• Avalerion or Alerion is a mythological bird. It was "rather small, yet larger than an eagle" and lived near the Hydaspes and the Indus according to European medieval geographers and bestiaries, which were possibly based on a description by Pliny. Only two of the birds were said to exist at a time. A pair of eggs was laid every 60 years; after hatching, the parents drowned themselves. Alerions have been seen in coats of arms, most often depicted as a bird with no beak and feathered stumps in place of legs or no legs at all.


    Alerion
    Ilerion


    Er broeit iets onder de mens. Iets groots. De regering kan het voelen. Zíj kunnen het voelen. Maar wie zijn zij? Straatkinderen. Voor de meeste mensen is dat wat zij zijn. Onbetekenend. Afval. Deze kinderen die hun ouders uit het oog of uit het hart verloren zijn. Kinderen van ouders die misschien zelfs dood zijn. Kinderen die er helemaal alleen voor stonden. Een klein getal werd misschien opgenomen in weeshuizen, wellicht geadopteerd. Maar geaccepteerd? Nee. Dat nooit helemaal. De kinderen waren hoe dan ook op henzelf aangewezen. Totdat hun leven compleet veranderde. Plotseling. Als een donderslag bij heldere hemel.


    Natuurlijk wisten deze kinderen al op jonge leeftijd dat zij stuk voor stuk uniek waren. Maar dat ze waren voorbestemd voor iets dat de wereld zou kunnen veranderen? Nee. Dat was hen nooit verteld. Wie wilde hen immers in bescherming nemen tegen de projecten die de regering aan het voorbereiden was? Op een bepaald punt in hun leven veranderde die status. Hun levens en gaven raakten verwikkeld met elkaar.
    Er was eindelijk iemand die luisterde, iemand die hielp. Iemand die hen kon leiden. Iemand die hen iets heel bijzonders gaf. Ze ontwikkelden gaven.
    Helaas hadden deze gaven tot gevolg dat de kinderen, inmiddels eerder jongeren, enorm interessant werden voor onderzoekers en wetenschappers. Op een enkeling na wonen zij nu allemaal in onderzoekscentra.”


    Ze wonen hier niet vrijwillig. Veel buitenstanders noemen het een gesticht. Sommigen omdat zij denken dat deze begiftigde jongeren gek zijn, of zelfs een andere diersoort. Ze vrezen hen.
    Een enkeling noemt het zo in de wetenschap dat de behandeling in deze inrichting afgrijselijk is, en dat eenieder die deze ondergaat nooit hetzelfde zal zijn. Als hij of zij überhaupt nog levend naar buiten komt.
    Dag en nacht worden onmenselijke tests en onderzoeken op de jongeren afgevuurd. Wie zich niet aan de regels houdt wacht een gruwelijke straf.
    Tot een zeker punt lijkt de Redder, waarvan zij dachten dat die bestond, te zijn vergeten. Toch blijft er hoop groeien onder de begaafden, en deze hoop doet leven. Sommigen zeggen zelfs contact te kunnen leggen met de Redder. Geestelijk en kort, maar het is nieuwe informatie. Opdrachten die naar vrijheid kunnen leiden.

    Hun aanwezigheid in de inrichting is niet het enige dat de begaafden met elkaar gemeen hebben. Langzaam en niet geheel zonder moeite komen zij achter elkaars gaven, levens, hun gevechten en hun littekens. Ze zijn stuk voor stuk hetzelfde, en al voelt het totaal niet zo, ze zijn gezegend met gaven om grootse dingen te kunnen doen.



    Wat ze zelf niet weten, is dat een mythisch wezen, een vogel, hen onder haar vleugels heeft genomen. Hun 'Redder' is dan ook niet zomaar een persoon - maar een machtig en vrij wezen. Precies zoals de meesten van hen ook graag zouden zijn.
    Eén van de dingen die Alerion hen gaandeweg heeft ingefluisterd, is dat er van elke gave maar twee mensen bestaan die hem kunnen bezitten.
    Deze zullen zich sterk tot elkaar aangetrokken voelen, al hoeft dat niet seksueel te zijn. Het zijn ook lang niet altijd mensen van het tegenovergestelde geslacht. Hun band is sterk, geestelijk gezien, en zelfs als zij het niet bewust willen, zullen zij vaak perongeluk in elkaars buurt verkeren. Zo niet, is hun telepathie nog een tweede mogelijkheid op contact. Want hoewel sommigen (twee, als het er dus is) met iedereen kunnen telepatheren, is de connectie tussen 'zielsverwanten'
    altijd het sterkst gebleken. Voor velen is het verhaal van de zielsverwanten echter een sprookje: binnen de inrichting bestaat niet zoiets als liefde. Daar heeft de regering wel voor gezorgd - denken ze.
    Een zeer naar, en nog onopgelost detail aan de begaafden, is de jonge leeftijd waarop de meesten van hen heengaan. De regering is al sinds het begin nieuwsgierig naar deze ontwikkeling in het verloop daarvan, maar vele begaafden kunnen het zelf niet eens bevatten.
    Denk eens in: is het logisch voor een fit, jong persoon om voor de dood te kiezen? Nee. Dat is het allesbehalve.
    Toch zijn er begaafden die gemakkelijk de zestig halen.
    Waarom? Nageslacht. Dat lijkt het voor de hand liggende antwoord.
    Alerion schonk iedere begaafde zijn of haar kracht bij de geboorte, al ontdenken sommigen dit pas later. Zij liet hen leven met de zweem van macht, en verbond hen in koppels om vele van hen ware liefde te geven. Maar wat is de prijs van al die privileges?
    Niet lang nadat een begaafde zijn of haar genen heeft doorgegeven - zullen de krachten en het leven dat deze persoon ooit bezat - wederom opgeëist worden door Alerion.

    Deze RPG speelt zich af in een van de onderzoekscentra waarover je gelezen hebt. Rollen zijn hybriden (deze begaafde jongeren dus), onderzoekers of beveiliging. Onderzoekers mogen absoluut NIET zachtaardig zijn.




    Verhaallijn: (grijs is al geweest c: )

    De onderzoekers besluiten (worden overtuigd?) dat het een goed idee is met de hybriden naar buiten te gaan om te zien welk effect de frisse lucht, verschillende plaatsen etc. op hen hebben.
    Een paar hybriden weten te ontsnappen, maar zijn al snel teruggevonden. De rest wordt snel teruggebracht naar het centrum. Elliott en Stevie-Ann hebben seks. Rosper vindt ze en brengt ze terug.

    Tijdsprong van 9 maanden


    Stevie-Ann bevalt van een kindje en weet zichzelf op de een of andere manier in haar badkamer te verdrinken, alsof ze niet anders kan, gedwongen. De onderzoekers vinden de baby niet interessant en een van de hybriden (misschien Lucy, omdat die Stevie-Ann’s zielsverwant is? Iemand anders mag ook.) neemt de zorg voor het kleine wezentje op zich. Stevie doet Rosper aan zijn verleden denken en hij draait door om haar dood.
    Wat de onderzoekers echter wel interessant is, is wat Stevie-Ann gedaan heeft. Ze beginnen een afschuwelijk onderzoek om de relatie tussen nageslacht en sterfte te onderzoeken (hier kan nog veel creativiteit in geprut worden, qua hoe het onderzoek eruit ziet. Als het maar gruwelijk is.).

    Vanwege deze gruwelijke behandeling beginnen de hybriden een opstand. Dit is waar Avalerion in beeld komt (al kwam de dood van het eerder genoemde meisje natuurlijk ook door haar). Avalerion bestookt al een tijdlang iemand met opdrachten (Ik stel Elliott of Daniel voor, maar als iemand anders volunteert?) en tijdens de opstand neemt zij kort bezit van diens lichaam. Dit heeft tot gevolg dat deze persoon iemand ongezien afslacht (onderzoeker of bewaker lijkt mij het meest logisch, maar als daar niemand bij is die dood mag kan een hybride ook wel).

    Door het besef wat hij/zij gedaan heeft draait hij/zij door en begint meer mensen uit te moorden. Een aantal hybriden schaart zich achter deze persoon, een ander deel gaat ertegen in de aanval. Er ontstaat een heuse oorlog, waarin uiteindelijk iedereen een kant gekozen heeft.

    Een van de twee groepen weet door middel van gaven uit te breken. (Ik stel voor dat dit de groep is waar Alex toe behoort. Als we zorgen dat hij in een van de kamers van de onderzoekers kan komen (door anderen hun vechtgaven) kan hij uit het raam kijken en samen met een hybride die in staat is vanbuiten de deur te openen naar buiten teleporteren. Zo kan de rest dan ook naar buiten.)

    De andere groep hybriden zitten nog een tijd onder extra strenge bewaking vast, maar weet uiteindelijk ook te ontsnappen.


    Ontsnapperds uitstapje: Elliott, Stevie-Ann, Cloe, Myrcella.


    Regels:

    Niet alleen meiden aanmaken.
    Geen ruzie OOC.
    Geen Mary sue's.
    OOC tussen haakjes. {}[]()
    Minstens 10 regels.
    Tenzij anders aangegeven open alleen ik de topics.
    Langdurige afwezigheid melden.
    Speel met de ander mee, blokkeer niet.
    Niet alleen 1 op 1 spelen.
    Je personage draagt altijd een uniform, verdere versiering zoals sieraden zijn niet toegestaan.
    Huisdieren natuurlijk ook niet.

    Lees andermans posts, a.u.b. Dit is wel zo sociaal...



    Deze kleding krijgen hybriden van het centrum. De onderzoekers dragen een labjas of een pak, inclusief stropdas. Dat ligt eraan wat ze gaan doen.


    De tekst in het plaatje is niet zo heel duidelijk. Onder mannelijke hybriden staat "Mily's (Natsune's vorige gebruikersnaam) advies iets te letterlijk genomen" en onder vrouwelijke hybrides "Maar dan zonder stropdas".
    De hybriden krijgen geen schoenen, en lopen dus op blote voeten.


    Rol: (Hybride/onderzoeker/bewaking)
    Naam:
    Leeftijd: - Hybride tussen 12 en 25, medewerker tussen 23 en 100-
    Geslacht:
    Uiterlijk: -inclusief foto('s)-:
    Innerlijk:
    Gave: -indien Hybride-
    Extra:


    Rollen tot nu toe:

    Hybriden:
    Nathan James Gibson - 22 - Plaatsen dingen in andermans hoofd - Avalerion - Rollenstory - Zielsverwant -
    Relaties met anderen: Paisley's zielsverwant, ingewikkelde relatie met Myrcella, vindt Eladore wel oké, sluit practisch iedereen buiten (mentaal).

    Alexander Evan “Alex” Anderson - 18 - Teleportatie - Avalerion - Rollenstory -
    Relaties met anderen: Raffaël's vriendje, bevriend met Lavina, vindt iedereen op het eerste gezicht aardig, pas wanneer je het tegendeel bewijst heb je Alex tegen je (wat ook niet zo'n heel groot probleem is, overigens).

    Elliott Layton King - 19 - Doden of verlammen door gedachten - IAmLightning - Rollenstory
    Relaties met anderen: Lucy's broer, voelde zich door Avalerion erg aangetrokken tot Stevie-Ann en is de vader van haar kindje, vond Lavina ooit geloof ik wel leuk (niet overdreven, of dat er daadwerkelijk iets mee gebeurde), vindt Alex vermoedelijk weird omdat deze op hem crushte, voor Raffaël.

    Raffaël Seager - 17 - Vliegen - Xionn - Rollenstory -
    Relaties met anderen: Alex' vriendje, ongeveer bevriend met Lavina, maar dit kan omslaan in rivaliteit.

    Blane - 19 - Onzichtbaarheid - Xionn - Rollenstory -
    Relaties met anderen: Is opgevoed door de onderzoekers en heeft met de andere hybriden weinig contact omdat hij slecht in staat lijkt te zijn tot sociale interactie.

    Galain Herpïon - 19 - Weer beïnvloeden - LordoftheAir - Rollenstory -
    Relaties met anderen: broer van Lydia.

    Andrew Forrest - 18 - Alles in menselijk vermogen in een keer kunnen/maken - jasonreina - Rollenstory -
    Relaties met anderen: bevriend met Lucy.

    Cain - 17 - Perfect zicht in het donker - Lunair - Rollenstory -
    Relaties met anderen: ...lijken er niet te zijn.


    Lavina Tara Carré -17- Transformatie - Burglar - Rollenstory -
    Relaties met anderen: Bevriend met Alex en Raffaël, verliefd op Alex.

    Eres Elena Slowayk - 21 - Kracht - Pwettyness - Rollenstory -
    Relaties met anderen: ...lijken er niet te zijn

    Cloe Marianne Feline Rivière - 17 - Energie controleren/gebruiken/aftappen voor/van planten - annickemiek - Rollenstory - Stand-by -
    Relaties met anderen: ...lijken er niet te zijn.

    Myrcella Rhaella Baratheon - 24 - Symplysatie (verdubbelen vervelende emoties) - Pwettyness - Rollenstory -
    Relaties met anderen: tweelingzus van Eladore, voelt zich aangetrokken tot Nathan (het is tot nu toe best wel een haat/liefde-relatie).

    Stevie-Ann Carter - 16 - Tekeningen tot leven wekken - Avalerion - Rollenstory - Zielsverwant -
    Relaties met anderen: kijkt op tegen professor Rosper en ziet hem als een soort vaderfiguur, Lucy's zielsverant, moeder van Elliott's kind.

    Lucy Mary King - 15 - Tekeningen tot leven wekken - IAmLightning - Rollenstory - Zielsverwant -
    Relaties met anderen: zusje van Elliott, zielsverwant van Stevie-Ann, bevriend met Andrew.

    Lydia Herpïon - 16 - Mensen in slaap zingen - Susye - Rollenstory -
    Relaties met anderen: zusje van Galaïn.

    Eladore Quaralena Baratheon - 24 - Mensen blij maken - Pwettyness - Rollenstory -
    Relaties met anderen: tweelingzus van Myrcella, sort of bevriend met Nathan (voor zover hij daartoe in staat is).


    Onderzoekers:
    Dean Edward Collin Rosper - 27 - Burglar - Rollenstory -
    Relaties met anderen: ziet in Stevie-Ann zijn verloren zusje en behandelt haar ook zo, kan aardig met andere onderzoekers opschieten.

    Emile William Jack Starlek - 30 - annickemiek - Rollenstory - Stand-by -
    Relaties met anderen: kan aardig met andere onderzoekers opschieten. Heeft stiekem een oogje op Valesca, dacht ik.


    Valesca Tatiana Charina Raevenwood - 25 - Avalerion - Rollenstory -
    Relaties met anderen: kan met andere onderzoekers opschieten, heeft nauwelijks emoties en is hierom ook niet echt in staat tot het aanleggen van diepzinnige relaties.


    Beveiliging:
    Tzin - tussen 24 en 26 - LordoftheAir - Rollenstory -
    Relaties met anderen: is bevriend met medebewaker Ponne.



    Mensen die niet meer reageren en dus overgenomen of gedood kunnen worden:
    Als jij de bedenker van een van deze rollen bent, maar er wel mee door wilt moet je het vooral zeggen. Dan spijt het me dat ik je er te vroeg tussen gezet heb.
    Josephine Eve "Josy" Valo - Hybride - 19 - Hatsumomo - Rollenstory
    Caine Douglas Wayne - Onderzoeker - 32 - Miserere - Rollenstory
    Deana Collins - Onderzoeker - 24 - Cesaria - Rollenstory
    Daniel Michael Gabriel DiRosilia - Hybride - 20 - Incedunt - Rollenstory
    Nicole Lauraine Harvard - Bewaker - 31 - BromoneaPulp - Rollenstory
    Hieronymos Yaromir Hertz - Onderzoeker - 78 - BromoneaPulp - Rollenstory
    Guinevere Maeve "Gwynn" Warren - Hybride - 13 - Cesaria - Rollenstory
    Connor Marten McGary - Hybride - 21 - Creaturi - Rollenstory
    Jake Douglas Jonshon - 15 - Van uiterlijk veranderen - XbrownieX - Rollenstory
    Andrew Landon James - Hybride - 16 - Weet wat anderen van hem denken - xAlways - Rollenstory
    Hadley Maverie Pastor - Hybride - 17 - Nog geen gave ingevuld - Goldwing - Rollenstory
    Maere Rose Lostock - Hybride - 16 - Telekinese - Traitor - Rollenstory
    Paisley Marybell Couvler - 17 - Mensen aanvallen met hun eigen onzekerheden door haar blik - Interaction - Rollenstory - Zielsverwant



    Het centrum is aan de buitenkant een betonnen blok, en ramen zijn er alleen in de kamers van de onderzoekers.

    De rollenstory
    Story met alle posts

    Vorige linkjes c:

    [ bericht aangepast op 30 maart 2014 - 16:19 ]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    Pwettyness schreef:
    EDIT : Oke Elaatje gaat wel zeggen wie ze is xd


    [Yay!]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    Eladore Quaralene Baratheon.

    ‘Dat was overdreven.’ word mijn richting op gebromd en mijn hoofd houd ik schuin als ik naar hem kijk. Waar had hij het over?
    ‘Ehh… Sorry, maar waarom ben ik hier en wie ben jij?’
    Vriendelijk kijk ik hem dan aan. Hij zucht diep en kijkt weer richting zijn boek met een mompelende. ‘Oh, man. Niet weer.’
    Weer kijk ik hem verbaasd aan, en interesse begint in me op te wakkeren. " Hoe bedoel je niet weer? " Twee paar paarsige ogen kijken gelijk vol blijdschap en nieuwschierigheid.
    Dit keer kijkt hij op, mij recht aan en ik schenk hem dan een lieve glimlach. " Die zijn hartstikke mooi om te lezen hoor."
    ‘Serieus, Myrcella. Dit is niet grappig. Doe normaal of laat me met rust.’ Een frons vormt zich op mijn gezicht als hij me bij mijn zus haar naam noemt. " Ik ben Mycrella niet hoor. Je verward me met haar, Eladore. Haar zusje. Al is er geen Mycrella meer.. is er mij verteld." Een aantal tranen zwellen op in mijn ogen en algauw glijden ze geruisloos over mijn gezicht heen. " Z-ze zeggen dat ze ongeveer negen maanden geleden in coma is geraakt en.. en.. dat ze gestorven is. " Natuurlijk was dit alles niet waar, maar wat wist zij er nu van? Dat is wat haar verteld was toen ze haar zus op wou zoeken.


    Yeah, and people in hell want Slurpees.

    [ Elaaw cries. Mycrella you bitch O.< ]


    Yeah, and people in hell want Slurpees.

    Nathan James Gibson

    ‘Hoe bedoel je niet weer?’ Die vraag negeer ik. Myrcella hoeft echt niet te weten hoe het tussen Paisley en mij ging.
    Dichtbundels.
    ‘Die zijn harstikke mooi om te lezen, hoor.’
    Nee, joh. Captain Obvious. Waarom denk je dat ik deze hier heb?
    ‘Serieus, Myrcella. Doe normaal of laat me met rust.’
    Fronsend, aarzelend formuleert ze haar antwoord.
    ‘Ik ben Myrcella niet, hoor. Je verwart me met haar, Eladore, haar zusje. Al is er geen Myrcella meer, is er mij verteld.’
    Het kind begint te huilen.
    ‘Z-ze zeggen dat ze ongeveer negen maanden geleden in coma is geraakt en… en… dat ze gestorven is.’
    Dat is nieuw voor me. Niet goed wetende wat ik moet doen of voelen duw ik haar mijn glas water toe en wend me zwijgend tot mijn boek.
    Ik wil niet denken, niet voelen, en dus duw ik het weg. Niet het boek. De dingen in mijn hoofd.
    Het is makkelijker dan toen bij Paisley, omdat ik me mentaal voor Myrcella niet echt opengesteld had, maar dan nog. De dood is altijd een trieste aangelegenheid, hoewel ik niet zeker weet of ik dit verhaal moet geloven.
    Misschien is dit wél de echte Myrcella, of verzwijgen de onderzoekers gewoon van alles voor dat zusje van haar.
    Daar zie ik ze zo voor aan, hoewel ik niet van plan ben het uit te zoeken.


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    Cain

    Ik word weer wakker, voor de tweede keer. De pijn is volledig weg, nog geen idee wat er gebeurt is maar ik kan weer lopen. Ik voel geen kou maar dat is logisch, ik zit namelijk wel weer binnen. Ik loop mijn kamer uit door de gangen heen. Veel jonge mensen zie ik maar ik loop onopvallend om ze heen. Mompelend loop ik verder, ik probeer wat deuren maar de meeste zitten op slot. ''Waar ben ik, waar ben ik, waar ben ik, waar ben ik!'' Bij de deur waarvan ik denk dat het de uitgang is trap en sla ik keihard ertegenaan. ''Kom op mensen waar ben ik, ik heb hier niks te zoeken!''
    Mijn knokkels zitten weer is onder het bloed, dit is normaal voor mij maar toch voelt het anders nu. Het is een raar gevoel maar het is geen pijn, toch voelt het stukken erger dan pijn, voor ik het weet gaam er allerlei tranen rond mijn wangen en ik snap mijn eigen gevoel. Ik praat in mezelf: ''Angst, dat is hoe dit heet, hahahahaha (*huilende lach*) kom op, ik word wakker, ik herinner me pijn en nu word ik alweer wakker en ik voel niks meer. Is dit straf?'' Ik val op mijn knieën in wanhoop en ik schreeuw: ''Is dit straf? Straf voor alles wat ik heb gedaan?! Straf omdat ik wilde leven maar als wild beest achter gelaten ben?! Straf omdat ging vechten voor mijn leven zoals het in de vrije natuur ging?! Hahahahaha jullie kunnen niet winnen van mij, dan sluiten jullie mij maar op toch?! Hahahaha!'' Ik raak weer buiten adem, en realiseerde me hoe zielig dit eigenlijk klonk. ''Dit is dus wanhoop.'' Ik ga tegen de muur zitten, en ik staar naar beneden. De tranen druppelen helemaal over mij heen.

    Eladore Baratheon.

    Snel houden de tranen op, en weer met het bijna stralende gezicht kijkt ze naar Nathan. Even denkt ze diep na, en kijkt naar de bundel die hij leest, en een klein oud gedichtje dat mijn oma altijd zei zodat ik me wat beter voelde zei ik zachtjes en keek Nathan aan.
    Als de wereld stopt met draaien
    Als alle lichten doven
    Als de sterren verdwijnen
    Als de zee alleen nog maar zand is
    Als de bloemen verwelken
    En het gras niet meer groeit
    Als de regenboog vergaat
    En de dag donker blijft
    Als de vogels niet meer fluiten
    Denk dan even aan iets anders
    Draai je eigen wereld rond
    Steek alle lichten aan
    En vraag het aan de sterren
    Gooi water over het zand
    Help de bloemen weer rechtop
    Verf een regenboog in de lucht
    En geef de dag weer licht.
    " Dat is hoe je het zou moeten doen. Ook al ken ik je niet, je moet jezelf blij houden. Je niet laten vallen voor de somberheid van deze kliniek en blij door het leven gaan voor zo lange je deze hebt." Ze legde voorzichtig een hand op zijn schouder en lacht hem bemoedigend toe. " Dus wat er ook gebeurd, een glimlach werkt op veel dingen." Iewat van haar gave stuurt ze over, even voelt ze een soort.. blokkade tegen de vrolijkheid die ze hem doorstuurt, maar algauw komen en kleine stukjes bij hem binnen, en ze hoopt genoeg om hem een beetje vrolijk te maken. " Weet je trouwens misschien hoe ik gedag kan zeggen tegen Myche? Want geen gedag zeggen is ook zo.. gemeen, vindt je niet.?" Ze probeert vrolijk te klinken, wat aardig lukt.


    Yeah, and people in hell want Slurpees.

    [Ik denk dat het tijd wordt dat iemand tegen Cain aanbotst.
    Van mijn personages is alleen Valesca/Raevenwood beschikbaar, maar misschien heb je liever een personage van iemand anders.
    (Alex = met Raff; Nathan... *wijst naar boven*; Stevie ligt te sterven in Rospers bed. Een soort van. Bijna. Ik wil haar nog niet laten gaan. :'D)
    Ik ga nu denk ik nog een klein Alexpostje schrijven en dan naar bed.

    Sophie? Wil je Lavina bij hem binnen laten wandelen of komen wij zo naar haar toe?
    Ik neem aan dat ze elkaar vandaag meeten, in ieder geval?]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    Alexander Evan “Alex” Anderson

    Ik ben bijna teleurgesteld door hoe snel hij op mijn opmerking reageert. Bijna. Raffaël’s lach is aanstekelijk, en ik kijk verrukt naar hem terwijl hij me eten opschept en zelf ook wat neemt. Hij maakt er een heel kunstwerkje van, zoals hij het bereidt en dan opeet. Zelf doe ik het simpeler. Ik eet gewoon alles om beurten op, los van elkaar. Ik moet mijn best doen geen lelijk gezicht te trekken bij de vieze, verzuurde smaak van de soep en de kleffe broodjes. Raffaël lijkt hier daarentegen op geen enkele manier las van te hebben. Misschien werkt zijn manier echt wel. Ik puzzel met het ontbijt om er zoiets als hij van te maken.
    Wanneer ik een hap neem ril ik. Goed. Dat hielp voor geen meter.
    ‘Raff? Je smaakpupillen zijn óf gigantisch onderontwikkeld, of emotioneel erg sterk.’ gniffel ik, met tranen in mijn ogen door het vieze eten. ‘Ik hoop dat laatste.’ Mijn wenkbrauwen wiebelen op en neer, en ik duik lachend in elkaar voor een mogelijke speelse klap. Dat ziet er waarschijnlijk heel suf uit, gezien zoiets eigenlijk niets voor hem is. Stilletjes vervolg ik mijn eetproces, maar stop wanneer ik zie dat Raffaël me aanstaart. Hij heeft zijn gezicht verborgen achter zijn haar, maar… ‘Ik heb je wel door, idioot.’
    Eten terwijl iemand je zo strak in de gaten houdt is een beetje als een trap oplopen terwijl iemand je benen vasthoudt. Ze vallen ongeveer op dezelfde hoogte in mijn schaal van ongemakkelijke situaties. Nummer een blijft toch liefdesverklaringen van mensen voor wie ik zoiets niet terug voel, of gewoon meisjes.
    Wanneer mijn honger weg is en ik die starende ogen echt niet meer aankan sta ik op en begeef me al zingend naar de klerenkast om daar een shirt te pakken. Die had ik nog niet aan.

    I was all for you
    You fell over my love
    I just can't afford it this time


    Ik maak een prop van mijn shirt en houd het als een microfoon voor mijn mond, voordat ik het aantrek.
    Door mijn knieën en voorovergebogen schreeuw ik het couplet, terwijl ik vluchtig op en neer beweeg met mijn bovenlichaam.



    Heres a story
    Just bare with me
    Met a drug that changed my life
    Something like a classic movie
    Just one look
    All stopped with time

    Let her in through these very veins
    Cursing through these tired bones
    Numb my body
    Healed my heart
    Soothes my mind and
    Eased my soul


    Het woordje “her” vervang ik waar het nodig is door “him”. Al zingend gooi ik het shirt uiteindelijk over mijn hoofd en huppel naar Raffaël, die ik met niet eens zo heel veel moeite op mijn rug weet te hijsen. Ik hoop voor hem dat hij zijn ontbijt op heeft, want ik heb persoonlijk geen geduld meer. ‘Die band is geweldig. Ik heb ze twee keer live gezien voor ik hier kwam. Hoe dan ook… Wat gaan we vandaag doen?
    Zie je hier iets?
    Of hier?’
    Nog altijd vloeien de tonen uit mijn keel terwijl ik mijn vriendje met een sneltreinvaart van de ene naar de andere plek teleporteer.

    These are the memories between us
    Let it go
    And let live again

    I was all for you
    You fell over my love
    I just can't afford it this time


    Wanneer ik van de inspanning duizelig begin te worden stop ik. ‘Hier dan? Zegt u het maar, majesteit. Ik heb mijn kalmeringsritueel weer gehad voor vandaag. Nou ja. Ongeveer. Je maakt me gewoon blij.’




    [Sorry if my fangirling bores/annoys people. Dit is die band waar ik nog een keer heen wilde, die ik laatst postte. ;p ]

    [ bericht aangepast op 3 dec 2013 - 22:46 ]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    {Okay, dit gaat heel sad worden. Nee, irriteert totaal niet c:
    Sorry, beetje onhandig bezig. Hier hélemaal onder staat de hele post. Lavina komt z.s.m.}

    [ bericht aangepast op 4 dec 2013 - 9:16 ]


    Tijd voor koffie.

    Dean Edward Collin Rosper
    Ik haal diep adem. Buiten adem, mijn ogen wijd opengesperd, met gigantische pupillen. Ik hang tegen een wasbak aan. Wat is dit? De herinneringen waar ik negen maanden lang met succes heb tegen gehouden, komen boven, zonder genade. Ik bijt op mijn lip en ik voel hoe het zweet op mijn voorhoofd staat. Maar ik weet dat het nu nog lang niet voorbij is, Zo genadig zijn mijn hersenen niet. Het begint nu pas.
    Het is al negen of tien uur. Ik heb Lizzie nog steeds niet gevonden, en langzamerhand begin ik toch een beetje bezorgd te worden. Waar kan ze zijn? Ze had twee uur geleden al op de afgesproken plek moeten staan, maar ze is er nog steeds niet. Ik wordt niet aangevallen, mensen zijn bang voor mij. Maar ondanks dat mijn zus stukken ouder is dan ik, is niemand bang voor haar. Elizabeth Korina Rosper is zachtaardig en lief. De littekens die mijn ouders in haar hebben gemaakt, uitten zich door zorgzaamheid, in plaats van kilheid. Lizzie is alles wat ik niet ben: Ze is een geweldig persoon.
    Ook Naïef.

    Ik begin nu echt te stressen. Het koudzweet staat me op de rug. Ik zie mijn Lizzie nergens. Het is donker: Al elf uur, misschien tien. “Lizzie?” Roep ik aarzelend, maar dan luider; “Lizzie!”
    Na een halfuur heb ik mijn keel schor geschreeuwd, maar ik blijf doorgaan. Als ik net nog een keer wil uithalen om helemaal door de wijk heen te klinken, hoor ik zacht geroep. “Dean!” Ik ren op het geluid af, ik keer naar links, zie een steegje. Daar ligt ze. Ze heeft geen kleren meer aan, ze wordt bedekt door een oude jas. Ze bloed, dat zie ik. “Dean,” zegt ze nu, zachtjes, vermoeid. Ik voel hoe er iets breekt. Ik spring over Lizzie heen, ren verder het steegje in. Als ik het silhouet van een gedaante zie, ren ik harder, harder dan ooit. “BLIIJF STAAN JIJ!” Brul ik. De jongen keert zich om. Hij heeft kort zwart haar, dat om zijn gezicht heen piekt. Drie andere jongens rennen weg. De jongen in kwestie blijft staan, zijn gezicht vormt een grijns. Een sadistische grijns. Ik ben verbaasd- Hij lijkt niet bang te zijn. Ik ben zo verbaasd, dat ik aan de grond genageld lijk te zijn. Ik hijg, kijk geschrokken op. Net als ik over mijn verbazing heen ben, en wil gaan bewegen, grijnst hij breder, en verdwijnt. Hij loopt niet weg, rent niet weg, kruipt niet weg, hij verdwijnt. Wordt een met de mist. Ik schreeuw van woede. Ren op de plek af waar hij drie seconden geleden nog stond, maar het heeft geen zin. De jongen is weg. Ik sla woedend om me heen, ik roep en brul nog meer. Gebroken loop ik terug. Ik doe mijn jas uit, trek het overhemd uit dat daar lag, en drapeer het over mijn zus heen. Ik til haar op en neem haar naar huis.


    Ze had geen kans. Ze overleefde het niet. Ze overleed een maand na de geboorte van het kind. Wie weet waar dat kind uiteindelijk gebleven is. Ik lette er niet op, net zoals mijn ouders niet op Lizzie en mij gelet hebben. Ik trap woedend tegen de wasbak, die in stukken spat. Er komen wat druppels uit de gemolde kraan, hij begint later te sproeien. Ik trap en sla in het rond, ik maak gefrustreerde geluiden, die van een dier.
    Als ik het voor het zeggen had gehad, was Lizzie al voor de bevalling doodgegaan, zo had ik haar het leed van het kind op haar arm bespaart. Ik begin te huilen. Het begint met tranen die over mijn wangen lopen, die ik moeizaam probeer terug te vechten. Ik glij langs de muur omlaag. Het tranen gaat over in huilen, waarbij ik geluiden maak van verdriet. Ik verberg mijn ogen achter mijn vingers en huil, voor het eerst sinds de dag dat Lizzie haar baby kreeg.

    Ik hoor geluiden uit de kamer komen. Lizzie is wakker. Ik sta op, wrijf de tranen uit mijn ogen, en schaam me omdat ik mijn zelfbeheersing verloren ben.
    ”Het spijt me” Fluister ik tegen het niets, en loop de badkamer uit.

    Als ik beweging zie bij Lizzie’s bed, loop ik ernaartoe.. Ik buk, zodat ik op ooghoogte van Lizzie zit. Maar het is Lizzie niet. Waar bij haar lang, golvend, bruin haar zat, zit bij Stevie-Ann piekerig, kort haar. Net zoals die- Ik bijt op mijn vuist. Ik zit op ooghoogte van Stievie/Ann, en wacht tot ze wakker wordt, of gewoon haar ogen open doet. Ik strijk met een hand het haar uit haar gezicht, teder. Ik zal vluchten, samen met haar. Desnoods nemen we het kind op onze arm mee. We kunnen ver weg gaan, naar Braziliè. Ik zal me voorstellen als haar vader. Vader en Dochter, of broer en zus. Nichtje en neefje. Ze opent haar ogen. `Goedenmorgen.` Fluister ik.


    Tijd voor koffie.

    Dean Edward Collin Rosper
    Het is donker, maar ik ga de gordijnen niet opendoen. Ik lig op de bruine vloer met middelzachte vloerbedekking. Ik kreun zachtjes door de slechte nacht die ik heb gehad. De nachtmerries zijn terugkomen, wat niet meer gebeurt is sinds mijn jeugd. Negen maanden terug begonnen de nachten. Ik werp een blik op het bed waar iets in beweegt, maar maak haar niet wakker. Besluitvol sta ik kreunend op, strek me een keer uit, en begeef me naar mijn badkamer. De Hybriden delen een badkamer, de onderzoekers hebben een eigen. Ik stel persoonlijke hygiëne behoorlijk op prijs, dus ik ben blij dat we een eigen badkamer hebben. Het felle tl-licht verblind me vrijwel meteen, en ik kan niet zien voor de eerste paar minuten. Als ik langzaam met mijn ogen knipper, lijkt het een beetje minder te worden. Na een paar minuten besef ik me hoe slecht ik me voel. Ik ben moe, en lijk wel een kater te hebben. Meedogenloos tegenover mezelf was ik mijn gezicht met ijskoud water, en gooi het over mijn lichaam. Als ik me dan nog steeds niet beter voel, laat ik de kraan lopen, en dompel mijn gezicht onder, zodat de kraan overstroomt. Ik woel door mijn natte haar, bekijk mezelf in de spiegel. Ondanks het feit dat ik nog steeds behoorlijk knap ben, heeft mijn lichaam de laatste paar maanden behoorlijk geleden. Ik ben wat magerder, maar nog steeds gespierd. Mijn gezicht is bleek, en ik heb donkere wangen. Verder heb ik weinig aan te merken. Ik zucht, ik heb geen zin om te douchen, of iets anders. Eigenlijk heb ik helemaal nergens zin in. Langzaam probeer ik mijn gedachten te ordenen. Het onderzoekerscentrum, daar ben ik nu. Vind ik het leuk? Die vraag laten we open. De afgelopen negen maanden lijken alles veranderd te hebben. Onderzoekers. Valesca. De laatste tijd irriteer ik me alleen maar aan ze, Valesca is een psychotische neuroot, Starlek een labiele sul. En ik? Ik zit tussenin. Ik laat het niet merken: Ik weet wel beter. Het is grappig Valesca proberen los te laten komen. Maar eigenlijk vind ik het helemaal niet grappig meer.

    Ik ga verder. Hybriden. Zijn het monsters? Die vraag laat ik open. Stevie-Ann. Ik haal diep adem. Zij is de enige persoon om wie ik geef. De enige die ik heb. Zij is op dit moment mijn wereld. Ik dediceer mijzelf nu aan haar. Ik laat het zo min mogelijk merken aan de anderen, doe alsof ik haar onderzoek.
    Haar buik groeit, negen maanden al. Het kan ieder moment zover zijn. En dan? Ik heb Starlek en Raevenwood horen praten: De baby zal nooit veilig zijn. De onderzoeken zijn zo wreed, zo gewelddadig, zo vreemd- En ik ben een van hen. Ik zal proberen te vluchten. Ik neem Lizzie mee. Lizzie en ik-
    Geschokt open ik mijn ogen. Niet Lizzie. Stevie-Ann. Lizzie is er niet meer. Stevie-Ann wel. Lizzie heb ik niet gered. Stevie-Ann wel. Lizzie heb ik gered, Stevie-Ann niet. Nee, omgekeerd, Stevie-Ann is Lizzie, nee, Lizzie is iemand, niet Stevie-Ann. Wie is Lizzie? Stevie-Ann? Wie-

    Het is een mistige avond. Het weer is guur, alles raakt donker. De lantaarnpalen geven een schokkerig licht af. Het is een griezelige avond. Precies de avond uit een horrorfilm, maar ik hoef niet bang te zijn. We wonen niet bepaald in een gevaarlijke wijk, en bovendien is iedereen banger voor mij. Maar ik weet niet waar Elizabeth is. Mijn oudere zus, drie jaar ouder dan mij. Met onze ouders hebben we geen van beiden een band, die zijn toch niet thuis. Met elkaar wel, wij zijn elkaars houvast. We zorgen voor elkaar. Als Lizzie op kamers gaat, mag ik misschien wel met haar mee. Ik verheug me erop. Weg van thuis, samen met mijn zus, de enige die ik heb.

    Ik haal diep adem. Buiten adem, mijn ogen wijd opengesperd, met gigantische pupillen. Ik hang tegen een wasbak aan. Wat is dit? De herinneringen waar ik negen maanden lang met succes heb tegen gehouden, komen boven, zonder genade. Ik bijt op mijn lip en ik voel hoe het zweet op mijn voorhoofd staat. Maar ik weet dat het nu nog lang niet voorbij is, Zo genadig zijn mijn hersenen niet. Het begint nu pas.
    Het is al negen of tien uur. Ik heb Lizzie nog steeds niet gevonden, en langzamerhand begin ik toch een beetje bezorgd te worden. Waar kan ze zijn? Ze had twee uur geleden al op de afgesproken plek moeten staan, maar ze is er nog steeds niet. Ik wordt niet aangevallen, mensen zijn bang voor mij. Maar ondanks dat mijn zus stukken ouder is dan ik, is niemand bang voor haar. Elizabeth Korina Rosper is zachtaardig en lief. De littekens die mijn ouders in haar hebben gemaakt, uitten zich door zorgzaamheid, in plaats van kilheid. Lizzie is alles wat ik niet ben: Ze is een geweldig persoon.
    Ook Naïef.

    Ik begin nu echt te stressen. Het koudzweet staat me op de rug. Ik zie mijn Lizzie nergens. Het is donker: Al elf uur, misschien tien. “Lizzie?” Roep ik aarzelend, maar dan luider; “Lizzie!”
    Na een halfuur heb ik mijn keel schor geschreeuwd, maar ik blijf doorgaan. Als ik net nog een keer wil uithalen om helemaal door de wijk heen te klinken, hoor ik zacht geroep. “Dean!” Ik ren op het geluid af, ik keer naar links, zie een steegje. Daar ligt ze. Ze heeft geen kleren meer aan, ze wordt bedekt door een oude jas. Ze bloed, dat zie ik. “Dean,” zegt ze nu, zachtjes, vermoeid. Ik voel hoe er iets breekt. Ik spring over Lizzie heen, ren verder het steegje in. Als ik het silhouet van een gedaante zie, ren ik harder, harder dan ooit. “BLIIJF STAAN JIJ!” Brul ik. De jongen keert zich om. Hij heeft kort zwart haar, dat om zijn gezicht heen piekt. Drie andere jongens rennen weg. De jongen in kwestie blijft staan, zijn gezicht vormt een grijns. Een sadistische grijns. Ik ben verbaasd- Hij lijkt niet bang te zijn. Ik ben zo verbaasd, dat ik aan de grond genageld lijk te zijn. Ik hijg, kijk geschrokken op. Net als ik over mijn verbazing heen ben, en wil gaan bewegen, grijnst hij breder, en verdwijnt. Hij loopt niet weg, rent niet weg, kruipt niet weg, hij verdwijnt. Wordt een met de mist. Ik schreeuw van woede. Ren op de plek af waar hij drie seconden geleden nog stond, maar het heeft geen zin. De jongen is weg. Ik sla woedend om me heen, ik roep en brul nog meer. Gebroken loop ik terug. Ik doe mijn jas uit, trek het overhemd uit dat daar lag, en drapeer het over mijn zus heen. Ik til haar op en neem haar naar huis.


    Ze had geen kans. Ze overleefde het niet. Ze overleed een maand na de geboorte van het kind. Wie weet waar dat kind uiteindelijk gebleven is. Ik lette er niet op, net zoals mijn ouders niet op Lizzie en mij gelet hebben. Ik trap woedend tegen de wasbak, die in stukken spat. Er komen wat druppels uit de gemolde kraan, hij begint later te sproeien. Ik trap en sla in het rond, ik maak gefrustreerde geluiden, die van een dier.
    Als ik het voor het zeggen had gehad, was Lizzie al voor de bevalling doodgegaan, zo had ik haar het leed van het kind op haar arm bespaart. Ik begin te huilen. Het begint met tranen die over mijn wangen lopen, die ik moeizaam probeer terug te vechten. Ik glij langs de muur omlaag. Het tranen gaat over in huilen, waarbij ik geluiden maak van verdriet. Ik verberg mijn ogen achter mijn vingers en huil, voor het eerst sinds de dag dat Lizzie haar baby kreeg.

    Ik hoor geluiden uit de kamer komen. Lizzie is wakker. Ik sta op, wrijf de tranen uit mijn ogen, en schaam me omdat ik mijn zelfbeheersing verloren ben. Ik schaam me omdat ik Lizzie niet heb kunnen beschermen. Het spijt me.
    ”Het spijt me” Fluister ik tegen het niets, alleen mijn spiegelbeeld als publiek, en loop de badkamer uit.

    Als ik beweging zie bij Lizzie’s bed, loop ik ernaartoe.. Ik buk, zodat ik op ooghoogte van Lizzie zit. Maar het is Lizzie niet. Waar bij haar lang, golvend, bruin haar zat, zit bij Stevie-Ann piekerig, kort haar. Net zoals die- Ik bijt op mijn vuist. Ik zit op ooghoogte van Stievie/Ann, en wacht tot ze wakker wordt, of gewoon haar ogen open doet. Ik strijk met een hand het haar uit haar gezicht, teder. Ik zal vluchten, samen met haar. Desnoods nemen we het kind op onze arm mee. We kunnen ver weg gaan, naar Braziliè. Ik zal me voorstellen als haar vader. Vader en Dochter, of broer en zus. Nichtje en neefje. Ze opent haar ogen. "Goedenmorgen." Fluister ik.

    [ bericht aangepast op 4 dec 2013 - 9:17 ]


    Tijd voor koffie.

    [Een sadistische grijns. Ik ben verbaasd- Hij lijkt niet bang te zijn. Ik ben zo verbaasd, dat ik aan de grond genageld lijk te zijn. Ik hijg, kijk geschrokken op. Net als ik over mijn verbazing heen ben, en wil gaan bewegen, grijnst hij breder, en verdwijnt. Hij loopt niet weg, rent niet weg, kruipt niet weg, hij verdwijnt. Wordt een met de mist.

    Zielsverwant voor Alex? o.o
    Kan interessant worden, maar ik wil hem niet verdorren door hem aan zo'n creep te koppelen, dus laten we het er maar gewoon op houden dat ze niet telepáteren zolang ze elkaar niet kennen (wat waarschijnlijk ook nooit gebeurt). :'D
    Telepórteren doen ze al. Die zin was geen nuttige toevoeging, maar de gelijkenis verwarde mijzelf, dus besloot ik het eronder te zetten.]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    [ Voor Cain wil ik Eresje wel gebruiken :3 ]


    Yeah, and people in hell want Slurpees.

    [Schrijf er maar mee:) Meteen een start]

    [Sorry dat ik het nog eens post. Don't mean to bother anyone, maar ik ben van de derde plek verstoten (8 dagen voor het einde va de contest) en ik probeer stemmen te krijgen. .-.
    So pweeeez vote. <3

    Hier. C:]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.