• Dit is het schrijftopic voor een verhaal in Midden Aarde.

    De rode lijn:

    Een draak heeft bezit genomen van een dwergenstad en doet uitvallen naar omliggende dorpen. Van mensen, van dwergen, van elfen. Afgezanten van verschillende rassen komen samen om iets aan dit probleem te doen, niet wetend dat de draak een handlanger is van Sauron, wiens krachten langzaam terugkeren. Dit speelt zich tegelijk af met de hobbit, alleen zullen nu niet alleen de dwergen iets aan dit probleem doen.


    Regels:
    - Er wordt geschreven in de derde persoon verleden tijd (de meest voorkomende vorm in boeken)
    - Je mag geen belangrijke beslissingen maken over andermans personages
    - Als je het risico neemt om iets te schrijven over de personage van iemand anders, mag de ander vragen het aan te passen als hij/zij vindt dat het niet in strijd is met het karakter van het personage
    - We hanteren de gewone spellingsregels; dus gebruik van enkele aanhalingstekens, leestekens en hoofdletters op de juiste plaatsen
    - Verder is het het belangrijkste dat iedereen ervan geniet om samen een verhaal te schrijven. (:



    Personages

    Elfen:
    Thranduil Oropherion(m) – Natascha
    Ithilwen Cûtalion (v) – Lieke
    Larduin Paarthunax(m) – Delano
    Elrohir Elrondion (m) – Belle
    Galahad (m) – Jeffrey
    Ehriänae (v) – Natascha
    Azra (v) – Lisa

    Mensen :
    Angel Elthenin (v) – Mariska
    Gawain Strongbow (m) – Natasja
    Brennen Uquenyondo (m) – Belle
    Sha’rin Gawahir (v) – Natascha
    Caylith Maera (v) – Margot
    Mayim Chariani (v) – Evelien

    Hobbits:
    Chase Hidden (m) – Natasja
    Hobson Gamgee (m) – Alicia

    Dwergen:
    Lili Houtblad (v) – Maartje
    Thorin Oakenshield (m) – Natascha
    Fíli (m) – Alicia
    Kíli (m) – Lisa
    Gengi (v) – Alicia

    Half ork/half mens
    Skylar(v) - Lynn

    Maiar
    Ignatius de Blauwe (m) – Jeffrey


    Verwante topics:
    Brainstormtopic
    Rollenstory
    Praattopic, Praattopic 2
    Inschrijftopic 1, Inschrijftopic 2

    Vorige speeltopics: 1, 2.

    [ bericht aangepast op 8 sep 2014 - 12:53 ]


    Every villain is a hero in his own mind.

    Ignatius de Blauwe

    Ignatius glimlachte, turend in het vuur. Want hoewel niemand het wist, was dankzij hem het vuur ontstoken. Het hout was veel te vochtig geweest om te ontvlammen, ware het niet dat hij de vonk geholpen had.
    'Ik stel voor dat Ithilwen mee doet aan de wacht,' sprak hij toen, 'de vrouwelijke dwerg is mij soms iets te agressief, en ik heb liever geen agressieve wakers.'

    'Agressieve wakers zijn anders wel degenen die jouw leven zullen redden als dat nodig is,' bromde Gengi bruusk. Ze maakte groeven in de aarde met de punt van haar houweel.


    Zaldrizes buzdari iksos daor. Maester > Zaldrizes

    Ignatius de Blauwe

    'Of ze slaan mij het hoofd in met hun pikhouweel, als de aarde te weinig blijkt om hun behoeften te vieren.'

    Angel Eltenin:

    'Nee niet veel gebeurt. Er is een kleine menings verschil tussen de dwergen en de elfen. Maar dat is het.'
    Terwijl Angel de teugels over nam en Minas mee nam naar het kamp en beantwoorde ze Brennens vraag. 'En dat is het. volgens mij zijn ze nu weer bezig. Ik denk dat we beter terug kunnen gaan, voordat ze elkaar vermoorden. en we hebben nog een lange weg te gaan.'
    Achter haar begon Minas te hinniken toen hij het kamp zag en het kleine vuurtje, Hij rukte zijn teugels uit Angels handen en gaf een sprint naar het kampvuur, om vervolgens tussen een paar elfen en dwergen, waar nog een gaatje over was gebleven in de kring, tussen te gaan zitten.
    Angel staarde verward naar haar paard. Ze wist dat hij koppig was maar dit gedrag kende ze niet van hem, eerst weg lopen en dan naar het eerste en beste vuur sprinten.
    'MINAS!.' En ze maakte een sprint naar het kamp.


    A wizzard is never late Frodo Baggins, nor is he urly. he arrives precisely when he means to ~Gandalf

    Deamonium ---> Udinov (:

    Ithilwen grinnikte toen Thranduil niet reageerde en staarde in het vuur. Inmiddels begon het al aardig laat te worden en steeds meer mensen zochten hun slaapspullen op. Ook Ithilwen voelde de moeheid langzaam maar zeker haar lichaam overnemen. Maar ze was vastbesloten om wakker te blijven. Bovendien vond ze het fijn om naar de slapende mensen te kijken. Ze zagen er altijd zo vredig uit, alsof er helemaal geen kwaad in deze wereld was. Ze waren in hun eigen veilige, perfecte wereldje. Hun rimpels van zorgen, gefronste wenkbrauwen of koude uitdrukkingen verdwenen. Het bracht haar tot rust en gaf haar een warm gevoel van binnen. Tegelijkertijd voelde ze zich verantwoordelijk en krachtig. Deze mensen vertrouwden hun levens aan haar en de andere wakers toe. Ze gaven zich over en stelden kwetsbaar op. Dat gaf haar een gevoel dat er toch nog ergens vertrouwen en liefde schuilde in hun verweerde harten.
    'Minas!' riep een stem achter haar. Ithilwen draaide zich verbaasd om en zag het paard van Angel naast het vuur zitten. Haar mond zakte open en ze schaterde van het lachen.
    'Nou nou, het lijkt er op dat Minas net zo eigenwijs is als jij, Angel!' lachte ze.

    Thorin zag niet in waarom ook maar iemand moeilijk zou doen over wie de rol als bewaker op zich zou nemen. Er moesten gewoon twee wezens wakker blijven om alarm te slaan als er orks naderden. Dat zou iedereen hier moeten kunnen doen, want anders waren ze hier vast niet naartoe gestuurd. Dwergen, elfen, mensen... wat maakte het uit wie vannacht zijn ogen ophield? De gedachte dat dit iedere nacht zo'n discussie zou worden vermoeide hem al bij voorbaat en hij hoopte dat die jonge elf inzag dat ze niet overal een drama van moest maken.


    Every villain is a hero in his own mind.

    'Deed ze dat maar,' bromde Kili binnensmonds, zodat de elf het niet zou horen. Kon hij niet gewoon zijn smoel houden en gaan slapen? Kili snapte het probleem niet en blikte even naar zijn oom.

    Gengi zei niets meer en staarde naar het natte hout dat ze hadden verzameld en wat niet wilde branden.
    Na wat veel korter leek dan het in werkelijkheid was, stond ze op om een van haar andere reisgenoten wakker te maken, zodat hij de wacht in haar plaats kon houden. Ze had het niet erg gevonden om nog een paar uur te blijven zitten, maar ze wist dat ze al haar kracht nodig zou hebben als ze werden verraden of als ze aangevallen zouden worden.


    Zaldrizes buzdari iksos daor. Maester > Zaldrizes

    Het was Sha'rins buurt om de wacht te houden. Ze zat om het vuur en warmde haar handen aan, terwijl ze de omgeving in de gaten hield. Dat wat het dorp verderop ook in brand had gestoken, zou hen ook makkelijk tegemoet kunnen komen. Ze blikte af en toe op een van haar slapende metgezellen. De elfenkoning en de dwergenkoning, ze waren beiden in slaap en leken toch wel te vertrouwen op de bescherming van de anderen. Een beetje.
    Het was verstandig, want ze konden niet hele nachten achtereen opblijven. Dat zou hen enkel verzwakken.


    Every villain is a hero in his own mind.

    Hobson schoot overeind toen hij iets hoorde. De grond trilde onder zijn lichaam en hij ging staan, zodat hij om zich heen kon kijken.
    'Wat was dat?' vroeg hij en hij keek de wachtenden aan.


    Zaldrizes buzdari iksos daor. Maester > Zaldrizes

    Sha'rin zakte op de grond neer en drukte haar oor tegen de vochtige bodem zodat ze kon ervaren wat de hobbit had wakker gemaakt.
    'Iets marcheert onze kant op,' gromde ze toen ze de trillingen waarnam. 'Maak de rest wakker.'
    Ze liep zelf naar de elfen toe en schudde hun koning en het meisje met wie ze een woordenwisseling had gehad ruw aan de schouder.


    Every villain is a hero in his own mind.

    Hobson staarde naar de dwergen, maar durfde hen niet te wekken. Daarom liep hij naar zijn eigen soortgenoten om hen aan de schouder te schudden en keek toen toe hoe Sha'rin naar de dwergen liep.
    De dwergenvrouw keek haar nors aan, sloeg haar houweel in een boom en drukte haar oor er tegenaan om de mens schoorvoetend gelijk te geven.
    'We moeten gaan,' zei ze en ze beende op de tovenaar af die nog in slaap was. Ze nam niet de moeite om hem zachtjes te wekken en brulde zijn naam van dichtbij


    Zaldrizes buzdari iksos daor. Maester > Zaldrizes

    Die nacht was Brennen wakker gebleven, enkele hazenslaapjes tussendoor, maar hij bleef wakend. Ondanks dat er in het kamp ook de wacht werd gehouden, stelde hij zich liever op als extra wachtpost, echter vermoedde hij dat niemand dat zou weten. Het maakte hem ook weinig uit, hij besloot wel op welke manier hij zich nuttig zou maken voor de groep.
    Na een tijdje werd hij onrustig, al had hij geen idee waarom. Maar toen hij op zijn paard blikte, zag hij dat deze ook onrustig was en hij vermoedde dat hij zijn baas daarmee had aangestoken. Hij voorzorg trok Brennen alvast zijn zwaard en liep hij naar zijn paard toe om hem gerust te stellen, maar ook om een poging te doen om erachter te komen wat er aan de hand was.
    'Wat is er jongen?' vroeg hij zijn rijdier, terwijl hij diens neus streelde. Het paard gaf een korte hinnik en hield zijn oren in een bepaalde waarschuwende houding. Voor Brennen betekende dit maar één ding: Orks.
    De gedachten raasden door zijn hoofd. Wat moest hij doen? Sowieso de groep waarschuwen, maar moesten ze misschien niet meer weten? Waar kwam het vandaan, hoe groot was de groep? Want als de groep orks niet al te groot zou zijn, konden de krijgers onder hen de orks waarschijnlijk wel aan. Maar als het een enorme menigte was, dan moesten ze zo snel mogelijk maken dat ze weg kwamen.
    Hij besloot om te kijken, informatie over de orks kon van levensbelang voor hen zijn. Gauw sprong hij op de rug van zijn paard en droeg hem op om voorzichtig in de richting van hetgeen te gaan wat hem onrustig maakte. Hij wist dat het arme dier dit niet leuk zou vinden, maar hij kon weinig anders. Hij moest meer weten. De nacht was donker en helaas was het zicht van Brennen niet zo goed als dat van de elven, maar hij hoopte dat hij aan uit het horen van de orks genoeg informatie kon krijgen.
    In zo goed mogelijke stilte reed hij het gevaar tegemoed. Het duurde gelukkig even voor hij de orks kon horen en hij ging juist weg van het kamp. Hoe dichterbij hij kwam, hoe luider het gegrom en gestamp van de orks was. Brennen zag weinig, maar uit de hoeveelheid lawaai die ze maakten, kon hij opmaken dat dit een aardig grote groep orks was, waarschijnlijk teveel voor hen. Of ze echt opweg waren naar de groep wist hij niet, maar ze moesten het zekere voor het onzekere nemen.
    Zachtjes liet hij zijn paard weer terugkeren, iets waar het dier erg blij mee was. Toen hij vermoedde dat de orks hem zeker niet zouden horen en hij zijn zwaard weer terug in zijn schede had gedaan, spoorde hij zijn rijdier in volle gallop aan. Iedereen moest snel op de hoogte gebracht worden, zodat ze de groep orks konden ontvluchten. Brennen wist waar ze vandaan kwamen, dus wist hij ook welke kant ze op moesten vluchten.
    In de verte zag hij de gloeiende resten van de vuren al opdoemen en hij liet zijn paard vaart verminderen. Ondertussen merkte hij dat het kamp ook al wakker werd gemaakt, ook zij hadden het gevaar in de gaten.
    'Orks!' riep Brennen, toen hij het kamp binnen draafde. 'Ze komen uit oostelijke richting, dus we kunnen het beste noordwesten gaan,' vertelde hij. Zijn gevoel voor richting was altijd al erg goed geweest, dus hij had weinig moeite hoeven te doen om uit te vinden uit welke richting de orks precies kwamen.
    'Maar we moeten snel zijn, ze zijn met teveel voor ons om hen aan te kunnen en erg ver weg zijn ze niet.'

    {Ho, toch wat meer dan ik had verwacht, haha}

    [ bericht aangepast op 12 juli 2014 - 23:13 ]

    Het lag niet in Sha-rins aard om te vluchten. Als ze op de hoogte waren van hun missie dan zouden ze hen blijven achtervolgen. Er zou een moment komen waarop ze de confrontatie zouden aangaan en waarom dan niet meteen, zodat ze het element van de verrassing hadden? Als ze het bij het juiste eind had, bevond ze zich tussen de meest befaamde strijders van heel Midden Aarde.
    'Hoeveel denk je dat het er zijn?' vroeg ze aan Brennen.


    Every villain is a hero in his own mind.