• The immortals

    Men denkt dat de vampiers al eeuwen uitgestorven zijn, maar niks is minder waar. Ze hadden zich een tijdlang verborgen gehouden voor de vampierjagers en hadden zelf het gerucht de wereld in geholpen dat ze uitgestorven zouden zijn. Maar ongeveer 150 jaar geleden hebben ze hun schuilplaats verlaten, en zinnen ze nog steeds op wraak voor hun vermoorde broeders en zusters. Er zijn echter een paar mensen die wél weten dat vampiers niet uitgestorven zijn, en die zetten alles op alles om er voor te zorgen dat dat wel gaat gebeuren.

    De vampiers
    Het is erg lastig een vampier te onderscheiden van een mens, ze zijn er precies hetzelfde uit en zijn niet zoals de vele verhalen je laten geloven perse knapper als een mens en hun hoektanden zijn ook niet zichtbaar, ze kunnen die intrekken wanneer ze maar willen, vaak zijn die wel wat scherper als bij een gewoon mens. Wat ook niet echt meehelpt is dat de vampiers gewoon tegen zonlicht kunnen, gedeeltelijk tenminste, hoe zonniger het is, hoe meer en hoe sneller hoofdpijn ze krijgen. De vampiers zijn natuurlijk ook sneller en sterker als de mens.
    De vampiers hebben slechts een paar zwakke plekken; als je ze echt wil verzwakken zal je er voor moeten zorgen dat ze het bloed van een dode binnen krijgen en als je ze wil vermoorden zal je ze moeten onthoofden.
    De beet van een vampier voelt erg intens, sommigen zullen zelfs beweren dat het beter is als seks. De vampiers kunnen de beet echter ook erg pijnlijk maken.
    Een mens kan alleen een vampier worden als hij/zij doodgaat met het bloed van een vampier in zich.



    Regels
    -minimaal 10 regels, drie keer minder en je ligt eruit
    -16+ is toegestaan
    -Hou het realistisch.
    -Geen mensen die al na één dag of een paar topics stoppen.
    -Geen perfecte personages, daar heeft iedereen een hekel aan.
    -Niet de personages van andere mensen besturen.
    -Als het topic vol is, graag de link van het nieuwe topic in het laatste bericht neerzetten
    -Ga niet te snel, sommige mensen hebben namelijk ook nog iets als school en een sociaal leven buiten Q..
    -Niet te veel onzinnige berichten plaatsen in het speeltopic, dat doe je maar ergens anders


    Vampiers
    – Caleb Morrow - Assassin
    – Viktor Georgy Dobrovolsky - CyberLord
    – Eleanor “Elle” Grace Alvey - Winchesterr
    – Elizabeth Davies - Soubi


    Jagers
    – Aubrey Augustina Harper - Assassin
    – Emery Rhaelynn Hamilton - Winchesterr


    ©Winchester

    Begin: Het is rond half negen 's ochtends, het is herfst en de zon is nog niet zo heel lang op. Het is niet heel erg warm buiten, ongeveer 8 graden en het is bewolkt. De jagers hebben om tien uur een vergadering en de vampiers mogen doen wat ze willen.

    [ bericht aangepast op 1 nov 2012 - 20:30 ]


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    [Mijn topics]


    Always though that I might be bad. Now I'm sure that it's true, cause I think you're so good & I'm nothing like you

    Mijn topics + ik maak mijn rol nú af.


    The duty of youth, is to challenge corruption.

    [Mijn topics.]


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Viktor Georgy Dobrovolsky

    De zon was net opgekomen en ik had er eventjes met dicht geslepen ogen naar gekeken voordat het bewolkt werd. Ik had er vroeger van gehouden en zou de hele dag in de zon kunnen liggen, maar dat was nu niet meer zo. Nu was de zon vervelend en irritant. Het was een prijs die je als vampier, als jager van de nacht, moest betalen. Niet dat ik het erg vond. Ik was zoveel blijer zoals ik nu was en ik kon nu een hele tijd tegen het zonlicht zonder dat mijn hoofdpijn te erg werd, dus uiteindelijk maakte het maar weinig uit.
    Toen ik nog maar net een vampier was, was de zon mijn grootste vijand. Niet eens de honger die ik constant voelde. Ik hoefde maar een stap in het zonlicht te zetten en ik kreeg zulke erge hoofdpijn dat ik me nog amper kon bewegen. Het was een gruwelijke tijd geweest, want ik moest van mezelf naar buiten. Ik wilde mijn oude leven hervatten, wat me natuurlijk niet gelukt was. Mijn oude leven was voorbij zodra mijn meester me had veranderd. Ik verachtte mijn oude ik nu tot in het diepste van mijn, niet meer kloppende, hart. Waarom wilde ik toen terug naar menselijke compagnie? Ze waren zwak en ik verachtte ze.
    Ik rende grijnzend terug naar mijn huis dat diep in het bos verstopt zat. Ik had er ook eentje in een dorpje, maar daar kwam ik alleen als ik iets moest regelen of gewoon zin had om mensen naar mijn huis te lokken en daar leeg te zuigen. De geur van bloed en dood hing om me heen. Ik vond het heerlijke ruiken, mijn zelf gemaakte parfum. Ik grijnsde eventjes om die gedachte terwijl ik lenig over een stronk heen sprong. Hun bloed was heerlijke geweest, zeker van het kleine kind. Zo jong, zo teder, zo rijn. Overheerlijke als je het mij vroeg, een delicatesse voor mijn tong.

    [ bericht aangepast op 28 okt 2012 - 20:56 ]


    I hope you drown in all the cum you fucking swallow, to get yourself to the top.

    [Mijn topics :3]


    “You want weapons? We’re in a library! Books! The best weapons in the world!” ~The Doctor

    Aubrey Augustina Harper

    Ik ben al een tijdje op als de zon eindelijk door de gordijnen begint te schijnen. Ik ben nou eenmaal een vroege vogel, altijd te vroeg op het werk, etc. Ik heb allang gedouched, mijn haar een beetje gefatsoeneerd en mijn make-up zorgvuldig aangebracht. Mijn eyeliner, mascara, foundation, rouge en niet te vergeten, rode lippenstift. Zonder ga ik gewoon niet de deur uit. Ik draag nu een lange, zijden en donkerrode kamerjas, waarin ik met snelle, korte passen naar Emery haar kamer loop. Ik ben dan wel heel stil geweest zodat zij nog kon slapen, maar het is nu half negen en ik heb haar nog niet gehoord. Ik klop zacht aan en open de deur, waarna ik naar de gordijnen loop en die open. Onderweg doe ik mijn best om niet over iets te struikelen.
    "Wakker worden, Emery. Om tien uur is er een vergadering." zeg ik, waarna ik mij omdraai. Maar het bed van Emery is leeg, wat een kwade, rode streep op mijn net gestifte lippen oplevert. Verdomme, waar hangt ze nu weer uit? Ze heeft maar geluk dat ik alleen een voogd ben en geen ouder. Ik grom zacht en draai me weer om, de deur laat ik open. Ik loop weer naar mijn eigen kamer en zorg ervoor dat ik me niet druk maak, dat helpt dus echt niet. Als ze er zo meteen niet is, heeft ze gewoon pech en kan ze niet met mij meerijden. Als ze dat al wilt tenminste, want ik ben van plan om vroeg weg te gaan. In mijn kamer trek ik mijn gigantische kledingkast open. Daaruit haal ik een zwart setje ondergoed, met zwarte jarretels en zwarte kousen, die ik handig eraan bevestig. Ik trek een Zwarte kokerrok met een beige-achtige blouse aan en wandel daarna op mijn gemak naar beneden, waar ik koffie pak, mijn benen over elkaar sla en een magazine begin te lezen.
    Dan werp ik een blik op de klok. Ik weet wel dat ik om stipt negen uur de deur verlaat, niet dat ik altijd zo precies ben, ik ben vaak eerder een beetje chaotisch, maar anders was ik al eerder weg gegaan. Als ik mijn koffie op heb en ik Emery nog niet gehoord heb, zoek ik vast twee zwarte, hoge pumps uit een een lange, zwarte jas. Het is koud buiten, maar ik ga toch met de auto, waardoor ik besluit om geen handschoenen te dragen. Als ik daar eenmaal ben, neem ik toch gelijk koffie om mezelf om te warmen en wat op te peppen, aangezien ik al vanaf 7 uur wakker ben om mezelf voor te bereiden. Ja, soms moet je ergens iets voor over hebben en veel meer heb ik toch niet.

    [ bericht aangepast op 28 okt 2012 - 21:03 ]


    Your make-up is terrible

    Rose Mia Licinia

    Een nieuwe dag was begonnen en ik stond rustig op. Ik strekte even mijn armen en liep vrolijk naar mijn gordijnen. Ik trok mijn gordijnen open en keek naar de net opkomende zon. Ik legde mijn hand op de raam. Hij voelde koud aan. 'Warm kleden vandaag,' Zei ik en liep van het raam weg. Ik liep naar mijn kledingkast en gooide de boel open. Ik stond na te denken wat ik zou aantrekken. Ik wilde een schattig jurkje aandoen met bloemetjes en er een leuk vestje boven doen, maar het weer scheen niet zo erg mee te werken. Ik keek even naar mijn raam en voelde even aan mijn keel. Misschien was het handig om wat makkelijk aan te kleden en buiten te gaan 'joggen'. Daarna zal ik wel kijken om wat mooiers aan te trekken. Ik pakte mijn zwarte jogging pak en trok hem aan. Ik deed en witte gym schoenen aan die paste bij de strepen van mijn jogging pak. Normaal had ik nooit zwarte dingen aan, maar sporten wat iets anders. Ik liep naar de badkamer en deed netjes mijn haar. Ik kamde het eerst een deed het toen in een strakke staart. Mijn make-up deed ik licht op. Beetje mascara en klaar. Ik had een egale huid zoals de meesten van ons en make-up was eigenlijk een beetje overbodig. Bijna iedereen gebruikte het en zo viel ik minder op. Ik liep de badkamer uit , de trap af naar beneden. Ik kwam in mijn kleurrijke woonkamer terecht. Alles was strak, modern en bijna geen zwart. Ik liep naar de eettafel en pakte een klein pakje vochtige doekjes en deed ze in mijn zak. Ik pakte mijn huissleutel en stopte ze ook in mijn zak. Ik liep naar de voordeur en deed hem rustig open.
    Ik ging joggen in het park of bos. Het leek aardig op elkaar. Er waren niet veel mensen die dat deden. In de lente en zomer waren het heel veel mensen, maar zodra de herfst en winter kwam nam dat aantal sterk af. Wie gaat er ook joggen in de regen en sneeuw? Mensen waren gestoord. Ik rende een paar mensen voorbij. Ze waren stok oud -best raar, want ik ben veel ouder- en ze hadden het over hun kleinkinderen en over vroeger. Ik keek ze even aan en rende toen snel veder. Daarna kwam ik iemand tegen die behoorlijk wat gewicht had. Ik rende hem met gemak voorbij. Gelukkig kwam ik daarna alleen maar mensen tegen die wat sneller waren en iets meer 'van mijn leeftijd'. Helaas waren het te veel om er eentje ongezien mee te nemen. 'Dammit,' Vloekte ik. 'Is het vandaag nationale jogging dag in de kou?'


    “You want weapons? We’re in a library! Books! The best weapons in the world!” ~The Doctor

    Elizabeth 'Lizz' Davies

    'Zeg, doe eens wat nuttigs,' zei ik tegen de jongen die in mijn bed lag. Hey, ik had een speeltje mee genomen, wat dan nog? De jongen keek mij even verward aan, maar daarna geamuseerd. Een glimlachje sierde mijn gezicht, richtte mijn blik weer gauw op de spiegel en streek vervolgens met mijn handen langs mijn jurkje. Misschien was ik heel stiekem een beetje blijven steken in de korsetten. Ze waren geweldig, dus waarom zou ik ze niet blijven dragen? Er waren vast ook wel gewone mensen die ze droegen. Gelukkig begreep hij al gauw wat ik bedoelde en voor ik het wist stond hij al achter mij en maakte het korset strak vast. Ik deed alsof doordat mijn adem eruit werd geperst. Zo langzamerhand door mijn speeltjes was ik erachter gekomen dat het een leuk effect had bij de mensen. Vampiers? Nee, die waren weer anders. Misschien een enkele, maar het was toch anders. Wat er na ging komen was ook veel leuker bij een mens, je kon het ze weer laten vergeten. Ik wist wat er allemaal gebeurd was, maar hun niet. Ik draaide mijzelf om naar de jongen toe en had mijn hoektanden al te voorschijn laten komen. Oké, eerlijk gezegd waren die al te voorschijn gekomen toen ik wakker werd naast hem. Zo leuk om hem al van te voren te hypnotiseren, anders had zijn hysterische bui nu alles verpest. Nu? Nu vond hij alles best en lachte alleen maar naar mij. Een speelse grijns verscheen op mijn gezicht, legde mijn ene hand achter zijn hoofd en mijn anderen op mijn schouder. Zo trok ik hem naar mijn toe en zette mijn tanden in zijn nek. Gulzig begon ik te drinken. Ik probeerde rustig te doen, maar dit was veelte lekker.


    Always though that I might be bad. Now I'm sure that it's true, cause I think you're so good & I'm nothing like you

     Emery Rhaelynn Hamilton
    Zo stil mogelijk glip ik de brandtrap op. Het was niet mijn bedoeling geweest om nu pas thuis te komen, ik had een uur geleden al terug willen zijn. Ik was gisteravond met een groep mensen uit geweest, zonder dat Audrey het wist, en had vannacht bij iemand anders geslapen, echt slapen kan je het niet noemen want het was hooguit voor een uurtje. Nu heb ik een knallende koppijn, volgende keer is het handig om misschien ietsjes minder te drinken. Maar goed, met een aspirientje is het hopelijk zo weg.
    Als ik bij mijn raam kom vloek ik zachtjes. De gordijnen zijn al open. Ik had echt een uur geleden al terug moeten zijn. Even twijfel ik wat ik zal doen, ik kan nog altijd snel mijn sportkleren aantrekken, de brandtrap weer afgaan en vervolgens door de voordeur naar binnen lopen, zo lijkt het alsof ik heb gejogd, iets wat ik heel vaak 's ochtends doe. Helaas is de kans groot dat Audrey al vroeg wakker was, en ik kom voor zeven uur eigenlijk niet mijn bed uit, dus die optie valt weg. Uiteindelijk besluit ik maar gewoon naar binnen te gaan, ik zie wel of ze er iets van zegt. Voorzichtig open ik het raam, wat zachtjes piept. Geweldig. Snel glip ik naar binnen en als ik mijn kamer sta zie ik dat de deur open staat. Het zit me niet echt mee vanochtend.
    Ik pak wat kleren uit mijn kast en glip dan snel de badkamer in. Als Audrey zou zien hoe kort het rokje is dat ik draag zou ik waarschijnlijk het huis voorlopig niet meer uit mogen. Ik spring onder de douche en was de alcohol en sigaretten geur van me af, daarna stap ik weer onder de douche vandaan, droog ik me af en trek ik mijn kleren, die misschien ietsjes te koud zijn, aan. Voordat ik de badkamer uitloop poets ik nog even snel mijn tanden en doe ik wat mascara op.
    Als ik naar de keuken loop zie ik Audrey bij de doorstaan. 'Eh, goedemorgen,' mompel ik waarna ik snel verder loop naar de keuken, waar ik een appel uit de fruitmand pak.

    [ bericht aangepast op 28 okt 2012 - 22:02 ]


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Audrey Augustina Harper

    "Eh, goedemorgen." mompelt Emery als ze eindelijk eens uit haar slaapkamer komt. Hierdoor kijk ik op naar haar. Ze loopt verder naar de keuken, waar ze een appel uit pakt. Ik grinnik even heimelijk, ze heeft duidelijk door dat ze gesnapt is. Mijn mondhoeken trekken iets omhoog en ik trek mijn zwarte jas aan. "Dus madame was nog wel van plan om thuis te komen en op tijd te zijn voor haar werk?" vraag ik op een wat sarcastische manier aan haar. Echt op haar kop geven doe ik toch niet, aan huisarrest en dat soort dingen heb ik toch niets, want ik ben nog vaker weg dan zij is. Dan laat ik mijn blik over haar glijden en zucht ik, ik snap die mode van tegenwoordig blijkbaar toch niet.
    "Ik hoop maar dat je geen blaasontsteking oploopt, het is koud buiten." zucht ik. "Al heb je dat vast zelf ook wel gemerkt, waar heb je uitgehangen? Je weet dat je dat niet moet doen als je de volgende dag moet werken!" Ik stap op haar af en probeer het korte broekje wat ze aan heeft tevergeefs nog iets naar beneden te trekken. Dan zucht ik en leun ik tegen het aanrecht aan. "Je bent pas achttien, wil je dat je de mannen nu al achter je kont aan lopen?" zucht ik iets wanhopig, al weet ik ook wel hoe ik op haar leeftijd was. "Nou ja, maakt niet uit. Ben je klaar om te gaan?" vraag ik vervolgens en ik been alweer terug naar de deur op mijn hoge hakken, die een tikkend geluid op het linoleum achter laten.
    Bij de deur staat een kastje, waar ik de huissleutels en de autosleutels vanaf vis, die ik in een klein, zwart tasje prop. Ik maak me soms wel zorgen om Emery, vooral omdat ze het vanaf haar veertiende moest doen zonder moeder en vader en alleen mij had. Ik ben bang dat ze daardoor los slaat, of iets anders stoms doet. "En de volgende keer kom je gewoon binnen door de deur, Emery." zeg ik tegen haar. "Die brandtrap is veel te gevaarlijk."

    Caleb Morrow

    Ik kijk door het kiertje van de gesloten gordijnen naar de zon, dat doe ik al vanaf dat hij opkomt. Ik heb weinig te doen en verveel me niet zo snel, ik ben hier al makkelijk mee vermaakt. Vannacht was een rustige nacht geweest, ik ben nooit zo'n bezig bijtje. Moorden doe ik niet aan, ik drink maar zelden en begeef me de laatste tijd iets te weinig naar buiten. Maar ik had niets buiten, ik leek wel niets meer te willen de laatste tijd. Ik sluit de gordijnen nu helemaal, rek me eens uit en draai me om. Het is een klein, tochtig oud huis, goedkoop, maar genoeg voor mij. Het kraakt echt aan alle kanten, maar ik vind het wel prettig. Het lijkt een beetje op het huis dat ik kocht met Lily, ons eerste huisje. Het was prachtig, lichter dan deze. Toen we kinderen kregen en mijn zaken succesvol werden, verhuisden we naar een groter, mooier huis, maar mijn hart lag bij het andere huisje.
    Soms word ik er triest van als ik er aan denk, maar vaak brengt het een gevoel van thuis met zich mee waar ik gelukkig van word. Tsja, ieder zijn eigen meug hé. Ik haal mijn hand door mijn langere haar en besef me dat ik best wel dorst heb ondertussen. Heel erg eigenlijk, ik moet er binnenkort toch echt eens op uit. Er is een klein café waar ik wel eens heen ga, voor de alcohol dan. Het stilt niet mijn dorst, maar wel andere dingen. Bloed ligt daar voor het oprapen. Misschien dat ik daar vanmiddag eventjes heen ga. Of nu, wat maakt het hun uit hoe laat ik daar aan kom? Ik pak mijn geld, trek mijn jas aan en doe mijn capuchon op, waarna ik vertrek. Op een rustig drafje ben ik daar al binnen enkele minuten, waarna ik gelijk aan de bar schuif en een drankje bestel.


    Your make-up is terrible

    Viktor Georgy Dobrovolsky

    Ik rende als een schaduw door het bos op weg naar mijn huis. De lucht suisde om me heen en ik ademde de lucht om me heen in. Ik kon duizend verschillende geuren ruiken. Mensen, dieren, planten en dingen die de lucht vervuilden. Vooral dat laatste was in de loop der jaren toegenomen. Mij maakte het maar weinig uit. De mens werd alleen maar luier en zwakker wat voor mij alleen maar van voordeel was. Hoewel ik het leuker vond om mensen achter na te rennen. Ze hoop te geven dat ze konden ontsnappen om daarna weer naast ze te rennen. Ik bepaalde waar ze naar toe renden en zo bracht ik ze altijd naar mijn huis in het bos.
    Het was een redelijk groot huis. Ik hield niet zo van klein en knus. Een normaal mens zou vast bang worden als zijn of haar huis midden in een donker bos stond en nog eens groot was ook. Maar ik? Voor wie moest ik nu angst hebben. Voor niemand, behalve de jagers. Niet dat ik daar veel angst voor had. Die had ik in al geen tijden meer gezien, maar je wist het maar nooit met hun. Misschien was dit weer een of andere vage techniek van hun. Misschien wachten ze totdat ik onvoorzichtig word en slaan ze dan toe. Slim bedacht, maar toch echt niet slim genoeg voor mij. Ik was oud geworden, omdat ik sluw, behendig en slim was. Niet omdat ik roekeloos en onvoorzichtig ben. Zoveel geluk heeft een vampier nou ook weer niet.

    [ bericht aangepast op 28 okt 2012 - 22:38 ]


    I hope you drown in all the cum you fucking swallow, to get yourself to the top.

    Emery Rhaelynn Hamilton
    'Dus madame was nog wel van plan om thuis te komen en op tijd te zijn voor haar werk?' vraagt Audrey sarcastisch nadat ze haar jas heeft aangetrokken. 'Ik had me verslapen,' mompel ik, wat eigenlijk ook wel waar is. 'En het is nog maar negen uur, ik ben ruim op tijd,' voeg ik er aan toe.
    Audrey laat haar blik over me heen glijden en zucht. 'Ik hoop maar dat je geen blaasontsteking oploopt, het is koud buiten,' zucht ze. 'Al heb je dat vast zelf ook wel gemerkt, waar heb je uitgehangen? Je weet dat dat niet moet doen als je de volgende dag moet werken!' Ik haal mijn schouders op. 'Ik en nog een paar andere meisjes hadden een filmmarathon bij Sophie,' antwoord ik. Dat is niet de waarheid, maar daar kan ze toch niet achter komen. Hoop ik.
    Ze stapt op me af en doet een poging het korte broekje dat ik aan heb naar beneden te trekken, wat haar niet lukt. Ze zucht en leunt tegen het aanrecht. 'Je bent pas achttien, wil je dat je de mannen nu al achter je kont aan lopen?' zucht ze wat wanhopig. Hier weet ik niet echt wat ik er op moet zeggen, ik kan lastig de waarheid spreken en zeggen dat ze dat toch al doen. 'Nou ja, maakt niet uit. Ben je klaar om te gaan?' vraagt ze dan. Ik zucht opgelucht en knik. Die vraag hoef ik tenminste niet te beantwoorden.
    Audrey loopt terug naar de deur terwijl ik mijn mobiel, ipod en boek in mijn tas doe.
    'En de volgende keer kom je gewoon binnen door de deur, Emery. Die brandtrap is veel te gevaarlijk'. Ik knik, hoewel ik weet dat ik de brandtrap inmiddels wel met mijn ogen dicht op en af zou kunnen lopen. Het is eigenlijk maar goed dat Audrey bijna nooit thuis is. Des te makkelijker het voor mij is om weg te glippen. 'Zal ik doen Audrey,' zeg ik. Waarschijnlijk ga ik me daar toch niet aan houden maar dat maakt niet uit. 'Hup, laten we maar gaan,' zeg ik dan waarna ik snel de deur uitloop, zodat ze niet nog meer kan vragen.


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Eleanor “Elle” Grace Alvey
    Ik draai me nog een laatste keer om in het bed waarna ik er uiteindelijk toch maar uit ga. Slaap heb ik niet echt nodig, maar ik vind het wel fijn om gewoon te liggen. Ik strek me even uit, waarbij mijn botten kraken, en loop dan naar badkamer. Mijn haar zit er gelukkig niet al te erg uit. Vaak zit het na een lange tijd in bed gelegen te hebben nogal warrig, maar nu is het gemakkelijk te fatsoeneren. Terwijl ik een liedje van vroeger neurie trek ik met oogpotlood een zwart lijntje rond mijn ogen en doe ik wat mascara op. Daarna loop ik terug naar mijn slaapkamer waar ik een spijkerbroek en een simpel zwart shirt uit de kast trek.
    Omdat ik toch niks te doen heb besluit ik maar een stukje te gaan lopen. Een prooi vinden hoeft niet perse, ik heb mijn dorst gisteravond al gelest. Ik grinnik even als ik er aan denk hoe gemakkelijk die jongen te verleiden was. Het was eigenlijk niet eens leuk meer, zo gemakkelijk ging het. Volgende keer maar een wat koppigere prooi vinden.
    Als ik langs een café loopt valt mijn blik op een gestalte, die me redelijk bekend voor komt, dat aan de bar zit. Ik doe de deur van het café open en loop naar binnen. Mijn zwarte hakken maken een tikkend geluid op de houten vloer terwijl ik naar de bar loop. Daar ga ik naast het mannelijk gestalte zitten. 'Caleb toch,' grijns ik als ik de man herken. 'Nu al aan de drank? Het is nog geeneens tien uur,' grinnik ik.


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Audrey Augustina Harper

    "Ik had me verslapen." mompelt Emery op mijn sarcastische opmerking. "En het is nog maar negen uur, ik ben ruim op tijd." voegt ze er aan toe. Ik zucht, omdat ik niet weer wat ik er mee moet. Op de rest haalt ze dan ook alleen maar haar schouders op. "Ik en nog een paar andere meisjes hadden een filmmarathon bij Sophie." antwoord ze. Ik besluit haar maar te geloven, wat heb ik er verder aan om haar te wantrouwen? Ze zal me alleen maar verder van me af duwen, wat ik niet wil.
    Ik merk wel hoe ze opgelucht zucht en knikt als ik weg wel gaan. Ze pakt haar spullen, net als ik. "Zal ik doen Audrey." zegt ze, nadat ze heeft geknikt op mijn waarschuwing over die verdomde brandtrap. Ik heb liever dat ze veilig thuis komt, maar dat beseft ze vast niet, het lijkt net alsof ik alleen maar wil dwarsliggen. "Hup, laten we maar gaan." zegt ze dan waarna ze snel de deur uitloopt. Ik zucht zachtjes en volg haar, waarna ik de deur achter mij sluit en die op slot doe. Als ik dat gedaan heb, trek ik Emery naar mij toe in een omhelzing. "Ik wil alleen maar het beste voor je." mompel ik waarna ik haar weer los laat.
    Ik loop al snel verder, mijn autosleutels in mijn hand. "Heb je al ontbeten?" vraag ik aan haar, terwijl ik naar de trappen toe loop. De lift werkt al een geruime tijd niet meer, dus dat hoeven we niet eens te proberen. Mijn hakken weerklinken als een tikkend geluid in de stille gang van het appartementen complex. "We hebben nog tijd om even langs de bakker te gaan." Soms ben ik een beetje te toegeeflijk naar haar, maar het is het allemaal waard natuurlijk.

    Caleb Morrow

    Zodra de deur van het café open gaat, waait er een bekende geur naar mij toe. Het is geen mens, maar een vampier. Een vrouwelijke om precies zijn, met de naam Elle. Ik kijk niet eens op, waarschijnlijk heeft ze mij allang gezien. Mijn hand omklemt alleen losjes het glas met een donkerbruin doorzichtig goedje er in. Zoals ik al had gedacht, heeft ze me opgemerkt en hoor ik haar tikkende hakken mijn richting op komen, waarna ze naast mij komt zitten. "Caleb toch." grijnst ze en ik kijk lichtjes opzij naar haar. "Nu al aan de drank? Het is nog geeneens tien uur." grinnikt ze.
    Hierop haal ik lichtjes mijn schouders op. "Wat is tijd als je voor eeuwig leeft?" vraag ik haar dan, waarna ik een klein, gedoseerd slokje uit mijn glas neem. "Wat doe jij hier dan, als het nog geeneens tien uur is, Elle?" vraag ik aan haar en ik kijk nu echt op naar haar, terwijl ik mijn hand door mijn haren heen haal, zodat ze niet meer zo voor mijn gezicht vallen. "Het is licht buiten, niet echt een tijdstip voor ons, hm?"
    Ik kijk haar even onderzoekend aan, maar dit is maar voor kort. Al snel richt ik mijn blik op oneindig terwijl ik verder ga met voor mij uit staren. Ja, zo tikt de tijd voorbij zonder dat je er erg in hebt en dat is nou net wat ik wil. In de ogen van de meesten vampieren ben ik maar vreemd, maar ik denk dat je weinig over vreemd kan zeggen als je zelf ondood bent.


    Your make-up is terrible

    [In de beginpost staat nog steeds Khione xd]


    I hope you drown in all the cum you fucking swallow, to get yourself to the top.