Marcy Jarvis
“Daarvoor heb ik het meegenomen,” antwoordde Aowynn lachend. Ik vond het wel amusant hoe ze los tegen mij deed, maar zodra haar blik op de twee nieuwelingen in de sofa bleef hangen ze zo zakelijk werd als maar kon. Echter vertrok mijn gezicht toen ik mijn been van het tafeltje afhaalde en rechtstond. Ik mankte nogal wankel richting het aanrecht terwijl ik opzoek ging naar een beker.
“Ik heb mezelf getraind,” begon Maia,“geleerd met een kruisboog om te gaan en mijn conditie die is optimaal. Elke dag train ik wel om mijn conditie ijzersterk te houden, want je moet altijd voorbereid zijn op de wolven.”
Daar had ik wel respect voor. Volgens mij zou ik niets kunnen met dat zwaard van me als ik mezelf alles had moeten leren. Dankuwel, hunter moeder en vader. Daarin voelde ik me dan wel weer bevoorrecht. Maar de trainingen met Aowynn hadden mijn techniek er ook wel op doen vooruit gaan.
“Ik werk zelf met pijl en boog, nog echt een ouderwetse manier. Binnenkort zou ik graag met je samen willen kijken naar hoe het schieten je af gaat, met je kruisboog natuurlijk,” vertelde Aowynn. Ik had het niet meer op vliegende dingen, zeker niet nu ik erdoor een gat in mijn hand had. Dus ik bleef toch maar liever uit de buurt. Het was niet dat ik hun niet vertrouwde, maar ik zag mezelf er wel voor aan om even gezellig ertussen te lopen terwijl ze schoten en dan was ik gaatkaas.
“Wat betreft je conditie…” ging ze verder. “Op dit moment ben ik niet in staat die samen met je te peilen.”
Ik had ondertussen mijn beker al uitgeschonken een wilde een slok nemen. Een zachte grinnik kwam uit mijn mond. Betrapt sloeg ik mijn hand voor mijn mond en keek ik haar aan. “Sorry, eigenlijk is het niet grappig. Het lag gewoon aan de manier waar op je het zei,” verontschuldigde ik me. “Willen jullie ook wat te drinken?”
“Wanneer ik weer wat beter te been ben,” ging Aowynn toch verder, “wil ik je ook graag een dag meenemen om met me te trainen dan kunnen we samen-”Haar zin werd afgekapt door een deur die open ging. Een jongen rond onze leeftijd stak zijn hoofd naar binnen en glimlachte kort. “Sorry dat ik te laat ben, er was iets uitgelopen… Ik ben Noah.”
Oeeh, die had het aan zijn broek hangen. Aowynn hield allesbehalve van telaatkomers. Aowynn trok haar wenkbrauw op en de blik die ze me gaf bevestigde mijn vermoedens. “Aangenaam, ik ben Maia,” antwoordde Maia.
De afkeurende blik die Aowynn naar de jongen toewierp deed me weer zacht grinniken. Eigenlijk zou ik niet mogen lachen en hoewel ik pijn had, was ik dan ook wel goed gezind. Waarschijnlijk omdat ik hier zat en niet alleen thuis, maar ook omdat Hunten een van de liefste dingen was die ik deed.
“Laten we er voor de volgende keer dan graag voor zorgen dat je wel op tijd bent,” zei Aowynn. “Ik ben Aowynn, en dat is Marcy.”
Ik wilde terugstrompelen richting mijn zitplaats, maar omdat nog niemand had geantwoord en de jongeman die net binnenkwam er was gaan zitten werd ik wel gedwongen om recht te blijven staan.
“Als we alles hebben nagelopen kunnen we kijken wat je aan extra trainingen eventueel nog nodig hebt, en wat je zwakke punten zijn. Ik wil mijn hunters zo goed voorbereid mogelijk erop uit hebben,” richtte Aowynn zich daarna weer op Maia.
Noah McKinney
“Aangenaam, ik ben Maia,” antwoordde een meisje op de bank. Ik knikte begroetend en glimlachte kort.
Het meisje met de map op haar schoot – duidelijk de dominantie hier – wierp me een afkeurende blik toe. Ik echter trok me er niets van een en liet mijn blik over de kamer glijden. Ik moest wel toegeven dat ze hier lekkere chicks hadden in dit groepje. Ik zou het haast erg vinden als ze me weg zouden sturen omdat ik te laat was. Een zacht gegrinnik kwam van een meisje met krullen, dat rechtstond en van haar glas nipte als een boer met kiespijn. Waar zat zij nou weer om te lachen?
“Laten we er voor de volgende keer dan graag voor zogen dat je wel op tijd bent,” zei het meisje met de map. “Ik ben Aowynn en dat ik Marcy.”
Zoals ik al dacht; chick was kwaad. Of ze kon er in ieder geval toch al niet mee lachen. Hoe dan ook, ik kon maar beter even mijn manieren houden voordat ik er al meteen uit gegooid werd. Het meisje knikte als teken dat ik moest gaan zitten en dat deed ik dan ook op het vrije plekje in de zetel. “Zal ik doen,” antwoordde ik beleefd, ook al kon ik er niet aan doen dat dat feestje uitgelopen was. Behalve vroeger weggaan natuurlijk, maar dat was niet van mijn gewoonte.
Aowynn’s aandacht voor mij leek alweer helemaal verdwenen te zijn en ze ging verder tegen het meisje naast me met de lange haren. “Als we alles hebben nagelopen kunnen we kijken wat je aan extra trainingen eventueel nog nodig hebt, en wat je zwakke punten zijn. Ik wil mijn hunters zo goed voorbereid mogelijk erop uit hebben."
"Do not be angry with the rain; it simply does not know how to fall upwards.” - Vladimir Nabokov