• Wetenschappers zijn op zoek naar een grote schat in de diepe wateren van de Atlantische Oceaan. Ze zijn hier jaren naar opzoek geweest en hebben eindelijk duidelijke locaties waar het kan liggen. Maar in plaats van dat ze een deel van de schat vinden, hebben ze een kist gevonden waar ze een eeuwenoud boek vinden. De locaties van Atlantis en hoe je deze verzonken stad weer leven in kunt blazen staan erin. Ze hebben een kristal nodig die het tevoorschijn haalt. Het probleem is dat het kristal daar ergens op de zeebodem ook moet liggen, maar de wetenschappers kunnen niets vinden.
    De wetenschappers hebben het besluit genomen dat ze dit even geheim zouden houden, waarna het na enkele maanden verteld is aan de meermensen. Die dag krijgen ze ruzie en veroorzaakt een oorlog tussen de mensen en meermensen, omdat de meermensen vinden dat Atlantis in hun gebied is. Dit behoort simpelweg niet tot de mensen toe.
    Maar de mensen zijn koppig en besluiten toch op zoek te gaan naar de Verzonken Stad – zonder toestemming van de meermensen. Komt de band tussen hun nog goed? En kan de mensheid dit geheim eigenlijk wel aan? Ze moeten naar het kristal zoeken om de Verzonken Stad, Atlantis tevoorschijn te halen.


    De meermensen kunnen alleen veranderen als het volle maan is (wat 12 á 13 keer p. jaar is), maar ze kunnen ook veranderen als ze de zeldzame ingrediënten ervoor hebben, wat overigens erg moeilijk te vinden is en ze in gevaarlijke gebieden groeien waar je niet zo snel kunt komen.


    Regels:
    - 16+ is toegestaan.
    - Als je iemand wilt vermoorden moet je eerst toestemming hebben van die user.
    - Alleen je eigen personage besturen en niet die van een ander.
    - Ik wil minstens dat je post 10 zinnen lang is (meer is altijd beter natuurlijk).
    - Er bestaan geen Mary Sue's in het echte leven, dus ook niet in deze RPG. Let daar op.
    - Als er een nieuw topic aangemaakt moet worden, vraag dan eerst toestemming aan mij [Sweetiepie/Nebthet]. En als ik niet online ben wacht dan gewoon rustig af op mijn antwoord.

    Wetenschappers:
    Rosalynn Maria Winchester; Ophilia. Leider.
    James Ryan Mirano; Wolfheart.
    Jack Smith; Lolicia.
    Aeryn Doireann Falon; Eavan.

    Meermensen:
    Ansem; Tortura.
    Grimm Lonehunter; Chiron.
    6 juli tot 17 juli – vakantie
    18 juli tot 28e – kamp.
    Iris Lymphadeae; mismi.
    Sereia Ianthe Cyfill; Tyrell.

    9.00 uur in de ochtend.
    De RPG begint met dat het de eerste dag is. De wetenschappers laden de boot in met hun eigen spullen, want het zou zo kunnen dat ze maandenlang weg kunnen blijven. Daarna gaan ze op zoek.
    De meermensen zijn op de hoede van de wetenschappers. Iedereen doet hun eigen ding; de een wilt het kristal eerder vinden dan de wetenschappers en de ander wilt de wetenschappers dwarsbomen. Ieder hun eigen keus.

    [ bericht aangepast op 5 juli 2013 - 22:58 ]


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    [Mijn topics.^^]


    It's not that I don't love our little talks, it's just... I don't love them. ~ Loki

    Sixer schreef:
    Grimm Lonehunter || Meerman
    “Hey.” Ik keek om, geschrokken van de plotse stem die boven Morgana’s gegiechel uitkwam. Ik haatte het als mensen zo in stilte opdoken, vooral als Morgana erbij was.
    Ik knikte richting Iris als begroeting. Morgana lag nog in mijn armen, maar ze begon direct enthousiast te zwaaien richting de meermin.
    “Ben je aan het vliegen?” vroeg Iris haar met een glimlach. We zaten op een zandbank. Hij was redelijk hoog, dus we zaten nog ongeveer half in het water. Morgana knikte nog enthousiaster als antwoord en begon dan te jammeren dat ik haar nog eens in de lucht moest gooien. En dat deed ik. Haar natte blonde haren klitten wat samen boven water en vlogen als een natte brok achter haar aan.
    Na een tijdje voelde ik Iris’ blik op me branden, maar ik gaf er geen aandacht aan. Om eerlijk te zijn was ik liever alleen met Morgana, maar Morgana leek Iris heel erg te mogen, dus ik bleef zitten en liet ze beiden maar doen.
    Iris zelf leek ook enkel aandacht te hebben voor het meisje - wat ik om eerlijk te zijn niet erg vond, ik was toch geen prater. “Kijk is Morgana.” Bij die woorden had Iris compleet haar aandacht. Het kind was zo nieuwsgierig dat ze haar handen richting Iris’ handen uitstak en ernaar probeerde te graaien. Ze kon er alleen niet bij omdat ik haar tegenhield. Pas toen Iris haar handen opende zag ik dat het een bloem was. Morgana staarde ‘m met grote oogjes aan. Ze bracht haar mollige handjes naar haar mond een stootte een kleine kreun van verrukking uit. Bloemen en vogels, haar lievelings dingen. Behalve snoepjes dan. “Voor mij?” vroeg ze met een piepstemmetje.
    Ik keek Iris aan, liet mijn blik op de bloem glijden - die er niet verdacht uitzag - en keek toen weer naar Morgana, die haar armpjes weer uitstak. Uiteindelijk liet ik haar los en zwom ze richting Iris, om haar met vragende groene oogjes aan te blijven kijken tot ze zou antwoorden.


    Iris Lymphadeae
    Hij kijkt even geschrokken om wanneer ik gedag zeg, maar zegt me wel gedag. Ik weet dat Grimm niet zoveel van kletsen houdt dus richt ik me al snel op Morgana. Ik vraag me af of hij eigenlijk wel vrienden heeft. Meestal is hij niet zo van het gezelschap tenzij het Morgana is. Iedereen laat hem eigenlijk ook gewoon z'n gang gaan. Misschien moet ik wat vaker gedag tegen hem zeggen, gewoon zodat hij weet dat iets van een 'vriend' heeft, of zoiets...

    Ik heb meteen haar aandacht wanneer ik de bloem in mijn handen heb en Morgana begint ernaar te graaien, maar wordt tegengehouden door Grimm. Zodra ik mijn hand open kijkt Morgana er vol verwondering naar met haar mooie oogjes. "Voor mij?" vraagt ze met een piepstemmetje. Grimm kijkt me even aan en laat zijn blik dan op de bloem vallen en vervolgens weer naar Morgana te kijken die haar armpjes weer uitsteekt. Ik weet dat hij kijkt of die bloem wel veilig is, maar ik zou Morgana nooit pijn doen. Hij laat haar los en ze zwemt naar me toe. Ik geef haar de bloem en steek er nog eentje in haar haren. "Zo, nu ben je net een prinses" zeg ik dan en ik glimlach. Ik weet dat ze nu meer aandacht voor de bloem zal hebben dus kijk ik even op naar het schip dat een flink eind verderop nog altijd op zijn plek ligt. Ondertussen speel ik een beetje met de haren van Morgana en leg er twee vlechten in. Ik bekijk het even en haal ze er dan weer uit om er een vlecht van te maken.

    Ik denk dat het niet al te lang meer zal duren voordat het schip uitvaart en op weg gaat. Ondertussen kam ik weer even door mijn eigen haar heen met mijn vingers. Ik vind dat mijn haren altijd zo klitterig worden als ze opdrogen en daarbij is het volgens mij een soort rare tik van mij. Nu denk ik er even over na en stop dan met het kammen door mijn haar heen. Het ziet er vast raar uit. Ondertussen spet ik Morgana stiekem nat met mijn staart en doe net alsof ik het niet was. Niet veel later spet ik der nog een keer nat. Dit spelletje speelde mijn ouders vroeger ook heel vaak met mij en ik vond het altijd heel erg leuk, omdat het altijd in een 'groot' watergevecht uitkwam. Of race spelletjes, natuurlijk lieten mijn ouders me altijd winnen. Ik denk alleen dat Grimm dit niet zo'n leuk spelletje vindt en daarbij ligt dat schip er nog.

    [ bericht aangepast op 17 april 2013 - 22:28 ]

    Rosalynn Maria Winchester - wetenschapper
    Het was voor haar nog een beetje onzeker. Hoe gingen de anderen op haar reageren? Misschien wou niemand naar haar luisteren. Het zou in elk geval een domper zijn als niemand ook maar zijn best deed om het goed te laten verlopen.
    Het was niet dat Rosalynn geen vertrouwen in de anderen had, maar ze waren onderweg voor een doel. Het doel moest kostte wat het kost worden behaald. Nog meer mislukkingen kon ze niet hebben.
    Bij het aanblik van Jack, trokken haar mondhoeken iets op. 'Wel wel, jou had ik hier niet verwacht,' glimlachte ze hem zoetjes toe. Jack was geen slecht man, maar het was niet haar favoriet. Hij.. had het een beetje achter de ellebogen? Of mocht ze zoiets niet denken. Het kwam vaak op haar over alsof hij een beetje sluw was.
    Vlakbij de jongeman kwam ze tot stilstand. Ze sloeg haar armen over elkaar. Een tel keek ze hem onderzoekend aan, van top tot teen. Ze moest zeggen dat hij er goed uit zag, er was iets anders, maar ze kon er haar vinger nog niet op leggen.
    'Heb je er.. een beetje zin in?' vroeg ze vriendelijk. Het was geen schande als ze een beetje probeerde te socializen was het niet?
    De wind rukte hard aan haar staart, alsof het probeerde om het elastiekje kapot te laten gaan. De jongedame sloeg haar armen om zichzelf heen. Het was uitstekend weer. Het zonnetje scheen, de vogeltjes floten alleen was het jammer dat er een harde wind stond. Maar zodra ze op zee waren, was daar geen ontkomen meer aan.
    Ja, Rosalynn had er zeker zin in, nog even en dan kon ze haar kinderdroom verwezenlijken.


    The woods are lovely, dark and deep. But I have promises to keep, and miles to go before I sleep.

    Aeryn Doireann Falon

    'Oef,' bracht ik uit, nadat ik de doos in een van eerste vrije, en lege, slaaphutten had gezet. Twee zachte dreunen waren hoorbaar toen ik de zakken van mijn schouders af liet glijden en even met mijn handen over mijn schouders weer. Mijn blik gleed vervolgens kort door de kleine hut heen, waarna ik lichtjes knikte en de doos opende.
    Het was niet groot, maar voldoende ruimte om in mijn eentje de nacht door te brengen. Voor mij had het niet veel uitgemaakt als ik de kamer had moeten delen, het was misschien gezelliger geweest om iemand te hebben waar je nog wat mee kon kletsen, maar alleen was ook prima.
    Zorgvuldig borg ik alvast wat spullen op en maakte de lege doos vervolgens plat, om hem zo gemakkelijk onder het bed te schuiven. De zakken met kleren kwam later wel, nu wilde ik eerst rondkijken en eens zien wie er nog meer meegingen.
    Nadat ik mijn kamer had verlaten, en de deur had gesloten ten teken dat deze ruimte bezet was, liep het schip door opweg naar buiten. Daar viel mijn blik op de jongen van net en een vrouw die erbij stond. Vanuit mijn ooghoeken zag ik nog een vrouw naderen, waarop ik nieuwsgierig de drie personen opnam.
    Ik begon me af te vragen wie wie was, maar daar de jonge vrouw en de jongen ik gesprek leken en de naderende vrouw nog te ver weg was, bleef ik leunend in de opening staan en genoot van de frisse lucht die zacht voorbij waaide.

    [korte post sorry, ben te moe dus volgende zal weer wat langer zijn. ]

    [ bericht aangepast op 17 april 2013 - 22:44 ]


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    Jack Smith, wetenschapper.
    Ik zag dat Rosalynn haar mondhoeken ietsjes optrok. 'Wel wel, jou had ik hier niet verwacht,' had ze gezegd met een zoetige glimlach. Hierop lachte ik kort. Dat ik zulke opmerkingen zou horen had ik al wel verwacht, maar dat ik ze nu al hoorde was een record. Wat zou James zeggen als hij mij tegenkwam? Ik grinnikte al bij de gedachte van zijn verbaasde gezicht.
    “Nou, ik moet zeggen dat ik niet zo fan ben van 't vroeg opstaan.” Had ik laconiek gezegd en ik kneep mijn ogen halfdicht, vanwege de felle zon die in mijn ogen scheen. Ik had toch mijn zonnebril mee moeten nemen. Die verdomde zon.
    Ik had haar erop betrapt dat ze mij snel onderzoekend bekeek, wat ik knap vond van mezelf want de zon scheen in mijn ogen, en liet een kort lachend gesnuif horen. Natuurlijk, wat zag ik er toch weer verrukkelijk uit, dacht ik sarcastisch. Ik moest mijn perverse opmerkingen voor mij houden, maar aan de andere kant kon mij dat ook niet echt veel schelen. Het was misschien dan ook wel beter dat ze nu nog wat zei om mijn opmerkingen voor mij te kunnen houden. Al zou ik deze niet vergeten.
    'Heb je er.. een beetje zin in?' Een vriendelijke stem. Maar dat bewees nog niet dat ze echt zo waren.
    Simpeltjes had ik de sigaret naar mijn mond gebracht en nam een hijs, maar ik nam 'm er niet uit. Ik stak mijn hand uit naar Rosalynn.
    “Ach, 'ergens zin in hebben' ken ik al heel lang niet meer.” Zei ik met een sombere, wat duistere stem en ik bracht mijn mond toen vervolgens naar Rosalynns hand en kuste deze vervolgens.
    Oké, dat was echt waar. In elke manier hoe je 'm kon opvatten. Ik stond enkele maanden al droog en het leven zag ik somber in, dus ik had niet snel ergens 'plezier' in. Mijn mondhoeken waren dan ook vaak meer naar beneden getrokken dan dat ze omhoog waren en je een glimlach op mijn gezicht zag. Dit was echt zelden, heel zelden.
    “Al moest ik wel zeggen dat zo'n mooi iemand ons mag leiden.” Ik bedoelde dit totaal niet glad. Het was de waarheid. Rosalynn is een mooie vrouw.


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    Rosalynn Maria Winchester - wetenschapper
    Het was bijna lachwekkend te noemen, de manier waarop hij daar zo stond. Voor zover zij wist kon hij wel een charmeur zijn, een charmeur met een perverse opmerking zo af en toe maar dat vond ze stiekem niet zo heel erg. Voor sommige karaktertrekken van een persoon had je nu eenmaal een zwakte. En zij had ergens toch wel een kleine zwakte ontwikkelt voor meneer hier voor haar neus. De manier waarop hij soms reageerde vond ze geniaal. Maar zulke dingen kon ze wel beter voor zich houden. Werk en prive moest immers worden gescheiden. Als je iets wat prive was in je werkleven toe liet, moest het ook andersom. Iets wat Rosalynn liever niet had. Haar priveleven was van haar en niemand anders. De nieuwsgierige mensen van het onderzoeksteam hadden daar niets mee te maken.
    Aangezien de zon fel scheen had ze een zonnebril op gezet. Jack moest het wel vergeten zijn want het enige wat hij deed was af en toe een beetje moeilijk zijn ogen dicht knijpen. Iets waar zij totaal geen last van had.
    Het was tevens een ander voordeel voor haar. Zo zag hij niet dat er een speelse twinkeling in haar ogen zat.
    "Je bent inderdaad niet het soort persoon wat ik vroeg zijn bed zie uit gaan, petje af dus maar weer " het kwam er luchtig uit, in zijn buurt nam ze alles vaak met een korreltje zout, althans als ze niet aan het werk waren.
    Was het verkeerd om iemand even te bekijken? Ze durfde te wedden dat hij het heus wel een keer bij haar had gedaan. Rosalynn was niet dom.
    "Ik weet niet hoe ik dat precies ga opvatten, maar ik vind het wel erg sneu voor je, jij moet zo lijden terwijl ik vrijwel altijd overal "zin" in heb" de woorden rolden een tikje uitdagend over haar lippen. De huid op haar hand tintelde een beetje nadat hij zijn lippen er op had gedrukt.
    "Ach Jack, altijd zo charmant. Mochten mijn leiders kwaliteiten falen, dan is er tenminste nog iets om naar te kunnen kijken! " glimlachte de jongedame hem stralend toe. Als het op gevatte opmerkingen maken aan kwam. Dan was zij je vrouw. Ze wist altijd wel wat te zeggen.
    Om hem terug te pakken streek ze even met haar duim langs zijn kaak. "Mocht je ooit iets nodig zijn, dan mag je altijd bij me komen" knikte Rosalynn hem plechtig toe. Hoe hij het opvatte was zijn eigen keus, maar ze had het wel zo gespeeld dat het nogal dubbelzinnig was.
    Soms, soms kon het leven toch ook behoorlijk goed zijn. Klagen, dat mocht ze niet. In feite had ze alles wat haar hartje begeerde.


    The woods are lovely, dark and deep. But I have promises to keep, and miles to go before I sleep.

    Jack Smith, wetenschapper.
    Ze had simpel toegegeven dat ze mij daar niet voor aan zag en ik had luchtig mijn schouders opgehaald. Ach, de ochtend was niet bepaalt iets voor mij en ik had zulke opmerkingen echt wel vaker gehoord. Ik was een rasechte uitslaper in hart en nieren en daar kon niemand iets aan veranderen, tenminste.. even voor nu dan. Maar wie zegt dat ik niet meteen in mijn bed zou duiken als ik weer aan boord ging? Dat was ik namelijk wel van plan of iemand had een verleidelijker optie, want dan zou ik misschien wel overwegen om dat te doen.
    'Ik weet niet hoe ik dat precies ga opvatten, maar ik vind het wel erg sneu voor je. Jij moet zo lijden, terwijl ik vrijwel altijd overal “zin” in heb.' Ze had het met een uitdagende stem gezegd en dat was iets wat ik wel van haar mocht. Ook als zij niet gekozen was als leidster had zij toch diezelfde dingen kunnen zeggen. Dat deel mocht ik wel van haar, maar dit zou mij ook tegen kunnen werken, want voor je 't weet had ze je met die uitdagende woorden en dan belandde je met je hoofd in 't vuil. En dat was iets wat ik het liefst vermijdde.
    “Vat 't op, zoals je 'm wilt opvatten.” Had ik kalm en zorgeloos gezegd, terwijl ik de sigaret naar mijn mond bracht en de laatste hijs van mijn sigaret nam.
    “Ik bedoelde 'm op allerlei manieren.” Schatje floepte er nog nét niet achteraan mijn mond uit. Dan werd ik bekend als de 'perverse of seksistische varken' en dat wilde ik niet, want zo was ik echt niet. Ik trapte mijn sigaret uit op de grond en had mijn aandacht weer op de jonge vrouw gevestigd.
    'Ach Jack, altijd zo charmant. Mochten mijn leiders kwaliteiten falen, dan is er tenminste nog iets om naar te kunnen kijken!' Had ze stralend geglimlacht. Mijn gezicht straalde nog steeds duister en mysterieus uit en er was geen glimlach te bekennen, maar een enkele sinistere glinstering kwam er in mijn ogen tevoorschijn toen Rosalynn haar duim langs mijn kaak streek.
    'Mocht je ooit iets nodig zijn, dan mag je altijd bij me komen.' Ergens klonk dat als een uitnodiging in haar slaapkamer, maar dat zou elke heteroseksuele man wel denken. Dat lag niet aan het feit of je lang droog stond of niet.
    “Dat klinkt erg veelbelovend, Winchester.” Had ik gezegd met een uitdagende blik in mijn ogen en ik had expres haar achternaam gezegd om haar aan te sporen, maar er zat echter nog iets in de blik van mijn ogen. Iets wat ik niet kon benoemen, maar had iets weg van een verleidelijke glinstering.
    “Ik zal er aan denken als ik iets nodig heb.”
    Met dat gezegd te hebben haalde ik mijn armen van elkaar af en zette ik enkele stappen richting het schip, zodat we eindelijk aan boord konden gaan. Volgens mij waren de meesten nu wel aan boord en moesten we alleen wachten op James. Ik boog een klein beetje elegant wat naar voren en mijn linkerhand legde ik plechtig op mijn buik en de andere hand had ik omhoog richting het schip gewezen met open hand, zoals ze vroeger ook netjes deden als teken dat de vrouw eerst mocht gaan.
    “Gaat uw gang, madame. Het zou onbeleefd zijn als ik u niet voor liet.” Er was een raadselachtige glimlach, dat zowel sinister als aanlokkelijk kon betekenen, en door de zon glinsterde het.


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    Rosalynn Maria Winchester - Wetenschapper
    Al zolang Rosalynn zich herinneren kon, was ze iemand die vroeg opstond. Het zat zo in haar systeem dat ze nooit na tienen wakker werd. Soms - bijvoorbeeld na een hevig nachtje uitgaan- kon ze zichzelf er wel voor vervloeken. Maar langzaam maar zeker was ze eraan gewend geraakt dus ze zorgde dat ze genoeg slaap kreeg zodat ze de volgende ochtend weer fris en fruitig was. Meestal stond ze rond een uur of acht op, ging eerst een half uur hardlopen, iets wat nu moeilijk zou gaan op een boot, en ging daarna ontbijten. Prima leven als je het aan haar vroeg.
    Als ze zichzelf mocht geloven, dan wist ze zeker dat ze personen niet zomaar zou verlinken. Een goed grapje of een kleine uitdaging was immers ook niet slecht toch? Niet alles hoefde serieus te zijn was het niet? Werk om te leven en leef niet om te werken wat haar motto.
    'Ooh, ik vat het zeker wel op zoals ik het wil opvatten,' wierp ze rustig terug op zijn woorden. Hoe zorgeloos hij ook deed, ergens kon ze wel zien dat hij het amusant vond.
    Jack kende ze nu wel een tijdje. Eigenlijk ging het er altijd wel zo aan toe tussen hen twee. Veel woorden, weinig daden. Iets wat ze niet van hem zou verwachten aangezien hij altijd zo charmant en uitdagend deed.
    'Dan vat ik 'm op, op allerlei manieren,' Rosalynn trok haar wenkbrauwen iets vragend op bij het zien van zijn gezicht, alsof hij zichzelf ergens voor wilde inhouden. 'nog iets wat je kwijt moet?' kwam er nonchalant uit, al was ze zo nieuwsgierig als maar wezen kon. Nieuwsgierigheid zat nu eenmaal in haar bloed.
    Nog voor ze goed en wel op de boot waren was ze al weer heerlijk op dreef. Een wat sluwe glimlach speelde rond haar lippen toen ze de sinistere glinstering in zijn ogen opmerkte. Het was toch een van zijn trekken die ze het meest sexy van hem vond. Maar welke vrouw zou geen zwak hebben voor zoiets?
    'Heel erg veelbelovend, alles om deze arme jongen van dienst te kunnen zijn, toch?' even wapperde de jongedame verleidelijk met haar wimpers naar hem voor ze haar tas van de grond af pakte. De meeste van haar andere spullen waren al geleverd.
    Zodra ze haar blik weer op hief, zag ze hem galant voorover gebogen staan. Een kleine, melodieuze lach ontsnapte aan haar lippen. 'Wel danku, Heer Smith, wat galant,'
    Op haar veel te hoog gehakte pumps liep ze zwierig naar de inrichting van de boot.
    Omdat ze van Franse afkomst was, was ze van postuur ook iets ranker en kleiner. En als ze aan iets een hekel had dan was het wel aan klein zijn. Want de andere mensen rond haar waren veel langer.
    Ze greep met een hand de reling van de boot vast zodat ze zichzelf aan boord hijsen kon. Even keek ze achterom, waar ze nog net de nogal sinistere doch charmante glimlach van Jack kon opvangen. Op de een of andere manier gaf hij haar soms de kriebels, maar vond ze hem ook wel verleidelijk. Konden zulke gevoelens eigenlijk wel met elkaar samen?
    Rosalynn beet zacht even op haar onderlip voor ze stabiliteit zocht op de boot. 'Zijn er eigenlijk nog mensen die moeten arriveren?' vroeg ze hem rustig, aangezien hij als eerste was aangekomen nam ze aan dat hij ook wel had bij gehouden welke mensen er allemaal al waren en welke niet.


    The woods are lovely, dark and deep. But I have promises to keep, and miles to go before I sleep.

    [jullie hebben gezien dat Arizona het schip nadert en Aeryn in de opening staat? ]


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    Nerys schreef:
    [jullie hebben gezien dat Arizona het schip nadert en Aeryn in de opening staat? ]

    Jawel, dat van Arizona had ik al in een van mn posts verwerkt en dat van Aeryn was ik van plan om in mn volgende post te verwerken.


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    [oh, dan heb ik daar overheen gelezen ;') Sorry! ^^ ]


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    James Ryan Mirano ~ Wetenschapper

    Met een glimlach geef ik mijn zusje een knuffel. Als ik haar loslaat kijkt ze me serieus aan.
    "Doe je wel voorzichtig." Zegt ze tegen me. Ik glimlach naar haar.
    "Dat kan ik beter tegen jou zeggen kleine." Zeg ik tegen haar. Ze glimlacht naar me en geeft me een kus op mijn wang.
    Ik glimlach nog een keer naar haar en draai me dan om. Met grote passen loop ik het schip op met mijn koffers achter me aan.
    Als ik bij mijn slaapkamer ben aangekomen zet ik mijn koffers neer. Snel pak ik wat kleren uit en stop ze in de kleine kledingkast.
    Dan loop ik mijn slaapkamer uit en loop naar het dek toe.
    Met een gaap kijk ik het dek over. Er zijn al wat mensen op boord.
    Ik wrijf even met mijn handen in mijn ogen en loop dan naar de reling toe. Hier geeft het een mooi uitzicht op de zee. Wat ben ik blij dat ik niet zeeziek ben, anders zou ik nooit mee kunnen gaan op de boot.
    Met een zucht haal ik een hand door mijn haren. Vannacht heb ik super slecht geslapen. Niet omdat ik bang ben om de boot op te gaan, maar omdat ik mijn zusje achterlaat. Maar ik weet dat ze het heus wel redt zonder mij.
    Ik zucht weer en steun met mijn armen op de reling terwijl ik mijn handen in elkaar vouw, ik leun een beetje naar voren en geniet van de wind.


    It's not that I don't love our little talks, it's just... I don't love them. ~ Loki

    Jack Smith, wetenschapper.
    Af en toe kon ik dan wel zo charmant of verleidelijk de hoek uitkomen, maar dat betekende dan niet dat ik meteen alle vrouwen het bed in wilde werken. Nee, vrouwen moest je met respect en gelijke behandelen en daarbij was ik niet zo'n iemand. Ik was zoiezo niet klaar voor de liefde en beschermde mij daar meer tegen dan dat ik het echt wilde en er naar op zoek ging.
    Rosalynn en ik wisselden dan wel wat uitdagende woorden, maar dan betekende het nog niet dat wij meteen het bed in belandden. Dit ook simpelweg, omdat zij de leidster was en ik niet in was voor liefde. Al moest ik wel eerlijk zijn dat ik mij zo nu en dan tegen moest houden van hoe zij uitdagend deed, dan had ik alleen kort en hard op mijn lip gebeten en zonder iets te zeggen weggelopen. Ik was zo niet van de lange, gezellige gesprekken maar als je mijn aandacht eenmaal had dan kon ik hier best een uitzondering voor maken.
    Ze had gevraagd of ik nog iets kwijt wilde, maar hier had ik eenvoudig niet op geantwoord; alleen mijn schouders kort opgehaald.
    'Heel erg veelbelovend, alles om deze arme jongen van dienst te kunnen zijn, toch?' Ik keek pas op toen zij voorbij was gelopen, maar hoe ze verleidelijk haar wimpers had bewogen had ik wel op kunnen vangen. Als zij eenmaal bezig was, was ze ook niet meer te stoppen. Waarschijnlijk was dit ook een van de redenen waarom ze haar benoemd hadden als leider.
    'Wel danku, Heer Smith, wat galant,' had zij nog gezegd. Haar hoge pumps kwamen in beeld en zelfs als ik haar niet helemaal zag, zag ik het aan haar manier van lopen, dat zij zwierig naar de inrichting van de boot liep.
    Ik keek op, maar keek haar niet na, in plaats van dat ik dat deed zag ik iemand anders in de opening staan van de boot. Het was een jonge vrouw die ik eerder voorbij zag lopen met een zware doos. Nu zag ik haar beter. Ik was niet echt een sociaal type, want mensen vonden mij meer duister en eng dan sociaal, maar misschien kon ik wel wat eraan werken. Ook ik ging nu de boot op en stond nu vlakbij de jonge vrouw die in de opening stond en Rosalynn, want zij hield zich vast aan de reling. 'Zijn er eigenlijk nog mensen die moeten arriveren?'
    Net op het moment dat ik wilde zeggen dat James weer 's de laatste moest zijn, ving mijn ogen de allerlaatste op. Het was een man van rond mijn lengte en hij had bruin halflang haar. Overduidelijk James.
    Ik stak mijn hand naar hem op, waarvan ik niet door had dat deze bijna tegen de vrouw aankwam, en riep: “Hey, late! Je moest zeker eerst je hersens aan 't werk zetten voordat je eindelijk wist dat je hier naartoe moest komen?” Grapte ik naar hem, maar hij liep mij voorbij met wat dozen en spullen; al kwam hij weer enkele seconden later terug.
    Mijn arm had ik weer naast mij laten hangen en merkte toen pas dat ik de vrouw bijna geraakt had. Mijn gezicht gaf niet veel emoties vrij, maar in mijn ogen was er toch een klein beetje verbazing te zien. “Waarom ook niet? Sloeg ik zo'n mooie vrouw bijna voor haar hoofd.” Het had ergens wat negatief geklonken, maar het klonk echter ook als een compliment.

    [ bericht aangepast op 18 april 2013 - 19:16 ]


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    Nerys schreef:
    [oh, dan heb ik daar overheen gelezen ;') Sorry! ^^ ]

    Don't mind! Ik heb jouw personage erin verwerkt hoor. :]


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    Grimm Lonehunter || Meerman
    Iris liet de bloem los en stak een andere in Morgana’s haar. Het stond haar beeldig. Maar dat wist ze zelf ook al, want ze kirde nog een keertje enthousiast waarna ze zich op mijn richtte en me trots aankeek. “Staat je prachtig, lieverd,” zei ik met een klein glimlachje. Er waren pretlichtjes in Morgana’s ogen verschenen. Ze was altijd nogal snel entertaint en was eigenlijk niet echt een moeilijk kind. Maar goed ook, eigenlijk. Ik was zelf al zo’n moeilijk geval, mijn ouders zouden niet nog zo’n geval aankunnen.
    Iris was ondertussen Morgana’s haar aan het vlechten. Toen ze er weer uitgetrokken werden, keek ze een keer verontwaardigd achterom richting Iris, maar glimlachte toen weer toen haar haar opnieuw gevlochten werd.
    Toen haar haar losgelaten, draaide Morgana zich om, om bewonderend een blik te werpen op Iris’ lange haren. Ik was ervan overtuigd dat haar eigen haren op een dag ook wel zo lang zouden zijn. Alleen zou ik dan niet degene zijn die ze moest kammen, het was nu al erg genoeg. En dan had ik nog niet eens gesproken over mijn eigen lange haren. Daar begon ik nog niet eens aan. Om een of andere reden vielen ze toch altijd goed, als Morgana er niet met haar handen in gezeten had, in ieder geval.
    Ik richtte mijn blik weer op de twee toen Morgana met haar handen water op Iris begon te spatten. Ik grinnikte zachtjes. Beiden leken ze zich te vermaken, waardoor ik de tijd had een blik te werpen op dat schip. Ergens wilde ik het wel van naderbij gaan bekijken, maar dat was geen goed idee. Zeker niet nu. Misschien dat ik vannacht wel eens ‘n kijkje zou nemen. Als het er dan nog stond in ieder geval.


    "Do not be angry with the rain; it simply does not know how to fall upwards.” - Vladimir Nabokov