• ‘Als het hulst van de nacht, de wind zachtjes door de bomen wuift en de lucht zwart is, met het uitzicht op de maan, staat een monster op.’
    ‘Als de zon schijnt, kleine stralingen op het land landen en de lucht strakblauw is, met enkele wolken aan de lucht, loopt een schoonheid door de school.’


    Carter’s ware afkomst verschuilt zich in de huid van een schone jongedame. Ze is een onbereikbare prooi voor tienertovernaars, de leerlingen van Zweinstein. Ze spreekt nooit één echt woord tegen iemand en iedere arme ziel lijkt niet goed genoeg te zijn. Haar schoonheid is té schoon voor haar ziel, want wanneer de zon zakt en de maan vol licht aan de hemel staat, zal niemand haar terug kennen.
    Ze vlucht naar het Verboden Bos om daar te zijn wie haar daadwerkelijke ik is, helemaal alleen. Ze is bezeten door een vloek die ze bij haar geboorte meekreeg toen haar moeder overleed.
    Remus Lupin ziet haar op een avond naar het bos toe rennen, vol paniek en haast, met haar ogen haast vol angst. De volgende dag spreekt hij haar daar op aan, hij wil meer hoogte van haar krijgen, en hij is dan ook de enigste tegen wie zij haar geheim verteld. Aangezien Remus een Weerwolf is, begrijpt hij haar en voelt hij aan dat zij met hetzelfde probleem zit. Eindelijk kan Carter hard op praten, zich veilig voelen en vrienden maken. Ze bouwt een speciale band op met Remus, ze kan niet meer zonder hem en ze wil dolgraag met hem samen naar het bos, wanneer het volle maan is. Maar wanneer Remus in een Weerwolf transformeerd is hij instaat om zijn geliefdes pijn te doen. Ook echt bij Carter, met wie hij een speciale band heeft?


    Het eerste hoofdstuk is in de maak.
    You can't see my voice.

    [ bericht aangepast op 13 nov 2010 - 20:54 ]


    Big girls cry when their hearts are breaking

    Mooi (flower)


    They fell in love, didn't they?

    snuggle schreef:
    Mooi (flower)


    Dankjewel. _O_


    Big girls cry when their hearts are breaking

    Ik moet en zal dat lezen (baby)