar ik voor zou kiezen.
    Ik verrachtte het.
    Mijn blik ging weer over haar gezicht en bleven hangen bij haar bloedrode ogen.
    Ze had honge,r dat stond vast.


    [Sorry voor het korte stukje, had niet veel inspiratie en zit op mijn mobieltje.]

    Maakt niet uit. Ik verzin wel wat morgen. :3


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    Arachno schreef:
    Iemand voor Patience?
    Anders schrijf ik een post dat ze terug naar huis loopt. Dit topic gaat al dood na zeven pagina's, helemaal geen goed teken, want daar is het een te gaaf topic voor.

    Denk dat iemand het maar moet overnemen want de topicmaakster doet er zelf niets aan. (:


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    sorry ik ben er ook al heel lang niet meer geweest. had het veel te druk met school en was het eigenlijk een beetje vergeten zins ik weer een week op Quizlet zit.
    Dus ik heb redelijk veel gemist..
    Maar wat kan ik met Jayy doen, want ik ben weer hellemaal terug. ;3]


    ''yOu aLreaDy kNoW wHaT'S uP''