• topic 2


    Deze RPG speelt zich af aan het koninklijk hof, meer info hierover vind je hier 'waar speelt het zich af'. De tijd waarin de RPG zich afspeelt, is zoals jullie waarschijnlijk al doorhadden, zijn de Middeleeuwen. Maar niet zoals het werkelijk was, het is namelijk een fantasie wereld.
    Van mensen met toverdrankjes tot reuzachtige draken, het is allemaal toegestaan.

    Elke tien jaar worden er uit de omliggende dorpen dire mensen, die in het rijke bezit zijn van een machtig mythisch wezen, uitgekozen om een training te komen volgen aan het koninklijk hof door de beste meesters die er zijn.

    Het is een eeuwenoude traditie die nooit verdwenen is. De traditie ontstond in tijd van vele oorlogen. Een paar spionnen hielden de bevolking in de gaten en kozen enkel de beste van de beste. Ze moesten natuurlijk wel voldoen aan een aantal eisen, zoals dat ze in het bezit moesten zijn van een mythisch wezen en er mee om moesten kunnen gaan. Enkel de besten werden uitgekozen en mochten naar het hof komen en kregen training van de beste trainers om nog beter met hun dier om te kunnen gaan, maar ook met wapens. Ze werden ingezet in de oorlogen en strijd als aanvoerders van kleine legers of werden uitgezonden op privé missies. Ze worden opgeleid tot echte meesters en meesteressen.
    In andere woorden: Het was een hele eer...

    En dat is het nog altijd. De drie voorheen gewone dorpelingen komen ineens in een heel ander wereldje terecht en plots kijken er mensen naar hun op. Sommigen weten zich erg goed aan te passen, anderen krijgen heimwee en bij enkele stijgt de roem en rijkdom ze naar het hoofd. Hoe reageren de andere bewoners op het koninklijk hof hierop?

    Er wonen dus verschillende mensen aan het koninklijk hof, mensen met verscheidene beroepen en rangen, probeer je ook in te leven in hun wereld, beleefdheden, tradities en dergelijke. Om dit gemakkelijker te maken heb ik zelf wat dingen op een rijtje gezet en die kan je hier lezen.

    Deze RPG heeft zoals jullie merken niet echt een vaste verhaallijn die je moet volgen, jullie zijn dus vooral vrij in wat je wilt schrijven en worden niet beperkt. In andere woorden: Let your creativity flow ^^


    Rollentopic: Hier.

    De bijhorende story: Hier
    Er staat veel info, maar dat is enkel voor als je er geïnteresseerd in bent.
    Mocht je nog ideeën hebben voor feesten, mythen, mythische wezens en dergelijke, laat het me dan alsjeblieft even weten

    Personage story: Hier vind je de story met personages. Als ik je personage goedgekeurd heb krijg je ook auteursrechten en ben je vrij een eigen hoofdstuk te openen met jouw personages.

    De personages:
    Nauwe verwanten heer.[/u]
    - Maitresse - Ameline Rose Ermengard - 18 - nichtje.
    - LovingStyles - Celine Florance Beaugarde - 16 - nichtje.

    - ForeverZaynx - Jeremy Fenix Tozay - 20 - zoon.
    - Roosevelt - Oliver John Tozay - 24 - zoon.


    Trainers & Trainsters.
    - HurtedHeart - Jade "Meloise" Feme - 22
    - Sioux - Dante Florian Lunix - 26
    - vluuv - Miro Valenta - 28


    De Drie uitverkorenen.
    - Endure - Esmée Fox - 21
    - Chinos - Aphrodia Catrice Hores - 20

    - Spyclon - Ivar Chesule - 19


    Personeel de heer.
    - Sid - Philip ‘Pip’ Lamora - 20 - Stalknecht.
    - Roosevelt - Camilla Victoria - 19 - Dierenverzorgster
    - LovingStyles - Anna Hildegaris - 19 - kamermeisje
    - Cartwright - Elena Addison - 17


    Magiër.
    - Vluuv - Larina Almeida - 21 - protegé magiër

    Gewone arbeiders & dorpelingen
    - ForeverZaynx -Florence Daphne Johnsen - 21 - dochter kleermaker
    - Endure - Eleanor Pantheras - 17 - dochter kroegbaas.
    - Spyclon - Jarred di Angelo - 18 - neefje v. boer

    Bloesemvrouwen.
    - Material - Odette Flore Ledivar - 18

    [ bericht aangepast op 17 maart 2012 - 18:45 ]


    In the end the only person we love is ourselves, that's why we choose to love someone who can please us the most.

    Shiiiiit, dát is een lange post ;o
    Ik ga hem snel lezen _O_

    Pip Lamora - Stalknecht.
    Terwijl de smid -of vooral zijn leerjongens- hun werk doen met Belles hoefijzer, kijk ik vanop een afstandje toe, geleund tegen één van de dikke houten palen die de smidse stutten. Achter mijn rug zijn er al verschillende dorpelingen gepasseerd en telkens ving ik dezelfde gespreksonderwerpen op: een half dorpsfeest ter ere van de aankomst van de Uitverkorenen en speculaties over of de waard nu wel of geen gratis vat geeft vanavond. Ik besluit dat, als het mag van Améric, ik met de andere stalknechten kom mee vieren.
    ‘Voila, dat is in orde, zie.’ Ik kijk op en zie dat ik zo in gedachten verzonken was dat ik niet gemerkt had dat ze klaar zijn met Belle. Nochtans waren de metalen slagen van de hamer op het hoefijzer best doordringend.
    ‘5 zilverlingen alsjeblieft,’ zegt de smid. Geld innen doet hij altijd zelf. Ik knik en betaal hem gepast het geld dat de stalmeester me heeft meegegeven. Ondertussen valt het me op hoe groot zijn handen wel niet zijn, hij zou zonder verpinken je arm vermorzelen.
    ‘Oh, wacht nog even, die bestelling van je meester is ook klaar…’ vervolgt hij, zwaaiend met het vodje papier dat Améric me heeft meegegeven en roepend naar een leerling dat hij ‘de bestelling van het kasteel’ moet gaan halen. De jongen, iets jonger dan ik, komt terug met 3 formidabele hoofdstellen. Op elke hoofdriem staat de naam van het paard gegraveerd. Alleen is mijn geld nu wel op. Maar de smid lijkt mijn gedachten te kunnen lezen.
    ‘Ze zijn al betaald – pak die dingen eens in, bij Forseti!’
    Wat later ben ik klaar bij smid en het is nog lang geen middag.

    Iedereen is van harte welkom om Pip lastig te vallen (:


    Home is now behind you. The world is ahead!

    Ik wacht nog steeds tot HurtedHeart een reactie zet...
    Ik ben al sinds pagina 14 aan het wachten en heb haar zelfs gewaarschuwd van mijn post in haar GB (no_chears)


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    Zendé

    Dat zweet komt ook van de inspanning, maar voor een groot deel van de felle zon die brand op mijn huid.
    'Bandiet ben je toch?' vraagt ze breed grijnzend.
    Oh, dus zo noemen ze ons? Bandieten? Gave naam, zeg...
    'Oké, sorry, genoeg gespeeld,' vervolgt de vrouw. 'Gooi je wapen maar neer en loop braaf mee naar de kerkers.' Haar stem klinkt nonchalant.
    Net als ik protesterend wil reageren, word haar minachtende grijns vervangen door een vertrokken gezicht. Iets ketst af tegen haar rug. Dan zie ik een eindje verderop nog net iemand wegduiken. Wie zou me willen helpen om op die krijgster te schieten?
    Dan besef ik dat ze nu afgeleid is. Razendsnel verstevig ik mijn greep om mijn dolk, hak blindelings naar haar en spurt dan weg. Net als ik de struiken in duik, kijk ik nog even achterom.


    Snel, red deze man van de haai! ~~~~~~~~^~~\o/~~~~~~

    Dante
    Ik keek met verbazing naar mijn uitverkorene. Hoe durfde ze zo te reageren?! Ze was al duidelijk later en nu ging ze ook nog naar haar dier, terwijl ze zich nog niet eens had voorgesteld. Dit verbeterde mijn humeur zeker niet.
    ‘Sorry dat ik u uit uw bezigheden heb gehaald vrouwe, zegt u maar als u er klaar voor bent en alles geregeld hebt,’ zei ik nors tegen haar. ‘Maar verwacht alstublieft niet dat dit mij gunstig stelt.’
    Met die woorden liet ik haar achter en liep de stallen uit. Buiten stond Ryu netjes in de wei. Het was fijn om hem zo te zien, al zag ik hem liever gewoon thuis. Ik liep onderweg langs de schuur waar ze al het voer bewaarden en pakte er een dode haas uit. Dit ging hij lekker vinden, dat wist ik zeker. Rustig liep ik op Ryu af. Als mijn uitverkorene had begrepen dat ze af en toe ook eens aan andere zou kunnen vragen wat ze het beste zou kunnen doen, zou ze wel komen. Het leek wel alsof ze totaal niet wou trainen en met een ongemotiveerd iemand kon ik echt niks. Ik was niet van plan haar aan het lijntje te houden, als ze iets gedaan wou hebben zou ze zelf met dingen moeten komen die ze nog lastig vond. Dat was nu eenmaal mijn aanpak en ik ging er niks aan veranderen. Ik gooide de haas naar Ryu, hij ving hem netjes op en ik boog licht voor hem. Zoals gewoonlijk gaf hij aan dat ik dichterbij mocht komen. Hij liet alleen mij toe en dat vond ik goed van hem. Rustig wreef ik over zijn kop. Ryu liet duidelijk merken dat hij het fijn vond. Ik had nog geen beeld gekregen van het niveau of de interesses van mijn uitverkorene. Zelf had ze nog weinig laten doorschemeren en ze had alleen interesse getoond in Ryu, in plaats van de trainingen of mij. Best jammer, ze zag er uit als een potentiële uitverkorene, maar helaas niet met zo’n houding. Maar ja dat was mijn mening.

    Fingon Melwasúl - Aarde Magiër
    Wijl de ochtenddauw loom boven de aarde hing verstoorde Fingon de rust in het zwevende laken. En kronkelde loom om de bewegingen van de reizigers, net als een strijd waarin je weet dat je bij voorbaat al verloren hebt. Dit kon Fingon echter niet veel deren, het is tenslotte het element lucht. Dat is zorg voor iemand anders. Nee, hij geniet liever van de liederen die de vele kleurrijke vogels uit volle borst zingen, die zelf ook genieten van het leven. Het was als een natuurlijke spreekbuis voor kunst, mensen noemen het ook wel kunst. Je moet echter beseffen dat deze liederen niet zijn opgebouwd uit woorden. Nee, ze zijn opgebouwd uit gevoelens, de vrolijkheid, verdrietheid en gelatenheid. Je kan daarachter niet verschuilen, achter woorden wel. Omdat woorden weergeven hoe je je zou kunnen voelen. En niet hoe je je echt voelt.

    Datgene wat Fingon voelde terwijl hij met elk stap dichter bij zijn doel kwam, was ook niet te beschrijven in woorden. Want op een andere manier kunnen deze gebeurtenissen helaas niet worden vast gelegd. Maar ga maar er van uit dat het een mengeling was van afkeer en interesse was. Hij zou zich onder de mensen moeten bevinden terwijl hij geen ervaring met hun heeft. Aldoende concludeert hij wel dat hij niet anders naar hun zou moeten gedragen dan zoals hij naar zijn leraren gedragen heeft. Het zou tenslotte niet slim zijn om al vanaf het begin onenigheden te krijgen met mensjes.
    Plotseling werd Wolf’s aandacht door iets getrokken en werd onrustig. Fingon vroeg direct naar wat er was, het enigste wat hij als antwoord kreeg: “Je kunt zo aan de slag”. En schoot er direct vandoor, met de dauw op zijn hielen. Neutraal keek Fingon de Wolf na en besloot zelf er ook maar achter na te gaan, want Wolf had gelijk, er was iets in het woud wat er niet bij hoorde. Het zou echter ook geen mens zijn, dat zou ik direct merken omdat ze geen band hebben met de woud. Nee dit hoort wel, en tegelijk ook weer niet in het woud.

    Na een tijdje een pad gevolgd te hebben, wat gelukkig richting de stad leidde. Hing er een sterke aura in de omgeving. Plotseling schoot wolf op me af met de mededeling; “zo ben je er ook eindelijk eens, kan je jezelf niet even extra poten aan laten groeien om sneller te rennen?” Waarop Fingon zijn lachen in moest houden en zei “klimwedstrijdje houden?”. Dit tegen ongenoegen van Wolf die er op snoof. Met “houd je je nou maar in, er is een menswezen hier in de buurt” zei hij kribbig. “Een mens.. had dat niet gedacht.. Laten we dan maar kijken wie diegene is, want één ding is zeker, diegene is niet vreemd in het woud.”

    De tijd liet niet lang op zich wachten totdat een meisje midden in een cirkel van bomen stond. Vreugde in haar ogen, lichte krullingen over haar lippen. Een verschijning in het woud wat zou kunnen evenaren met een bloem. Zoekend keek ze om zich heen terwijl haar oren gespitst waren voor het lied van de kleurrijke vogels. Ze had echter een doel bleek ineens, ze ging Robertskruid opgraven. Een plantje met roze bloemetjes. De kenmerk van Robertskruid is om te ontspannen, je zou het kunnen gebruiken bij keelontsteking door er op te kauwen. Het is echter maar raadselachtig waarom zij dat kruid zou opgraven. Meestal doen door zichzelf benoemde tovernaars dat, die door een beetje te zwaaien een stoel kan verplaatsen. Niks vergeleken met echte magie dus. Ik zal er vanzelf wel achter komen. Alleen de vraag is, hoe zou ik haar attent kunnen maken op mijn aanwezigheid? Al duurde het niet lang voor Fingon om een passend idee te bedenken. Zij hoort bij de natuur zelf. Dus waarom zou ik niet iets in het natuur zelf laten gebeuren?

    Ineens groeide een bloemetje voor de plek waar het meisje zat, een bloem naar een gelijkenis van hoe Fingon haar zag.

    [ bericht aangepast op 12 maart 2012 - 20:49 ]


    Ligt and Darkness are both very different..

    Jade Meloise Feme
    Ik hap naar adem als ik nog een pijl nu op mijn schouder voel. Ik mocht blij zijn met mijn pak het had zojuist twee keer mijn leven gered. Opeens hakte de jongen op me los waardoor hij een klein scheurtje in mijn gewaad gaf. Ik gromde rolde met mijn zwaard stak hem venijnig in de grond en greep mijn pijl n oog. Ik draaide me op zag de jongeman omhoogkomen en beschoot hem. Ik raakte hem in zijn schouder en hij viel na een pijnlijke kreet neer. Ik gromde terwijl mijn ogen vuur spoten. Ze durfde wel hoor. Ik keek rond en opende een zakje waar in een werpster uithaalde. Ik gooide hem door de bosjes en hoorde hem j een bergens inboren. Menselijk vlees. Hebbes. Ik grijp naar mijn zwaard en loop de richting op waar ik heen liep. 'kom tevoorschijn kleine dief.' Zeg ik sissend. Mij een beetje beroven. Ze waren gek.

    [ bericht aangepast op 12 maart 2012 - 21:55 ]


    I'm finally back, Finally after a Year break

    Ahum, in de middeleeuwen was er nog geen Engels, of toch niet in onze streken ._.


    But I still have this faith in the truth of my dreams.

    Narissa schreef:
    Ahum, in de middeleeuwen was er nog geen Engels, of toch niet in onze streken ._.


    klopt volgens mij, ze zeiden sws geen dude xd


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Jayden Jason Bright
    Ze wou mijn naam weten. Haha alsof ik die ooit in mijn hele leven zou vertellen. Ik stond op vouwde de brief tot een kleiner Perkamentje. Ik vloot in mijn vingers en Ridom een duif kwam aangevlogen. Ik bond het om zijn pootje en liet het wegvliegen. Ik liep weer terug en keek haar aan. 'Ik heet Alexander.' loog ik. 'En waarom was jou zo ie zo buiten Princess zonder bewaking?' Vroeg ik nu op mijn beurt nieuwschierig. Ik zag de jongens bijna binnenkomen maar knipperde snel twee keer naar ze waarna ze meteen weer vertrokken. Ik keek haar nog steeds afwachtend aan. Het duurde me te lang eerlijk gezegt. 'Krijgen we nog antwoord?' Vroeg ik vrij ongeduldig. Ik hield niet dat ik lang moest wachten.


    I'm finally back, Finally after a Year break

    Ameline Rose Ermengard

    "Ik wilde alleen zijn en ik ga nooit met bewaking buiten." Zei ik en maakte een afkeurend geluidje. "En noem me niet zo."
    Het kwam er opstandig uit, dat was nu eenmaal een trekje dat ik niet afgeleerd kreeg.
    Voorzichtig stopte ik een verloren krul weer op zijn plaats en hield mijn hoofd rechter zodat ik hem aan kon kijken.
    "Ik heet Ameline." Het kwam er al wat normaler uit, maar toch was er iets opstandig te horen.
    Voor een tweede keer steunde ik met mijn kin op mijn knieën en hield hem goed in de gaten.
    Elke beweging die hij maakte nam ik in me op en vroeg me af waarom hij ooit het slechte pad was opgegaan.
    Ik opende mijn mond om hem iets te vragen, maar sloot hem al snel weer voordat ik hem nog geïrriteerder zou maken.
    Tenslotte kende ik hem niet en kon hij nog altijd vreselijke dingen doen als hij dat wilde.
    Hoewel ik me dat niet echt kon voorstellen.


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    Jayden Jason Bright
    "Ik wilde alleen zijn en ik ga nooit met bewaking buiten." Zei ze en ze maakte een afkeurend geluidje. "En noem me niet zo." Ik grinnikte zelf even. Ik kende dat gevoel. Ik had dat ook een jaar of twee geleden toen was mijn familie om gekomen. Zonder familie of huis geen hoop dus was ik opnieuw begonnen bij een groepje. Ze houd me nauwlettend in de gaten en volgt iedere beweging met haar ogen.
    "Ik heet Ameline." nu kwam het er een stuk minder opstandiger uit dan net. Ik zag aan haar ogen en blik dat ze iets wou zeggen, maar ze hield zichzelf tegen. Ik was natuurlijk weer nieuwschierig en wil alles altijd weten.
    'Wat wou je zeggen?' Vraag ik nieuwschierig. Mijn ogen blonken eventjes dat deden ze altijd als ik iets wou weten. Ik kon het mezelf ook niet afleren. Ik wist mijn manieren nog ik moest eigelijk haar hand kussen en haar loslaten. Ik was een man jongen of wat dan ook dat vriendelijk was en eerlijk, maar het leven veranderd. Als ik nu zo zou doen zou ik snel dood gaan of gepakt worden. Het liefst had ik haar handen los gemaakt, maar dan kon ze te makkelijk ontsnappen. Het klonk misschien dom, maar ik wou in haar plek staan. Ik wou mijn oude leven eigelijk terug. Ik wou weer de zoon van de graaf zijn. Mijn ouders zien en zelfs naar ze luisteren. Ik was vroeger zeer opmerkzaam. Ik stribbelde altijd tegen en begon altijd de discussie ookal hoorde dat niet. Als ik kon kiezen. Op dit moment had ik alles overgedaan en het voorkomen liever geweest. Beter geluisterd, maar je kan de tijd niet terug draaien. Ik kan mijn ouders niet tot leven wekken en vertellen hoeveel ik van ze hou.


    I'm finally back, Finally after a Year break

    Alistair Aracin
    ‘Het spijt me, mijnheer, de Heren Tozay zijn niet beschikbaar op dit ogenblik,’ zei één van de kamerheren die hem had willen aankondigen. Zijn blauwe ogen stonden star, alsof hij Alistair vertelde dat het morgen zou gaan regenen. Zonder zijn verbazing onder stoelen of banken te steken zei Alistair: ‘De heren Tozay? Ik neem aan dat u daarmee Oliver en Jeremy bedoelt…’ De kamerheer bevestigde dat knikkend. ‘Waar is hun vader, als ik zo vrij mag zijn? Heer Tozay heeft me de opdracht gegeven om een lading voor hem op te halen en die is gearriveerd…’ Kort keek de kalende man Alistair geringschattend aan, alsof hij probeerde te verifiëren of hij deze informatie met hem mocht delen. Uiteindelijk leek Alistairs reputatie voldoende te zijn. ‘Heer Tozay is naar Belline vertrokken, heer,’ Alistair fronste kort zijn wenkbrauwen maar liet de zaak rusten. Met een glimlachje en een zilverstuk bedankte hij de man voor zijn tijd, waarna hij terug draafde naar buiten. Nog steeds gooide de zon een helder licht over het terrein heen. Alles leek meteen een stuk uitnodigender op deze manier. De massieve blokken waaruit de burcht was opgebouwd schreeuwden immers niet meteen gezelligheid van de daken.
    Alistair bewoog zich snel naar de dienstingang, waar zijn gehuurde werkkrachten nog steeds bezig waren met grote houten kisten uit de huifkarren te laden. ‘Heb je de nimf nog?’ vroeg hij, toen hij een volledig in het rood geklede man had aangeklampt. Zijn naam was Zareh Asmerath en hij was afkomstig uit Perpenor, waar Alistair hem met zijn mannen had ingehuurd. Zareh was geen onbekende voor de jongeman. Ze hadden al eerder zaken gedaan en hoewel het zuiderse type met zijn imposante lichaam, zijn ravenzwarte haar, zijn oorring en zijn baard geen betrouwbare indruk maakte, wist Alistair dat Zareh de deugd van trouw veel beter beoefende dan zij die hem voor de koning hadden gezworen. Het was zelfs zo dat hij Zareh na al die jaren zijn vriend durfde te noemen, al liet de man nooit tekenen van affectie jegens hem zien. ‘Hier is ze, Aracin. ’t Is een vinnig duiveltje. Ze moet me geloof ik niet,’ grijnsde hij terwijl hij het kleine kooitje van onder een bank van één van de huifkarren tevoorschijn toverde, waarin een klein dametje verwoed aan de spijlen stond te rammelen.
    ‘Het spijt me, edele dame, u op deze manier te moeten vervoeren,’ excuseerde Alistair zich nadat hij het kooitje had overgenomen, afscheid had genomen van Zareh en via het brede pad naar de stallen wandelde. Hij had het kooitje geopend en het kleine vrouwtje stond nu met een tappende voet op zijn handpalm, heel beschuldigend naar hem te kijken, waarna haar gezichtsuitdrukking verzachte en ze neerstreek tegen de vlezige homp onder zijn duim. ‘U heeft geluk dat ik u mijn vrijheid verschuldigd ben, mijnheer, anders was u heel was verder weg van huis.’ Alistair glimlachte. ‘Dat besef ik, vrouwe. Het spijt me, maar ik zag geen andere optie.’ De limoniade antwoordde niet en keek voor hen uit. ‘Waar gaan we heen?’ vroeg ze dan. ‘Eerst naar de stallen. Even kijken hoe het met Airleas staat. Daarna zal ik u naar een plek van uw keuze brengen. Dit kasteel heeft zeker een tuin, een boomgaard of een moestuin waarin u het zich naar uw zin kan maken,’ Dat vooruitzicht leek de bloemnimf te kalmeren, want hij voelde haar kleine lichaampje rechtstaan en langs zijn arm omhoog klauteren naar zijn schouder, waar ze een beter overzicht had over de dingen. Alistair repte zich naar de hofstallen met het heerlijke gevoel van verheuging om Tozays schoonheden opnieuw terug te zien. Hij had enkele prachten van rijdieren. En dan had hij het niet alleen over paarden.

    [ bericht aangepast op 14 maart 2012 - 15:12 ]


    Frankly my dear, I don't give a damn.

    Ameline Rose Ermengard

    Bedenkelijk keek ik hem aan terwijl de twijfel steeds meer toe sloeg.
    Ik wist niet in hoeverre hij geïrriteerd zou raken dus slaakte ik een klein zuchtje.
    "Ik wilde graag mijn paard zien." Het kwam er net nog niet smekend uit, maar ik wilde het zo graag, gewoon om te kijken of ze in orde was.
    Mijn tong ging even langs mijn lippen omdat die plots erg droog aanvoelden.
    "Je kan desnoods mijn voeten vastbinden, het kan me niet schelen." Ging ik verder. "Maar ik wil haar zo graag zien."
    Diep vanbinnen hoopte ik dat hij zou toestemmen, zodat ik Liberté even kon laten weten dat ze niet alleen was.
    Ik zat nog steeds met opgetrokken benen op de bank en was niet van plan om mijn kin van mijn knieën te halen.
    Afwachtend keek ik Alexander aan.
    "Alsjeblief?"


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    Jayden Jason Bright
    Ik zuchte maar knikte dan na haar asjeblieft. Voor zover ik wist wou ze iets anders vragen, maar dat liet ik wel even links liggen. Ik tilde haar op zodat ze niet wegkom en liep niet de voordeur uit, maar de achterdeur zodat we meteen bij de paarden zouden zijn en ze niet wist waar ze was. Ik keek rond en zag haar paard Liberte. Ik zette haar op de grond en bond jnu haar handen los. Daar mocht ze blij om zijn want dat Deed ik nooit nop nu na dan. Ik opende de staldeuren an liet haar naar binnen gaan. Nog nooit had ik zo een liefde gezien tussen mens en dier. Die Liberte liep gelijk naar haar toe en drukte zijn neus Tegen haar wang aan. Het zag er erg schattig uit, maar ik moest emotieloos blijven dus besloot ik met een emotieloos gezicht tegen de muur aan te hangen.


    I'm finally back, Finally after a Year break