• Het gaat over piraten ja, maar zelfs als je er bijna niks van weet kan je gewoon meedoen. Probeer het gewoon eens, ikzelf weet ook niks over die periodes, enkel dingen die ik toevallig heb gezien in POTC. (; En niemand zal je kwaad aankijken als je een klein foutje maakt door je personage bijv. een mobiel te laten pakken.
    Inspringen kan/mag altijd! We verzinnen er wel wat, geven je korte samenvatting en helpen je natuurlijk ook met in de RPG komen (;


    Lang geleden was er een kapitein, zo barbaars en zo harteloos, dat zelfs de stoerste mannen hem uit de weg gingen. Kapitein Olivier Dalton, hij had zijn eigen schip, de Medusa, en zijn eigen bemanning die hij als grof vuil behandelde, maar ze bleven, bang voor wat er zou gebeuren als ze vertrokken. Ze kregen bijna niks en als ze niet luisterden konden ze beter maken dat ze wegkwamen, want Olivier stond bekend om zijn gruwelijke straffen. Zweepslagen, kielhalen, laten vechten om leven en dood tegen een ander bemanningslid voor zijn vermaak, ze voor schut zetten door ze op te dragen vrouwenkleren aan te trekken en dergelijke. Cameron Sand, kapitein van de Posideon's Mermaid kon hem niet uitstaan, was ziedend van jaloezie en ze werden rivalen. Nooit gingen ze elkaar uit de weg, gingen juist altijd de strijd met elkaar aan, toch won er nooit iemand. Op een dag veranderde alles, Olivier zag wat hij aanrichtte met zijn harteloosheid. Huilende vrouwen die hun kleine kinderen probeerde te sussen, de stoerste mannen die hem smeekte om genade. Van de een op de andere dag zag hij het in, het achtervolgde hem in zijn slaap, maar hij dacht dat het wel weg zou gaan, het schuldgevoel. Het nare gevoel bleef, de nachtmerries gingen niet weg dus nam hij een noodzakelijk besluit. Hij stuurde zijn bemanning weg, vastberaden een nieuwe start te maken, hij liet zijn aartsrivaal achter. Er was één ding dat hij niet achter liet, hetgeen wat wel tegen zijn barbaarsheid kon en hem niet zou laten vallen, zijn schip de Medusa. Hij zocht een nieuwe bemanning en was milder dan ooit te voren, misschien zelfs té soft.

    Hij ontdekte dat een van zijn bemanningsleden geen man was, maar een vrouw. Hij liet haar blijven. Niet veel later werd hij verliefd op haar, maar het was niet wederzijds, toch bleef hij vriendelijk. De vrouw van zijn dromen werd verliefd op een ander, liet hem in de kou staan en vanaf dat moment kwamen zijn slechte kanten weer omhoog. Hij werd jaloers en verbande de man waar ze verliefd op was van het schip en het deed hem niks toen hij zag hoe stuk zij daar van was. Later kwam de man, door wat je een wonder kan noemen, toch weer aan boord. Olivier liet hem deze keer toch blijven, maar hij was niet meer zo aardig als hij geweest was. Zelfs tegen de vrouw waar hij verliefd op was geweest deed hij vreselijk, hij was weer net zoals vroeger. Snauwde zijn bemanning af, was weer een echte piraat en kende geen genade meer.

    Nu, met zijn nieuwe bemanning en weer zijn oude karakter terug, is hij op zoek naar een schat. Hij weet niet precies wat het is of hoe het eruit ziet, maar het blijkt geweldig te zijn en te liggen op een onbewoond, geheimzinnig eiland midden in de oceaan. Hij is vastberaden de schat te vinden, zijn aartsrivaal Cameron Sand voor te zijn. Toch zijn er kleine dingen die hij over het hoofd ziet.
    Hij gaat er namelijk niet vanuit dat er toch een volk blijkt te wonen op het eiland, verwacht niet dat er een verrader in zijn bemanning zit en dat zijn aartsrivaal het juiste moment om toe te slaan afwacht.


    De verhaallijn in het kort.
    Het gaat over de bemanningsleden en kapitein van de Medusa die op zoek zijn naar een schat. Eén van de bemanningsleden is een verrader (Tristan Wright) in dienst van aartsrivaal Cameron Sand, hij houdt zijn opdrachtgever op de hoogte met een postduif, stuurt hem berichten over de koers en informatie over wat er gaande is op de Medusa. Als ze eenmaal op het eiland aankomen, waarvan ze dachten dat het onbewoond zou zijn, blijkt hun een verrassing te wachten. Er woont een vreemd volk dat hun niet vertrouwd, de bemanningsleden moeten hun vertrouwen zien te winnen, maar hoe gaan ze dat doen als blijkt dat Cameron Sand, samen met zijn bemanning, al eerder op het eiland is aangekomen en het vreemde volk al helemaal voor zich gewonnen heeft?

    Lijstje
    Volledige naam:
    Leeftijd:
    Uiterlijk:
    Innerlijk:
    Rol+rang: (Bemanning Medusa, kok. Avaloniër, krijger etc.)
    Extra:
    (Je mag er zelf dingen bij verzinnen zoals verleden enzo)

    Persones (Als je vragen hebt hierover, stel ze dan gerust)
    Bemanning Medusa:
    Kapitein Medusa: Vluuv – Olivir Dalton – 24
    Endure – Abby (Abigail Rosaline Valence) – 19
    Leave - Genesis Elisabeth Thrown - 20 (ontvoerd door Ace)

    Sid - Natambu Mmba - 25
    C18 - Ace Franklin Johnson -24


    Bemanning Poseindon's Mermaid:
    Kapitein: C18 - Sygmund Yakov Engel - 28
    Verrader: Sid – Tristan Wright – 22
    Sid - Leopold Smiths - 24
    Vluuv - Bee - 19
    Nenuphar - Nerissa Dyce - 18


    De Aveloniërs:
    Stamhoofd:
    Zusje stamhoofd: Endure - Ayiana Kateri Chestio - 21
    Leave - Nivera Izil Mazi - 19
    Peyrac - Noémielle Dian Dewi - 19

    Goldenwing - Gavin Sloan Honiahaka - 22

    'Regels'
    Het zijn geen 'regels', meer dingen om jullie even aan te herinneren.

    - We verwachten geen posts van 800 woorden, maar doe liever wel je best om een redelijk stukje te plaatsen.
    - Wil je je personage kwijt of stoppen? Meld het dan, dan brengen we je personage wel om het leven of iets dergelijks.
    - Gelieve geen grote dingen voor andere personages te bepalen.
    - Je hoeft niet dagelijks te posten, maar het is prettig als je je personage niet verwaarloosd.
    - Probeer je een beetje in te leven en je een beetje aan de verhaallijn te houden. Je mag natuurlijk wel een beetje afwijken, maar liever niet te veel.
    - Don’t be scared. Stuur je personage gewoon op anderen af, bekijk desnoods de RPG Handleiding site voor tips. Weet je nog steeds niks? PB mij of een ander dan om te vragen waar zijn personage is en of die naar jouw personage kan gaan.
    - Verhaal kwijt? Vraag even om een korte samenvatting.
    - je mag gerust wat meer personages aanmaken, graag zelfs.

    [ bericht aangepast op 6 april 2012 - 15:00 ]


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Beginpost moet nog aangepast, als je personage er niet tussen staat, PB me dan met het rijtje informatie.
    De story zal ik ook aanpassen, again, als je personage er niet tussen staat, PB me dan met de gehele informatie.

    Dank u ^^

    Medusa; Bevinden zich op strand, wachten op Oliver's bevelen.
    PM; Kom alsjeblieft tot leven, ga praten met Aveloniërs, Sygmund vragen over Oliver, of hij een plan heeft, win vertrouwen Aveloniërs, bereid je voor op strijd.
    Aveloniërs; Zelfde als PM of ga stamhoofd dat net beter is vragen om een plan of val Aiyana lastig etc.

    [ bericht aangepast op 1 feb 2012 - 19:00 ]


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Els, ga je Bee ook nog wat laten doen voor ze sterft in de strijd eigenlijk?
    Ik vind dat ze wel een waardig einde verdient ;p

    Abigail Rosaline Valence
    Ik voel hoe Tristan zijn arm om mijn middel slaat en me dichter tegen hem aantrekt. Het is een fijn en beschermend gevoel en het geeft me tevens wat extra steun nu ik zo'n last heb van de hitte. Gelukkig trekken we binnenkort, met een beetje geluk straks al, de bossen in en de zon zou het nog moeilijk krijgen om zich een weg door het bladerdek te wanen.
    "Wat is het plan, kapitein?" vraagt Tristan plots luid. Even kijk ik hem vanonder mijn wimpers aan en vervolgens richt ik mijn blik op de kapitein. Dat wil ik eigenlijk ook wel weten, als hij tenminste al een plan had en überhaupt wist waar hij die zogenaamde 'schat' moest zoeken. Echt zin om dagen doelloos rond te lopen heb ik namelijk niet en ik heb het vermoeden dat ik niet de enige ben. Voor Tristan, Ace en Nate zou het al helemaal lastig worden met die verwondingen, alhoewel Nate me niet veel kan schelen, het is de verdiende loon van die klootzak. Zou hij me nog steeds liever dood dan levend zien? Hij had geen pogingen gedaan maar toch.. Even speur ik de omgeving af, maar ik zie hem niet zo gauw en dat lucht me ergens wel weer op. Hij hoefde niet eens wat te doen om je angst aan te jagen, hij straalde namelijk al iets uit waardoor je liever niet in zijn gezelschap was.

    Niet erg lang, maar kon vrij weinig =p


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Vandaag nog een reactie schrijven gaat niet meer lukken, althans ik wil geen valse hoop geven :).
    Daarnaast moet ik namelijk leren voor mn proefwerken en dergelijken.. Maar ik beloof dat ik Gen en Cha snel laat levem :].


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Das prima, heb het zelf ook ontiegelijk druk ;p


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Asilah
    Okay, ik kon het enigszins hebben dat hij moppen begon te vertellen en dat hij het eerst over belgische piraten had. Ik vond het allemaal best, totdat hij over vrouwen begon. Toen knapte er echt wat bij mij. Al wist ik dondersgoed dat hij mij alleen maar probeerde te irriteren. Echter probeerde ik het nog zo lang mogelijk uit te houden met die irritante rat beneden, toen hij me weer 'blondie' noemde, begon ik te roepen. Zo hard als ik maar kon, schreeuwde ik boos naar beneden: "Vieze vuile rat, als je zo doorgaat, vermoord ik je met mijn blote handen. En daarna ga ik het vieren met een paar flessen rum, dus houdt je kop!" Ik hoopte dat dit zou helpen, maar ergens wist ik van niet en ik hoopte dat deze ten minste wel wat hersens had en wijselijk zijn mond hield. Want die anderen waren allemaal gesneuveld bij mijn woede buien. Ik gromde en hield me weer bezig met het bevaren van het schip. We waren er bijna, maar in die tijd kon natuurlijk van alles gebeuren.


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Ace - Piraat.

    "Vieze vuile rat, als je zo doorgaat, vermoord ik je met mijn blote handen. En daarna ga ik het vieren met een paar flessen rum, dus houdt je kop!" Echt vriendelijk klinkt het niet. Goed, Ace. Snel nadenken. Snel nadenken. Wat is het beste om nu te doen? Die meid is er eentje die je absoluut niet tegen je wil hebben, dus hopelijk is het 't waard. Ik bijt op mijn lip. Op hoop van zegen.
    'He bloooondiieee!' schreeuw ik. 'Ik wilde alleen de sfeer een beetje verlichten! Niks kwaads in de zin! Geloof me, je hebt nog nooit zo'n eerlijke en goedmenende man als ik ontmoet. En aangezien ik toch aan de genade van je heer en meester ben overgeleverd, zullen we er een fles bij pakken om de ellende te verdrinken? Nou, wat zeg je ervan? Blondie! Geef es antwoord! Kom op, ik heb geen wapen om naar te grijpen en ik ben nu niet bepaald een krijgsheer. Laten we die fles erbij pakken! Een paar slokjes kan toch geen kwaad? Niemand die het ziet.'
    Nog steeds geen reactie. Volgens mij krijg ik binnenkort echt een zwaard door mijn nek. Het is oppassen geblazen. Ik slaak een zucht, tot mijn blik op een vochtige plek in mijn cel valt.
    'Bloooooondiieeee!' schreeuw ik, nu paniekeriger. 'Groene schimmel in de cel! Weet je wat dat betekent? Een grootschalige epidemie als die plek niet gereinigd wordt! He, kom eens hier, ik meen het! Als je me hier niet uithaalt, besmet ik jou en de kapitein en iedereen op dit schip! Dan kun je lijken gaan slepen, zit je daar soms op te wachten? Haal me hieruit voor het te laat is! Ik kan toch geen kant op, of wel soms? Ik ben ongewapend! Je denkt toch niet echt dat ik een duik ga nemen in dat heerlijke zeewater met een rug die eruitziet als een rauwe biefstuk?! Ik meen het, laat me hieruit!' Ik druk me tegen de tralies om zo ver mogelijk van de plek te zijn.


    No growth of the heart is ever a waste

    Hahaha, omg geniaal. Ace is écht epic, maar ik denk niet dat mijn personage hem zo aardig en geniaal vind.
    Wait, ik ga straks schrijven.

    [ bericht aangepast op 18 maart 2013 - 17:51 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Asilah - rechterhand Captain Oliver
    Mijn geschreeuw hielp niet veel, want niet vlak daarna begon hij weer te schreeuwen. Godver, schold ik in mijn gedachten, het is er zó'n eentje. Ik rolde geïrriteerd mijn ogen en hield me voor het nog even aan te zien en er dus niet op te reageren. Dit hielp echter niet, want hij begon weer te schreeuwen.
    Goed, ik irriteerde me dus mateloos aan hem, dit had hij zelf verdient als ik hem met mijn blote handen vermoordde. We waren er bijna, het was dus ook logisch dat ik besloot dit schip straks aan te meren en hem dan aan zijn lurven van het schip te gooien. Ik hoopte dan eindelijk dat hij zijn bek eens zou houden, dan ben ik gelijk van het gezeur af.
    'Groene schimmel in de cel! Weet je wat dat betekent? Een grootschalige epidemie als die plek niet gereinigd wordt! He, kom eens hier, ik meen het! Als je me hier niet uithaalt, besmet ik jou en de kapitein en iedereen op dit schip! Dan kun je lijken gaan slepen, zit je daar soms op te wachten? Haal me hieruit voor het te laat is! Ik kan toch geen kant op, of wel soms? Ik ben ongewapend! Je denkt toch niet echt dat ik een duik ga nemen in dat heerlijke zeewater met een rug die eruitziet als een rauwe biefstuk?! Ik meen het, laat me hieruit!'
    Het schip meerde ik aan bij het strand en ik liet het anker omlaag zakken, waarna ik een boot alvast klaar deed om er zo in te gaan. Met snelle passen liep ik naar de cellen, om vervolgens mijn zwaard voor Ace zijn neus te voorschijn te halen. Mijn gezicht kwam vlak bij de tralies en mijn hand pakte zijn gezicht sterk vast. Expres drukte ik met mijn nagels in zijn wangen. "Als je me nog één keer fucking blondie noemt, dan steek ik een mes door je maag en gooi je overboord zodat je vissenvoer bent, savvy?" Mijn stem klonk dodelijker dan net, maar mijn blik was vol leedvermaak. "Voor het geval je mijn naam niet meer herinnert, het is Asilah. Moet ik het voor je spellen?" Ik nam er echter niet de moeite voor en deed de cel open, pakte hem weer bij zijn haren en deed behendig zijn handen op zijn rug. Mijn zwaard liet ik in zijn rug prikken en ik keek naar niets anders dan naar de jongeman. Ik liet me niet afleiden, door niets of niemand. "Laten we de Kapitein maar even bezoeken." En ik liep naar het dek om hem vervolgens in het bootje te duwen en er snel bij te komen zitten.


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Genesis
    Mijn huid plakte, en voelde nog weker aan dan normaal. De lelieblanke kleur was er enkel nog altijd. Ik was al enkele minuten geleden mijn aandacht verloren aan de woorden van de bemanningsleden. De meesten waren hoogstens grof, en anderen tamelijk brutaal. Mijn groene ogen gleden een moment naar het kolkende zeewater, waarna ik mijn jurk bedenkelijk gladstreek. Mijn krullende, matzwarte lokken voelden zwaar. Evenals de stekende pijn die steeds vaker leek te komen richting mijn hoofd. Was het de zon? Ik slaakte een ingehouden zucht, en streek toen enkele lokken uit mijn gezicht. Het zand leek mijn voeten op te slokken, en de zon mijn wangen te verbranden.
    De hitte deed niet veel goeds met mijn lichaam, daar was ik inmiddels achter. Mijn tong voelde pijnlijk droog aan, en ook de brok in mijn keel leek niet meer weg te gaan. Standvastig liet ik mijn blik een kort moment over de piraten gaan, om vervolgens met het puntje van mijn tong mijn zachtroze lippen te bevochtigen. Mijn blik bleef enkele seconden rusten op Nate. Even twijfelde ik of ik een gesprek zou beginnen, maar dat idee was al weer even snel weg. Met mijn linkerhand veegde ik zacht over mijn wangen. Tot mijn grote spijt nam dat de druk niet meer weg zoals ik had gehoopt. De zon leek mijn zicht te verwazigen. Met alle liefde zou ik nu de schaduw opzoeken, of achter Ace aan gaan. Want heel lang hield ik het niet meer uit. Het voelde tamelijk benauwd hier, iets dat niet goed was voor mijn droge longen die steeds verder dichtgeknepen leken te worden.

    Chaluwen - Stamhoofd
    Eindelijk. Eindelijk had ik mijn gezondheid terug, en kon ik mijn ziektebed verlaten. Met een grote glimlach streek ik het gordijn van mijn hut opzij, om vervolgens Lazehri - de dochter van de medicijnman van ons dorp - te begroeten. Vervolgens maakte ik een rondje door het dorp. Tijdens mijn afwezigheid had Aiyana mijn taak op zich gedragen, een echte leider, als ik de woorden van enkelen moest geloven. Helaas kwam ik ook snel achter nieuwe ondervindingen. Mijn ogen gleden een moment tussen de bomen. Aiyana was nergens te zien. Ik slaakte een zucht, en stopte bij een meertje om mijn gezicht even schoon te maken. Vervolgens glipte ik tussen de bomen, terug naar het dorp. Er verscheen een frons tussen mijn wenkbrauwen, terwijl ik kort omhoog keek naar de zon. De blanken waren hier niet zomaar. Ze wilden iets. Het leek me sterk dat ze hier voor de bomen waren. Het enige dat wij hen zouden kunnen bieden.. Mijn ogen werden groot. Ik schudde mijn hoofd kort, en zuchtte.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Ik mis nog veel personages.. Dus peepz, als jullie me willen PB'en [: Aangezien jullie zelf het beste weten waar je personage staat ongeveer.
    -moet ze namelijk nog in story en beginpost droppen.


    Aiyana Kateri Chestio
    "Nou, dan moet hij wel erg speciaal voor je zijn, als je helemaal hierheen komt voor hem, want je lijkt je hier niet echt thuis te voelen. Waarom denk je hem trouwens hier te vinden?" Ik moet weten of ze liegt, maar tot nu toe lijkt het daar niet op. Zwijgend bestudeer ik haar gezicht, ze is blank en heeft lichte haar en ogen die dezelfde kleur lijken te hebben als het water. Niet de schoonheidsidealen van ons volk, maar het past wel bij haar.
    "Zeg.. Het is heel attent van u dat u hier wil blijven om op me te letten, maar ik denk dat ik me wel red in mijn eentje. Ik verzoek u dus vriendelijk om te vertrekken, ik weet de weg nog wel terug te vinden. Als ik trouwens zo onbeleefd mag zijn.. ik weet nog steeds uw naam niet. Hoe heet u?” zegt ze plots. Pardon? Verbaasd kijk ik haar aan en trek dan arrogant mijn neus op. "Ik ben Aiyana Kateri Chestio en zolang mijn broer ziek is ben ik tevens de leider. Ík deel dus de bevelen uit, niet jij." Ik vernauw mijn ogen als ik haar aankijk. "Je moet blij wezen dat ik je het voordeel van een twijfel gegeven heb en zelfs een kans om te overleven doordat je tijdelijk bij ons mag verblijven, want in je eentje houd je het niet lang vol in natuur heb ik zo het idee, maar als je zo doorgaat kan je het vergeten. Als je bij ons wilt verblijven zul je je maar moeten aanpassen en zorgen dat je snel vaardig wordt in iets, want ik ben geen babysitter, vertel ik haar, lichtelijk geïrriteerd, en sta dan op. "Maar goed, als je beweerd de weg naar ons dorp zo goed te kennen, is het natuurlijk geen probleem als ik vertrek," zeg ik met gemaakte onschuldig in mijn stem. Ze is nog nooit in ons dorp geweest en het lijkt me niet iemand die weet hoe ze moet overleven hier, dus de kans dat ze de weg terug raad lijkt me inderdaad miniem. Ik plaats me handen in mijn zij en kijk haar aan. "Ik verwacht je straks in het dorp, als je het weet te vinden tenminste," de laatste woorden zeg ik iets zachter en dan verdwijn ik tussen het struikgewas. Misschien is het crue haar hier achter te laten, maar iets in me zegt dat ik haar niet moet vertrouwen, al lijkt ze me geen groot gevaar. Het wordt trouwens tijd dat ik Chaluwen eens informeer over de stand van zaken bedenk ik me. Met die gedachte nog in mijn achterhoofd betreed ik het dorp even kijk even rond, sommigen vrouwen zijn ijverig aan het werk met koken of potten maken en de meeste mannen zijn, gok ik, op jacht. Voor de rest ziet het erg rustig uit, maar er is één ding dat uit de toon valt en mijn lichaam met een opgelucht gevoel vult. Mijn broer staat in het dorp en het ziet er naar uit dat hij zich weer beter voelt, in tegenstelling tot een paar dagen geleden, en daarmee is dan ook mijn taak als leider weer voorbij. Ik zal hem dus ook moeten inlichten over de zaken waar ik zelf nog geen beslissingen over heb genomen, zoals het feit dat Oliver nadert, de dood van Phani, de jachten die slechter gaan.. Ik zucht zacht en stap vervolgens op hem af. "Broer," groet ik hem met een glimlach, "ik zie dat je je weer beter voelt?"


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Ace - Piraat.

    Ineens hoor ik hoe het anker uit wordt gegooid. Oh godverdomme, ik ben te laat. Bovendien levert dat schreeuwen me nog eens een schorre keel op.
    Ik hoor de voetstappen van Oliver's hulpje door de gangen galmen en ze rukt de deur naar de cellen open. Haar gezicht staat op onweer. Nog voor ik wat heb kunnen zeggen, zie ik het metaal van haar zwaard in het streepje licht blinken en grijpt haar vrije hand me bij mijn gezicht vast. Haar nagels krassen langs mijn wang. Echt prettig is dit gevoel niet. Als dan ook nog eens besluit mijn gezicht als krabpaal te gebruiken zet ik de tanden op elkaar om niet een pijnlijke schreeuw te geven. Dat plezier gun ik haar niet. Iemand zou dit stuk stront eens flink op haar donder moeten geven.
    "Als je me nog één keer fucking blondie noemt, dan steek ik een mes door je maag en gooi je overboord zodat je vissenvoer bent, savvy?" Ik slik, besluit niks te zeggen. Met het zwaard op me gericht en een hand om mijn mond wordt elke poging om uberhaupt wat te zeggen de kiem in gesmoord.
    "Voor het geval je mijn naam niet meer herinnert, het is Asilah. Moet ik het voor je spellen?" vervolgt ze denigrerend. Oh, dit wordt toch geen wedstrijd van wie het meest begaafd is in de letteren? Dat win ik. In mijn ogen is iets van triomf te zien, maar ze ziet het al niet meer en opent de deuren. Als ik in een gezonde toestand was, zou ik haar kunnen overmeesteren. Als ik dat nu probeer, zou ik wensen dat ik nooit geboren was. Verdomde rug.
    Ik word weer bij de haren gegrepen.
    'Godverdomme,' sis ik kwaad. Het zwaard in mijn rug maakt alles er niet makkelijk op. Ik laat mezelf in de sloep zakken en niet snel daarna volgt zij.
    'Laten we de kapitein maar even bezoeken.' 'Joepie,' voeg ik sarcastisch toe. Daar zat ik op te wachten. De vaart wordt zwijgend afgelegd. In mijn hart ken ik niks anders dan diepe minachting voor mensen zoals zij. Het zal haar vast wel bevallen, de reet van Oliver Dalton likken. Nou, in dat geval hoefde ik niet te klagen als ik in zijn bed heb gelegen, een baldadige actie die me meer trammelant zal opleveren dan ik ooit had durven dromen.
    In de verte zie ik iedereen al staan op het strand, inclusief Genesis. Ik wil zwaaien, maar besluit het niet te doen. Straks wordt zij ook nog gestraft. Daar zie ik Oliver wel voor aan.
    'Zeg Asilah. Zie je die mannen daar op het strand?' Ik kijk even achterom en wenk dan naar de bemanning van de Medusa. 'Ze zouden je allemaal aan hun zwaard rijgen als ze de kans kregen, na zich eerst met je vermaakt te hebben. En wie ben ik om ze ongelijk te geven? Oliver Dalton geeft niks om wie dan ook. Hij zou je vermoorden als je niet meer van waarde voor hem bent. Voor hem ben je niks meer dan een onderdaan en je zal ook nooit meer worden. Ik hoop voor jou dat hij je goed betaalt, want de prijs die jij gaat betalen als de kansen keren zal hoog zijn.' Ik gimlach flauwtjes, maar mijn ogen staan scherp.
    En de kansen gaan keren. Misschien niet vandaag, maar het zal gebeuren.
    ____________________________________________________________________________

    Oke guys, aangezien ik geen idee heb waar iedereen van de Poseidon uithangt, zet ik de hele bemanning voor het gemak neer op het dorpsplein zodat ze met de Aveloniers kunnen vechten. If anybody objects, please say so.

    Sygmund - Kapitein PM.

    Gedurende de wandeling terug naar het dorp vraag ik me af hoe zo iemand als Josephine Bellafonte hier ooit terecht kan komen. Ik vraag me ook af aan boord van welk schip. Want voor zover ik weet zijn er alleen de schepen van mij en van Oliver. Ik pers de lippen op elkaar. Ze zou toch niet echt een spion zijn? Maar als ze dat was, dan zou ze hier toch niet meer rondhangen en zo snel mogelijk terugrennen naar Dalton en zijn maatjes? Misschien hebben ze haar wel gedwongen te spioneren en zoekt ze nu toevlucht. Maar dan zou ze niet op zoek zijn naar die Ace, gezien het feit dat hij uithangt op de Medusa. Daar ga ik immers van uit. Bij onze bemanning zit geen Ace en het is overduidelijk geen inheemse naam.
    'Kapitein, de mannen zijn gereed.' Met die woorden haalt een lange zwartharige piraat me uit mijn gedachten. 'Gaan we de bergen in?'
    'Bijna. We krijgen een spoedcursus vechten van de Aveloniers.' Dat begrijpt hij niet.
    'Maar Engel, we hebben geruchten gehoord over Oliver. Als ze kloppen, dan hebben we toch geen tijd meer?' Ik knik.
    'De geruchten kloppen. En we hebben inderdaad weinig tijd meer. Daarom moeten we alles oppikken wat we kunnen. De dingen die we gaan leren kunnen van levensbelang zijn. Bovendien kunnen we bij een eventuele confrontatie niet bij het dorp in de buurt zijn. Ik weet dat enkele van Daltons mannen met pistolen rondlopen en ook wij hebben een paar schutters. Daar kan geen pijl en boog tegenop. Maar wat we wel moeten leren is zo goed mogelijk opgaan in de wildernis. Een onzichtbare vijand is namelijk niet te verslaan. We wachten op Ayiana en brengen een paar uur met hen door, daarna vertrekken we.'
    Dan nadert een klein groepje piraten ons.
    'He Engel, kijk eens wat wij hebben!' Mijn blik valt op de stokken die zij tussen hen in dragen. Mijn ogen worden wat groter. Het zijn heuse everzwijnen aan een stok gebonden. En een paar hoenderen.
    'We dachten, laten we u eens verblijden met een lekker maaltje.' Mijn mondhoeken krullen om.
    'Gooi maar alvast op het vuur. Goed gedaan jongens!' Misschien wordt het tijd om van mijn eigen bemanning te leren. Ze passen zich verbazingwekkend snel aan. Misschien komt het door de afwezigheid van drank. Hoe dan ook, worden hun vaardigheden steeds beter.


    No growth of the heart is ever a waste

    Asilah - rechterhand Captain Oliver
    'Zeg Asilah. Zie je die mannen daar op het strand?' Ik kijk even naar het strand en volg de beweging van Ace. 'Ze zouden je allemaal aan hun zwaard rijgen als ze de kans kregen, na zich eerst met je vermaakt te hebben. En wie ben ik om ze ongelijk te geven? Oliver Dalton geeft niks om wie dan ook. Hij zou je vermoorden als je niet meer van waarde voor hem bent. Voor hem ben je niks meer dan een onderdaan en je zal ook nooit meer worden. Ik hoop voor jou dat hij je goed betaalt, want de prijs die jij gaat betalen als de kansen keren zal hoog zijn.' Ik kijk emotieloos naar hem, maar kan het niet verbergen dat mijn tanden knarsen en mijn blik op een gegeven moment zo woedend en dodelijk staat, dat Ace anders nu al door mijn blik dood zou zijn gegaan. Maar helaas is dat niet zo. Ik kende Oliver Dalton langer dan dit levenloze gastje en dit vroeg gewoon om zoete wraak. Ik moest aan Blake denken en aan hoe hij mij beschermd heeft tegen alle gasten die mij pijn wilde doen, die mij überhaupt kwaad wilde doen. Ik mis hem zo erg. Voor even kwam er een zachte, trieste blik op mijn gezicht, maar ik verban deze al snel en zet mijn muur weer op.
    Ik besluit het eens anders aan te pakken en denk diep na, terwijl ik mijn zwaard even naast me neer leg, maar het handvat nog steeds stevig vasthoudt. Mijn ogen richten zich weer direct op Ace en ik kijk hem doordringend aan. Er volgt een grijns op mijn gezicht en ik buig me voorover naar hem, terwijl ik het zwaard achter zijn nek neerleg, weet ik dat het shirtje dat ik aanheb wat openstaat, ik dus inkijk heb en hij hier perfect uitzicht op heeft. Ik lik even over mijn lippen en doe mijn ogen verleidelijk dicht en open. Ik laat mijn vingers zacht over zijn wang glijden en ik kijk even met een charmante blik naar hem. 'Als jij maar de eerste bent die zich met mij vermaakt,' Fluister ik daarna in zijn oor en ik geef hem een kus in zijn nek. 'daar wordt ik dan zo blij van, hé,' Het kwam er nu wat sarcastisch uit en ik ga weer normaal zitten. 'Roei nou maar snel verder en houdt die praatjes voor je, Ace.' Dit was de eerste keer dat ik hem bij zijn naam noemde en het was gelijk de laatste keer. Ik stak het zwaard weer naar hem en de muur kwam weer op mijn gezicht. Ik kon niet wachten tot we op het strand waren ik tegen Oliver kon zeggen.

    [ bericht aangepast op 2 feb 2012 - 17:47 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Genesis doesn't like Asilah.. :').
    Ik ben bijna thuis, dan post ik met beiden.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Haha ooh lololol :'DD.


    No growth of the heart is ever a waste

    Ace - Piraat.

    Het blijft even stil achter me en ik verwacht elk moment of een klap in mijn nek, of het moment waarop ze zo razend wordt dat ze me overboord gooit. Misschien had ik toch mijn kop moeten houden, bedenk ik me als ik wat nerveus op mijn lip bijt. In een 1 op 1 gevecht zal ik wellicht in staat zijn te kunnen winnen, maar ik ben mooi buitenspel gezet door het feit dat zij een wapen heeft en ik.. nou ja, niks. Ik slaak een inwendige zucht en roei door. Goh, had ik maar de geest van Dzjenghis Kahn. Die man had pas ballen. En zie mij hier rond dobberen op een roeibootje, met een vrouwelijke cipier die me in de gaten houdt. Het had een leuke seksuele fantasie kunnen zijn, als het niet zo veel pijnlijke kanten had.
    Dan komt er toch een reactie van Asilah, maar deze is totaal anders dan de uitbarsting die ik verwachtte. Ze stapt naar voren zodat ze tegenover me komt te zitten. Dan buigt ze zich naar voren zodat haar schouders bijna de mijne raken en niet veel later voel ik haar zwaard tegen mijn adamsappel, om te voorkomen dat ik wat uitvreet. Ik weet me even geen raad met deze plotselinge ommezwaai, maar mijn ogen slaan al gauw hun voordeel uit de situatie en glijden als vanzelf naar het openstaande deel van haar blouse. Ik voel me ineens betrapt en probeer mijn gezicht strak in de plooi te houden.
    Dan komt haar gezicht wel heel dicht bij het mijne. Ze knippert met haar ogen en even, heel even ben ik ervan overtuigd dat de moordzuchtige sadist Asilah een heel ander karakter heeft gekregen. Is het de duivel die met me zit te spelen? Om er nog een schepje bovenop te gooien, likt ze langs haar lippen en strijkt met een vinger langs mijn wang.
    'Als jij maar de eerste bent die zich met mij vermaakt,' fluistert ze in mijn oor. Mijn ogen worden zo groot dat ik niet in staat ben om ook maar iets te zeggen. 'Daar word ik dan zo blij van, hé,' voegt ze toe. Op het moment dat ik een bijdehante opmerking heb geformuleerd in deze heel bizarre situatie, kust ze me in mijn nek en legt me zo opnieuw het zwijgen op. Zowel geest en lichaam weten zich totaal geen raad met de situatie, dus ik blijf hier verbouwereerd zitten. Dan komt ze weer overeind.
    'Roei nou maar snel verder en houd die praatjes voor je, Ace,' vervolgt ze op haar normale commanderende toon. Zwijgend begin ik te roeien, nog steeds niet helemaal bekomen van de schok.
    Ben ik, Ace Johnson, de roofzuchtige dronken piraat waar zo'n beetje iedereen voor wegholt, zojuist seksueel geintimideerd door een vrouw? Dat zou zelfs mijn moeder niet geloven.
    Ik krab aan het hoofd. Deze wereld is te ingewikkeld voor me...
    Als we het strand naderen kijkt de hele bemanning ons met dezelfde grote ogen aan als ik destijds had.
    'Jij bent gezegend, jongen,' zegt iemand voorzichtig en geeft me een vriendschappelijke stomp. 'Zowel gezegend als vervloekt,' mompel ik.

    [ bericht aangepast op 2 feb 2012 - 18:36 ]


    No growth of the heart is ever a waste