Cordeliae schreef:
'Gezellig, ik verheug me er nu al op!' zei Helen opgewekt. Ze pakte het sleuteltje van de handboeien tussen haar decolleté vandaan en maakte hem los. 'Zal ik je dan maar voor nu laten gaan?' Ze gaf hem zijn stok terug.
‘Bedankt,’ mompelde Jasper. Gelukkig liep ze niet naar het kampeerveld toe, maar keerde ze terug naar binnen.
Bij de tentjes aangekomen zag hij Cyrith voor zijn tent zitten. Er stond een lamp op de tafel. ‘Hé. Mag ik erbij komen zitten?’
Hoewel Cyrith het vriendje was van zijn beste vriendin, had hij niet het gevoel dat hij de jongen goed kende. Natuurlijk, hij wist wat hij de afgelopen jaren had doorgemaakt, maar ze hadden haast nooit een gesprek met zijn tweeën gevoerd. Alleen in zijn eerste jaar, toen hij Cyrith iets te duidelijk had gemaakt dat hij Lotte niet aan het lijntje moest houden.
‘Ja hoor.’
Jasper kon van zijn gezicht niet aflezen of hij blij was met gezelschap of juist niet.
‘Vermaak je je hier een beetje?’
Cyrith haalde zijn schouders. Het was zijn enige reactie. Jasper verbeet een zucht. Voordat Cyrith allerlei gruwelijkheden onderging, was hij ook al zo stil geweest en had hij niet gevonden dat Lotte erg bij hem paste.
‘Hoe is het feest?’ vroeg Cyrith, alsof hij Jaspers gedachten had gehoord en het tegenovergestelde wilde bewijzen.
Jasper was blij dat hij een vraag stelde. Zelf wist hij niet wat hij moest zeggen. Hij wist dat de jongen alleen maar voor zijn tent had gezeten en al op de eerste dag op de camping een hallucinatie had gehad. Hij dacht niet dat hij DJ alleen zou durven laten als dat haar overkwam, maar Lotte had daar duidelijk minder moeite mee.
‘Het was gezellig, maar erg druk.’ Hij aarzelde, maar vertelde toen de echte reden dat hij was weggegaan. ‘Mijn been begon zeer te doen. Ik moest even zitten. Op een plaats waar ik niet de hele tijd naar dansende mensen hoef te kijken.’
In een zekere zin was Cyrith de enige die wist hoe het voelde om bepaalde dingen niet meer te kunnen. Ze waren beiden de functie van een belangrijk lichaamsdeel kwijtgeraakt, al kon hij zich onmogelijk voorstellen hoeveel je zag met één oog. Maar het kon niets anders dan doodvermoeiend zijn.
‘Helen wachtte me buiten op.’ Hij draaide met zijn ogen. ‘Maakte me vast met handboeien en liet me pas gaan als ik beloofde een dag met haar op stap te gaan.’ Hoewel hij zich daar groen en geel aan had geërgerd, was het een luchtiger onderwerp dan hun verwondingen.
Een zweem van een grijns kwam op Cyrith gezicht. ‘Ze is erg vasthoudend.’ Zijn gezicht betrok. ‘Een familietrekje, wellicht.’
Lotte had hem weleens verteld over de voorgeschiedenis tussen Ashlee en Cyrith, en dat ze geen ‘nee’ kon accepteren. Het was inderdaad een beangstigend familietrekje. Jasper beet op zijn wang toen hij zich realiseerde dat het gesprek weer op Ashlee was uitgedraaid. Alsof er gewoon niets anders om over te praten was.
‘Is je revalidatieperiode helemaal voorbij?’ vroeg Cyrith. Hij leek hetzelfde geredeneerd te hebben, maar wilde blijkbaar niet zijn kop in het zand steken.
‘Ja. Al een tijdje.’
Beter dan dit wordt het niet. ‘En die van jou?’
‘Ik heb alleen nog gesprekken met de psychiater.’
Jasper was blij dat zijn sessies met de psycholoog voorbij waren. Het was niet zijn ding geweest. ‘Helpt het?’
Cyrith tuurde peinzend langs hem heen. ‘Ik weet niet. Ik moet steeds alles opnieuw oprakelen, het is doodvermoeiend. Ik heb nog niet het gevoel dat ik er beter van word, maar ze zullen het wel weten…’
‘Ja, daar zou ik maar op vertrouwen. Bovendien komt Lotte straks weer naar Nederland. Dat moet ook helpen.’
‘Ja, zeker. Ik weet dat Steve en Ashlee dood zijn, maar toch maakte ik me zorgen om haar.’
Jasper knikte begrijpend. Dat had hij al als DJ een kwartier te laat thuiskwam, al had dat haar nooit verteld. Misschien omdat het vanzelfsprekend leek. De meeste van hen hadden op het punt gestaan om een geliefde te verliezen. Zoiets ging je niet in de koude kleren zitten. Die angst die daarmee was opgeroepen, ging nooit helemaal weg.
Every villain is a hero in his own mind.