Ashley Jasmine Moore.
Ze knikte bevestigend, al had ik de rode kleur wel op haar wangen gezien. Het leek me voor nu beter dat ik er maar niets over zei, misschien maakte ik het dan wel erger, en dat zou mijn bedoeling niet zijn. Haar hand ging richting de knopjes, waarna ze op de bovenste etage drukte en ik geduldig afwachtte. Hierdoor ontstond er een stilte van ongemakkelijkheid, hoewel ik niet precies wist waardoor het kwam. Misschien wel door de knuffels van net en dat ik haar überhaupt die vraag durfde te stellen. Ze gaf er echter wel antwoord op, iets wat ik niet verwacht had.
De lift opende en we liepen er beide uit om vervolgens daarna naar de deur van Miss Stone te lopen. Katelynn klopte voor me aan, wat haar een tevreden glimlachje van mijn kant opleverde. Niet lang erna hoorde ik dat ik naar binnen mocht, dus sloten mijn slanke vingers al rond de deurknop om deze te openen. “Veel succes,” zei Katelynn met een glimlach en maakte al aanstalten om weg te lopen, echter slikte ik een hoorbare brok weg om vervolgens naar haar toe te draaien. “Miss Katelynn, dank u voor alles,” Dezelfde nette, zakelijke toon was terug in mijn stem gekomen, maar naarmate ik verder ging met praten, was er een bepaalde zachtheid in terug te horen. “Het zou leuk zijn als we elkaar later weer zagen,” glimlachte ik charmant, waarna ik me dit keer wel omdraaide en door de deuropening verdween.
•••
Het gesprek ging goed en met een glimlach kwam ik haar kantoortje dus ook uit. Het was gelukt, net zoals ik hoopte. Miss Stone vond me gedecideerd en geestdriftig, iets dat me nog opgeluchter maakte. Wanneer ik weer op het knopje drukte van de lift, deze opengingen en ik erin stapte, kwam het hevige tegenstrijdige gevoel tegenover Yuri weer terug. Wat moest ik in hemelsnaam doen? Hij had me met een smekende toon in zijn stem gezegd dat hij op me zou wachten in kamer 204, alleen nu het moment daar was, wist ik het niet meer. Hard beet ik op mijn lip toen ik uiteindelijk toch op het knopje drukte en ik even later voor zijn deur stond.
“Yuri?” riep ik, een vragende toon in mijn stem terwijl ik op de desbetreffende deur klopte. Na enkele tellen wachten deed hij echter nog steeds niet open, dus keek ik ongeduldig door de lege gang heen. Ik drukte zelfs mijn oor tegen de deur om te horen of hij er wel was, maar toen ik mijn blik naar de grond liet afdwalen, zag ik half een briefje onder de deur vandaan steken. Terwijl ik door mijn knieën ging en het briefje op pakte, las ik de tekst al in Yuri’s handschrift:
‘Ash, ik moest even iets belangrijks doen. Ik ben zo terug, ik hou van je.’ Het ongeduldige verdween van mijn gezicht, alhoewel ik in eerste instantie nog kwam om hier te praten met hem, slikte ik nu hoorbaar een brok weg. Niet omdat ik me zenuwachtig of dergelijke voelde, meer aangezien ik me nu aan de kant gezet voelde en boos was. Ik wist dan wel niet wat voor belangrijks het was, maar omdat ik hem nu lichtelijk wantrouwde, kon ik niet anders.
Het briefje stopte ik in mijn tas, draaide me resoluut om naar de lift en begaf me naar de balie. Nu hij er toch niet zou zijn, omdat hij iets ‘belangrijks’ moest doen, kon ik wel in zijn kamer rondneuzen. Het was slecht, dat wist ik, want in het huwelijk en relatie zou je elkaar moeten vertrouwen en ik heb dat altijd gedaan, maar ik wist gewoonweg dat er iets niet klopte. Er was iets aan de hand en ik wilde daar achter komen, dus deed ik het vanaf nu op mijn manier.
De jonge vrouw aan de balie keek me geduldig aan wanneer ik bij haar aangekomen was, wachtend op wat ik wilde. “Hoe kan ik u helpen, mevrouw?” vroeg ze er toen bij en ik perste een zuinig glimlachje op mijn volle lippen. “Mijn man en ik hebben een kamer samen, maar ik kan er niet meer in komen, omdat ik mijn sleutel kwijt ben,” vertelde ik haar, waarop de vrouw bevestigend knikte. “Welke kamer heeft u samen met uw man, Mevrouw?” glimlachte ze, terwijl ze zich al omdraaide naar de computer om hier wat op te typen. “Kamer 204,” antwoordde ik, nog steeds het glimlachje op mijn lippen. De vrouw achter de balie draaide echter haar hoofd verbaasd om, terwijl ze al gestopt was met typen. “Kamer 204? Maar die is van Mr. Bishop en hij heeft geen vrouw…” De aarzelende toon was duidelijk te horen wanneer ze zich helemaal naar mij toedraait, een wantrouwende blik in haar ogen.
Nog steeds had ik een glimlachje op mijn lippen, welke nu meer een hardvochtige uitstraling hadden. “Oh, nee? Wie heeft hij dat allemaal wijsgemaakt?” vroeg ik haar, een moorddadige, toch lieflijke toon in mijn stem, terwijl ik eigenlijk al op ontploffen stond. Wat dacht hij wel niet? Waarom zou in hemelsnaam zeggen dat hij niet getrouwd was? Ik kon enkel bedenken dat hij niets van me wilde en misschien vreemd zou gaan, hoewel mijn gevoelens steeds meer werkelijkheid werden, wilde ik het nog niet geloven. “Wat is dit dan?” siste ik, mijn ringvinger hield ik omhoog terwijl mijn andere gesloten waren. De ring kwam duidelijk in beeld en boven op al dat liet ik haar ook nog een foto van Yuri en mij zien, waar allebei onze ringen duidelijk waren. “G-getrouwd, Mevrouw…” fluisterde ze zachtjes en ik knikte hard, duidelijk kwaad. “Inderdaad, dus als u me nou binnen in de kamer zou laten, bedankt.”
Ze knikte haastig, pakte een sleutel die van de kamer was en wees iemand anders aan om even op haar plek te letten, waarna ze vluchtig richting de lift ging. Ik volgde haar direct en toen we uiteindelijk voor de kamer stonden, deed ze deze voor mij open met een zenuwachtig glimlachje. “Het spijt me, Mevrouw Bishop, zal ik u wat te drinken of dergelijke brengen?” Ik schudde mijn hoofd houterig, waarna ik de kamer inliep en vervolgens met een lieflijk glimlachje zei, “U kunt echter wel iets anders voor me doen. Zou u iedere werknemer op de hoogte willen stellen dat hij een vrouw heeft? Ashley is mijn voornaam, dank u, dame.”
Met deze woorden deed ik de deur dicht en zocht in mijn tas al naar een pen om vervolgens wat op het papiertje te schrijven die ik eerder in mijn tas had gedaan.
‘Ik hoop voor je dat het belangrijker is dan ons gesprek, anders ben ik er snel klaar mee. Neem contact met me op, z.s.m.’ Het briefje plakte ik met een klein plakbandje op de kamerdeur, waarna ik deze weer opende en alles doorzocht. Ik kon echter niets vinden, dus was ik snel klaar met zoeken. Met een diepe zucht liet ik me vervolgens zakken in een grote stoel, wachtend totdat hij terug zou komen.
[ bericht aangepast op 8 okt 2012 - 17:33 ]
Quiet the mind, and the soul will speak.