Yentl
Ik zwaaide mijn arm een beetje omhoog, en besefte dat mijn arm nat was. Nat? Hoe kon dat dan? Ik voelde over mijn hele lichaam. Nat. Alles nat. Was dit dan... Ik tilde mijn benen op, en bewoog met mijn armen. Water, ja. Water. Maar, hoe kon ik dan hierin ruiken, ademen en leven? Vast één of ander spuitje. Juist ja. Ik zwom naar boven. Mijn lichaam leek ontzettend veel te wegen. Ik kwam boven, en haalde diep adem, terwijl ik mijn haren uit mijn gezicht streek. Waar was ik in godsnaam? Ik zie dat andere mensen me verdwaasd aankijken, waarna ze achter me wijzen, waar een zee van vlammen onze kant op komt.
'Het is water. Niet giftig. Drinkbaar.' mompel ik, terwijl ik op het gat wijs. Vanaf hier lijkt het een oneindig diep ravijn.
Un rêve peut mourir mais on n'enterre jamais l'avenir.