- Ferron
Cassie liep naar het bed toe waar Fayan lag, die niet reageerde op haar begroeting. Het verbaasde me niets, maar ergens diep van binnen had ik toch stiekem gehoopt dat hij wel zou reageren op Cassie. Teleurgesteld bleef ik in mijn stoel zitten en keek samen met de grijze kat hoe Cassie zijn been bekeek.
Toen ze het gebroken been aanraakte, kreeg ze echter wel een reactie van Fayan. Niet dat hij iets zei, maar ik zag hoe zijn ogen even wat helderder schenen en hij haar even kort aankeek. Fay wist in ieder geval dat ze er was, dat was al iets. Ik besloot me stil te houden, uit angst dat als ik nu mijn mond open zou trekken, Fayan weer niet zou reageren.
- Jay
Myla. Het was zeker een bijzondere naam, ik had hem nog nooit eerder gehoord. Ze begon in een willekeurige richting te lopen en met twee stappen liep ik op hetzelfde tempo naast haar. Het was een rustig tempo, want we hadden geen haast en we wisten tenslotte toch niet waar we heengingen.
Vanuit mijn ooghoeken bleef -niet erg stiekem- naar Myla kijken. Sommige mensen werden al lelijker hoe langer je naar ze keek, maar bij haar was dat niet het geval. Haar donkere haren omlijsten haar smalle gezicht, maar het waren de ogen die me het meest aantrokken. Donkergroen. Een kleur die ongewoon was. Maar Myla leek me dan ook geen gewoon tienermeisje.
"Waar kom je eigenlijk vandaan?" vroeg ik haar. Niet uit het Capitool, niet uit 13, dat was duidelijk. Maar ze kon hier niet zomaar zitten. De mensen uit 13 waren ontzettend streng en lieten echt niet iedereen toe in hun veilige onderkomen.
Inmiddels liepen omhoog in een soort stalen trappenhuis, omringd door grijze betonnen muren, die op geen enkele manier versierd waren. Ik had geen idee hoeveel trappen er waren, maar in de verte hoorde ik het geluid van leven en beschaving steeds dichterbij komen.
[Sorry, Jip. Maar ik wist echt niet waar ik ze heen kon laten gaan ]
[ bericht aangepast op 24 mei 2012 - 14:16 ]
Normaal is het gemiddelde van alle afwijkingen