JOYCE
door Dries van den Akker s.j. (zie ook: www.heiligen-3s.nl)
Betekenis
1] Deze naam schijnt terug te gaan op de Keltische naam Josse of Jost (soms ook
geschreven als Jodok, Judoc of Joder) = 'strijder'. Door de invloed van het Latijn
werd deze naam aangepast aan het Latijnse gehoor: Judocus (zie aldaar) of Jodocus.
De vrouwelijke vorm moet dus 'strijdster' betekenen.
2] Een andere, minder waarschijnlijke, verklaring veronderstelt nog dat er samenhang is met het Latijnse 'iocosa'
= 'opgewekt', 'grappig'.
*
Oorspronkelijk was Joyce zowel een mannen- als vrouwennaam.
*
Bijzonderheden
In 1925 stond 'Joyce' op de derde plaats stond gebruikelijke voornamen in Engeland. Later is
hij weer meer onbruik geraakt.
Gemeten over de jaren 1990-1994 stond Joyce gedeeld 6e op de lijst van populairste
meisjesnamen in Nederland.
*
Diversen
In 1861 schreef Mrs Henry Wood een roman 'East Line'; daar komt een Joyce in voor. Eén
van de hoofdpersonen van het boek, Captain Levison, reageert, als hij de naam Joyce hoort:
'Joyce? Die naam heb ik nog nooit gehoord. Is het een echte doopnaam of een verzinsel?'
*
Heiligen
Een vrouwelijke heilige van deze naam is vooralsnog onbekend.
*
Josse (of Judocus) van St-Josse-sur-Mer, Frankrijk; prins, pelgrim & kluizenaar met zijn gezel Vulmar; † (668 of)
669. Feest 13 december.
*
Legende
Juist toen hij en zijn gezel maar een heel klein stukje brood hadden voor het eten, kwam de Heer Jezus langs in de
gedaante van een arme man, die om een aalmoes vroeg. Josse brak het stuk brood in vieren en gaf de bedelaar een
kwart. Maar even later verscheen Jezus weer, nu als een andere arme man; hij kreeg ook een kwart. Maar meteen
daarna kwam Hij terug als weer een arme man. Weer kreeg Hij een kwart. Tenslotte klopte Hij voor de vierde keer
aan als een arme bedelaar. En ook deze keer kreeg hij een kwart van het brood. Nu zei zijn dienaar Vulmar: "Maar
vader, moeten we niet iets voor onszelf behouden?" Waarop Josse antwoordde: "Het enige wat ik wil is dat de armen
te eten hebben. God de Heer is in staat ons voedsel te geven in overvloed." Josse was nog bezig zijn leerling hierover
te onderhouden toen zij door de vensters van hun hut vier schepen over zee naar hen toe zagen varen. Ze waren
volkomen onbemand: geen kapitein, geen stuurman of varensgezel te zien. Ze bleken alle vier een scheepslading aan
voedsel te bevatten. Niemand heeft ooit geweten waar ze vandaan kwamen, ook niet waar ze gebleven zijn.
Deze laatste nederzetting staat bekend als St-Josse-sur-Mer niet ver van Montreuil ten zuiden van Boulogne-sur-Mer.