Ze gaven me een pen. Ik moest opschrijven hoeveel ik van je hield. Ik had geweigerd en gezegd 'Ik kan het niet.' Ze hadden me stomverbaasd aan gekeken, en ik ging verder met mijn leven. Ze geven me een pen. Ik moet opschrijven hoeveel ik van je hou. Ik weiger, en zeg 'Ik kan het nog steeds niet.' Ze kijken me verbaasd aan en ik ga verder met mijn leven. En zelfs in de toekomst kan ik het niet. Ik kan niet opschrijven hoeveel ik van je hou, want onze liefde is iets tussen jou en mij.
©
Brubl