• Het is de 18e eeuw wanneer het prachtige schip Medusa wordt overvallen door een plotselinge storm. Veel bemanningsleden komen hierbij om, het grootste gedeelte van de voorraden verdwijnen in zee en het schip loopt veel schade op. De kaptein, Ace __ besluit aan te meren bij Tortuga, daar zijn immers al bij in de buurt. Daar zullen zij verblijven tot het schip gemaakt is en er nieuwe bemanningsleden en voorraden zijn. Helaas kost dit alles wel veel geld en dat hebben ze niet zo één, twee, drie, dus zullen ze gauw met een oplossing komen mochten ze ooit nog met de Medusa willen varen.


    Belangrijk:
    Deze RPG heeft zoals jullie merken geen erg vaste verhaallijn, jullie zijn dus behoorlijk vrij te doen wat je wilt. Om deze RPG lopende te houden zijn er dus ook allerlei aparte personages nodig en laat ik wat meer toe (geen magische/futuristische dingen), in de eerste post zal ik een aantal ideeën zetten.

    Alleen meedoen als je:
    1) Graag langere stukken schrijft (rond 350 woorden of meer) en bereid bent dit te doen. (Hier tips!)
    2) Graag meedoet aan RPG's waarin geen Mary Sue's meespelen en die dit zelf ook niet doen.
    3) Graag meedoet aan RPG's waarbij het topic niet na één dag alweer vol zit, waardoor als je het wat drukker hebt met school, ook gewoon nog mee kan doen, omdat er simpelweg minder vaak gepost wordt (maar wel langer geschreven natuurlijk)..
    4) Het prettig vinden dat het gemeld wordt als iemand wilt stoppen met de RPG en als dit zelf ook doet.
    5) Je personages niet enkel één op één gesprekken laat voeren met steeds dezelfde persoon.
    Meedoen kan hier!

    Regels:
    - Je houden aan het bovenstaande.
    - Niemand buitensluiten. (Gebeurt dit wel, PB me dan, dan zal ik het proberen op te lossen)
    - 16+ is toegestaan, zet het er desnoods wel bij.
    - Niet zomaar moorden zonder toestemming.
    - Niet extreem veel voor anderen bepalen.
    - En al het andere gebruikelijke.

    Personages:
    De getallen die erachter staan geven topicnummer & paginanummer waar je ze kan vinden aan.

    Bemanningsleden:
    Tortura - Asilah Layla Salomn - 22 - 1,1
    Endure - Abigial (Abby) Rosaline Valence - 21 - 1,5

    Sytze - Ace - 27 - kapitein - 1,6
    Sid - Tristan Wright - 24 - 1,2
    Sid - Natambu Mmba - 25 - 1,2


    Overige:
    xDesire - Anna Marina Blackwater - 20 - Navigator - 1,1
    Gipsy - Beaudine Anna-Mae Hawkins - 18 - Dievegge/Huurmoordenares - 1,1
    Squib - Alida Maria Nevárez - 20 - Dochter herbergier - 1,5
    Neiva - Florence Levesque - 19 - Gouverneurs dochter - 1,6
    Endure - Aiyana Kateri Chestio - 22 - Opvarende Medusa, indiaan - 1,7
    Assassin - Sadie Delilah Lyons / Sam Lewin - 19 - Bastaards dochter - 1,7

    Squib - Lemuel Charles Edwards - 19 - Novice weggelopen uit klooster - 1,1
    SICKENING - Myles/Bandit - 24 - Huurmoordenaar/Dokter - 1,2
    Assassin - Cedric Cook - 24 - Charmeur - 1,4
    Gipsy - Logan Wad - 27 - Ontsnapte gevangene - 1,4
    Cheops - William Marlbourough - 28 - Opvarende Medusa - 1,5
    Goldenwing - Gavin Sloan Honiahaka - 22 - Opvarende Medusa, indiaan - 1,7


    Nog vragen?
    Dan kan je ze altijd aan mij stellen of aan andere spelers.

    [ bericht aangepast op 22 feb 2013 - 18:37 ]


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Deze RPG start nadat er is gepost door Sytze met Ace (:
    De RPG start gewoon in de ochtend en de lente breekt net aan.

    [ bericht aangepast op 16 dec 2012 - 17:45 ]


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Alvast mijn topics.


    Your make-up is terrible

    [mijn topics]


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Neiva schreef:
    [mijn topics]


    "like i'd follow you around like a dog that needs water."

    > Mijn topics.


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    [Abo (: ]


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    Assassin schreef:
    Alvast mijn topics.


    Aan niets denken is ook denken.

    Ik wil ook even een abo :a


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    My topics here.


    How many legs does a dog have if you call the tail a leg? Four. Calling a tail a leg doesn't make it a leg.

    Mijn topics~


    (USER WAS BANNED FOR THIS POST)

    Sorreh dudes, I got really, really tired yesterday en dan komt d'r echt niks zinnigs uit.

    Ace.

    Een ramp. Dit is een ramp, zeg ik je. Een ramp groter dan een sigarenvoorraad dat aan het eind van z'n Latijn is en de laatste flessen rum die door iemand in een hoogmoedige bezopen bui overboord zijn gegooid. Dit is vele malen erger dan al dat in het kwadraat. Toegegeven, het verliep allemaal een beetje chaotisch na het omverwerpen van de laatste kapitein - wat was zijn naam ook alweer? - en op de een of andere vreemde manier sta ik nu aan het hoofd van de bemanning van de Medusa. Maar dat doet niet af van het feit dat dit alles alsnog een grote catastrofe is.
    Het is een vreemde gedachte die nog steeds een beetje onnatuurlijk aanvoelt. Ik, de laatste persoon die iemand ooit voor het leiderschap waardig acht, ben nu kapitein van de beruchte Medusa. Dat nu niet meer dan een zielig hoopje planken is dat provisorisch bijeengehouden wordt met touwen, vastgetimmerde planken en liefde. Heel veel liefde vooral. Zoals ik al zei: dit is een ramp. En het feit dat diezelfde Medusa is gereduceerd tot een stapel hout dat rechtstreeks naar de brandstapel kan getuigt niet echt van de aanwezigheid van een beruchte bende piraten. Ze zullen me zien aankomen in Tortuga. Sterker nog: ik zie nu al de gezichten van de lui aan wal die zich rotlachen om dit schouwspel. Dit gaat pijnlijk worden. Gelukkig is de sigarenvoorraad niet op en heb ik nog in allerijl een flesje rum weten te redden tijdens die akelige storm. Gelukkig maar, iets om het verdriet mee te verdrinken. Na een harde te hebben geploegd, want er is werk aan de winkel.
    'Jongens, we gaan aanmeren. We hebben hout, spijkers, kruit, petroleum, touwen en zeilen nodig. En hamers. En...' Ik krab aan mijn hoofd en trek een fronsende uitdrukking. 'Wat vergeet ik? Hoe dan ook; dat moeten we hebben. In elk geval. Plus hetgene dat ik vergeet maar wat ik me momenteel niet kan herinneren. Ach ja, geld. Dat was het. Waar is die kist?' Ik geef het roer over aan de stuurman en loop naar mijn kamer. Dat is de beste bijkomstigheid die ik als kapitein heb gekregen: een ruimte waar ik met de voeten op het bureau een sigaar kan doen en me inbeelden dat ik de baas ben. En het leukste is: ik ben de baas! Wat een leven. Helaas valt bevelen uitdelen nog vies tegen. Ik ben een luie donder en absoluut beroerd in mensen zeggen wat ze moeten doen. Afijn, het risico van het vak. Goed, focus Ace.
    Ik loop weer terug met een kist goudstukken.
    'Hier mogen we het van betalen. Plunderen kunnen we ons op het moment niet veroorloven, om de simpele reden dat we de strop krijgen als ze ons te grazen nemen en we nu niet bepaald het schip op kunnen vluchten om 'm te peren. Dit is het totaalbudget dat ik denk nodig te hebben voor de reparaties. We gaan het bureaucratisch aanpakken deze keer, aangezien een deel van onze buit te water is gevallen tijdens de storm en we het niet breed hebben. Dus als jullie beste heren - en dames - zo vriendelijk willen zijn om in de rij te gaan staan, zeggen hoeveel je waarvoor uitgeeft dan geef ik je wat je nodig hebt.' Ik pak de veer en inkt, tover een kapot stuk perkament uit mijn zak en gebruik de reling als ondergrond.

    Hoop dat dit enigszins fatsoenlijk is lol.


    No growth of the heart is ever a waste

    Anna Marina Blackwater

    De haven van Tortuga is weer druk, zoals elke morgen. Schepen die af en aan varen, bemanningsleden die het ruim bijvullen voor hun lange reis. En ik keek weer toe zoals altijd. Ooit was het ík die hielp met het bijvullen van het ruim, ooit was ík het die boven op een dek stond. Beduusd bekijk ik de taferelen die zich afspelen. Maar als ik eenmaal doorheb dat ik nog depressiever wordt van het aanblik, kijk ik naar de zee en probeer ik me buiten te sluiten van alle geluiden en waanbeelden die voor me gebeuren.
    Ik denk terug aan de tijd dat ik nog op mijn vader’s schip werkte, alleen lijkt dat nu zó lang geleden terwijl het in werkelijkheid maar 2 jaar terug is. Mijn gedachten drijven me langs de herinneringen die nu niks meer dan een wazig beeld waren.
    In gedachten verzonken schrik ik op van een vallend krat uit een schip. Ik kalmeer mezelf en grijp de fles rum die tussen mijn benen in staat. Op dit moment zou dit mijn enige troost en hoop zijn. Ik zucht. Dit was hopeloos. Ik was hopeloos. Straks moest ik weer naar de volgende 3 herbergen om helpen bedden te verschonen en de boel schoon te maken; het enige productieve wat ik deed de afgelopen 3 weken. Het voelde alsof het een eeuwigheid was, zo erg miste ik de zee. Elke dag kwam ik hier: ’s ochtends, ’s avonds, soms zelfs ’s nachts, als de herberg mij geen slaapplek kon bieden. Om nog maar te zwijgen over de veiligheid van een onbeschermd meisje. Weer zucht ik, van verlangen. Ik kijk naar de zee en bedenk dat zij mij troost bied, maar zelfs de onweerspelende golven kunnen mijn gedachtens niet beantwoorden.
    Hopeloos.
    Boos neem ik nog een slok rum. Het zielig zijn ben ik zat. Ik zou uitvaren, al zou het morgen zijn, al zou ik nog een maand moeten wachten. Of een jaar. Hopelijk zou ik het kunnen volhouden om mijn verlangens tegen te dringen. Dit leventje op de kade was niets voor mij. Om alleen maar hopeloze mensen te moeten aanschouwen die zichzelf tot de grond toe kapot zuipten. En als dat het niet was, dan was het wel het de schepen die telkens kwamen en gingen. Verman jezelf Anna, bijt ik mezelf toe terwijl ik nog een slok rum neem. De fles was nu al bijna leeg en ik hoopte dat er éindelijk eens een schip zou aanvaren die vrouwen zouden aannemen.

    [Sorry voor spelfouten etc. c: ]

    [ bericht aangepast op 17 dec 2012 - 12:21 ]


    "like i'd follow you around like a dog that needs water."

    Beaudine Anna-Mae Hawkins

    Ik rende zo snel ik kon door de straten van Tortuga terwijl ik een geldbuideltje stevig in mijn hand hield geklemd.
    Vluchtig wierp ik een blik over mijn schouder en was me er van bewust dat ik nog steeds achtervolgd werd door een razende man.
    Terwijl ik sommige mensen omver duwde om mijn weg vrij te maken, hoorde ik hem iets onverstaanbaars naar me roepen, maar echt tijd en zin om te luisteren had ik eigenlijk niet.
    Snel sloeg ik een steegje in en klom ik, zonder er verder bij na te denken, behendig langs een muur omhoog.
    Wanneer ik doorhad dat de man achter me aan klom, vloekte ik binnensmonds, gaf hij dan echt nooit op?
    Eenmaal boven op het gebouw, stond ik weer oog in oog met de man die ik net had proberen te bestelen, er was geen weg meer terug.
    In een opwelling, trok ik mijn zwaard en hield deze dreigend omhoog zodat hij wist dat ik me niet zomaar zou laten doen.
    Mijn hart bonsde in mijn keel door al het lopen, maar ik had zo'n vermoeden dat de man net zo moe was als ik, wat misschien in mijn voordeel was.
    Net als mij, haalde de man een zwaard boven, dat net iets groter leek dan het mijne.
    Sneller dan ik had verwacht, haalde hij naar me uit en voelde ik hoe hij mijn zwaard uit mijn handen sloeg aangezien ik er niet op voorbereid was.
    Geschrokken en totaal onbewapend keek ik hem aan, dit was echt de eerste keer dat iemand me in een duel te snel af was.
    Voor een tweede keer haalde hij uit, maar wist ik het zwaard te ontwijken en wilde hem net een vuistslag verkopen wanneer hij me bij mijn arm beetgreep en naar zich toe trok.
    Hij trok me zo dicht tegen hem aan dat ik zijn adem in mijn hals voelde en dat ik bijna de details van zijn buikspieren in mijn rug voelde.
    De jongeman drukte zijn zwaard tegen mijn keel en heel even was ik me er van bewust dat er een klein straaltje bloed langs mijn hals naar beneden liep.
    "De geldbuidel," Zei hij hees en ik voelde hoe de haartjes in mijn nek rechtop gingen staan.
    "Is nu van mij," Siste ik en gaf hem een achterwaartse kopstoot wat voor genoeg afleiding zorgde dat ik uit zijn greep raakte.
    Snel duikelde ik naar mijn zwaard en wierp een laatste blik op de man voordat ik van het gebouw naar beneden sprong.
    Het was een val van enkele meters, maar gelukkig was het water er om mijn val op te vangen.
    Met ingehouden adem voelde ik hoe het koele water me verwelkomde, niet dat ik het erg vond.
    Om er zeker van te zijn dat de man me niet meer zou vinden, zwom ik onder water weg en kwam een eindje verderop weer boven.
    Ik trok mezelf op de kade en ging uitgeput op mijn rug liggen terwijl ik de geldbuidel vast hing aan mijn riem.
    Mijn ademhaling was nog steeds erg gejaagd, dus deed ik heel even mijn ogen dicht om wat te ontspannen.
    Ik kon het nog steeds.




    Logan Wade Earnshaw

    Twee soldaten hielden me stevig vast terwijl ze me naar de galg brachten die me een eindje verderop op het plein stond op te wachten.
    Hoe was het toch ooit zo ver kunnen komen?
    Ik was absoluut geen slecht mens, misschien niet altijd even eerlijk, of braaf, maar slecht was ik niet.
    Natuurlijk hield ik van sommige mensen, net als iedereen dat deed, alleen wist ik niet waar ze zat.
    Bij de gedachte aan mijn zus die ik in geen jaren had gezien, ging er even een steek van eenzaamheid door me heen.
    Het was een feit dat ik haar miste, maar zou ze me nog herkennen als ze me zou zien?
    Als ze nog leefde tenminste.
    "Mag ik iets vragen?" Vroeg ik aan één van de soldaten in de hoop dat het zou werken. "Mag ik heel even aan mijn voet krabben?"
    De soldaten keken elkaar heel even vreemd aan, maar stemden uiteindelijk toch toe.
    Beiden lieten ze me los zodat ik kon bukken, maar voordat mijn hand mijn voet bereikte, haalde ik instinctief uit naar de kleinste soldaat.
    Mijn vuist raakte zijn gezicht zo hard, dat hij met een klap op de grond viel, mijn hand deed er zelfs pijn van.
    "Sorry," Zei ik naar de tweede soldaat nog voordat hij goed genoeg besefte wat er aan de hand was.
    Snel zette ik het op een lopen, wat niet bepaald handig was als je handen aan elkaar vastgeketend waren.
    "Grijp die piraat!" Hoorde ik de tweede soldaat roepen, waarschijnlijk naar andere soldaten. "Laat hem niet ontsnappen!"
    "Pardon, excuseer, sorry!" Riep ik naar alle mensen tegen wie ik opliep in de hoop ze niet al te kwaad te maken. "Mag ik er langs? Pardon, sorry, excuseer."
    Als ik het niet was geweest, had ik het waarschijnlijk best komisch gevonden, maar aangezien ik het wel was, kon ik er nu niet om lachen.
    Ik rende zo snel als mijn benen zich konden dragen naar de haven waar ik op het eerste beste schip liep.
    Helaas voor mij, was er nog steeds bemanning aan boord, maar misschien wilde ze me wel helpen.
    "Je hebt me niet gezien!" Riep ik in het voorbijgaan naar de bemanning en zocht een schuilplaats in de eerste beste kajuit.
    Ik rolde me achter een boekenkast op tot een klein bolletje en wachtte af tot er toch iemand zou komen.
    Moest dat het geval zijn, had ik tenminste geprobeerd om te ontsnappen aan de dood.
    Vaag hoorde ik wat voetstappen op het dek, maar geen ritme dat me alarmeerde dat het de soldaten konden zijn.
    Er was dus nog hoop dat ik was ontsnapt.


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    Het is vast niet mijn beste post, maar erin komen vind ik vaak nog lastig ;p

    Aiyana Kateri Chestio. ~ Opvarende Medusa, indiaan.
    Normaal stond ze altijd al op voordat de eerste zonnestralen het land beschenen, maar sinds ze meevoer met de Medusa was daar geen sprake meer van. Natuurlijk verdiende zij het beste van het beste, maar gezien het feit dat haar een aparte hut was aangeboden -alsof ze het niet zo redden tussen de andere bemanningsleden!- zat ze nu opgescheept met iets wat ze een hangmat noemde. Het ging haar eer te boven toe te geven dat ze toch liever een eigen hut had, gelukkig was het slapen iets aangenamer geworden in de loop der tijd. De andere bemanningsleden wisten hoe goed ze overweg kon met pijl en boog en met een mes was ze ook niet mis, dus die hadden haar, nadat ze toch nog haar schietkunsten had vertoond, met rust gelaten. Ze had een hangmat in de hoek en had die met wat hulp afgeschermd met een gespannen doek,, op die manier had ze toch nog wat privacy, al moest ze tot haar spijt bekennen dat dat niet het eeuwige gesnurk van de anderen afweerde. Dat laatste was voornamelijk de reden waardoor ze die nacht erg laat in slaap viel, of misschien kwam het toch door het ontbreken van de geluiden die ze gewend was. Het geluid dat de krekels maakte, vogels die ineens wegvlogen, het zachte geruis van de wind door de bomen.
    Met een zucht kwam ze uit haar hangmat en haalde vluchtig met haar handen de ergste klitten uit haar haren en streek haar kleding recht. Ze droeg nog altijd de traditionele kleding van haar stam en weigerde schoenen te dragen, al van kinds af aan had ze op blote voeten gelopen waardoor ze nu een stevige voetzool had, al had ze dat nu op het schip al een paar keer moeten bekopen met een splinter. Aiyana sloeg het doek dat haar hangmat van die van de rest scheidde opzij en stapte de ruimte in die tot haar verbazing, op een enkeling na, helemaal leeg. Ze fronste verbaasd haar wenkbrauwen tot de reden tot haar door drong. Ze waren vast eindelijk aangemeerd! Maar in plaats van enthousiast het dek op te rennen om de nieuwe wereld te bekijken, behield ze haar waardigheid en verliet rustig het ruim.
    Eenmaal op het dek aangekomen voelde ze een frisse bries, maar hij was lang niet meer zo ijzig als hij geweest was nu de lente aanbrak. Haar ogen schoten over het dek heen en bleven hangen bij een eenzaam figuur bij de reling die nogal opviel door zijn kleding, maar ook om het feit dat de anderen in een rij stonden. Ze liep naar Gavin toe. “Hé,” begon ze met een glimlach, “waarom staan ze allemaal in de rij? Moeten wij dat-“ ze kapte haar zin af toen ze voor de eerste keer naar het vreemde land voor zich keek. Haar ogen werden groot, overal krioelden mensen als een mierenhoop, het was helemaal volgebouwd met hutjes en tot in de verte was geen bosje te zien. Waar was alle natuur? Ze was de omgeving van het eiland gewend, het vertrouwde bos, het gevoel van gras onder haar voeten en de geluiden van alle wezens waardoor je het gevoel had nooit helemaal alleen te zijn. Maar zelfs gras was in de verste verte niet te zien en de mensen.. Wat zagen ze eruit! Dat de blanken van de Medusa zo gekleed gingen was ze gewend, maar ze wist niet dat iedereen zo gekleed ging. “Het is wel anders hè?” merkte ze op terwijl ze naar het land voor zich keek. Ze was benieuwd wat er allemaal te beleven viel, misschien was het niet zo erg als het in eerste instantie leek en dit was toch precies wat ze wilde? Iets anders en een avontuur, eindelijk zou ze wat meemaken, daar was ze van overtuigd.


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    William Marlborough
    Het had lang geduurd maar na een lange reis was William toch in de nieuwe wereld aangekomen. Het schip waarmee hij meevoer, was half vergaan maar dat maakte William niet zoveel meer uit. Hij was in Tortuga beland, een stad vol gespuis en anarchie. Als iemand uit de hogere kringen keek William neer op de dieven, moordenaars, piraten en prostituees alsof het minderwaardige wezens waren, maar de orders van het Britse koningshuis waren duidelijk 'hou de eerste, de beste stad waar je aankomt in het gareel en neem het gezag over de soldaten'. Dat was dan ook precies wat William deed.
    "Mannen, ik ben in Tortuga namens de koning en ik heb de opdracht om het minderwaardige zooitje botten, die zichzelf inwoners noemen in het gareel te houden. Daarom neem ik nu de leiding over, is dit duidelijk?" kondigde William steenhard aan. De soldaten die in rijen voor hun barakken waren opgesteld knikten. 'Yes sir!'
    Vervolgens kwam er een dikke man in een rood uniform aanlopen.
    "Dus u bent de Duke of Marlborough?" vroeg hij. William knikte.
    "De eigenaar van het café 'The Drunken Frenchman' heeft een enorme belastingachterstand aan de kroon, alleen de man is een nogal intimiderend persoon, misschien zou u eerst hem terecht willen wijzen ter bevestiging van uw gezag?" stelde de man aarzelend voor.
    'Prima, Sir...?'
    "Oh, waar zijn mijn manieren! Timothy Jones, at your service!" William grijnsde breed.
    'Troepen, ingerukt mars! We gaan de belasting eens binnenhalen!'
    De groep van ongeveer 16 soldaten, inclusief mr. Jones en William paradeerde door de lugubere straten van Tortuga totdat ze bij een oud, houten café aankwam waar een slordig bord met 'The Drunken Frenchman' bovenhing. William trapte zonder enig pardon de deur in en alle bezoekers en de eigenaar schrokken zich een ongeluk.
    'Ik zoek de eigenaar...' zei William minachtend terwijl hij met zijn kleine handpistool de kamer in richtte. Er kwam een beer van een man naar voren met een grote snor.
    "En wat mag dit dan wel betekenen, Britse hond!?" gromde de man dreigend.
    'De belasting of uw leven.' zei William droogjes.
    Dat liet de eigenaar zich geen twee keer zeggen en hij greep naar een stoel om die tegen William kapot te slaan. Maar William had de man door en schoot hem middenin zijn voorhoofd. Kreunend viel de man levenloos op de houten vloer.
    'Goed, dan pak ik het zelf wel.' zuchtte William terwijl hij naar de toonbank liep en het verschuldigde geld doodgewoon meenam en aan Jones gaf.
    'Zo Jones, afgehandeld. Nu over tot het gedeelte waarin je mij mijn onderkomen laat zien.' Jones knikte ongeloofwaardig door het snelle voorval en zonder aarzelen liep hij het café weer uit. Ze wilden net op weg gaan naar William's nieuwe onderkomen toen er iemand tegen Jones opbotste.
    "Kijk eens uit gespuis!" snauwde Jones naar de persoon.
    Zuchtend draaide William zich om, om te kijken wat er nu weer aan de hand was in dit stadje waar altijd wel wát aan de hand was.

    [ bericht aangepast op 18 dec 2012 - 13:46 ]


    How many legs does a dog have if you call the tail a leg? Four. Calling a tail a leg doesn't make it a leg.