• ||Rollentopic||
    ||Praattopic||

    Zes tieners komen in een internaat terecht omdat ze “onhandelbaar” zijn. Eigenlijk zijn deze tieners helemaal niet zo onhandelbaar. Het word ze ingeprent en altijd maar gezegd. Ja, misschien drinken ze af en toe wat, of hebben ze een rookverslaving. Zijn ze daardoor meteen onhandelbaar? Ze worden zo gemaakt door hun ouders.
    Deze tieners zitten in het internaat om ze manieren bij te leren, maar eigenlijk word alles tien keer zo hard opgehaald; ”Je bent een nietsnut!”, “Ik snap wel waarom je ouders je hierheen gestuurd hebben.”, “Denk je echt dat je wat gaat bereiken met je leven?”, “Misschien moet je eens na gaan denken wat je wel kan.” Gewoonweg harteloos, schofterig en onmenselijk.
    Als de tieners iets niet doen wat de begeleiders vragen te doen, of een grote mond hebben krijgen ze meteen slaag of worden opgesloten in hun kamer voor een aantal uur. Een keer zonder eten naar bed word ook niet over geslagen. Naar buiten kunnen de tieners ook niet. Alle deuren zitten op slot. En als ze naar buiten willen kunnen ze alleen maar in de, met prikkeldraad en hekken, afgezette tuin. Die is ook niet groter dan een paar vierkante meter.
    De regels zijn streng. Om tien uur ’s avonds, hoe oud je ook mag zijn, gaan de lichten uit, de kamers gaan op slot en de camera’s die op de gang hangen gaan aan.
    Als ze niet op tijd zijn voor het ontbijt, de lunch, of voor het avondeten heb ze pech gehad, dan eet je maar niet.

    De tieners hebben er genoeg van, ze willen af van dit leven, het leven in het internaat waar je niets mag en altijd maar braafjes moet blijven zitten. Waar je word uitgescholden voor alles en nog wat.
    Wanneer het maar kan, en er geen van de begeleiders bij is[wat maar zelden gebeurt], maken ze plannen. Deze plannen zijn om te ontsnappen, hoe ze de sleutels te pakken kunnen krijgen, wanneer de wissel is van de begeleiders en wanneer de camera’s uit zijn.
    Zal het de tieners lukken? Of zullen ze tot ze volwassen zijn vast blijven zitten in dit vreselijke internaat…


    Rollen
    Begeleiders: [max 4]
    - Gereserveerd door Deceiver
    -
    - Max Maze Titan||28|| Ninuturu
    - Daniel Green||35 || Sofinite

    Tieners :
    Jongens: -vol-
    - Elias Bradley Wilkerson ||16 1/2|| Merthur
    - Thomas Puck Knight ||18||DreamerN
    - Harry Noah Lucas Green ||17|| XILoveHarryX

    Meiden -vol-
    - Amélia Talbot ||17|| Cas
    - Alicia Rose Eastwood ||17|| Winterwolves
    - Arely Moya Ginessa ||18|| Eavan
    Internaat;



    Hoe de tuin is afgezet;


    Het is onmogelijk om over de hekken heen te klimmen, aangezien ze met stroom voorzien zijn. Ook zit er prikkeldraad omheen waar je zeer gemakkelijk je handen aan open haalt.

    De slaapkamers;




    Regels :
    -Maximaal 1 persoon per Q’er. Als er niet genoeg mensen meedoen kan ik deze regel nog aanpassen.
    -Ik wil graag een beetje schommeling tussen de leeftijden en de innerlijken van de personages!
    -Het minimum aantal regels per post is 8. Hou je alsjeblieft aan deze regel.
    -Reserveringen blijven 24 uur staan, daarna komt de plek vrij voor een ander.
    -Weet zeker dat je mee wilt doen, ik wil geen mensen die na een dag al stoppen.
    -Bestuur alleen je eigen personage.
    -Geen perfecte personages, iedereen heeft wel zijn mankementen.
    -Wacht minimaal 2 á 3 posts voor jij weer reageert, ik wil geen sneltrein.
    -Alleen Albion opent een nieuw speeltopic/praattopic tenzij anders vermeld.
    -Graag wat ervaren RPG’ers.
    -OOC tussen haakjes graag, om verwarring te voorkomen.
    -16+ is toegestaan


    We beginnen met de aankomst bij het huis, het is ronde de middag, de begeleiders zijn binnen in en de tieners moeten nog aankomen of zijn net aangekomen. Ze moeten zich melden bij een van de begeleiders en krijgen dan hun kamer toegewezen. Dit gaat op willekeurige volgorde.

    Reageer gelieve niet zo snel achter elkaar, geef andere ook wat ruimte en tijd om te reageren. Het liefst nu nog even te wachten tot er vier posts na de jouwe zijn.

    [ bericht aangepast op 8 mei 2013 - 22:05 ]


    Egal was kommt, es wird gut, sowieso. Immer geht 'ne neue Tür auf, irgendwo.

    [Mijn topics]


    Your make-up is terrible

    ||Elias Bradley Wilkerson||

    Naarmate ik dichter bij de plek kom van het internaat, word het donkerder. Alsof er een donkere gloed over deze plek hangt. Ergens ben ik wel blij dat mijn vader heeft besloten om me het huis uit te gooien, maar iets minder agressief had misschien ook wel gemogen. Ik kijk rond, er was geen plek om te zitten hier in de bus. Wanneer hij met een schok tot stilstand komt weet ik mezelf nog net op tijd vast te houden aan de gele stang in het midden. De deuren openen en ik pak mijn koffer, ik check me uit en stap de bus uit. Onderzoekend kijk ik om me heen. "Waar moet ik heen," mompel ik en ik begin te lopen.
    Na een tijdje lopen kom ik aan bij een splitsing, links is een stadje en rechts is een groot veld. Heel erg in de verte zie ik iets blauwachtigs door de bomen. Een blauw dak, dat is wat het internaat heeft. Ik pak mijn koffer weer op en begin over het grindpaadje te lopen. Het grind kraakt onder mijn voeten en ik loop flink door. Nog donkerder, dat is wat het word. Deze plek heeft echt iets raars, het voelt ook gewoon vreemd. Maar ik moet blij zijn dat ik van huis weg ben. Zo kan Alain lekker alle aandacht krijgen. Ik ga het hier veel beter hebben, hoop ik.
    Het huis nadert al en ik voel hoe fris het ineens word, een frons komt op mijn gezicht en ik rits mijn vest dicht. Ik open het hek waarachter het huis zich verschuilt en zet een stap naar binnen. Achter me valt het hek weer dicht en ik loop het pad over naar de voordeur. Ik bijt op mijn lip en kap de ijzeren deurklopper vast, vervolgens laat ik hem drie keer tegen de deur aankomen. Nu maar wachten tot deze open gedaan word.

    [Elias is nu wel nog een beetje aardig, maar zijn kutkarakter is niet ver weg. hahah]


    Egal was kommt, es wird gut, sowieso. Immer geht 'ne neue Tür auf, irgendwo.

    [Mijn topics.]


    It's not that I don't love our little talks, it's just... I don't love them. ~ Loki

    (Mijn pudding toetje)


    "Find peace in who and what you are." — Saphira

    Daniel Green, begeleider
    Geduldig stond ik bij de ingang te wachten totdat de eerste mensen kwamen. Dit vond ik altijd wel een spannend moment, je wist nooit wat voor mensen er nu weer in het internaat terecht kwamen. Ik had mijn mooiste pak aangetrokken voor deze dag, ik wilde indruk maken. Ik moest controle en macht uitstralen en dat kon je niet doen in een hawaii-shirt en een korte broek. Het liefst maakte ik alle tieners meteen bang met alle horrorverhalen over de vorige tieners, al was dat wel moeilijk. De meeste tieners die hier kwamen waren wel wat horror gewend. De eerste weken zijn altijd het moeilijkst; je moet ze regels leren, iets wat ze thuis nooit meegekregen hebben. Dat vind ik zelf ook het moeilijkst, omdat ik soms wat losser met de regels kan zijn. Het waren niet veel tieners deze keer, volgens mij maar zes als ik goed op de lijst gekeken heb. Ik was grotere groepen gewend, maar ik vond dit ook prima. Ik keek op mijn horloge en zag dat het al net iets na drie uur was. De tieners hadden hier eigenlijk al moeten zijn, maar meestal zijn ze toch later. Iedereen probeert nog om weg te komen, zodra ze dit gebouw zien. Ik kon niet wachten totdat de laatste tiener binnen zou komen en ik het hek kon sluiten. Als het hek eenmaal gesloten is, kom je hier niet meer uit.

    [ bericht aangepast op 8 mei 2013 - 22:31 ]

    {Yeah (: Oh, toch nog maar eventjes : Mijn topics, ga zo / straks / morgen beginnen aan mijn eerste post.}


    Credendo Vides

    Amélia Talbot

    Ik zit in de auto, het is compleet stil de zachte radio na. Het raam is dicht en het is warm in de auto. Degene die voorin zit ken ik niet eens echt, het is een vriend van mijn nieuwe pleegvader die toevallig deze kant op moest, waardoor ik hier afgezet kan worden. Ze zijn bang dat ik wegloop als ze me alleen laten reizen, waardoor ik nu in de warme auto zit. Ik zou bijna een moord doen voor een zuchtje wind, maar helaas zou ik dat nog niet eens durven. Mijn ogen durf ik ook niet te sluiten, ik blijf alles angstvalling in de gaten houden voor het geval dat. Ik weet niet wat het geval moet zijn, maar toch doe ik het. Het is een gewoonte geworden.
    Over het internaat heb ik verschillende gevoelens. Ik vind het wel prettig dat ik nu misschien een vaste, betere plek krijg om te leven, maar aan de andere kant ben ik bang voor wat zich er bevind, wie zich er bevinden en wat er daar gebeurt. Ik heb het niet zo op onbekende veranderingen waardoor ik steeds opnieuw en opnieuw op mijn nagels begin te kauwen. Mijn linkerarm is al helemaal ruw van het gekrab eraan en ik heb mijn mouw er ver genoeg overheen getrokken zodat ik het nu even niet meer kan doen. Het is niet iets waarmee ik wil beginnen. Het liefst probeer ik zo normaal mogelijk te lijken, maar helaas was mijn pleegvader boos omdat ik niet goed genoeg ingepakt had en had hij me een behoorlijk pak rammel gegeven waardoor ik weer eens wat plekken moest verbergen. Zo eentje heb ik nog nooit gehad, niet zo'n agressieve, waardoor ik blij ben dat ik weg kan.
    De auto stopt voor een hek, nadat we een stuk over een grindpad gereden zijn. De dikkige man voorin werpt een ongeduldige blik op me vanuit de spiegel en ik stap gehaast uit, terwijl ik mijn tassen met me mee trek. Zodra ik de deur dichtsla, vertrekt de auto alweer. Ietwat verloren kijk ik de kleine, blauwe auto na en zucht ik, om mijn tassen zo goed mogelijk te pakken en duw het hek open met mijn schouder. Als ik er doorheen loop, valt hij krakend achter me dicht. Verderop zie ik al een jongen bij de deur staan, waardoor ik langzamer ga lopen en op mijn ademhaling begin te letten zodat ik geen paniekaanval krijg. Natuurlijk zijn hier mensen, wat had ik dan gedacht? Uiteindelijk kom ik ook bij de deur aan en geef ik de jongen een korte glimlach. Ik durf niet te vragen of hij al geklopt heeft.


    Your make-up is terrible

    Alicia Rose Eastwood

    Met een zucht kijk ik naar buiten, en kijk toe hoe de bomen voorbij komen. Ik wou dat mijn broer hier zou zijn, hij zou me moed in spreken over het internaat. Maar mijn ouders lieten dat niet toe, ze vonden het 'onverstandig' als hij mee zou gaan. Ze willen gewoon niet dat Dave het internaat ziet waar ik naartoe word gestuurd. Nou, ik wou dat ze het mijn niet zouden willen laten zien. Het liefst zou ik nu uit de auto springen en keihard wegrennen, maar ik betwijfel of ik het overleef als ik uit de auto spring.
    Na een tijdje rijden we in the middle of nowhere, en komt een heel erg groot huis te voorschijn, eigenlijk komt het meer in de buurt van een villa.
    Als we de oprit oprijden stopt de auto, en ik stap uit. Zonder iets te zeggen pak ik mijn tassen en sla de deur dicht. Mijn ouders rijden meteen weg. Mooizo, want ik zou het denk ik niet lang meer uit zou hebben gehouden met hun in de buurt.
    Met een zucht loop ik naar de voordeur toe, waar al een jongen en een meisje staan. Ik schraap mijn keel een beetje en vraag:
    "Heeft iemand al aangeklopt?"


    It's not that I don't love our little talks, it's just... I don't love them. ~ Loki

    Thomas Puck Knight ~ 18~ In de auto
    De weg was rommelig aangelegd waardoor de auto regelmatig over hobbels golfde.
    Het voelde op een gegeven moment aan alsof ik op een schip zat en ik stelde me voor dat ik de zilte zeelucht kon ruiken en de krijsende meeuwen boven mijn hoofd kon horen.
    “Ik hou van de zee.” Murmelde ik, als de chauffeur me al gehoord had liet hij dat uit niets blijken.
    Mijn ogen gleden weer naar buiten, van het gloeiende landschap vol met wilde bloemen naar de blauwe lucht die gevuld was met schapenwolkjes.
    Eentje had de vorm van een kat die statig om zich heen zat te kijken, op de voet gevolgd door een gigant van een Draak, die de kat al snel in zich opnam en samen een onsamenhangend geheel vormden.
    Draken… Dat was één van de laatste onderwerpen waarmee ik de kinderen heb vermaakt in de bibliotheek voor mijn ouders al mijn spullen hadden laten opruimen en me naar één of ander nieuw huis over te laten plaatsen, waarom precies wist ik niet, maar wat ik wel wist was dat ze me niet zelf konden brengen omdat zijn ouders met Elisabeth naar één of andere schoonheidswedstrijd moesten, ook al had ze er zelf helemaal geen zin in had gehad, zoals ze tegen me gefluisterd had gisteravond.
    Ze vond maar dat alle meisjes die daar rondliepen oppervlakkig en dom waren en zeker niet goed in hun hoofd omdat ze bij hun ouders maar bleven zeuren of ze hun neptanden, bruiningscreme of valse wimpers mochten hebben.
    Nee, mijn zusje was absoluut niet zo.
    Een zucht ontsnapte over mijn lippen, terwijl ik mijn ogen naar buiten liet glijden, alweer.
    Ik liet mij fantasie zoals gewoonlijk met me aan de haal gaan en al snel was de onzichtbare doek gevallen en bood me zicht op een prachtige wereld.
    Lichtpuntjes vlogen met me mee naast het raam, kleine wezentjes met een bleekgroene huid, felle ogen en wanneer ze naar me grijnsden zag ik kleine puntige tandjes.
    “We zijn er bijna jongeman, dus pak je portemonnee maar alvast.” Bromde de chauffeur voorin, waardoor ik mijn ogen sloot en wanneer ik ze weer openden was het doek weer opgetrokken en had de wereld weer diens normale uiterlijk.
    Ritselend pakte ik een paar briefpapiertjes uit de portemonnee en overhandigde die alvast aan de chauffeur voor die later nog weer zou beginnen met zeuren.
    Mensen als hij deerden me amper wat, maar soms konden ze me zo makkelijk chagrijnig krijgen.
    Mensen zoeken manieren en zondebokken om hun daden op af te schuiven, maar de mens zelf was het grootste monsterlijke ras wat er bestaat.
    Zelf deed ik de deur open en lade mijn spullen in een kar.
    Ik had het vertikt om zonder mijn notitieboekjes het huis te verlaten, mijn jarenlange, levenslange werk hield ik bij me, ik kon gewoon niet zonder en mijn nieuwe thuis moest dat gewoon maar accepteren, hoe raar ze het ook zouden vinden.
    Met een knipper van mijn ogen viel ik weer terug in de magische wereld om me heen, om er kracht uit te putten voor ik begon aan mijn nieuwe leven.
    En kracht had ik nodig, want voor me rees een gigantisch huis op en waar je verwacht had dat het een mooi gebouw zou zijn, wel, misschien was dat het ooit in verre vroege tijden, maar nu waren de muren bleek, grauw, alsof de gebeurtenissen binnen het huis bedroefden.
    Even meen ik iemand achter het raam te zien lopen, misschien één van de leidinggevenden hier.
    Ik begon te lopen, de kar achter me aan over het grindpad meetrekkend, wat wonderbaarlijk makkelijker ging dan ik in eerste instantie gedacht had.
    Naarmate ik dichter bij de deur kwam zag ik dat er al drie andere jongeren waren en ik trok me terug in de normale wereld om te zien of het echt zo was.
    Het was echt zo.
    "Heeft iemand al aangeklopt?" Hoorde ik het meisje voor me zeggen, een vraag die zelf ook door mijn hoofd heen schoot.
    Toen zag ik de jongen bij de deuropening en het leek er echt op dat hij al aangeklopt had.
    Dus leunde ik maar op mijn kar, die mijn gewicht nog maar net als extra erbij kon hebben.
    Ik had me al wachtend bij mij mede huisgenoten geschaard, nu maar kijken hoe alles zich uit zou pakken.
    Misschien viel het mee, misschien ook wel niet.
    Maar dat zou ik later pas te weten komen.


    Credendo Vides

    Max Maze Titan
    Ik zat op een stoel in een van de zalen, de stoel balanceerde op 2 poten en af en toe gaf ik het een zetje zodat hij recht bleef.
    Nerveus zat mijn pen in en uit te klikken, voor mij op de witte muur hing een klok, hij klikte langzaam en luid. Waren ze er al? Of waren ze te laat? Had iemand de deur wel open gedaan? Ik zuchtte luid en stond op, waardoor de stoel met een klap op de vloer kwam maar ik deed de moeite niet op het ding op te rapen of recht te zetten, ik ging gelijk door naar de hal.
    Daniel, een van de andere begeleiders stond al bij de deur maar hij had hem niet geopend, ik liep volgens mij een beetje te dromen, strafbaar, lang genoeg om en nacht wakker buiten te staan. Maar dat was jammer genoeg alleen bij de militaire troep. "Hey Dromer! Je vergeet de deur" roep ik naar hem en ik knip een paar keer geërgerd met mijn vingers voor zijn neus.
    Ik liep langs hem naar de deur en opende die, tot mijn verbazing stonden er al best wat kinderen voor de deur, ik liet mijn ogen even langs hun heen gaan en opende de deur toen helemaal, "Kom maar binnen, Kom maar binnen en neem de eerste deur rechts." Eerst zou ik checken of iedereen er was, daarna zou ik ze indelen en hun kamer nummers geven, misschien kun ik de eventuele laat komers gelijk al straffen, ik glimlachte bij de gedachte.


    "Find peace in who and what you are." — Saphira

    [Mijn topics. ]


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    (Ik ga moergen proberen te reageren)


    Egal was kommt, es wird gut, sowieso. Immer geht 'ne neue Tür auf, irgendwo.

    [ ik zal morgen avond mijn eerste post in elkaar zetten. ]


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    ||Elias Bradley Wilkerson ||

    Ik sta hier dan toch al ruim twee minuten te wachten tot de deur open gedaan word, maar veel komt er niet van. Is dit dan echt niet het goede adres? Misschien moest ik wel richting dat dorpje lopen. Ik draai me om, om te kijken of er al meer mensen deze kant op komen. Ik wil me net terug draaien als ik een meid het hek door zie komen. Oké, nu zou ik wel goed moeten zitten, veel ouder dan mij zal ze niet zijn. Ik draai me weer naar de deur, nog net ving ik een glimlachje van haar op. Lichtelijk glimlach ik terug. Opnieuw kloppen heb ik geen zin in, dan moeten ze maar meteen reageren. Een zachte zucht verlaat mijn mond en ik kijk omhoog naar het dak van het gebouw. Ik kijk om als ik iemand haar keel hoor schrapen. "Heeft iemand al aangeklopt?" vraagt de meid die dat deed.
    Ik kijk haar aan. "Ja, ik. Maar er word niet open gedaan," zeg ik en pak de deurklopper weer vast. Ik klop weer een keer met het ijzeren ding tegen de deur aan. Nou, goed personeel hebben ze hier zeg. Er word niet eens open gedaan. "Het lijkt erop dat er niemand is," zeg ik en kijk naar de anderen. Ik haal mijn hand even door mijn blauw geverfde haar en zucht een keer. "Het goede adres zou het wel moeten zijn, aangezien we hier allemaal staan." zeg ik en kijk weer naar de deur. Net op het moment dat ik mijn koffer wil pakken om weg te lopen word de deur open gedaan. Er staat een mannelijk figuur in de deuropening. "Kom maar binnen, Kom maar binnen en neem de eerste deur rechts." zegt hij. Het duurde echt lang, volgens mij sliepen ze of zo, midden op de dag... Logisch.
    Ik pak nu wel mijn koffer op en ga naar binnen, even wacht ik op de andere maar loop dan toch door. De eerste deur rechts. Ik weet het verschil tussen links en rechts niet. Noem me maar dom of raar, maar het is gewoon iets waar ik altijd moeite mee heb gehad. Ik kijk rond en zie dan een deur open staan, dat zal hem wel moeten zijn. Ik loop erheen en zie daar een aantal stoelen staan, ik kies er eentje in het midden en laat me erop zakken. Nu maar wachten en zien wat me te wachten staat.


    Egal was kommt, es wird gut, sowieso. Immer geht 'ne neue Tür auf, irgendwo.

    II Arely Moya Ginessa II

    Het gehele geratel, de dreigende woorden en het gevloek van de twee voorin gaat compleet langs me af. Mijn rib zeurde pijnlijk en ik voelde de vlakke hand nog branden op mijn rug. Mijn blik was naar buiten gericht, hopende dat deze rit zo snel mogelijk voorbij was. Wat zou ik blij zijn als ze me bi het internaat hadden afgezet en ik hun niet meer hoefde te zien, of te horen.
    ´Luister je wel, Arley!?´ Met een woedende blik keek mijn moeder achterom en wierp me een valse blik toe. ´Ohja mama, ik heb je gehoord,´ reageerde ik zachtjes, probeerde de sarcasme alles behalve te laten doorklinken, wetende dat ik geen enkel woord van haar gespui had gehoord. Het interresseerde me toch niet meer. ´Denk er aan,´ beet ze me waarschuwende toe, waarop ik mijn blik weer van haar afwendde en naar buiten keek.
    Na een tijdje kwam eindelijk het inernaat in zicht en ik voelde hoe mijn lichaam enigszins een beetje opleefde. Vrijheid, weg van al het geklaag en de klappen. Toch zakte ik weer iets ineen zodra we steeds dichterbij kwamen en uiteindelijk stopte. ´Eruit!´ brieste mijn stiefvader en aan de manier waarop wist ik dat ik hooguit twee tellen had om zelf de auto uit te komen, voor hij een handje zou helpen.
    Zo snel als ik kon duwde ik mezelf de auto uit, negeerde de felle steek vanuit mijn ribben en sloeg met een harde knal de deur dicht. Gerommel in de auto waarschuwde me dat een van de twee nu druk bezig was met, ik vermoed zwaar over de zeik, uit de auto. Wederom iets waarvan ik wist nog maar een paar tellen te hebben om uit hun buurt te komen. Ik had geen zin, noch de behoefte, aan nog een klets te krijgen. In de afgelopen paar uur had ik er al weer voldoende gehad.
    Het was triest dat ik inmiddels precies wist hoeveel tellen ik had om bij vooral mijn stiefvader uit de buurt te komen. Het was een gewoonte geworden en er tegenin gaan werkte alleen maar averechts. En dan te bedenken dat ik volgens hun brutaal en arrogant was. In een snelle beweging trok ik de kofferbak open en graaide mijn twee tassen eruit. Ik had nog letterlijk twee tellen om weg te komen en dan zou hij langs me staan. Mijn moeder was niet van plan nog een klein beetje energie in me te steken, dat had ze vanmorgen al voldoende gedaan. Toen ze me de huid vol schelde, nadat ik precies hetzelfde bij haar had gedaan toen hij me een knal had gegeven.
    Het opengaan van de autodeur deed alarmbelletjes in mijn achterhoofd laten rinkelen, tijd om te rennen. Met een klein sprintje maakte ik dat ik weg kwam bij de auto, zonder ook maar een blik om te kijken snelde ik naar het hek van de internaat. Eenmaal daar aangekomen draaide ik me half om en keek naar de auto van mijn moeder. Met zijn vuisten in zijn zij en een vuurrood hoofd keek hij deze kant op, terwijl mijn moeder in de auto zat met haar blik strak voorruit.
    Een zwakke zucht verliet mijn lippen waarop ik even mijn hand zacht over mijn pijnlijke ribben liet gaan, waarna ik me omdraaide en naar de deur liep. Daar aangekomen stonden er al een paar andere, waarvan een met groene haren net naar binnen liep. Met een lichte aarzeling bleef ik staan, een beetje afwachtend of de rest ook ging volgen.


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'