• Er was een tijd dat twee koninkrijken in vrede samenleefden.
    Twee jonge koningen vochten zij aan zij in elke oorlog die ze vochten en deelden hun overwinningen met grote feesten aan de dorpelingen.
    Ze waren als broers voor elkaar en er was niets dat hen kon deren.
    Maar de twee koningen werden ouder en groeide na jaren van broederschap uit elkaar.
    Huize Norhtwode wilde meer land te veroveren, om meer aan kracht te winnen, terwijl huize Baratheon opzoek was naar meer bondgenoten om wat veiligheid voor de dorpelingen te creëren.
    Het koninkrijk van Baratheon groeide uit tot een fort dat bescherming gaf aan zij die het nodig hadden terwijl het koninkrijk van Northwode één van de meest gevreesde koninkrijken was geworden.
    Na eeuwen van vrede, verklaarde huize Norhwode de oorlog aan huize Baratheon.
    En dat was het begin van een tijdperk vol oorlog en politieke intriges.
    Allemaal in het teken van macht en rijkdom.



    Regels:

    • Er is een minimum van 350 woorden en ja ik controleer!
    • OOC is altijd tussen haakjes.
    • Schelden en 16+ is toegestaan maar probeer het wat netjes te houden.
    • Bespeel alleen je eigen personage en heb respect voor anderen.
    • Personages mogen vermoord worden, in overleg met de eigenaars.
    • Het is een realistische RPG, dus geen draken, trollen of weet ik veel wat.
    • Naamsveranderingen en afwezigheden altijd doorgeven.
    • Let op spelling en interpunctie, niets is zo erg als een post bomvol schrijffouten.
    • Denk er aan, niemand is perfect.
    • Reserveringen blijven 2 dagen staan en worden dan zonder waarschuwing verwijdert.
    • Denk goed na voor je meedoet, ik wil geen mensen die na een dag al stoppen.
    • Alleen Gipsy maakt de topics aan, tenzij ik anders vermeld.



    Huize Baratheon

    Vrouwen:

    - Gipsy - Elizabeth Marique Baratheon - Prinses/Dochter van de koning. 1,1
    - Pebble - Catherine Eleanor Baratheon - Prinses / Dochter van de koning 1,3
    - DreamerN - Fauna Deidre Graham - Hofdame 1,3
    - mismi - Elena Sophia Collins - Persoonlijke dienstmeid Elizabeth / Inzetbaar Spion 1,2
    - Yseult - Ranghiel Ayla Angil - meid 1,5



    Mannen:

    - Tolkien - William Alfwyn Baratheon - Kroonprins / Troonopvolger 1,11
    - Reservatie voor WillNotLearn
    - Ceremonials - Iwan Robbert Starks - Bakkerszoon 1,5
    -
    -






    Huize Northwode:

    Vrouwen:

    - Ceremonials - Anastasia Marbel Northworde - Dochter van de koning / Prinses 1,3
    - HurtedHeart - Jade Elizabeth Marie McCartny - Jonkvrouw 1,7
    - Endure - Allison Montgomery - Spionne 1,1
    - Tolkien - Amelia Iphigenia Lancaster - Huurlinge 1,2
    - Aurorea - Rosie Annora Wayland - Dame van plezier 1,4


    Mannen:

    - Reservatie voor WillNotLearn - Kroonprins / Troonopvolger
    - Gipsy - Jonathan Xander Kingsley - Ridder / zoon van de hertog 1,1
    - Yseult - Thonolan Domien Dust - Ridder 1,5
    -
    -




    Cover made by Yuliette


    Meedoen kan altijd, als je hier klikt.
    Klik hier voor de rollentstory
    Praat-topic 1

    [ bericht aangepast op 13 jan 2013 - 22:27 ]


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    Gipsy schreef:
    [Pebble, kan je proberen om je aan het minimum aantal woorden te houden? (: Je kan je woorden tellen in word.]


    [Oh, ja, zal ik doen! Ik had deze gewoon via Q geschreven, vandaar dat ik niet op het minimum aantal woorden had gelet, sorry!]


    Beauty begins the moment you decide to be yourself - Coco Chanel

    Fauna Deirde Graham ~ Baratheon ~In het dorp

    Verbaasd merkte ik op dat her en der mensen voor me aan de kant gingen om me door te laten.
    Blijkbaar werd ik wel herkend en erkend als hofdame van het kasteel.
    Verwoed keek ik om me heen, behoedzaam voor vriendelijke herkenbare gezichten en herkenbare gezichten die ik dus liever meed.
    Hopend dat ik iemand tegen zou komen die ik ook daadwerkelijk goed ken liep ik verder tussen de menigte door.
    Ik had ook gewoon met de prinsessen en sommige andere hofdames mee moeten gaan, maar nee hoor, ik moest mijn vertrek naar een feest in het dorp weer eens uitstellen.
    Gelach galmde om me heen terwijl ik even een rondje draaide zodat ik mijn positie wat beter kon bepalen, waarbij ik niets meer kon ontdekken dan een aantal mannen van middelbare leeftijd die enig sinds verlekkerd naar me keken.
    Jakkes, snel maar weer verder lopen voor ze nog naar me toe kwamen om zogenaamd een praatje met me te komen maken.
    Zo snel als het me toegestaan werd door de menigte liep ik verder de straat door, richting het grote plein waar daadwerkelijk het feest word gevierd, tot ik prompt bevroor.
    Midden op mijn rechte lijn die ik liep stond de jongeman die ik liever nooit meer wou zien.
    Mijn stiefbroer a.k.a Citrick Syre.
    Gelukkig had hij mij nog niet gezien, waardoor ik van die gelegenheid gebruik maakte door me de menigte in te gooien en zo op goed geluk langs hem heen zou kunnen glippen.
    Ik hield mijn adem in toen ik hem passeerde en een triomfantelijk gevoel schoot door mijn lichaam heen, ik hoefde niet bang te zijn, ik kon hem makkelijk ontlopen.
    Na hem meters gepasseerd te hebben liep ik vol goede nieuwe moed het plein op, waar ik over de hoofden heen net kon zien hoe Prinses Catherine van haar paard af werd gehaald door één van de ridders, waardoor ze uit mijn gezichtveld verdween en ik nog geen enkel idee had waar ik nou precies heen moest om bij de andere hofdames uit te komen.
    Zuchtend begon ik op goed geluk maar ergens heen te lopen, tussen de dorpslieden door die zich allemaal hadden opgedoft voor dit toch wel Koninklijke feest.
    Ik moest een gil onderdrukken toen ik opeens een hand op mijn schouder voelde, al snel gevolgd door een tweede, die me allebei naar achter trokken.
    “Kijk eens aan, wie hebben we hier ?”
    Die stem.
    Het voelde alsof er ijswater door mijn aderen stroomde, het was mijn stiefbroer Citrick.
    Verwoed probeerde ik me los te schudden van zijn handen, maar hoe erger ik me verzette hoe strakker hij me vast leek te grijpen zonder dat iemand het daadwerkelijk door leek te hebben.
    Word mijn nachtmerrie nu waarheid ?
    Met grote ogen draaide ik me zo goed mogelijk naar hem om, zodat ik hem recht in zijn groene ogen aankijken.
    Hij was niet lelijk, zeker niet, met zijn heldere groene ogen en rossig haar was hij er makkelijk uit te pikken en vele meisjes vielen dan ook voor hem en zelfs doen schoof hij ze allemaal aan de kant en bleef hij alleen met mij bezig, terwijl ik hem smeekte om ermee te stoppen.
    Zijn jeugdige en soms schattige gezicht pakte iedereen in.
    Maar achter dat knappe masker gaat een monster schuil.
    Een monster die je pas leert kennen als het al te laat is.
    Verwoed schudde ik me los van zijn mooie groene ogen, waarin een kille gloed op de achtergrond lag.
    “Laat me los.” Wist ik uit te brengen, maar ik wist wel dat het niets uit zou maken.
    Citrick keek me enkel aan, hij bewoog verder niet, hij observeerde me enkel met die groene ogen van hem.
    Het leek alsof het in slow motion gebeurde, een scheve grijns die op zijn gezicht verscheen.
    “De tijden bij het kasteel hebben je goed gedaan.”
    Een brok in mijn keel voorkwam dat er ook maar enig geluid uit rolde.
    Wat dat een compliment of een dreigement, uit zijn mond kon het gelijk allebei zijn.
    Hij boog zich een stukje voorover en angstig voor wat hij nu ging doen kneep ik mijn ogen dicht.
    Enkele seconden verstreken voordat ik zijn lippen zachtjes op mijn wang voelde.
    Verward deed ik mijn ogen open, om Citrick alweer voor me te zien staan met een geamuseerde glimlach om zijn lippen.
    Maar wat me nog het meeste verwarde was de blik in zijn ogen.
    De normale kille, wrede blik was verdwenen en had plaatsgemaakt voor een zachte vriendelijke variant.
    Zijn handen gleden van mijn schouders af en eentje kwam er op mijn hoofd terecht, waar hij klopjes op gaf.
    Ik slikte de brok in mijn keel weg. “Waar… waar is je moeder ?”
    Voor het eerst keek hij me vreemd aan. “Heb je het nog niet gehoord ?”
    Voorzichtig schudde ik mijn hoofd.
    “Ze is opnieuw getrouwd met één of andere rijke gozer, ze heeft me hier achtergelaten omdat hij niet van kinderen houd.” Hij haalde zijn schouders op. “En ergens ben ik daar wel blij om, nu ben ik eindelijk van mijn moeder verlost en kan ik normaal mijn leven leiden.”
    Mijn voeten deden als vanzelf een stap achteruit, maar Citrick hief zijn handen op in een afwerend gebaar. “Ik doe je niets, sinds mijn moeder vertrokken is wou ik niets anders doen dan jou mijn verontschuldigingen aanbieden, mijn moeder stookte me op om al die dingen bij je te doen.”
    Wat ? Wat zei hij nu allemaal ?
    Hoe kon ik hem vergeven, als het al waar zou zijn.
    “Hoe kan ik je vergeven ? Je hebt me misbruikt, die keuze lag geheel bij jouw zelf.”
    Ik deed nog weer een stap bij hem vandaan, maar hij deed er gewoon weer eentje naar mij toe.
    “geloof me, ook al wou ik wel met je naar bed, toch deed ik het onwillig.”
    Wat was dat nou weer voor een uitspraak ?
    Opeens haalde hij een brief uit de binnenkant van zijn mantel.
    “Gisteren heb ik mijn reactie teruggekregen van het kasteel.” Hij overhandigde me de rol die ik snel door begon te lezen.
    Nee, dit kon niet waar zijn.
    In de brief stond duidelijk beschreven dat hij vanaf morgen in werk dienst staar op het kasteel.
    Maar zijn taak omschrijving stond me in zijn geheel niet aan, ook al had hij net spijt betuigd, wat ik al amper kon bevatten.
    Zijn taakbeschrijving was om mij te begeleiden, als mijn persoonlijke soldaat.
    En de brief was ondertekend door de koning hemzelf, daar kon ik dus echt geen tegenspraak op geven, hoe graag ik het nog zou willen.
    “Ik ben echt anders dan je denkt Fauna, je moet me geloven.”
    En met die woorden nam ik hem voorlopig maar in proeftijd, als het echt weer verkeerd zou lopen kon ik altijd nog een klacht indienen, toch ?
    Met een zucht accepteerde ik de gebeurtenissen en probeerde ik mijn goede humeur weer terug te krijgen, dit is en blijft een feest.
    En zelfs mijn stiefbroer als persoonlijke bewaker kon daarbij geen roet in het eten gooien.


    Credendo Vides

    Elizabeth Marique Baratheon

    "Uw zuster trekt weer veel aandacht vandaag" Hoorde ik de stem van Elena zeggen terwijl ik het laatste stukje van mijn appel naar binnen werkte.
    Nonchalant wierp ik een blik uit het raam en haalde vervolgens even mijn schouders op.
    "Ze mag het hebben," Grinnikte ik en stond op nadat ik besloot dat het bijna tijd was om te gaan. "Ik hou niet echt van al die drukte."
    Op een erg elegante en rustig tempo, wandelde ik naar de kapperstafel waar ze mijn medaillon had gelegd en maakte het bij mezelf vast aangezien Elena bezig was.
    "Begrijp me niet verkeerd," Ging ik verder terwijl ik het slotje van het medaillon dicht deed. "Het volk is erg vriendelijk en beleefd."
    Ik wierp een blik in de spiegel en draaide me vervolgens weer om naar Elena terwijl ik toekeek hoe ze het bed opmaakte.
    "Maar soms denk ik echt dat ze het alleen maar doen omdat we van adel zijn." Het kwam er bijna teleurgesteld uit, maar zo voelde het wel aan voor mij.
    Soms was het lastig om naar buiten te gaan zonder dat iedereen achter je aan liep om te komen slijmen.
    Ik was er haast zeker van dat ze ons nooit zo veel aandacht zouden geven als we geen koninklijk bloed door onze aderen hadden stromen.
    Gelukkig kon ik af en toe wat troost putten uit het feit dat ik wel eens het kasteel verliet in kleren van de stalknecht.
    Als iemand me zo zou betrappen, zou ik er niet goed voorstaan maar tot nu toe had nog nooit iemand me herkend als de prinses.
    Vrijwel iedereen dacht dat ik gewoon een stalknecht was, een jongen die geld verdiende voor zijn familie.
    Ik kon het hen ook niet kwalijk nemen dat ze dit dachten, ik had namelijk wel de juiste grootte om als kleine jongen door te gaan.
    Mijn haren stak ik altijd onder een hoedje zodat het nog minder op zou vallen en mijn gezicht bedekte ik met wat roet of aarde zodat ik vuil leek.
    Er waren maar enkelen die er van wisten, maar mijn vader mocht dit echter nooit te weten komen, hij zou me opsluiten tot ik werd uitgehuwd.
    "Zo," Zei ik uiteindelijk om van onderwerp te veranderen. "Wat denk je? Ben ik klaar voor het feest?"
    Snel draaide ik een rondje om mijn eigen as zodat de jurk redelijk sierlijk mee draaide met mijn beweging.
    Een trotse lach stond op mijn gezicht terwijl ik weer opkeek naar Elena, ze moest wel haast denken dat ik gek was geworden.


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    Elena Sophia Collins
    Prinses Elizabeth geeft nog een reactie op mijn opmerking over prinses Catherine, maar omdat ik zo diep in gedachte was verzonken over dat meisje krijg het niet echt mee. Als ik bezig ben met het opmaken van het bed, loopt ze naar het tafeltje waar het medaillon ligt en doet hem zelf om. “Begrijp me niet verkeerd, het volk is erg vriendelijk en beleefd” zegt ze en werpt een blik in de spiegel. Ik ben inmiddels klaar met het bed en kijk haar even vragend aan. “Maar soms denk ik echt dat ze het alleen maar doen omdat we van adel zijn.” Ik hoor een spoor van teleurstelling in haar stem. Ik weet niet zo goed of ik antwoord moet geven, ze geeft het eigenlijk zelf al. Tuurlijk zijn ze aardig omdat ze van adel is, maar ik geloof niet dat het alleen dat is. Voor sommige wel, die zien alleen maar geld als ze hun zien, maar ik ken iedereen van het koninklijk huis. Niet allemaal zo goed als prinses Elizabeth natuurlijk, maar ze hebben allemaal een goed hart. Al heb ik wel zo mijn twijfels bij sommige beslissingen van de Koning in zijn verleden. “Zo” zegt ze uiteindelijk voordat ik iets van een antwoord kon geven. “Wat denk je? Ben ik klaar voor het feest?” vraagt ze en draait een rondje zodat de jurk sierlijk meedraait. Ik lach even “U bent helemaal klaar voor het feest. Ik raad u aan een grote ridder mee te nemen die alle jonge mannen voor u kan afweren” zeg ik er lachend achteraan. “En om nog even terug te komen op uw andere vraag. Ik denk dat u het antwoord zelf al hebt gegeven mevrouw” zeg ik dan met een klein lachje. “Als u er verkleed op uit gaat, herkennen ze u niet en behandelen ze u als iedere andere dorpeling. Als u als prinses naar buiten gaat krijgt u veel meer aandacht, omdat ze weten dat hun toekomst in de handen van het koninklijke huis ligt en omdat u misschien wel geld bij u heeft wat u kunt uitdelen.” Ik kijk haar even aan en kijk kort naar haar reactie. “Maar veel kunt u er niet aan veranderen. Het feit is en blijft dat u van adel bent en dat de meeste dorpelingen gewoon gek zijn” ik grijns even. “Nu is het tijd dat u zich naar het feest begeeft, voordat ze denken dat ik u ontvoerd heb en ik moet mijn taken ook nog afmaken. Excuseert u mij” zeg ik en ik buig even om vervolgens met de rest van haar ontbijt de kamer uit te lopen om dat op te ruimen. Ik maak mijn taken van deze dag af, wat er gelukkig niet veel zijn vanwege het feest, en ben nog voor de middag klaar.

    Ik sta voor mijn kast waar ik mijn paar jurken heb uitgehangen en kijk keurend naar elke jurk. Ik zucht en heb wat minder zin om naar het feest te gaan als ik naar mijn schamele collectie kijk. Ik wil de kamer uitlopen als mijn vader in de deuropening staat. “Ik heb wat voor je” zegt hij en loopt vervolgens de huiskamer in om niet veel later terug te komen met een pakketje. Het is simpel ingepakt in papier en ik kijk hem even aan. Ik pak het pakje aan en begin het rustig open te maken. Ik kan mijn ogen niet geloven als ik de gloednieuwe jurk voor me ophoudt. Ik kijk van mijn jurk op naar mijn vader, weer terug naar de jurk en vervolgens weer terug naar mijn vader. De tranen springen in mijn ogen. Ik loop naar hem toe en omhels hem even stevig. “Dankuwel” zeg ik en probeer mijn emoties weer onder controle te krijgen. “Alsjeblieft, je verdient het” zegt hij en als ik hem loslaat loopt hij de kamer uit zodat ik hem kan aantrekken. Ik trek de jurk die ik nu aan heb uit en trek de nieuwe voorzichtig aan. Ik ga met mijn handen over de stof van de jurk heen. De jurk is gemaakt van een fijne en goede stof. Hij heeft vast een klein fortuin gekost. Ik pak een borstel en begin mijn haar te borstelen. Ik maak aan elke kant van mijn hoofd een klein vlechtje om die twee vlechtjes vervolgens achter samen te brengen en in één vlecht laat overgaan. Zo heb ik geen last van haar dat irritant in mijn gezicht kan zitten en het ziet er feestelijk uit. Ik kijk even in het kleine spiegeltje en knik tevreden. Ik loop de kamer uit en zie dat mijn vader al weg is. Ik pak nog wat water en ga vervolgens weer richting het dorpsplein voor het feest.

    William Alfwyn Baratheon || Kroonprins
    "Goedendag, William," antwoordde Catherine beleefd. "Dit is Miss Angil. Zij en haar moeder werken bij ons op het kasteel." Will voelde zich een beetje schuldig toen ze dat zei, aangezien hij niet had geweten wie het meisje was. Ze kuchte even bij de benaming "Miss Angil".
          "Ik heb toch liever dat u mij Ranghiel noemt, zoals mijn voornaam luidt, mijnheer. Ik denk dat al die deftige titels maar beter aan u en uw familie overgelaten kunnen worden." Will moest even geamuseerd lachen door die uitspraak. Hij wilde zeggen dat Ranghiel hem evengoed bij zijn voornaam mocht aanspreken, maar herinnerde zich toen de stem van zijn moeder, toen hij dat als zeventienjarige bij iemand anders had geprobeerd. Hij had bijna een tik gekregen.
          ”Zoals u wilt, juffrouw Ranghiel." Het meisje had hem recht in de ogen gekeken. Will vond het niet de meest verschrikkelijke zaak van de wereld, maar op vlak van etiquette was dat nogal onbeschoft, dus vroeg hij zich wel een beetje af waar Ranghiel deze brutaliteit vandaan had.
          "Prinses?" vroeg een ridder aan Catherine.
          "Ja, sir?" De ridder vertelde aan Wills zus dat hij haar van het paard zou afhelpen, en wanneer hij met haar merrie naar de stal ging, gaf hij de teugels van Hearan over aan de ridder zodat die de hengst kon meenemen naar de stallen.
          Wanneer Catherine afgestegen was, richtte Ranghiel zich weer tot haar, aangezien ze haar vraag nog niet had beantwoord.
          "Ik maak het prima, dank u," zei ze. "Ik hoop dat dat genoegen ook aan u is." Op Catherines opmerking over het weer leek ze niet echt in te gaan. "Waar heb ik, als simpele meid, deze conversatie met twee koninklijke lieden eigenlijk aan verdiend?" vervolgde ze dan. Will vond de hele conversatie nogal houterig.
          "Ik zie niet in waarom iemand als u dat niet zou verdienen," zei Will met een klein glimlachje. "Maar als u mij wilt excuseren, ik moet even goedendag tegen iemand gaan zeggen," voegde hij toe, toen hij Elena in de verte zag arriveren. Hij had geen zin meer om houterig en formeel te doen; Will bevond zich niet graag in het gezelschap van mensen die hij amper kende op momenten zoals deze, ook al waren die de beste om ze te leren kennen.
          Met Elena was het anders. Hij kende haar al sinds ze vijftien was of zo. Ze was net als zijn jongere zusje.
          Voordat hij haar echt leerde kennen, had hij haar natuurlijk al gezien in het kasteel, maar toen wist hij niet echt wie ze eigenlijk echt was. Will was haar tegengekomen in het bos terwijl ze aan het oefenen was. Hij dacht eerst dat ze een vijand was en had haar bijna vermoord als ze niet zo goed was geweest met het zwaard.
          Het was best wel ironisch dat hij Elena te vriend had gehouden nadat Léonie was gestorven, zeker omdat ze een vrouw is. Hij had zich zo'n beetje voor alles en iedereen afgesloten na die dood.
          "Eindelijk, ik dacht dat ik de hele dag in het bijzijn van allemaal onbekenden had moeten vertoeven," zuchtte hij toen hij haar bereikt had. "Ik wist niet eens zeker of je ging komen... Heb je een nieuwe jurk gekregen?" Will merkte nu pas de jurk op die ze aanhad. Het kleur paste goed bij haar haarkleur.

    [ bericht aangepast op 11 jan 2013 - 22:58 ]


    help

    Elena Sophia Collins
    Als ik op het dorpsplein aankom zie ik dat Will mijn kant al op komt. In het kasteel en in het bijzijn van andere mensen noem ik hem altijd netjes prins William, maar als we wel eens alleen zijn en het allemaal niet zo formeel is, noem ik hem eigenlijk gewoon Will. Hij lijkt het niet erg te vinden. “Eindelijk, ik dacht dat ik de hele dag in het bijzijn van allemaal onbekenden had moeten vertoeven” zegt hij als hij bij me staat. Ik grinnik even. “Ik wist niet eens zeker of je ging komen” vervolgt hij. “Heb je een nieuwe jurk gekregen?” vraagt hij als hij mijn jurk ziet. “Ik kon je natuurlijk niet aan je lot overlaten, zelfs een prins heeft een ridder nodig” zeg ik grinnikend. “En daarbij kan ik een dorpsfeest niet missen natuurlijk, het werk loopt echt niet weg, dat stapelt zich wel op. En ja dit is een nieuwe jurk, net van vader gekregen.” Ga ik verder en ik glimlach even. “Vind je hem mooi?” vraag ik en kijk even naar beneden om mijn jurk te bekijken. “Het heeft vast een vermogen gekost” zeg ik en ik glimlach even verlegen.

    Omdat mijn vader de enige smid is in dit dorp, worden alle zwaarden bij hem besteld en komen ook alle paarden bij hem. Daarnaast werkt mijn moeder ook en ik ook, dus wij hebben het nog redelijk goed gelukkig. Het is eigenlijk best raar dat Will en ik vrienden zijn geworden. Hij is niet zo loslippig over zijn geheimen en zijn leven, maar ik weet meer dan hij denkt. Van mij weet hij eigenlijk bijna alles. Ik klets nou eenmaal graag en hij lijkt het niet erg te vinden. Dat scheelt hem weer praten. Het verbaasde me wel, nog steeds, dat hij toch zo met mij omgaat, gezien het verhaal. Al denkt hij waarschijnlijk dat ik er niks van weet, of dat ik denk dat het een of andere roddel is. De koning kon het natuurlijk niet laten gebeuren dat het hele dorp van haar af wist. Wij als personeel dachten ook dat het gewoon een meisje was dat iets had misdaan, maar helaas hoor je als personeel ook wel eens gesprekken die niet voor jou oren zijn bestemd.

    Elizabeth Marique Baratheon

    Nadat Elena de kamer had verlaten, wierp ik nog één blik door het raam zodat ik een overzicht kreeg over het plein.
    Zoals verwacht, was het een enorme opkomst en zou het een erg zware dag voor iedereen worden.
    Waarschijnlijk zou ik geen ridder meenemen zoals Elena had aanbevolen, iedereen was waarschijnlijk toch al op het feest dus zou het te veel tijd in beslag nemen om nog een goede ridder te vinden.
    Daarbij kon ik mezelf nog wel wat verdedigen als het echt nodig was, maar of het nodig zou zijn betwijfelde ik ten zeerste.
    Er was immers genoeg volk, dus het zou wel een erg grote fout zijn om nu een aanval te doen op iemand van het koningshuis.
    Opgewekt liep ik de kamer uit en kon nog net voorkomen dat ik zou rennen, dat zou wel erg onprofessioneel van me zijn.
    Toen ik richting de stallen wandelde, was het de hete zon die me begroette zodra ik een voet buiten had gezet.
    Eenmaal in de stallen, zag ik mijn zwarte hengst staan die ik als klein meisje had gekregen van mijn vader voor mijn verjaardag.
    Hij was eigenlijk mijn grote trots aangezien het een erg gespierd paard was met prachtige, volle manen.
    De stalknecht had er al voor gezorgd dat het paard gezadeld was, waar ik hem overigens erg dankbaar voor was.
    "Moet ik u helpen, prinses?" Vroeg de stalknecht nederig nadat hij het paard uit de stal had gehaald.
    "Nee, dat hoeft niet." Glimlachte ik naar de jongen terwijl ik mijn hand over de hals van het paard liet gaan. "Het zal me wel lukken."
    De stalknecht knikte nederig en verdween gelijk weer de stallen in om verder te werken.
    Behendig hees ik mezelf in het zadel en begaf me op een redelijk tempo richting het plein waar het feest al aan de gang was.
    Wanneer ik het feest naderde, vertraagde ik mijn pas zodat ik geen burgers omver zou lopen met mijn gespierde paard, dat zou wel ongepast zijn.
    Ik begroette de burgers met een vriendelijke glimlach en aaide een klein kindje over haar hoofd wanneer een moeder haar naar me uitstak.
    Het kleine meisje keek me met haar grote blauwe ogen aan, waardoor mijn glimlach nog een beetje groter werd.
    Wanneer ik mijn blik over de mensen liet glijden, merkte ik al snel mijn broer en zus op die er ook erg feestelijk uitzagen.
    Terwijl de mensen plaats maakten zodat ik er met mijn paard langs kon, voegde ik me bij Catherine. "Vermaak je jezelf wat, zusje?"




    Jonathan Xander Kingsley

    "Ik- ik heb er het materiaal en de ruimte niet voor," Hoorde ik haar zeggen en trok automatisch een wenkbrauw op. "En ik zou iemand nodig hebben om me bij te staan, volgens mij is jou vader niet echt iemand die zich zomaar laat doen."
    Terwijl een kleine zucht uit mijn mond ontsnapte, leunde ik met mijn hand tegen de muur van huisje zodat ik beter stond.
    "Ik dacht dat je erg goed was in zulke zaken?" Zei ik spottend en schudde vervolgens even mijn hoofd. "Ik weet wel een plaats en als je materialen wilt, betaal ik ze wel als je zegt hoeveel ze kosten."
    Geen denken aan dat ik me zomaar liet afwimpelen door een klein excuus waar iets aan gedaan kon worden, ik moest hier mee doorgaan.
    "Heb je geen vrienden in dat milieu?" Vroeg ik nog steeds op een gedempte toon. "Als je wilt, betaal ik die net zo veel als jou."
    Over geld moest ik me toch geen zorgen maken, dat had ik genoeg, het enige waar ik me eventueel zorgen om moest maken, was het feit dat we beiden een groot risico liepen als we betrapt werden.
    "Mijn vader is trouwens niet erg sterk," Mompelde ik er achter aan. "Hij heeft gewoon een grote mond, maar als hij alleen is, is hij een lafaard."
    Mijn stem was erg bitter geworden, maar ik kon het echt niet helpen.
    Het was zijn eigen schuld dat mijn haat voor hem door de jaren heen zo was gegroeid dat het er waarschijnlijk nooit op zou beteren.
    Ik kon het hem gewoon niet vergeven wat hij me al die jaren had aangedaan, als mijn moeder nog had geleefd, was ik veel gelukkiger geweest.
    Toen ik besefte dat ik nu wel erg dicht bij haar stond, leunde ik weer wat achteruit omdat ze anders misschien een verkeerde indruk zou krijgen.
    Ook al was dit alleen maar voor zaken, toch wilde ik niet dat ze dacht dat ik een haatdragende psychopaat was die zijn klusjes niet zelf kon klaren.
    Als ik het wilde, kon ik het zelf maar ergens had ik een vermoeden dat ik dan nooit te horen zou krijgen wat ik wilde.
    Aan Allison kon ik het ook niet vragen, ondanks ze een spionne was.
    Ze zou me waarschijnlijk gek verklaren en het ook nooit toestaan ondanks we zulke goede vrienden waren.


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    Allison Montgomery
    Terwijl Anastasia door bleef praten hield Allison de omgeving nauwlettend in de gaten, iets wat ze altijd zou blijven doen, maar vandaag zocht ze iemand. Jonathan, Ze waren al jarenlang bevriend en kenden elkaar dan ook als geen ander. Hij had ook geweten dat ze vandaag terug zou komen, maar, bedacht ze zich, hij had het waarschijnlijk erg druk met andere zaken. Ze zou hem vast wel nog wel zien die dag. Met die gedachte vond ze de zaak afgedaan en richtte ze haar aandacht weer op Anastasia die haar net op dat moment wat vroeg: "Ah, u werkt voor mijn vader dus?"
    Allison knikte bevestigend, blij dat haar naam blijkbaar toch een belletje had doen rinkelen bij de prinses. Voor iemand zoals haar was haar reputatie haast van levensbelang. Was ze onbekend of dachten de mensen slecht over haar? Dan zou niemand haar hulp nodig hebben en dat betekende direct dat ze geen inkomsten meer had. Alhoewel ze natuurlijk wel betaald werd door de koning voor haar diensten en flink ook, maar ze had lang geleden besloten dat geld enkel te steken in haar diensten. Ze kocht er bijvoorbeeld wapens van. Ook het eten hier had ze afgeslagen, ze was graag onafhankelijk en voelde zich meer tevreden als ze minder te eten had gehad, maar er wel zelf voor gezorgd had dan een koningsmaal waar ze haast niks voor had hoeven doen. Sowieso had ze weinig behoefte om zich tussen dat soort volk te mengen. Daarom had Anastasia haar waarschijnlijk niet direct herkend.
    Plots leek Anastasia haar vragenvuur op Allison gericht te hebben, maar dit had ze zelf gelukkig ook door. In gedachten moest Allison kort grijnzen wegens de nieuwsgierigheid van de jonge vrouw. "Ach, Baratheon verschilt niet veel van Northwode. Het is even prachtig daar en de mensen zijn er vrijwel hetzelfde, toch prefereer ik Northwode," bekende ze. Als mensen goed naar haar zouden luisteren, zouden ze een hoop over Allison te weten komen, ondanks dat ze weinig sprak. Helaas had Allison vaak genoeg gemerkt dat de meeste mensen niet geconcentreerd luisterden naar wat je te zeggen had. Daardoor had ze al een paar keer boze cliënten gehad. De cliënten hadden haar dan om informatie gevraagd, maar de meeste mensen waren gierig en dan was Allison dat logischerwijs ook met haar informatie. Voor een paar koperen munten kon je niet meer verwachten dan een mysterieus en vaag antwoord, wat wel werkelijk op de waarheid sloeg, maar niet het antwoord was waar ze op hadden zitten wachten. Een man had haar ooit gevraagd of een ander hem oplichtte, Allison had hem verteld dat die man wel vaker mensen had opgelicht en haar cliënt was er direct vanuit gegaan dat hij nu ook opgelicht werd. Dit laatste was natuurlijk niet waar en voor ze het wist was de man zijn geld op komen eisen, maar Allison had hem wel duidelijk weten te maken dat ze daar niet van gediend was. Hij had betaald en zij had hem gegeven wat het waard was.
    Plots werd Allison's aandacht getrokken door een figuur in de verte, maar tot haar teleurstelling zag ze dat het niet diegene was die ze zocht en richtte ze zich op Anastasie. "Heeft u toevallig Jonathan gezien?" Mensen waren wel eens verbaasd over het feit dat Allison toch niet alles bleek te weten, maar daar zat ze niet te veel ove in. Ze wist veel en dus ook dat het onmogelijk was alles te weten over alles en iedereen, ze was immers een mens en geen God. Al leken veel mensen dit wel te denken.


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    William Alfwyn Baratheon || Kroonprins
    Elena moest even grinniken. Het plein begon zich al met volk te vullen en een paar mensen spraken Will aan.
          “Ik kon je natuurlijk niet aan je lot overlaten, zelfs een prins heeft een ridder nodig” zei ze met een grijns op haar gezicht. Will schudde even glimlachend zijn hoofd.. “En daarbij kan ik een dorpsfeest niet missen natuurlijk, het werk loopt echt niet weg, dat stapelt zich wel op. En ja dit is een nieuwe jurk, net van vader gekregen,” ging ze verder.       Ze glimlachte en zag er opgetogen uit. “Vind je hem mooi?” vroeg ze en ze kijk even naar beneden om de jurk te bekijken. “Het heeft vast een vermogen gekost...”
          "Hij past bij je haar," zei Will. "En ik vind dat je mooi haar hebt, dus ja."
          Terwijl Elena en hij een rondje rond het plein liepen, kwam er een meisje op hem af. Ze kon niet ouder zijn dan een jaar of zes, zeven. Ze had gigantische ogen met volle wimpers en hield met haar armen naar boven uitgestrekt een bosje bloemen in haar handen. Will moest glimlachen. Hij hield er het meest van als hij dit soort geschenken kreeg. Niet massief gouden dingen waar hij niets mee was. Die kwamen toch alleen maar van mensen die wilden slijmen bij het koningshuis. Hij had een hekel aan zulke mensen.
          Dit soort gebaren waren veel en veel mooier, vond hij. De simpelste gebaren waren meestal de mooiste, als je bedacht dat het kwam van mensen die niet zo heel erg rijk waren. Dat zulke mensen de rijkste stand nog geschenken wilde geven raakte Will vaak. Meestal werd hij door die mensen vuil aangestaard.
          Will knielde neer bij het meisje en nam de bloemen aan, terwijl hij een bedankje zei en even door haar wilde bos krullen streek. Het meisje glimlachte opgetogen en huppelde terug naar haar ouders waardoor Will wel even moest lachen.
          "Hier, voor in je haar," zei Will schaapachtig tegen Elena. Hij haalde een paar van de paarse bloem uit het boeket en stak hem in haar haar. Hij leek precies hetzelfde kleur van haar jurk te hebben.

    [Sowwy, ik moest eerst ook nog eten.]

    [ bericht aangepast op 13 jan 2013 - 21:21 ]


    help

    Elena Sophia Collins
    “Hij past bij je haar” zegt hij en ik kijk even op terwijl ik hem even vragend aankijk. Hij past mooi bij mijn haar? “En ik vind dat je mooi haar hebt, dus ja” zegt hij erachter aan. Mannen zijn soms zo raar. Hij begint te lopen ik loop met hem mee. Als we een rondje over het plein heen lopen komt er een meisje op ons afgelopen. Ze stopt bij Will om hem het bosje bloemen te geven dat ze in haar handen heeft. Er verschijnt een glimlach op zijn gezicht. Hij vond het altijd leuk om dit soort dingen te krijgen. Gewoon kleine dingetjes, geen grote en dure dingen. Hij knielt even neer bij het meisje en neemt de bloemen aan terwijl hij haar bedankt en even door haar mooie wilde bos met krullen strijkt. Er komt een grote glimlach op het gezicht van het meisje en ze huppelt vrolijk terug naar haar ouders. Will moet lachen en ik ook. Hij staat weer op. “Hier, voor in je haar” zegt hij nogal schaapachtig en ik kijk hem even raar aan. Hij pakt een paarse bloem uit het boeket en steekt hem in mijn haar. Ik grinnik even. “Dankuwel mijn heer” zeg ik even en buig even mijn hoofd naar hem toe zoals meestal prinsessen of gravinnen of iets deden. Ik heb het prinses Elizabeth vaak genoeg zien doen. Ik lach weer even. “Hoe gaat het met je zwaardtechnieken?” vraag ik dan terwijl ik weer verder loop.

    Ik weet nog de eerste keer dat we elkaar echt ontmoette. Als ik mezelf niet geleerd had om een zwaard te hanteren had ie me waarschijnlijk neergestoken. Ik kan me nog wel zijn ietwat verbaasde en geschokte gezicht herinneren toen ie zag dat ik een vrouw was en dat ik vrij goed met een zwaard om kon gaan. Ik grinnik even als ik dat gezicht weer voor me zie. Het ziet er vast raar uit, maar ik kan het niet helpen. Hij herstelde zich wel vrij snel en zette de aanval in, waarschijnlijk omdat hij dacht dat ik een vijand was. Ik werkte toen pas net in het kasteel en hij had mij nog nooit gezien. Toen ik jonger was, was ik ook niet zo geïnteresseerd in het koningshuis. Ik was liever in het bos om te oefenen. Toen hij ineens tussen de bomen tevoorschijn kwam schrok ik me een hoedje. Hij was de eerste persoon tegen wie ik mijn zwaard had gebruikt. Meestal oefende ik gewoon in de lucht.

    Catherine Eleanor Baratheon - Prinses van Baratheon.
    Wanneer ik afgestegen was, richtte Ranghiel zich weer tot me, aangezien ze mijn vraag nog niet had beantwoord.
    'Ik maak het prima, dank u," zei ze. 'Ik hoop dat dat genoegen ook aan u is.' Op mijn opmerking over het weer leek ze niet echt in te gaan. 'Waar heb ik, als simpele meid, deze conversatie met twee koninklijke lieden eigenlijk aan verdiend?' vervolgde ze toen. Het was een beetje een raar gesprek, alsof ze allemaal vreemden waren.
    'Ik zie niet in waarom iemand als u dat niet zou verdienen,' zei William met een klein glimlachje. 'Maar als u mij wilt excuseren, ik moet even goedendag tegen iemand gaan zeggen,' voegde hij toe, waarna hij weg liep. Door de menigte heen zag ik hem nog net naar Elena lopen, de persoonlijke dienstmeid van mijn zus Elizabeth. Het bleef stil tussen Ranghiel en mij, ik wist eigenlijk niets meer om tegen haar te zeggen. Ze was erg moeilijk om te doorgronden en daarbij was ik altijd slecht geweest in kleine gesprekken. Vaak gingen mensen wel in op mijn opmerkingen op het weer en begonnen ze daarna zelf een verhaal te vertellen, waardoor ik alleen maar hoefde te luisteren. Ik hield van luisteren. Het gaf me een goed beeld over het leven van de andere persoon, hun kijk op dingen. Maar aangezien Ranghiel er niet op gereageerd had, was het gesprek vastgelopen. Mijn bruingroene ogen gleden over de markt, het was er al aardig druk. Bier en wijn werd volop geschonken en er werd van verschillende kanten hard gelachen, iedereen was in een feestelijke stemming. Daar was ik erg blij om, ik zag het volk graag zo. Opeens hoorde ik voetstappen van een paard dichterbij komen, en zodra ik me omdraaide zag ik hoe mijn oudere zus Elizabeth zich bij ons voegde. 'Vermaak je jezelf wat, zusje?' vroeg ze en ik knikte glimlachend. 'Dag Elizabeth,' zei ik. 'Ik vermaak me prima. Er heerst hier een fantastische sfeer!' Met mijn hand streek ik even zacht over de flank van haar paard, die gelukkig rustig bleef. Daarna viel me haar jurk op. Deze droeg ze wel vaker naar dit soort feesten, hij was werkelijk prachtig. 'Je hebt die prachtige jurk weer aan,' merkte ik glimlachend op. Ik was altijd jaloers geweest als ze die jurk aan had gehad, maar vandaag viel dat enorm mee. Ik had dan ook een prachtige jurk aan, vond ik. Mijn handen gleden even over mijn lichtroze met kant afgewerkte jurk. Ik keek even opzij naar Ranghiel. 'O, neem me niet kwalijk. Dit is Ranghiel Angil, ze werkt bij ons in het kasteel,' stelde ik het meisje naast me voor. Ik wist niet of Elizabeth haar kende, maar het was wel zo netjes haar voor te stellen.


    Beauty begins the moment you decide to be yourself - Coco Chanel

    Elizabeth Marique Baratheon

    Het was fijn om te horen dat Catherine zo enthousiast was over het hele feestgebeuren dat het aanstekelijk werd.
    Een kleine glimlach stond op mijn lippen toen ik haar jurk bekeek, die er overigens ook erg leuk uitzag.
    "O, neem me niet kwalijk. Dit is Ranghiel Angil, ze werkt bij ons in het kasteel,"
    Automatisch keek ik naar de vrouw en knikte uit beleefdheid even met mijn hoofd, maar meende haar niet echt te kennen.
    Misschien had ik haar wel een keertje gezien, maar was haar gezicht me gewoon niet bijgebleven aangezien we redelijk veel personeel hadden.
    "Als jullie het me niet kwalijk nemen," Zei ik vriendelijk terwijl ik mijn ogen losscheurde van de vrouw. "Dan ga ik het volk eens even verwelkomen."
    Op een slakkengang wandelde ik met het paard weg van hen en begaf me rustig tussen het volk.
    Het deed me goed om iedereen zo uitgelaten te zien, voor heel even leek echt iedereen zijn problemen te zijn vergeten.
    "Uwe hoogheid," Zei een jongetje terwijl hij lachend naar me opkeek. "Hier, dit is voor u."
    Hij ging op zijn tenen staan en reikte me met enige moeite een bloedrode roos aan, hij leek zo trots dat ik hem wel aan moest nemen.
    "Bedankt," Glimlachte ik en liet de roos even tussen mijn vingers spelen. "Ik zal er vandaag mee pronken, jonge heer."
    Voorzichtig knakte ik het steeltje af en stak de roos tussen de lange manen van mijn paard zodat het zeker op zou vallen bij het volk.
    Tevreden keek de jongen naar me op, maakte een lichte buiging en zette het uiteindelijk op een lopen, alsof hij plots erg verlegen was geworden.
    Lachend schudde ik mijn hoofd even, hoewel hij dit niet kon zien en zette mijn tocht tussen het volk verder.
    Af en toe kreeg ik wel wat drankjes of eten aangeboden, maar er was me altijd verteld dat ik dit niet zomaar aan mocht nemen.
    Je kon nooit weten of het vergiftigd was en in tijden van oorlog zou het me nog niet verbazen dat iemand uit Northwode dit zou doen.
    Uiteindelijk hielt ik halt aan een klein orkestje en keek toe hoe de muzikanten vrolijke muziek speelde, iets waardoor ik zelf de neiging had om te dansen.
    Wanneer hun lied gedaan was, klapte ik even tevreden in mijn handen en deed moeite om niet te lachen wanneer ik hun verbaasde gezichten zag.
    Hoewel het redelijk arme muzikanten waren, waren ze toch best goed en dat verdiende toch wel een applaus, niet?
    "Ga verder," Spoorde ik hen opgewekt aan en beet even op mijn onderlip wanneer ik van op mijn paard toekeek hoe ze een nieuw nummer begonnen te spelen.


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    Ranghiel Ayla Angil
    William was pas net vertrokken toen Elizabeth eraan katteklopde. Volgens mij had ik ze nu allemaal gehad, de kindertjes van de koning en de koningin. ‘Mijn hemel. Ik ben blijkbaar erg populair vandaag.’ Mompelde ik voor me uit. Ik mijn stem. Voor zover je die door het feestrumoer heen kon horen, bevatte iets meer dan een beetje sarcasme. Na een boel gekwebbel over jurken, waarbij ik een beetje naar de lucht had staan staren, besloot Catherine me kennelijk voor te stellen.
    ‘O, neem me niet kwalijk, dit is Ranghiel Angil, ze werkt bij ons in het kasteel.’
    Ik maakte een zeer zwierige buiging uit pure verveling. ‘Aangenaam.’ Zei ik vrolijk. Elizabeth leek me duidelijk niet te herkennen, wat ook niet zo gek was, gezien ik bijna nooit op mijn werk was.
    Zo plotseling als ze was verschenen, vertrok ze weer met een vriendelijk ‘Als jullie het me niet kwalijk nemen, dan ga ik het volk eens even verwelkomen.’ Ik keek haar nog een tijdje na, waarna ik mijn blik maar weer op de lucht vestigde, ergens achter Catherines hoofd. ‘Ja.. Jurken.. Feest… Mooi weer.. Een boel vage koninklijke aandacht… Werkelijk een práchtige dag.’ Murmelde ik wat voor me uit, waarna ik mijn ogen weer op de van prinses Catherine richtte. ‘Zeg, als we het dan toch over jurken hebben.. Weet u misschien een geschikte plek waar ik als vrouw een fatsoenlijke pantalon vandaan kan halen? Oh, ik weet best dat dat niet gepast is, maar alles is vast gepaster dan dit, en die jurken zitten zó afschuwelijk. Je kunt er nauwelijks in bewegen. En dan hoef ik als meid nog niet eens een korset te dragen. Ik durf te wedden dat een boel van jullie adelen er zó aan ten onder gaan.’
    Ik snoof even kort door mijn neus.
    Misschien was er ergens een baan ofzo, iets anders dan meid, waarvoor ik een broek zou mogen dragen. Misschien dat ik dan ook een keer daadwerkelijk zou wérken, in plaats van manieren zoeken om te ontsnappen. Ach, dat was toch niet voor mij weggelegd. Ik speelde al een tijdje met het idee een flinke wandeling te gaan maken richting Northwode, gezien ik niets beters kon betalen. Als ik die hele reis überhaupt zou overleven, wachtte me daar vast en zeker meer avontuur dan hier. Of dat goed of slecht was maakte me niet uit. Alles was beter dan mijn saaie leventje hier.
    Ik besloot het nog even aan te kijken. Als er hier binnen twee weken niets interessants was gebeurd zou ik vertrekken, misschien wel voorgoed.


    [Bestwel een faalstukje, maar ach. En ja, kattekloppen is een woord, heus wel. *gromt* ]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    Fauna Deidre Graham ~ Baratheon ~ In het dorp

    Met Citrick op mijn hielen liep ik verder de menigte in, op weg om wat te drinken te halen.
    Maar waar ik ook ging, mijn blijkbaar voormalige stiefbroer volgde me op de voeten.
    Eerlijk gezegd wist ik niet wat ik er precies van moest denken dat hij nu opeens als een mak lammetje achter me aan liep, geheel onderdanig aan mij, ook al vroeg ik helemaal niets van hem.
    Was alles oprecht waar hij nu mee bezig was ? Of was dit weer één van zijn gestoorde spelletjes.
    Snel wierp ik even een blik op hem hoe hij lachend bij een kraampje stond om wat te eten te halen.
    Hij lijkt zo veranderd, zijn houding is omgeslagen, geheel in tegenstelling tot hoe hij vroeger was.
    Moet ik het geloven ?
    Ergens wou ik het wel, eigenlijk wou ik het niet toegeven, maar ik was soms best wel eenzaam op het kasteel.
    Natuurlijk zijn er wel hofdames waar ik wel mee kan en de prinsessen zijn ook aardig, maar er zijn ook een aantal hofdames waar ik niets mee heb en ook nooit iets mee zo kunnen hebben.
    Gejuich weerklonk in mijn oren, waardoor ik snel een blik over mijn schouder wierp waar ik op het grote plein zag hoe nu ook prinses Elisabeth van haar paard op kwam.
    Mijn ogen gleden weer richting Citrick, wie makkelijk herkenbaar was met zijn donkerrossige haar en felle groene ogen.
    Misschien had ik gewoon niet naar dit feest moeten komen.
    Maar had dat echt iets uitgemaakt ?
    Citrick heeft een brief , daarmee zou hij alsnog aan de slag gaan en was het morgen pas echt als een moker bij me ingeslagen.
    Nu kon ik hem tenminste nog in een openlijke omgeving in de gaten houden en bestuderen.
    Maar hoe zal het morgen gaan, als we echt alleen waren ?
    Zou hij dan nog steeds zo zijn of zou zijn masker dan vallen ?
    Veel kon ik daar nog niet over vertellen, dat zou ik morgen pas weten.
    Tenzij hier ergens één of andere echte waarzegster zit en niet zomaar zo’n fraudeur.
    Maar die hielden niet van zulke grote menigten, dus die was hier vast niet te vinden.
    “Hier heb je een appelflap.”
    Citrick was naast me komen staan en overhandigde me met zorg een hapje dat alleen al heerlijk zoet rook en om er naar te kijken was al niet veel beter voor de honger die in mijn maag op kwam borrelen en wel zin had in een lekker hapje.
    Voorzichtig nam ik een hapje, waarna ik erachter kwam dat hij net zo lekker was als dat die eruitziet en rook, wat echt een hele pluspunt is.
    In de buurt hoorde ik gelach dat ik uit duizenden herkende.
    Daar tussen de feestende mensen ontdekte ik hen, het groepje hofdames waar ik totaal niets mee had.
    Eerlijk gezegd vroeg ik me wel eens af hoe ze ooit hofdames waren geworden, want sommigen gedroegen zich meer als een lichtekooi dan als een echt hofdame.
    Voornamelijk de ridders waren hun doelgroep en anders gingen ze op de overige soldaten af.
    Dunne stoffen om hun lichaam gedrapeerd en een enorme inkijk die alleen al verhulde dat geen van hen een korset droeg.
    Even keek ik opzij naar Citrick, maar waar ieder andere man wel even een blik op hen wierp begon hij er niet eens aan.
    In tegenstelling, hij keek mij alleen maar aan, met een twinkeling in zijn ogen die ik nog nooit gezien had, het had iets weg van liefdevol.
    “Dat blosje staat je wel.”
    Woorden die me alleen maar meer deden blozen.
    Citrick grinnikte en bood me zijn arm aan, die ik enig sinds aarzelend aannam, waarna ik hem met een hele boog om het groepje courtisane hofdames heen te loodsen om ergens ander het feest door te komen, misschien kwam ik nog wel iemand interessant tegen.


    Credendo Vides

    [Dooierds! Ga posten ofzo. Je gaat me toch niet vertellen dat deze RPG al dood is voor er echt iets is gebeurd?]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.