Ik zit in mijn laatste schoolexamen week en heb morgen mijn minst favoriete vak: wiskunde! <3
Zoals gewoonlijk ben ik weer lekker veel te laat begonnen en zit ik nu wanhopig kris kras door het boek allerlei sommen te maken. De laatste hoofdstukken gaan wel, maar ik zit hopeloos vast op een simpeler onderdeel: kansberekening.
Ik heb geleerd dat je combinaties (nCr op je rekenmachine) gebruikt, wanneer je een steekproef doet zonder 'terug te leggen'. In mijn boek staat deze som:
In een klas zitten 28 leerlingen van wie 16 een baantje hebben. 5 van hen werken meer dan twaalf uur per week. Onderzoeker Postma benadert de leerlingen uit deze klas telefonisch. Hij gaat door met bellen tot hij iemand treft die twaalf uur of minder per week werkt.
> Bereken de kans dat Postma vier leerlingen moet bellen.
Antwoord:
^Dat snap ik!
Maar... Een soortgelijke vraag beantwoordt het boek weer heel anders, namelijk, zonder combinaties:
Van de jongeren heeft 40% geen baan, 15% werkt twaalf uur of minder en 45% werkt meer dan twaalf uur. Een onderzoeker benadert de jongeren telefonisch, totdat hij iemand treft met een baan van twaalf uur of minder.
> Bereken de kans dat de onderzoeker minstens vijf keer moet bellen.
groter
Maar waarom gebruiken ze hier dan geen combinaties?!1!11
Ik ben gefrustreerd. Ik hoop heeeel erg dat iemand dit kan uitleggen.
i put the fun in funeral