'Daar zijn ze al,' reageerde Laurel snel. Castor volgde haar blik naar de markt, waar sheriff Burnes en deputy Reeves de mensen langzaam maar zeker van het plein veegden. Hoewel niet iedereen het eens was met de maatregelen, vond Castor het hoog tijd. Enkelen wilden nog een foto maken of het lichaam van dichtbij zien. Castor walgde ervan. Ramptoeristen. De wolf kromde zijn rug en ontblootte zijn tanden weer. Helemaal tot rust zou hij de komende dagen niet komen, tenzij ze nu direct de moordenaar zouden vinden en terecht zouden stellen. Maar dat zou nog wel even duren. Alle wolven hielden zich tot nu toe zeer afzijdig.
De kale man met de camera maakte zich na Castors uitval uit de voeten. Castors gespannen houding werd niet minder toen hij de licht afkeurende blik van zijn zusje zag, na haar waarschuwende grom. Elke andere wolf zou zo slim zijn om zich enkele dagen gewoon niet in het dorp te laten zien, of juist om zichzelf wel te laten zien, maar niet de aandacht op zichzelf zou vestigen. Castor deed het tegenovergestelde. Hij viel uit tegen een wildvreemde man die het misschien niet eens verdiend had. Nee, dacht Castor meteen. Hij had het wél verdiend. Welke idioot vond het normaal om foto's te maken van een verkoold lichaam op een brandstapel midden in het dorp? Zodra hij weer bij Lau staat, voelt hij zacht haar vingers over zijn arm strelen. Zoiets deed ze vroeger al bij hem om hem te kalmeren. Het werkte goed, maar nu kon ook die aanraking hem niet echt kalmeren. In plaats daarvan slaat hij zijn arm maar weer om haar schouders heen en trekt hij haar iets tegen zich aan, in de hoop dat dat hem in ieder geval niet de controle doet verliezen. De controle verliezen... Dat was al jaren niet gebeurd. Vier jaar geleden, vlak na de dood van hun vader, had Castor het compleet verloren en had hij dagenlang in zijn eentje door de bossen gedwaald, alleen maar in wolvenvorm. Het had weinig gescheeld of hij was nooit meer terug naar Millers Hollow gekomen. Het enige wat ervoor zorgde dat hij uiteindelijk vies en hongerig het dorp weer in was gestapt, was zijn familie. Die familie was voor hem het enige wat telde, waar hij om gaf. En hij kon het ze niet aandoen om te vertrekken.
'Maak geen excuses als je ze niet meent, Cas. Daar is nog niemand iets mee opgeschoten.'
Castor blikte kort opzij naar Laurel, die, ondanks haar wat strenge en afkeurende toon, dichter tegen hem aan stond. Enkele rare blikken werden hun kant op geworpen, maar Castor negeerde alle priemende ogen. Het frustreerde hem ergens toch wel dat Lau hem zo goed kende. Hij kon weinig voor haar verborgen houden. Zelfs zijn onoprechte 'sorry' had ze al door.
Toen ze haar telefoon pakte, checkte Castor ook of hij nog berichten had. Hij had een antwoord van Theo, op wie hij meteen reageerde.
To: Theo
Je hoeft het niet te vragen man
Ze weet heel goed hoe ik erover denk
Maar hij was al te laat. Shit.
'Hey, Cas. Denk je dat ik me zorgen moet maken?' vroeg Laurel meteen nadat Castor het bericht had verzonden. Met zijn vrije hand wreef hij kort over zijn gezicht en een zachte zucht verliet zijn mond. Het was ook stom geweest om Theo meteen te berichten.
'Wat?' vroeg hij, alleen om zichzelf maar wat denkruimte te gunnen. 'Nee, natuurlijk niet!' Hij stopte direct met lopen en trok Laurel een steegje in, weg van de menigte. Dit gesprek hoefde niemand te horen. Iedereen was vooral met zichzelf bezig, maar hij wilde het risico niet lopen gehoord te worden. 'Lau, niet zo onzeker.' Daar hebben we nu niks aan, wilde hij nog toevoegen, maar hij beet op zijn tong. Het was al eng en heftig genoeg zonder zijn bijdehante opmerking die zeker weten niets zouden helpen. En hij moest in zijn oren blijven knopen dat hij niet zomaar meer tegen zijn zusje sprak, maar tegen zijn alpha. De baas van de roedel. Zíjn baas, misschien wel. Van hem kon ze heel wat hebben, maar hij moest ook voorzichtig zijn, of ze zou hem buitensluiten en nooit meer naar hem luisteren. Hij haalde een keer diep adem en legde zijn hand tegen haar arm aan om haar tot kalmte te manen, zoals zij al zo vaak bij hem had gedaan. 'Je hoeft je nergens zorgen over te maken.' Zijn stem was laag en zacht, zeker weten onhoorbaar voor de dorpelingen die door de straten liepen. Zijn ogen schoten wel driftig en oplettend heen en weer tussen zijn zusje en de mensen. 'Ik steun je, dat weet je. Wat je ook van me vraagt.' Hij sprak geen leugen. Hij zou haar oprecht altijd zou steunen en helpen, maar dat betekende niet dat hij het altijd eens was met de dingen die ze deed. Daarover sprak hij Theo zo nu en dan, maar dat hoefde Laurel niet echt te weten. Zij was hun alfa, en hoewel Castor zich nog altijd driftig door zijn jaloerse gevoelens werkte, steunde hij haar. Hij glimlachte kort naar haar en Castor trok haar even kort in een omhelzing en drukte een kus op haar kruin. Toen nam hij haar mee, terug de straten van het dorp in, op weg naar waar Laurel heen wilde. Hun oren waren gespitst en ze probeerden nog elk gesprek op te vangen, ook al werden de prikkels voor Castor wel erg veel. Het was haast duizelingwekkend, al die geuren en geluiden. In de loop der jaren had hij wel geleerd zich van het gros af te sluiten, maar momenteel was hij bezig zich te concentreren op zijn wolf onder controle houden, dat die onderdrukking van al zijn zintuigen op de achtergrond bleef. Zijn handen waren tot vuisten gebald en om zichzelf in het hier en nu te houden, drukte hij zijn nagels in zijn handpalmen.
'Ben jij gisteren tot het einde op het feestje van Ginny gebleven?' vroeg Lau toen. Het was nogal een verandering van gespreksonderwerp. Desalniettemin verwelkomde Castor het. Als ze maar even ontspannen konden praten over feestjes in plaats van verbrande lichamen en moordende wolven.
Hij schudde toen zijn hoofd en kon een lachje niet onderdrukken. 'Nee, ik was vrij snel weer weg,' mompelde hij. Hij was niet bepaald het grootste feestbeest. Het liefst zat hij thuis met een kop koffie, een drankje en een boek. 'Jij dan?' Hij keek opzij naar Laurel en liet zijn hand weer kort en geruststellend langs haar arm glijden. 'Heb je je comateus gezopen? Veel mensen gezoend?' Even leek de steen op zijn maag een paar gram lichter te worden. Het leek alsof de moorden in het dorp al jaren bezig waren, terwijl ze er in zekere zin nog maar een paar weken mee zaten. En hij had veel behoefte aan ontspanning.
|
![](https://64.media.tumblr.com/a344eaeccc8552e9c200e4419d9bffa8/tumblr_ng8ixnmoBf1qjqxmoo1_500.gifv)
![](https://c.tenor.com/8ereRCpcxUQAAAAC/keith-powers.gif)
look at where you are
look at where you started
![](https://i.pinimg.com/originals/48/fa/e5/48fae55f494732320421f541df69595d.gif)
![](https://i.pinimg.com/564x/c5/3f/f5/c53ff50c7cad8da9fc22fb95bafca338.jpg)
![](https://data.whicdn.com/images/298530562/original.gif)
the fact that you’re alive is a miracle
just stay alive, that would be enough
![](https://64.media.tumblr.com/9cd85f07907d1762098150ef7311f6da/tumblr_przfhtnlLE1tk9hgs_500.gifv)
![](https://data.whicdn.com/images/174144599/original.gif)
|